Operating Instructions

40
Het gebruik
Indicatoren
Richting van de luchtstroom aanpassen Richting van de luchtstroom aanpassen
In verticale
richting
In horizontale
richting
• Verstel de klep niet met de hand.
* Voor meer informatie over de werking, zie "Meer
weten…"
VENTILATORSNELHEID:
• Als FAN AUTO (VENTILATOR AUTOMATISCH) is
gekozen, wordt de ventilatorsnelheid automatisch
aangepast op de bedrijfsstand.
• Kies de laagste ventilatorsnelheid
voor een stille
werking.
STILLE:
• Deze bedrijfsfunctie reduceert het geruis van de
luchtstroom.
Om de VENTILATORSNELHEID en de STILLE
stand aan te passen
Deze toets
wordt in
normaalbedrijf
niet gebruikt.
Indrukken om de
standaardinstelling van
de afstandsbediening
te herstellen.
Druk om de
functie draadloos
LAN AAN of UIT
te zetten.
Genieten van een frisser en schooner milieu
• Deze functie zorgt voor schonere lucht, hydrateert
uw huid en haar, verwijdert geurtjes in de ruimte.
• Druk terwijl de unit AAN of UIT is op nanoe™X om
deze functie te activeren. Tijdens de afzonderlijke
werking van nanoe™X zal de ventilatorsnelheid de
instelling van de afstandsbediening aanhouden.
• Als nanoe™X wordt geactiveerd voordat de unit
wordt uitgezet, zal de werking van nanoe™X
doorgaan als de unit wordt aangezet. Dit geldt ook
als TIMER ON (TIMER AAN) is ingesteld.
• Deze functie vermindert de droogheid van de lucht
alleen in de stand KOELEN.
Om de vochtigheid te verbeteren (niet van
toepassing voor een Multi-split systeem)
• Deze functie stopt automatisch na 20 minuten.
Om de gewenste temperatuur snel te bereiken