Operation Manual
229
9. De menufuncties gebruiken
Het histogram weergeven.
U kunt de positie instellen door op 3/4/2/1 te drukken.
• Bediening door rechtstreekse aanraking is ook mogelijk vanuit het opnamescherm.
• Een Histogram is een grafiek die helderheid langs de horizontale as (zwart of
wit) en het aantal pixels bij elk helderheidniveau op de verticale as afbeeld.
Hiermee controleert u snel de belichting van een beeld.
A donker
B helder
Dit zal het patroon van de richtlijnen instellen dat weergegeven wordt wanneer een foto
genomen wordt.
Als [ ] ingesteld is, kunnen de posities van de richtlijnen ingesteld worden door op 3/
4/2/1 te drukken.
• U kunt de positie ook rechtstreeks instellen door [ ] op de richtlijn van het opnamescherm
aan te raken.
Het midden van het opnamescherm zal weergegeven worden als [+].
Wanneer de automatische overzichtfunctie geactiveerd is of wanneer u
terugspeelt, verschijnen er witte verzadigde zones die in het zwart en
wit knipperen.
[Histogram]
• Als de opname en het histogram niet samenvallen in de volgende omstandigheden,
wordt het histogram oranje afgebeeld.
– Tijdens de belichtingscompensatie
– Als de flits geactiveerd is
– Als geen correcte belichting verkregen wordt, zoals wanneer er weinig licht is.
• Het histogram is een benadering in de opnamefunctie.
• Het histogram wordt niet weergegeven als [WFM/Vectorbereik] ingesteld is.
[Richtlijnen]
[Centrummarkering]
[Highlight]
• Als er wit verzadigde zones zijn, raden we aan de belichting naar negatief te compenseren
(P105), onder raadpleging van het histogram (P229) en het beeld dan opnieuw te maken. Het
beeld kan zo een betere kwaliteit krijgen.
• Deze functie wordt uitgeschakeld tijdens het afspelen van 6K/4K-foto's, het afspelen van
beelden die opgenomen zijn met de Post Focus-functie, Multi Playback, Calendar afspelen of
Zoom afspelen.