Operation Manual
95
4. Instellingen van focus, helderheid (belichting) en kleurtoon
De positie van de AF-zone specificeren
∫ Afzonderlijke AF-zones creëren voor horizontale en verticale oriëntatie
De positie van de AF-zone op het instellingenscherm specificeren P96
De positie van de AF-zone met de joystick specificeren P98
De positie van de AF-zone met het Touch Pad specificeren P99
De positie van de AF-zone met de Touch-functie specificeren P100
> [Voorkeuze] > [Focus / Sluiter Losl.] > [Focusoversch. vr Ver./
Hor.]
[ON]
De laatst gespecificeerde posities van de
AF-zone (als [Ø] of [ ] ingesteld is) en de
weergave van MF Assist worden voor de
horizontale en verticale oriëntatie van de
camera afzonderlijk opgeslagen (er zijn twee
verticale oriëntaties beschikbaar, links en rechts).
[OFF] Stelt dezelfde instelling in voor zowel de horizontale als de verticale oriëntatie.
• Voordat u de AF-zone verplaatst of de grootte ervan verandert, annuleert u de Touch
Shutter-functie.
• De puntfocussing kan ook verplaatst worden om overeen te komen met de AF-zone wanneer
de [Meetfunctie] (P212) ingesteld is op [ ].
In deze gevallen niet beschikbaar:
• Deze functie is in de volgende gevallen niet beschikbaar:
– Bij het gebruik van de digitale zoom
– Wanneer [4K Live Bijsnijden] ingesteld is
MENU