Operation Manual
143
Stabilizer, zoomen en flitsen
Foto’s maken met een flitser
Flitsmodus wijzigen
Opnamemodus:
Stel de flitser in overeenstemming met de opname in.
→ [Opname]→[Flitser]→[Flitserfunctie]
: [Flitser altijd aan]
: [Gdw. aan/rode-og]
De flitser wordt elke keer geactiveerd, ongeacht de
opnameomstandigheden.
• Gebruik dit wanneer uw onderwerp van achteren verlicht
wordt of onder tl-verlichting.
: [Langz. sync.]
: [Lngz. sync./rode-og]
Hiermee maakt u lichtere foto’s zoals foto’s van onderwerpen
in een nachtlandschap door de sluitertijd te verkorten wanneer
u een flitser gebruikt.
• Ideaal voor foto’s van mensen in een nachtlandschap.
• Een langere sluitertijd kan wazigheid door beweging
veroorzaken. We raden u aan een statief te gebruiken.
De flitser wordt twee keer geactiveerd. Het interval tussen de eerste en tweede
flits is langer wanneer [ ] of [ ] is ingesteld. Het onderwerp mag niet bewegen
totdat de tweede flits wordt geactiveerd.
• Het effect van de rode-ogenreductie varieert, afhankelijk van het onderwerp, en
wordt beïnvloed door factoren zoals afstand tot het onderwerp en of het onderwerp
tijdens de voorflits naar de camera kijkt. In sommige gevallen is de rode-ogenreductie
verwaarloosbaar.