Operating Instructions

Table Of Contents
289
11. Beelden afspelen en bewerken
4
Verander de instelling.
Draai aan of .
Het beeld kan vergroot/verkleind worden
door dit op het scherm met de vingers te
spreiden/dicht te knijpen.
-2 -1 0 +1 +2
5
Bevestig de instelling.
Druk op .
Het scherm van stap 3 verschijnt opnieuw.
Herhaal voor het instellen van een ander item stap
3 tot 5.
6
Sla het beeld op.
Druk op om [Start verwerking]
te selecteren en druk vervolgens
op
.
Items instellen ([RAW-verwerking])
[Start verwerking] Slaat het beeld op.
[Witbalans]
Selecteert de witbalans en past die aan.
Door het item met [
] te selecteren, kan het verwerkt
worden met dezelfde instelling als die van het tijdstip van
de opname.
Als u op drukt in het selectiescherm van [Witbalans],
verschijnt het scherm voor de afstelling van de witbalans.
Als u op drukt terwijl [ ] op [ ] van
geselecteerd is, verschijnt het scherm voor de
instelling van de kleurtemperatuur.
[Helderheidcorrectie]
Corrigeert de helderheid.
Het [Helderheidcorrectie]-effect verschilt van het effect
van de belichtingscompensatie tijdens de opname.