Operating Instructions

Table Of Contents
420
14. Wi-Fi/Bluetooth
Wi-Fi verbindingen
Als [Nieuwe verbinding] geselecteerd
is in [Wi-Fi-functie] in [Wi-Fi] van
het [Set-up]-menu, selecteer dan de
verbindingsmethode uit [Via netwerk] of
[Direct] om verbinding te maken.
Als u aan de andere kant [Selecteer
doelapparaat uit geschiedenis] of
[Selecteer doelapparaat uit favorieten]
gebruikt, maakt de camera verbinding met
het geselecteerde apparaat met de eerder
gebruikte instellingen.
[Via netwerk]
Verbindt de camera en het doelapparaat via het draadloos toegangspunt.
Selecteer de methode om
verbinding met een draadloos
toegangspunt te maken.
Instellingen: [WPS (knop)]/
[WPS (PIN-code)]/[Uit lijst]
(421)
Nadat [Via netwerk] één keer geselecteerd is, zal de camera verbinding
maken met het eerder gebruikte draadloze toegangspunt.
Druk op [DISP.] om het draadloze toegangspunt te veranderen dat voor de
verbinding gebruikt werd en verander de bestemming van de verbinding.
Controleer de gebruiksaanwijzing en de instellingen van het draadloze
toegangspunt.