Operating instructions
259
9. De menufuncties gebruiken
U kunt de systeemfrequentie van de films die u opneemt en afspeelt veranderen.
• Na de instelling gecontroleerd te hebben, schakelt u de camera uit en weer in.
∫ Als de systeemfrequentie eenmaal veranderd is
Nadat de [Systeemfrequentie] veranderd is, kan het zijn dat films niet opgenomen of
afgespeeld worden als u de kaart blijft gebruiken die in de camera geplaatst was. Wij
raden aan dat u de kaart vervangt door een andere en dat u deze op de camera
formatteert.
• Als u de kaart blijft gebruiken die in de camera geplaatst was voordat de instelling veranderde,
zal de camera als volgt werken:
De taal op het scherm instellen.
[Systeemfrequentie]
[59.94Hz (NTSC)] Voor regio's waar het TV-zendsysteem NTSC is
[50.00Hz (PAL)] Voor regio's waar het TV-zendsysteem PAL is
[24.00Hz (CINEMA)] Deze systeemfrequentie dient voor de creatie van films
• De fabrieksinstelling van de systeemfrequentie is die van de regio van aankoop.
• Als [Systeemfrequentie] op een ander zendsysteem dan dat van uw regio gezet is, kan
het zijn dat beelden niet correct op de TV afgespeeld worden.
• Als u niet bekend bent met zendsystemen of als u geen bewegende beelden voor films
gaat opnemen, raden wij aan dat u de fabrieksinstelling gebruikt.
• Als u de instelling veranderd heeft maar niet zeker bent van de systeemfrequentie voor het
zendsysteem van uw regio, verricht dan een [Resetten] in het [Set-up]-menu.
[Opname-indeling] Opnemen Afspelen
[AVCHD] Opnemen is niet mogelijk.
U kunt geen films afspelen die
opgenomen waren voordat u de
instelling veranderde.
[MP4]/[MP4 HEVC]/
[MP4 (LPCM)]/[MOV]
Opnemen is mogelijk.
[Taal]
• Als u per ongeluk een andere taal instelt, kiest u [~] in het pictogrammenmenu om de
gewenste taal in te stellen.