Operating Instructions

313
12. Overige
Is [Prio. focus/ontspan] in het [Voorkeuze]-menu op [FOCUS] gezet? (P206)
U kunt geen foto maken zolang het onderwerp niet scherp gesteld is.
De opname lijkt misschien witachtig als er vingerafdrukken of iets dergelijks op de lens of
beeldsensor terecht zijn gekomen.
> Als de lens vuil is, schakelt u het toestel uit en veegt u de lens vervolgens zachtjes schoon
met een zachte, droge doek.
> Raadpleeg P322 als de beeldsensor vuil geworden is.
Als de AE-vergrendleling (P113) onjuist toegepast?
Is de aandrijfstand op een andere modus dan [Enkel] gezet? (P138)
Bent u de bracket-functie aan het gebruiken? (P142)
Het onderwerp ligt buiten het brandpuntbereik van de camera.
Is [Prio. focus/ontspan] in het [Voorkeuze]-menu op [RELEASE] gezet? (P206)
Is [Sluiter-focus] in het [Voorkeuze]-menu op [OFF] gezet? (P204)
Is de AF-vergrendeling (P113) onjuist toegepast?
De sluitertijd zal langer worden en de beeldstabilisatorfunctie kan mogelijk niet naar behoren
werken als foto's gemaakt worden, met name op donkere plaatsen.
> Wij raden aan een statief en de zelfontspanner (P141) te gebruiken wanneer u opnamen
maakt met een langzame sluitertijd.
Gebruikt u een lens die de stabilisatorfunctie ondersteunt? (P17)
Probeer het volgende:
> Verlaag de ISO-gevoeligheid. (P116)
> Verhoog de instelling voor [Ruisreductie] in [Fotostijl] of verlaag de instelling voor ieder van
de items behalve [Ruisreductie]. (P184)
> Zet [Lang sl.n.red] op [ON]. (P196)
Fotograferen is niet mogelijk.
De sluiter zal niet onmiddellijk in werking treden wanneer er op de ontspanknop
gedrukt wordt.
Het opgenomen beeld is witachtig.
Het beeld is te licht of te donker.
Er worden in één keer meervoudige beelden opgenomen.
Het object is niet goed scherp.
Het opgenomen beeld is wazig.
De beeldstabilisator is niet doeltreffend.
Het opgenomen beeld ziet er onafgewerkt uit.
Er verschijnt ruis op het beeld.