Operating Instructions

114
Scherpstelling, helderheid (belichting) en kleurtintinstellingen
De ISO-gevoeligheid instellen
Opnamemodus:
Stel de ISO-gevoeligheid (lichtgevoeligheid) in.
1
Druk op de [ ]-knop ( )
2
Selecteer de ISO-gevoeligheid door het
functiewieltje achterop te draaien
ISO-gevoeligheid
[ISO Auto Bovenl. Inst.]
2
00
4
0
AUTO
ISO-gevoeligheid wordt automatisch ingesteld in een bereik tot 3200
*
1
,
afhankelijk van de helderheid van een onderwerp.
(Intelligente ISO)
ISO-gevoeligheid wordt automatisch ingesteld in een bereik tot 3200
*
1
,
afhankelijk van de beweging en de helderheid van het onderwerp.
De sluitertijd wordt niet vast ingesteld als u de ontspanknop half
indrukt. De sluitertijd wordt voortdurend aangepast aan de beweging
van het onderwerp, totdat u de ontspanknop helemaal indrukt.
[L.100]
*
2
/ van
[200] t/m [25600]
ISO-gevoeligheid wordt vastgezet op de geselecteerde instelling.
*
1
Wanneer [Boveng. van ISO Auto (Foto)] op [AUTO] is ingesteld.
*
2
Alleen wanneer [Uitgebreide ISO] op [ON] is gezet.
3
Draai het functiewieltje voorop om de [ISO Auto Bovenl. Inst.]
in te stellen
• Deze functie werkt wanneer de [Gevoeligheid] is ingesteld op [AUTO] of [ ].
• U kunt schakelen tussen de functies van het functiewieltje achterop en het
functiewieltje voorop door op de [DISP.]-knop te drukken.
4
Druk op het functiewieltje achterop om in te stellen
• U kunt ook de ontspanknop half indrukken om in te stellen.