Operating Instructions

60
Basisbediening
U kunt veelgebruikte functies toewijzen aan specifieke knoppen ([Fn1] - [Fn3]) of aan
pictogrammen die op het scherm worden weergegeven ([Fn4] - [Fn8]).
1
Stel het menu in
→ [Voorkeuze]→ [Bediening]→[Fn knopinstelling]
Instellingen: [Instelling in opnamemodus] / [Instelling in afspeelmodus]
2
Druk op om de functieknop te
selecteren waaraan u een functie wilt
toewijzen en druk op [MENU/SET]
3
Druk op om de functie te selecteren die u wilt toewijzen
en druk op [MENU/SET]
• Voor informatie over de functies die u kunt toewijzen in [Instelling in
opnamemodus] gaat u naar (→61).
• Voor informatie over de functies die u kunt toewijzen in [Instelling in
afspeelmodus] gaat u naar (→62).
De instellingen van functieknoppen configureren vanaf het scherm met
opnamegegevens
Door [
] op het scherm met opnamegegevens aan te raken (→51) kunt u ook het
scherm in stap
2
weergeven.
Snel functies toewijzen
Het scherm dat in stap
3
wordt weergegeven, kan worden weergegeven door een
functieknop ([Fn1] tot en met [Fn3]) 2 seconden ingedrukt te houden.
Bepaalde functies kunnen niet aan bepaalde functieknoppen worden toegewezen.
De functie die aan een functieknop is toegewezen werkt wellicht niet in sommige modi of
schermen.
Veelgebruikte functies toewijzen aan knoppen
(Functieknoppen)