Operating Instructions

8. Witbalans/Beeldkwaliteit
210
U kunt de instellingen voor de afwerking van de beelden selecteren, die bij
uw onderwerpen en expressiestijlen passen.
De afbeeldingskwaliteit kan voor iedere fotostijl aangepast worden.
¨ [ ] ¨ [ ] ¨ Selecteer [Fotostijl]
[Fotostijl]
[Standaard] De standaardinstelling.
[Levendig]
Een instelling die een meer levendige kwaliteit
produceert met grotere verzadiging en contrast.
[Natuurlijk]
Een instelling die een zachtere kwaliteit met
minder contrast produceert.
[Geleidelijk]
Een instelling die een meer vlakke
afbeeldingskwaliteit produceert met lagere
verzadiging en contrast.
[Landschap]
Een instelling voor landschappen met levendige
blauwe luchten en groene kleuren.
[Portret]
Een instelling die geschikt is voor portretten met
een gezond uitziende en mooie huidtint.
[Zwart-wit] Een zwart/wit instelling zonder kleurschaduwen.
[L.Zwart-wit]
Een zwart-wit-instelling met een rijke gradatie en
scherpe zwarte accenten.
[L.Zwart-wit D]
Een zwart/wit instelling die een dynamische
impressie creëert met verbeterde accenten en
schaduwen.
[Cinelike D2]
Een instelling die een filmachtige finishing touch
creëert met gebruik van een gammakromme en
met de prioriteit van het dynamische bereik.
0 Deze functie is geschikt voor
videobewerkingsprocessen.
[Cinelike V2]
Een instelling die een filmachtige finishing touch
creëert met gebruik van een gammakromme die
de prioriteit aan het contrast geeft.