Operating Instructions

Table Of Contents
6. Aandrijving/Sluiter/Stabilisatie
175
Selecteer het sluitertype dat u wilt gebruiken voor het opnemen van de
foto's.
¨ [ ] ¨ [ ] ¨ Selecteer [Sluitertype]
¢1 Deze instelling is alleen beschikbaar in de [M]-modus.
¢2 Het elektronische sluitergeluid kan ingesteld worden in [E-shutter vol] en
[E-Shuttertoon] in [Toon] van [Set-up] ([AAN/UIT]) menu. (l 399)
[Sluitertype]
[AUTO]
Schakelt het type sluiter automatisch om, afhankelijk van de
opname-omstandigheden en de sluitersnelheid.
[MECH.] Neemt op met het mechanische sluitertype.
[EFC] Neemt op met het elektronische voorstge gordijn sluitertype.
[ELEC.] Neemt op met het elektronische sluitertype.
[ELEC.+NR]
Neemt op met het elektronische sluitertype.
Wanneer foto's met langere sluitertijden genomen worden, wordt
de sluiter na de opname gesloten om de ruisreductie van de
lange sluitertijd uit te voeren.
Mechanische
sluitertype
Elektronische
voorste gordijn
sluitertype
Elektronische
sluitertype
Mechanisme
Dit type start en
stopt de belichting
met de
mechanische sluiter.
Dit type start de
belichting
elektronische en
stopt het met de
mechanische sluiter.
Dit type start en
stopt de belichting
elektronisch.
Flitser 33
Sluitertijd
(sec.)
[B] (Bulb, max.
ongev.
30 minuten)
¢1
,
60 tot 1/8000
[B] (Bulb, max.
ongev.
30 minuten)
¢1
,
60 tot 1/2000
[B] (Bulb, max.
ongev.
60 seconden)
¢1
,
60 tot 1/8000
Sluitergeluid
Mechanisch
sluitergeluid
Mechanisch
sluitergeluid
Elektronisch
sluitergeluid
¢2