Operating Instructions

Table Of Contents
14. Menugids
379
[Voorkeuze] menu ¨ [Bediening]
[WB/ISO/Expo.-knop]
[WHILE PRESSING]/[AFTER PRESSING1]/`[AFTER
PRESSING2]
Dit stelt de handeling in die uitgevoerd moet worden als op
[WB] (Witbalans), [ISO] (ISO-gevoeligheid) of [ ]
(Belichtingscompensatie) gedrukt wordt.
[WHILE PRESSING]:
Stelt u in staat de instelling te veranderen
terwijl op de knop gedrukt wordt en die ingedrukt gehouden blijft.
Laat de knop los om de instellingswaarde te bevestigen en
terug te keren naar het opnamescherm.
[AFTER PRESSING1]:
Druk op de knop om de instellingen te
wijzigen. Druk opnieuw op de knop om de instellingswaarde
te bevestigen en terug te keren naar het opnamescherm.
[AFTER PRESSING2]: Druk op de knop om de instellingen
te wijzigen.
Iedere druk op de knop schakelt de instellingswaarde om.
(Met uitzondering van de belichtingscompensatie) Om uw
selectie te bevestigen en terug te keren naar het
opnamescherm, drukt u de ontspanknop tot halverwege in.
[Instellingen
ISO-weergave]
[Voorste/achterste
wielen]
`[ / ]/[ / ]/
[OFF/ ] / [ / ] / [ /OFF]
Dit stelt de werking van de draaiknoppen in het
instellingenscherm voor ISO-gevoeligheid in.
Met toewijzen van [ ] kunt u [ISO Auto Bovenl. Inst.] wijzigen.
[Inst.
belichtingscomp
scherm]
[Cursorknoppen
(omh./oml.)]
[]/`[OFF]
Dit stelt de werking in van de 34 knoppen in het
belichtingscompensatiescherm.
Met toewijzen van [ ] kunt u belichtingsbracket instellen.
[Voorste/achterste
wielen]
`[ / ]/[ / ]/[OFF/ ]/
[ / ]/[ /OFF]
Dit stelt de werking van de draaiknoppen in het
belichtingscompensatiescherm in.
Met toewijzen van [ ] kunt u de uitvoer van de
flitsersterkte aanpassen.