Operation Manual

20
Voorbereiding
De Lens veranderen
Controleer dat het toestel uitstaat.
Verwissel de lens op plaatsen met weinig stof of vuil. Raadpleeg P302, P303 wanneer vuil of
stof op de lens zit.
1
Draai de achterste lensdop A en de body-kap B in de richting van de
pijl om ze los te maken.
Kom niet met uw vingers aan de binnenkant van de vatting.
2
Lijn de montagetekens van de lens C
(rode tekens) op de body van de camera
en de lens op elkaar uit en draai de lens
vervolgens in de richting van de pijl tot
een klik gehoord wordt.
Druk niet op de vrijgaveknop van de lens D als u
een lens aanbrengt.
Probeer de lens niet schuin op de camera te doen
omdat u hiermee de lensbevestiging kunt beschadigen.
3
Maak de lensdop los.
Bevestigen van de lens