Operation Manual

218
Wi-Fi
Zoek naar beschikbare draadloze toegangspunten.
Bevestig encryptiesleutel van het geselecteerde draadloze toegangspunt als de
netwerkauthenticatie gecodeerd is.
Wanneer u verbindt d.m.v. [Handmatige invoer], bevestig SSID, encryptietype, encryptiesleutel
van het draadloze toegangspunt dat u gebruikt.
1
Druk op
3
/
4
om het draadloze toegangspunt te selecteren
waarmee u verbinding maakt en druk op [MENU/SET].
Het aanraken van [DISP.] zal het zoeken opnieuw starten naar
een draadloos netwerk.
Als geen enkel draadloos toegangspunt gevonden wordt, raadpleeg
dan
Wanneer u verbindt met [Handmatige invoer]
op P218.
2 (Als de netwerkauthenticatie gecodificeerd is)
Voer de encryptiesleutel in.
Voor details over hoe karakters in te voeren, raadpleeg Tek st
Invoeren
sectie op P64.
Wanneer u verbindt met [Handmatige invoer]
1
Op het scherm afgebeeld in stap
1
van
Als u niet zeker bent over de
compatibiliteit met WPS (verbinden met [Handmatig. verbinden.])
, selecteer
[Handmatige invoer] door op
3
/
4
te drukken, druk vervolgens op [MENU/SET].
2 Voer de SSID in van het draadloze toegangspunt waarop u verbindt, selecteer
vervolgens [Inst.].
Voor details over hoe karakters in te voeren, raadpleeg Tekst Invoeren sectie op P64.
3
Druk op
3
/
4
om het netwerkauthenticatietype te selecteren en druk op [MENU/SET].
Voor informatie over netwerkauthenticatie, zie de gebruiksaanwijzing van het draadloze
toegangspunt.
4 Druk op 3/4 om het encryptietype te selecteren en druk op [MENU/SET].
Het type instellingen dat veranderd kan worden kan variëren afhankelijk van de details
van netwerkauthentificatie-instellingen.
5 (Wanneer er een optie geselecteerd wordt die afwijkt van [Niet coderen])
Voer de encryptiesleutel in en selecteer [Inst.].
Als u niet zeker bent over de compatibiliteit met WPS (verbinden met
[Handmatig. verbinden.])
Netwerkauthenticatietype Encryptietypes die ingesteld kunnen worden
[WPA2-PSK]/[WPA-PSK] [TKIP]/[AES]
[Algemene sleutel] [WEP]
[Open] [Niet coderen]/[WEP]