Gebruiksaanwijzing voor geavanceerde kenmerken Digitale Camera Model Nr. DMC-LX100 Lees deze instructies zorgvuldig door voordat u dit product gebruikt en bewaar deze handleiding, zodat u deze later kunt raadplegen.
De informatie zoeken die u nodig hebt In deze "Gebruiksaanwijzing voor geavanceerde kenmerken" kunt u de informatie die u nodig hebt, vinden op de volgende pagina’s. Door op een paginanummer te klikken, kunt u naar de gekoppelde pagina gaan en de informatie snel vinden. Zoeken vanuit "Inhoudsopgave" P.4 - Zoeken vanuit de lijst met functienamen P.10 - "Inhoudsopgave per functie" Zoeken vanuit "Namen en functies van hoofdonderdelen" P.
Gebruik van deze handleiding Opnamemoduspictogrammen Opnamemodus: In opnamemodi waarin pictogrammen in zwart staan, kunt u de aangeduide menu’s en functies selecteren en uitvoeren. ••Klik op een verwijzing in de tekst om naar de bijbehorende pagina te gaan. ••Door trefwoorden in het zoekveld boven aan het scherm van Adobe Reader in te voeren, kunt u op trefwoord zoeken en naar de bijbehorende pagina gaan.
Inhoudsopgave ■■De informatie zoeken die u nodig hebt....................................................... 2 ■■Gebruik van deze handleiding............ 3 ■■Inhoudsopgave per functie............... 10 Voordat u de camera gaat gebruiken ■■Voordat u de camera gaat gebruiken............................................ 12 ■■Standaardaccessoires....................... 13 ■■Namen en functies van hoofdonderdelen................................ 14 [MENU/SET]-knop / cursortoets / bedieningsknop..............
Inhoudsopgave Basisbediening ■■De camera vasthouden...................... 53 ■■Beelden opnemen met de zoeker .... 54 Schakelen tussen het scherm en de zoeker....................................................54 Informatie over oogsensor-AF....................55 ■■Fotograferen....................................... 56 ■■Films opnemen................................... 58 ■■De opnamemodus selecteren........... 59 ■■De weergavegegevens schakelen op het opnamescherm.......................
Inhoudsopgave Beeldkwaliteit- en kleurinstellingen ■■De beeldkwaliteit aanpassen met effecten [Fotostijl]............................ 100 ■■Lichte partijen en schaduwen aanpassen [Schaduw markeren].... 102 ■■De witbalans aanpassen................. 103 ■■Beeldkwaliteit en fotoresolutie instellen............................................ 107 De beeldverhouding van de foto’s wijzigen.....................................................107 Fotoresolutie instellen...............................
Inhoudsopgave Functies voor specifieke onderwerpen en doelen ■■Automatisch beelden opnemen op vaste intervallen [Intervalopname].............................. 153 ■■Stop-motion-animatie maken [Stop-motionanimatie]..................... 156 ■■Meerdere belichtingen uitvoeren voor één beeld [Multi-belicht.].................................. 159 ■■De pieptonen en de flitser tegelijkertijd uitschakelen [Stille modus]...................................
Inhoudsopgave Beelden afspelen en bewerken ■■Het groepsbeeld bekijken............... 201 ■■Overnemen van foto’s uit films...... 203 ■■Gebruik van het [Afspelen]-menu... 204 [Diashow]..................................................204 [Afspeelfunctie].........................................206 [Locatie vermelden]..................................207 [RAW-verwerking].....................................208 [Titel bew.]................................................. 211 [Tekst afdr.]...................
Inhoudsopgave Aansluiten op andere apparatuur ■■Genieten van films in 4K ................ 274 Films in 4K bekijken..................................274 4K-films opslaan.......................................275 ■■Beelden op tv bekijken.................... 276 VIERA Link (HDMI) (HDAVI Control™).....278 ■■Opgenomen foto’s en films op uw pc opslaan........................................ 280 Informatie over bijgeleverde software.......281 Installatie van de bijgeleverde software....
Inhoudsopgave per functie Opnemen Opnemen Opnamemodus..............................................59 [Voorvertoning]..............................................88 Beeldeffecten (Filter).....................................89 Macro-opnamen..........................................126 Panoramafoto’s maken................................150 [Intervalopname]..........................................153 [Stop-motionanimatie]..................................156 [Multi-belicht.]...............................
Inhoudsopgave per functie Afspelen Afspelen [Auto review]..................................................57 Beeld afspelen...............................................67 Zoom afspelen...............................................68 Meerdere afspelen.........................................68 Films afspelen...............................................70 Verwijderen....................................................73 Display/afspelen-instellingen [Diashow].........................................
Voordat u de camera gaat gebruiken Voordat u de camera gaat gebruiken ■■Hanteren van de camera Vrijwaar de camera tegen heftige trillingen, schokken of zware druk. ●●Gebruik de camera niet onder de volgende omstandigheden, die schade aan de lens, het scherm, de zoeker of het camerahuis kunnen toebrengen. Dit kan ook leiden tot storingen in de camera of mislukte opnamen.
Voordat u de camera gaat gebruiken Standaardaccessoires Controleer of alle accessoires compleet bijgeleverd zijn, voordat u de camera in gebruik neemt. ●●De accessoires en de vormgeving ervan kunnen verschillen, afhankelijk van het land of de regio waar de camera is aangeschaft. Raadpleeg de beknopte gebruiksaanwijzing voor meer informatie over de accessoires. ●●De batterij wordt in de tekst aangeduid als batterij of accu.
Voordat u de camera gaat gebruiken Namen en functies van hoofdonderdelen 1 2 3 4 5 6 1 Indicator voor zelfontspanner (→148) / AF-assistlampje (→53, 125) 2 Bedieningsring (→39) 3 Keuzeschakelaar voor beeldverhouding (→107) 4 Flitsschoen (bescherming flitsschoen) (→176) De bescherming flitsschoen is al op de flitsschoen bevestigd op het moment van aanschaf.
Voordat u de camera gaat gebruiken Namen en functies van hoofdonderdelen (Bovenkant) 10 11 12 13 14 10 Stereomicrofoon (→53, 200) Zorg dat u de microfoon niet met uw vinger bedekt. Hierdoor kan het geluid moeilijk worden opgenomen.
Voordat u de camera gaat gebruiken Namen en functies van hoofdonderdelen 23 24 25 26 27 29 28 30 23 Zoeker (LVF) (→54) In deze handleiding wordt "zoeker" gebruikt om de LVF aan te duiden.
Voordat u de camera gaat gebruiken Namen en functies van hoofdonderdelen 27 31 32 33 34 35 36 37 38 39 40 41 27 Oogje voor bandje (→19) 31 Wi-Fi®-antenne 32 Wi-Fi-verbindingslampje (→225) 33 [Wi-Fi]-knop (→225) / [Fn2]-knop (→37) 34 Filmknop (→58) 35 [AF/AE LOCK]-knop (→133) 36 NFC-antenne (→233) 37 [Q.MENU]-knop (→34) 38 Afspeelknop (→67) 39 [Fn1]-knop (→37) / [ ] (verwijderen/annuleren)-knop (→32, 73) 40 [DISP.
Voordat u de camera gaat gebruiken Namen en functies van hoofdonderdelen [MENU/SET]-knop / cursortoets / bedieningsknop [MENU/SET]-knop Met deze knop opent u de menu’s, kiest u de instellingen enz. (→31) Cursorknop Deze knop wordt gebruikt om de cursor op de menuschermen te verplaatsen en voor andere functies.
Voorbereidingen De lensdop en schouderriem bevestigen Bedek de lens met de lensdop om deze te beschermen wanneer u geen beelden opneemt. We raden u aan de lensdop met het lensdopriempje aan de camera te bevestigen om te voorkomen dat u de lensdop verliest. We raden u ook aan de schouderriem te bevestigen om te voorkomen dat de camera valt.
Voorbereidingen Batterij opladen Laad de batterij altijd op voordat u de camera voor het eerst gebruikt!(batterij ongeladen geleverd) Batterijen die u in dit apparaat kunt gebruiken Er zijn op aantal plaatsen imitatiebatterijen aangetroffen die nauwelijks van echt te onderscheiden zijn. Dergelijke imitatiebatterijen zijn veelal niet voorzien van de interne beveiliging die nodig is voor een veilig gebruik. Een dergelijke imitatiebatterij zou spontaan kunnen ontbranden of ontploffen.
Voorbereidingen Batterij opladen Opmerkingen over de oplaadtijd Oplaadtijd Ongeveer 190 min ••De hierboven aangeduide oplaadtijd is de tijd die nodig is voor het opladen wanneer de batterij volledig is opgebruikt. De benodigde oplaadtijd verschilt, afhankelijk van de omstandigheden van het batterijgebruik. De oplaadtijd is langer in gevallen waar de temperaturen hoog of laag zijn en wanneer de batterij een lange periode niet is gebruikt.
Voorbereidingen Batterij opladen Richtlijnen voor aantal te maken foto’s en gebruiksduur Foto’s maken (via het scherm) Aantal op te nemen beelden Opnameduur Ongeveer 350 beelden (Ongeveer 300 beelden) Ongeveer 175 min (Ongeveer 150 min) Volgens de CIPA-norm Foto’s maken (via de zoeker (LVF)) Aantal op te nemen beelden Opnameduur Ongeveer 320 beelden (Ongeveer 270 beelden) Ongeveer 160 min (Ongeveer 135 min) Volgens de CIPA-norm •• De waarden bij gebruik van de flitser (bijgeleverd) worden tussen haa
Voorbereidingen Batterij opladen Filmen (via het scherm) [Opname-indeling] [AVCHD] [MP4] [MP4] [FHD/17M/50i] [FHD/20M/25p] [4K/100M/25p] Beschikbare opnameduur Ongeveer 125 min Ongeveer 135 min Ongeveer 90 min Feitelijk beschikbare opnameduur* Ongeveer 60 min Ongeveer 65 min Ongeveer 45 min [Opn. kwaliteit] * De werkelijke tijd waarin u kunt opnemen wanneer u de camera regelmatig in- en uitschakelt, begint en stopt met opnemen en de zoom gebruikt.
Voorbereidingen Insteken en verwijderen van de batterij/de kaart (optioneel) ••Zorg dat de camera uitgeschakeld is. 1 2 Schuif de vrijgavehendel naar de positie [OPEN] en open het klepje voor de kaart/batterij Vrijgavehendel Plaats de batterij en de kaart in de camera en controleer of ze in de juiste richting zijn geplaatst ••Batterij: Steek de batterij helemaal in de camera totdat u een sluitklik hoort en controleer of het borghendeltje de batterij stevig vasthoudt.
Voorbereidingen Informatie over de kaart De volgende op de SD-standaard gebaseerde kaarten (merk Panasonic aanbevolen) kunnen worden gebruikt. Capaciteit Opmerkingen SD-geheugenkaarten Kaarttype 8 MB – 2 GB SDHC-geheugenkaarten 4 GB – 32 GB SDXC-geheugenkaarten 48 GB, 64 GB •• Kunnen worden gebruikt met apparaten die compatibel zijn met de desbetreffende formaten. •• Controleer voordat u SDXC-geheugenkaarten gaat gebruiken, of uw computer en andere apparatuur geschikt is voor dit type kaart.
Voorbereidingen Informatie over de kaart ●●Als u de schrijfbeveiligingsschakelaar in de stand "LOCK" zet, kan het onmogelijk zijn om de gegevens te schrijven, wissen of formatteren, of om de gegevens weer te geven op opnamedatum. Deze bedieningen worden weer mogelijk wanneer de schakelaar uit de stand "LOCK" wordt gehaald.
Voorbereidingen Informatie over de kaart Richtlijnen voor opnamecapaciteit (aantal foto’s/opnameduur) Het aantal beelden dat u kunt opnemen en de opnameduur variëren met de capaciteit van de kaart (naast de opname-omstandigheden en het type kaart). Capaciteit voor het opnemen van beelden (foto’s) Wanneer de beeldverhouding is ingesteld op [4:3] en de [Kwaliteit] op [ [Fotoresolutie] 8 GB 16 GB L (12.5M) 32 GB ] 64 GB 1090 2200 4420 8820 M (6.
Voorbereidingen Informatie over de kaart Wanneer [Opname-indeling] gelijk is aan [MP4] [Opn.
Voorbereidingen Instellen van de klok Bij verzending van de camera is de klok niet ingesteld. 1 Schakel de camera in 2 Druk op [MENU/SET] terwijl het bericht wordt weergegeven 3 Druk op 4 5 ••Als het taalkeuzescherm niet wordt weergegeven, gaat u naar stap 4. om de taal te selecteren en druk op [MENU/SET] ••Het bericht [Aub klok instellen] verschijnt.
Voorbereidingen Instellen van de klok 8 Druk op om uw thuiszone in te stellen en druk op [MENU/SET] Naam stad of regio Huidige tijd Verschil met GMT (Greenwich Mean Time) ●●Als de klok niet is ingesteld, kan de juiste datum niet worden afgedrukt wanneer u een fotostudio opdracht geeft de foto af te drukken of wanneer u de datum afdrukt op de foto’s met [Tekst afdr.]. Tijdsinstellingen wijzigen Selecteer [Klokinst.] in het [Set-up]-menu om de huidige tijdsinstellingen te wijzigen.
Voorbereidingen Het menu instellen Via het menu kunt u camera- en opnamefuncties instellen, afspeelfuncties bedienen en andere bewerkingen uitvoeren. Het [Set-up]-menu bevat vooral enkele belangrijke instellingen met betrekking tot de klok en het stroomverbruik van de camera. Controleer de instellingen in dit menu voordat u de camera gaat gebruiken.
Voorbereidingen Het menu instellen 2 Druk op om het menuonderdeel te selecteren en druk op [MENU/SET] Pagina ••Onderdelen kunnen ook worden geselecteerd door de bedieningsknop te draaien. ••U kunt ook naar de volgende pagina gaan door op de [DISP.]-knop te drukken of de zoomhendel te draaien. Onderdeel 3 Druk op om de instelling te selecteren en druk op [MENU/SET] Geselecteerde instelling ••Onderdelen kunnen ook worden geselecteerd door de bedieningsknop te draaien.
Voorbereidingen Het menu instellen Schakelen tussen menutypen Voorbeeld: N aar het menu [Set-up] overschakelen vanuit het menu [Opname] 1 2 3 Druk op Druk op om een menu-overschakelpictogram [ te selecteren ] •• Onderdelen kunnen ook worden geselecteerd door de bedieningsknop te draaien. Druk op [MENU/SET] •• Selecteer het menuonderdeel en voer de instelling uit. Menutype ●●De menutypen en onderdelen die worden weergegeven kunnen per modus verschillend zijn.
Voorbereidingen Veelgebruikte menu’s direct oproepen (Quick-menu) U kunt eenvoudig een aantal menuonderdelen oproepen om die in te stellen. ••Welke menuonderdelen en instellingen er worden weergegeven, verschilt afhankelijk van de opnamemodus en de instellingen tijdens het opnemen. 1 Druk op de [Q.MENU]-knop om het Quickmenu weer te geven 2 Draai de bedieningsknop om het menuonderdeel te selecteren en druk op of 50i ••Het menuonderdeel kan ook worden geselecteerd door op te drukken.
Voorbereidingen Veelgebruikte menu’s direct oproepen (Quick-menu) Het Quick-menu wijzigen in uw voorkeursonderdeel Wanneer [Q.MENU] (→34) in het [Voorkeuze]-menu is ingesteld op [CUSTOM], kan het Quick-menu naar wens worden gewijzigd. In het Quick-menu kunnen maximaal 15 onderdelen worden ingesteld.
Voorbereidingen Veelgebruikte menu’s direct oproepen (Quick-menu) [Voorkeuze]-menu •• [Stille modus] (→161) •• [Peaking] (→130) •• [Histogram] (→64) •• [Richtlijnen] (→65) 4 36 Druk op de [ •• [Zebrapatroon] (→166) •• [Zwart-wit Live View] (→167) •• [Opn.gebied] (→192) •• [Zoomschakelaar] (→175) ]-knop •• Er wordt teruggekeerd naar het scherm van stap 1 (→35). Druk op [MENU/SET] om naar het opnamescherm te schakelen.
Voorbereidingen Veelgebruikte functies aan de knoppen toewijzen (functieknoppen) U kunt veelgebruikte functies aan specifieke knoppen toewijzen. 1 Stel het menu in → 2 3 [Voorkeuze] → [Fn knopinstelling] Druk op om de functieknop te selecteren waaraan u een functie wilt toewijzen en druk op [MENU/SET] Druk op om de functie te selecteren die u wilt toewijzen en druk op [MENU/SET] •• Raadpleeg (→38) voor details over de functies die kunnen worden toegewezen.
Voorbereidingen Veelgebruikte functies aan de knoppen toewijzen (functieknoppen) Een functie aan een functieknop toewijzen Druk op de functieknop om de toegewezen functie te gebruiken. ••U kunt de volgende functies toewijzen aan de [Fn1]-, [Fn2]- en [Fn3]-knoppen. •• [Wi-Fi] (→225): [Fn2]* •• [LVF/Scherm] (→55): [Fn3]* •• [AF/AE vergrend.] (→133) •• [AF AAN] (→129, 133) •• [Voorvertoning] (→88): [Fn1]* •• [Niveaumeting] (→66) •• [Focus instellen] •• [Cursortoets vergrend.
Voorbereidingen Instellingen veranderen met de bedieningsring De "bedieningsring" is een eenvoudige en handige manier om diverse instellingen aan te passen, afhankelijk van de geselecteerde cameramodus. Met de bedieningsring kunt u de instellingen van het apparaat wijzigen. Onderdelen die kunnen worden ingesteld met de bedieningsring verschillen afhankelijk van de opnamemodi. Hieronder staan de vooraf geregistreerde instellingen.
Voorbereidingen Instellingen veranderen met de bedieningsring Verandering van de instellingen die aan de bedieningsring toegewezen zijn Hiermee verandert u de instellingen die aan de bedieningsring toegewezen zijn. 1 Stel het menu in → 2 [Voorkeuze] → [Bedieningsring] Selecteer met de instelling en druk op [MENU/SET] Instellingen die kunnen worden toegewezen [DEFLT] [Normaal] [Zoom] (→170) •• Om terug te keren naar de standaardinstelling, selecteert u [Normaal].
Voorbereidingen Gebruik van het [Set-up]-menu [Klokinst.] en [Slaapsmodus] zijn belangrijk voor de klokinstelling en de batterijgebruiksduur. Controleer deze instellingen voordat u de camera gebruikt. Zie voor meer informatie over selectie van de instellingen van het [Set-up]-menu (→31) [Klokinst.] De tijd- en datumnotatie en de weergave-indeling instellen. (→30) [Wereldtijd] Stel de opnamedatum en -tijd in met de lokale tijd op uw bestemming.
Voorbereidingen Gebruik van het [Set-up]-menu Zie voor meer informatie over selectie van de instellingen van het [Set-up]-menu (→31) [Reisdatum] Als u uw reisschema instelt en beelden opneemt, wordt ingesteld op welke dag van de reis de foto is gemaakt.
Voorbereidingen Gebruik van het [Set-up]-menu Zie voor meer informatie over selectie van de instellingen van het [Set-up]-menu (→31) [Toon] Voor instellen van de waarschuwingstonen en de sluiterklikken. ■■[Beep volume] Instellingen: (Hard) / (Zacht) / (Uit) Instellingen: (Hard) / (Zacht) / (Uit) Instellingen: / ■■[Shutter vol.] ■■[Shutter toon] / ●●Wanneer [Stille modus] op [ON] wordt ingesteld, worden [Beep volume] en [Shutter vol.] op "Uit" ingesteld.
Voorbereidingen Gebruik van het [Set-up]-menu Zie voor meer informatie over selectie van de instellingen van het [Set-up]-menu (→31) [Scherm]/[Zoeker] Pas de helderheid en de kleur van het scherm of de zoeker aan. U kunt het beste de standaardinstellingen gebruiken. Deze zijn bedoeld om een voorbeeld van het werkelijke beeld te geven, zo nauwkeurig mogelijk. Instellingen Hiermee past u de helderheid aan. [Helderheid] Hiermee past u het contrast aan.
Voorbereidingen Gebruik van het [Set-up]-menu Zie voor meer informatie over selectie van de instellingen van het [Set-up]-menu (→31) [Helderheid scherm] Hiermee stelt u de helderheid van het scherm in, afhankelijk van het niveau van het omgevingslicht. Instellingen De helderheid wordt automatisch ingesteld, afhankelijk van de lichtsterkte rondom de camera. De helderheid wordt verhoogd. De helderheid is standaard. De helderheid wordt verlaagd.
Voorbereidingen Gebruik van het [Set-up]-menu Zie voor meer informatie over selectie van de instellingen van het [Set-up]-menu (→31) [Slaapsmodus] De camera wordt automatisch uitgeschakeld als er een vastgestelde tijd lang geen bedieningshandeling wordt uitgevoerd. ••Herstellen → Druk de ontspanknop half in of schakel de camera weer in. Instellingen: [10MIN.] / [5MIN.] / [2MIN.] / [1MIN.] / [OFF] Niet beschikbaar in de volgende gevallen: •• Tijdens het opnemen/afspelen van films •• Wanneer [Multi-belicht.
Voorbereidingen Gebruik van het [Set-up]-menu Zie voor meer informatie over selectie van de instellingen van het [Set-up]-menu (→31) [USB mode] Selecteer een communicatiemethode voor aansluiting van de camera op een computer of printer via een USB-kabel (bijgeleverd). Instellingen [Select. verbinding] Selecteer elke keer dat u verbinding met een computer of een PictBridge-compatibele printer maakt, een communicatiemethode.
Voorbereidingen Gebruik van het [Set-up]-menu Zie voor meer informatie over selectie van de instellingen van het [Set-up]-menu (→31) [TV-verbinding] (vervolg) ■■[HDMI-functie] Stel het formaat voor de HDMI-uitgang in wanneer u afspeelt op de HDMI-compatibele HD-tv die op dit apparaat is aangesloten met de HDMI-microkabel. Instellingen [AUTO] Hiermee stelt u automatisch de uitgangsresolutie in op basis van informatie van een aangesloten tv.
Voorbereidingen Gebruik van het [Set-up]-menu Zie voor meer informatie over selectie van de instellingen van het [Set-up]-menu (→31) [TV-verbinding] (vervolg) ■■[VIERA link] Voor automatisch gekoppelde bediening met andere VIERA Link-compatibele apparaten en bediening met een VIERA-afstandsbediening bij aansluiting met een HDMI-microkabel. (→278) Instellingen [ON] Voor de bediening gebruikt u de afstandsbediening van het aangesloten VIERA Linkcompatibele apparaat.
Voorbereidingen Gebruik van het [Set-up]-menu Zie voor meer informatie over selectie van de instellingen van het [Set-up]-menu (→31) [Versie disp.] Controleert de firmware-versie van de camera of de bijgeleverde flitser (wanneer de flitser is aangebracht). ●●Als u op [MENU/SET] drukt terwijl de versie wordt aangegeven, verschijnt er software-informatie voor dit apparaat, zoals bijvoorbeeld de licentie. [Zelf ontsp. auto uit] Als het apparaat uitgeschakeld wordt, wordt de zelfontspanner geannuleerd.
Voorbereidingen Gebruik van het [Set-up]-menu Zie voor meer informatie over selectie van de instellingen van het [Set-up]-menu (→31) [Wi-Fi resetten] Zet de [Wi-Fi]-instellingen terug in de standaardinstellingen. ●●Als u uw camera wilt wegwerpen of weggeven, dient u deze altijd terug te zetten op de beginwaarden om te voorkomen dat uw persoonlijke gegevens per ongeluk worden gebruikt.
Voorbereidingen Tekst invoeren Gebruik de cursortoets om namen in te voeren met de gezichtsherkenningsfunctie en in [Profiel instellen] (baby’s en huisdieren), of voor het registreren van locaties in [Reisdatum] enz. ••Er kunnen alleen letters en symbolen worden ingevoerd.
Basisbediening De camera vasthouden AF-assistlampje ••Om te voorkomen dat de camera gaat trillen, houdt u deze met beide handen vast, houdt u uw armen strak Microfoon langs uw lichaam terwijl u met uw voeten iets uit elkaar gaat staan. ••Raak de lens niet aan. ••Let bij het opnemen van filmbeelden op dat u de microfoon niet blokkeert. ••Blokkeer het AF-assistlampje of de flitser niet wanneer u dit gebruikt om een beeld op te nemen.
Basisbediening Beelden opnemen met de zoeker Wanneer u de zoeker gebruikt, kunt u de weergave van het onderwerp zelfs in een omgeving met veel licht bekijken. Schakelen tussen het scherm en de zoeker U kunt de [LVF]/[Fn3]-knop op twee manieren gebruiken, ofwel als de [LVF]-knop voor weergave in de zoeker of als een functieknop [Fn3]. Vanaf het moment van aanschaf kunt u deze knop gebruiken als [LVF]-knop voor zoekerweergave. ••Raadpleeg voor details over de functieknop (→37).
Basisbediening Beelden opnemen met de zoeker De gevoeligheid van de oogsensor instellen of instellen dat de weergave tussen de zoeker en het scherm wordt geschakeld → [Voorkeuze] → [Oogsensor] [Gevoeligheid] Met deze instelling stelt u de gevoeligheid van de oogsensor in. [HIGH] / [LOW] [LVF/Scherm] Met deze instelling schakelt u de weergave tussen de zoeker en het scherm.
Basisbediening Fotograferen ••Druk op de [ 1 2 ]-knop ( ) om de aandrijfstand in te stellen op [ ] ([Enkel]). Selecteer de opnamemodus (→59) Stel scherp op het onderwerp Scherpstelaanduiding ( Goed scherpgesteld: brandt Niet goed scherpgesteld: knippert) Half indrukken (licht indrukken voor scherpstellen) 3 ••De diafragmawaarde en de sluitertijd worden weergegeven.
Basisbediening Fotograferen ●●Onderwerpen/omgevingen waarbij scherpstellen een probleem kan zijn: ••Snel bewegende of extreem lichte voorwerpen of voorwerpen zonder kleurcontrasten. ••Foto’s maken door een ruit of vlakbij voorwerpen die licht uitstralen. ••In het donker, of als de camera erg beweegt. ••Wanneer u te dicht bij het voorwerp staat of wanneer u een foto maakt waarop zowel veraf als dichtbij gelegen voorwerpen staan.
Basisbediening Films opnemen U kunt beelden opnemen in volledige HD-kwaliteit die aan de AVCHD-norm voldoet, evenals films in MP4 opnemen. U kunt tevens 4K-films in MP4 opnemen. (→194) Het geluid wordt in stereo opgenomen. 1 Druk op de filmknop om bewegende beelden op te nemen ••Na indrukken laat u de filmknop onmiddellijk weer los. ••U kunt films opnemen die bij elke opnamemodus passen. (→59) ••Terwijl u films opneemt, knippert de opnamestatusindicator (rood).
Basisbediening De opnamemodus selecteren De opnamemodus selecteren met de diafragmaring en de sluitertijdknop 1 Draai de diafragmaring en de sluitertijdknop •• Draai de diafragmaring en de sluitertijdknop langzaam totdat ze in een klikstand staan om de positie juist uit te lijnen. U kunt de diafragmaring instellen op [A] (Auto) of op diafragmawaarden tussen [1.7] en [16]. [Intelligent auto]-modus selecteren 1 Druk op de [iA]-knop •• De [Intelligent auto]-modus wordt ingesteld en het pictogram van ].
Basisbediening De opnamemodus selecteren Een combinatie van instellingen registreren die gebruikt kunnen worden tijdens het opnemen (Voorkeursinstelling) U kunt tot drie combinaties van uw favoriete menu-instellingen registreren. Als u [Voorkeursinst. gebr.] selecteert in het [Voorkeuze]-menu, kunt u snel schakelen naar de instellingen die u als voorkeursinstellingen geselecteerd hebt.
Basisbediening De opnamemodus selecteren Bij wijziging van de menu-instellingen Zelfs als de menu-instellingen tijdelijk worden veranderd terwijl een van de aangepaste instellingen is geselecteerd, blijven de huidig geregistreerde instellingen onveranderd. Als u de momenteel geregistreerde instellingen wilt wijzigen, overschrijft u de geregistreerde gegevens via [Geh voorkeursinst.] in het [Voorkeuze]-menu.
Basisbediening De weergavegegevens schakelen op het opnamescherm U kunt de opnamegegevens (zoals pictogrammen voor diverse instellingen) en de waterpas ook uitschakelen (→66). 1 Druk op de [DISP.]-knop om van scherm te wisselen ••U kunt met [Scherm disp. stijl] en [LVF disp. stijl] in het [Voorkeuze]-menu [ ] (weergave-indeling stijl scherm) of [ ] (weergave-indeling stijl Live zoeker) selecteren voor de weergave van het scherm en de zoeker.
Basisbediening De weergavegegevens schakelen op het opnamescherm ■■[ ] Weergave-indeling stijl Live zoeker ••Het scherm wordt geschakeld zoals hieronder weergegeven. (Voorbeeld van weergave stijl zoeker) Met informatie (gedetailleerde informatie)* Met informatie Met informatie (gedetailleerde informatie)* + waterpas 50i Met informatie + waterpas 50i * Wanneer [Histogram] in het [Voorkeuze]-menu is ingesteld op [ON], wordt er een histogram weergegeven.
Basisbediening De weergavegegevens schakelen op het opnamescherm Histogramweergave in-/uitschakelen → Stel met [Voorkeuze] → [Histogram] → [ON]/[OFF] de positie in. Geeft de verdeling van de helderheid in het beeld weer – als de grafiek bijvoorbeeld een piek aan de rechterkant heeft, betekent dit dat er verschillende lichte gedeelten op het beeld staan. Een piek in het midden wijst op optimale helderheid (juiste belichting). Dit kunt u gebruiken als vingerwijzing voor de belichtingscompensatie e.d.
Basisbediening De weergavegegevens schakelen op het opnamescherm Weergave van de richtlijn in-/uitschakelen → [Voorkeuze] → [Richtlijnen] → [ ]/[ ]/[ ]/[OFF] ••De richtlijn wordt niet weergegeven tijdens het opnemen van panoramafoto’s. Wanneer u [ ] selecteert, kunt u met de positie instellen.
Basisbediening De weergavegegevens schakelen op het opnamescherm Gebruik van de waterpas Als u zeker wilt weten dat de camera niet schuin staat of kantelt, bijvoorbeeld als u een beeld van een landschap opneemt, gebruikt u de waterpasindicatie als referentie. 1 Druk op de [DISP.]-knop om van scherm te wisselen 2 Druk op de knop om naar een ander scherm te gaan. Druk op de knop totdat de waterpas wordt weergegeven. Camerahoek corrigeren ■■Gebruik van de waterpas De gele lijn geeft de huidige hoek aan.
Basisbediening Uw beelden bekijken 1 Druk op de afspeelknop 2 Druk op of draai de bedieningsknop om het beeld te selecteren dat moet worden weergegeven ••Wanneer u op drukt en deze knop ingedrukt houdt, worden de beelden na elkaar weergegeven. ••De afspeelsnelheid van beelden verschilt, afhankelijk van de afspeelomstandigheden. ■■Afspelen beëindigen Druk opnieuw op de afspeelknop of druk op de filmknop. Het afspelen kan ook worden beëindigd door half indrukken van de ontspanknop.
Basisbediening Uw beelden bekijken Inzoomen en bekijken "zoom afspelen" 1 Beweeg de zoomhendel naar de T-zijde •• Telkens wanneer u de zoomhendel in de richting van de T-zijde beweegt, volgt een sterkere vergroting in vier stappen: 2x, 4x, 8x en 16x. (De weergegeven beeldkwaliteit wordt achtereenvolgens lager.) •• Uitzoomen → beweeg de zoomhendel naar de W-zijde. .
Basisbediening Uw beelden bekijken Beelden bekijken volgens hun opnamedatum "Kalender afspelen" 1 Draai de zoomhendel naar de W-zijde (groothoek) om het kalenderscherm weer te geven 2 Selecteer met [MENU/SET] de opnamedatum en druk op Geselecteerde datum •• Beelden worden weergegeven op een scherm met 12 beelden. •• U kunt ook de datum selecteren met de bedieningsknop. ●●U kunt de kalender weergeven vanaf januari 2000 tot en met december 2099.
Basisbediening Uw beelden bekijken Filmbeelden bekijken Dit apparaat is ontworpen om films af te spelen in de formaten AVCHD en MP4. 1 Selecteer een beeld met het filmpictogram ([ ]) in de afspeelmodus en druk op om te beginnen met afspelen •• Nadat het afspelen begint, wordt de verstreken speelduur weergegeven op het scherm. •• Sommige informatie wordt niet weergegeven voor films die zijn opgenomen met [AVCHD].
Basisbediening De weergavegegevens van het afspeelscherm schakelen U kunt de weergave van beeldinformatie (bestandsnummer enzovoort) en opnameinformatie (instellingen die voor opname enzovoort worden gebruikt) uitschakelen wanneer een beeld wordt afgespeeld. 1 Druk op de [DISP.]-knop om van scherm te wisselen ••Het scherm wordt geschakeld zoals hieronder weergegeven. Met informatie*1 Gedetailleerde informatieweergave*2 Histogramweergave*2 Zonder informatie*1,*2,*3 R G B 10:00 1.DEC.
Basisbediening De weergavegegevens van het afspeelscherm schakelen Weergave overbelichte gebieden in-/uitschakelen → [Voorkeuze] → [Highlight] → [ON]/[OFF] U kunt overbelichte gebieden (gebieden die te licht zijn en waar geen grijstinten zijn) laten flitsen op het scherm wanneer de functie [Auto review] is geactiveerd of tijdens het afspelen. Dit is niet van invloed op het opgenomen beeld.
Basisbediening Beelden verwijderen Verwijderde beelden kunnen niet worden teruggehaald. Beelden worden in de volgende gevallen niet verwijderd: ••Beveiligde beelden. ••Wanneer de kaartvergrendeling in de positie "LOCK" staat. ••Beelden die niet in de DCF-indeling staan. (→67) ●●Schakel tijdens de verwijdering de camera niet uit. ●●Gebruik een voldoende opgeladen batterij of een netadapter (optioneel) en een DC coupler (optioneel).
Basisbediening Beelden verwijderen Meerdere beelden wissen (tot 100 tegelijk)/Wissen van alle beelden Een groep beelden (→201) wordt behandeld als 1 beeld. (Alle beelden uit de geselecteerde groep beelden worden verwijderd.) ]-knop terwijl u een beeld weergeeft 1 Druk op de [ 2 Selecteer met [Multi wissen]/[Alles wissen] en druk op [MENU/SET] Apart wissen •• Onderdelen kunnen ook worden geselecteerd door de bedieningsknop te draaien.
Opnamemodus Foto’s opnemen met automatische instellingen Modus [Intelligent auto] Opnamemodus: Deze modus wordt aanbevolen voor diegenen die direct willen fotograferen. De camera optimaliseert de instellingen namelijk voor het onderwerp en de opnameomgeving. De camera optimaliseert de instellingen en de volgende functies worden automatisch geactiveerd.
Opnamemodus Foto’s opnemen met automatische instellingen Modus [Intelligent auto] Automatische scènedetectie Bij het opnemen van beelden [i-Portret] [i-Landschap] [i-Macro] [i-Nachtportret]*1 [i-Nachtl.schap] [i-Nachtop. uit hand]*2 [i-Voedsel] [i-Baby]*3 [i-Zonsonderg.] Als de scène niet met een van de bovenstaande overeenkomt * de flitser (bijgeleverd/optioneel) wordt gebruikt. *2 Wanneer [iHandh. nachtop.] is ingesteld op [ON].
Opnamemodus Foto’s opnemen met automatische instellingen Modus [Intelligent auto] Gebruik van de flitser (bijgeleverd/optioneel) 1 2 3 4 Schakel de camera uit Verwijder de bescherming flitsschoen Bevestig de flitser Zet de camera en de flitser AAN Voor meer informatie (→176, 291). ■■Flitser Wanneer u de [ON/OFF]-schakelaar voor de flitser (bijgeleverd/optioneel) op [OFF] zet, wordt de flitser ingesteld op [ ] (Flitser gedwongen UIT).
Opnamemodus Foto’s opnemen met automatische instellingen Modus [Intelligent auto] Beelden opnemen met de camera in de hand ([iHandh. nachtop.]) Als er automatisch een nachtscène wordt herkend terwijl u de camera in de hand houdt, kan [iHandh. nachtop.] een foto met minder beweging en minder ruis opnemen zonder gebruik van een statief door een burst-reeks van beelden te combineren. → [Opname] → [iHandh. nachtop.] → [ON]/[OFF] ●●De kijkhoek wordt iets smaller.
Opnamemodus Foto’s opnemen met automatische instellingen Modus [Intelligent auto] Beelden tot één foto met een rijke gradatie combineren ([iHDR]) Als er bijvoorbeeld een groot contrast is tussen de achtergrond en het onderwerp, neemt [iHDR] meerdere foto’s met verschillende belichting op en worden deze gecombineerd tot één foto met een rijke gradatie. [iHDR] wordt indien nodig geactiveerd. Wanneer deze functie geactiveerd wordt, wordt [ ] op het scherm weergegeven.
Opnamemodus Beelden opnemen nadat de diafragmawaarde en de sluitertijd ingesteld zijn Opnamemodus: U kunt de belichting instellen met de instellingen van de diafragmaring en de sluitertijdknop. In het menu [Opname] instellingen wijzigen en uw eigen opnameomgeving instellen. U kunt ook beelden opnemen door beeldeffecten toe te passen.
Opnamemodus Beelden opnemen nadat de diafragmawaarde en de sluitertijd ingesteld zijn Beelden opnemen nadat de diafragmawaarde en de sluitertijd automatisch ingesteld zijn ([Program AE]-modus) Beelden opnemen met automatische diafragmawaarden en sluitertijdinstellingen in overeenstemming met de helderheid van een onderwerp.
Opnamemodus Beelden opnemen nadat de diafragmawaarde en de sluitertijd ingesteld zijn Informatie over Programme Shift De functie voor het behouden van dezelfde belichting (helderheid) terwijl u de combinatie van sluitertijd en diafragmawaarde verandert, heet "Programme Shift". Met "Programme Shift" kunt u beelden opnemen door de sluitertijd en de diafragmawaarde aan te passen, zelfs in de [Program AE]-modus.
Opnamemodus Beelden opnemen nadat de diafragmawaarde en de sluitertijd ingesteld zijn Beelden opnemen door de diafragmawaarde in te stellen ([Lensopeningspr.]-modus) Wanneer de diafragmawaarde wordt verhoogd, wordt de scherptediepte groter, en is het beeld scherp van vlak voor de camera tot op de achtergrond. Wanneer de diafragmawaarde wordt verlaagd, wordt de scherptediepte kleiner en kan de achtergrond wazig worden.
Opnamemodus Beelden opnemen nadat de diafragmawaarde en de sluitertijd ingesteld zijn Beelden opnemen door de sluitertijd in te stellen ([Sluiterprioriteit]-modus) Wanneer u de sluitertijd verlengt, kunt u beweging verminderen wanneer u een onderwerp opneemt. Wanneer u de sluitertijd verkort, wordt de beweging van het onderwerp weergegeven.
Opnamemodus Beelden opnemen nadat de diafragmawaarde en de sluitertijd ingesteld zijn ●●Wanneer u de sluitertijdknop draait, wordt er een belichtingsmeter weergegeven. Als de juiste belichting niet wordt bereikt, wordt de numerieke waarde van de sluitertijd in rood weergegeven. ●●Als de juiste belichting niet wordt bereikt wanneer u de ontspanknop half indrukt, worden de numerieke waarden van het diafragma en de sluitertijd in knipperend rood weergegeven.
Opnamemodus Beelden opnemen nadat de diafragmawaarde en de sluitertijd ingesteld zijn Beelden opnemen door de diafragmawaarde en de sluitertijd in te stellen ([Handm. belicht.]-modus) Bepaal de belichting door de diafragmawaarde en de sluitertijd handmatig in te stellen. Het hulpmiddel voor handmatige belichting verschijnt op het onderste gedeelte van het scherm om de belichting aan te duiden.
Opnamemodus Beelden opnemen nadat de diafragmawaarde en de sluitertijd ingesteld zijn Hulpmiddel bij handmatige belichting (schatting) Beelden worden met standaardhelderheid weergegeven (juiste belichting). Beelden worden helderder weergegeven. Gebruik voor de juiste belichting een kortere sluitertijd of verhoog de diafragmawaarde. Beelden worden donkerder weergegeven. Gebruik voor de juiste belichting een langere sluitertijd of verlaag de diafragmawaarde.
Opnamemodus Beelden opnemen nadat de diafragmawaarde en de sluitertijd ingesteld zijn De effecten van de diafragmawaarde en de sluitertijd controleren ([Voorvertoning]-modus) Opnamemodus: Met de [Voorvertoning]-modus kunt u de effecten van de geselecteerde diafragmawaarde en sluitertijd controleren.
Beeldeffecten (Filter) Beelden opnemen met beeldeffecten (Filter) Opnamemodus: U kunt uw eigen instellingen selecteren uit diverse effecten en foto’s maken terwijl u deze effecten op het scherm controleert. U kunt de gewenste effecten voor een beeld instellen door een voorbeeld te selecteren. U kunt beeldeffecten toevoegen terwijl u een panoramafoto maakt.
Beeldeffecten (Filter) Beelden opnemen met beeldeffecten (Filter) ●●De instellingen worden in het geheugen opgeslagen, zelfs als de opnamemodus wordt gewijzigd of de camera wordt uitgeschakeld. ●●Als u geen foto-effecten wilt toevoegen, selecteert u [Geen effect]. ●●Wanneer u een beeldeffect instelt, worden de volgende instellingen vastgezet. •• Witbalans: [AWB] •• [Fotostijl]: [Standaard] •• [Schaduw markeren]: [Standaard] •• [Int.
Beeldeffecten (Filter) Beelden opnemen met beeldeffecten (Filter) Beeldeffecten aan uw voorkeuren aanpassen U kunt de instellingsomstandigheden (zoals de mate en kleur van een effect) van de beeldeffecten aan uw voorkeuren aanpassen. 1 2 Druk op om het instelscherm weer te geven Draai de bedieningsknop om de instellingsomstandigheden van de beeldeffecten aan te passen •• De instellingen die kunnen worden aangepast, verschillen afhankelijk van het geselecteerde beeldeffect.
Beeldeffecten (Filter) Beelden opnemen met beeldeffecten (Filter) Zie voor de instelprocedures voor beeldeffecten (Filter) (→89). [Expressief] Dit effect benadrukt de kleur om een foto in popartstijl te maken. Onderdelen die kunnen worden ingesteld (druk op instelscherm weer te geven) Levendigheid Gedempte kleuren om het Opvallende kleuren [Retro] Dit effect geeft een verbleekt beeld.
Beeldeffecten (Filter) Beelden opnemen met beeldeffecten (Filter) Zie voor de instelprocedures voor beeldeffecten (Filter) (→89). [Donker] Dit effect voegt een donker en ontspannen gevoel aan de algehele foto toe en versterkt lichte gedeelten. Onderdelen die kunnen worden ingesteld (druk op instelscherm weer te geven) Kleur Roodachtige kleuren om het Blauwachtige kleuren [Sepia] Dit effect maakt een beeld in sepia.
Beeldeffecten (Filter) Beelden opnemen met beeldeffecten (Filter) Zie voor de instelprocedures voor beeldeffecten (Filter) (→89). [Ruw zwart-wit] Dit effect maakt een zwart-witfoto met korrelige ruis. Onderdelen die kunnen worden ingesteld (druk op instelscherm weer te geven) Korrelig beeldeffect Zwak korrelig beeldeffect om het Sterk korrelig beeldeffect ●●Het opnamescherm wordt weergegeven alsof het beeld omlaag valt met een lichte vertraging vergeleken met normale opnamen.
Beeldeffecten (Filter) Beelden opnemen met beeldeffecten (Filter) Zie voor de instelprocedures voor beeldeffecten (Filter) (→89). [Kruisproces] Dit effect geeft uw foto dramatische kleuren. Onderdelen die kunnen worden ingesteld (druk op instelscherm weer te geven) Kleur om het Groenachtige kleuren/blauwachtige kleuren/ geelachtige kleuren/roodachtige kleuren [Speelgoedcam.effect] Dit effect vervaagt de helderheid van randgebieden om de indruk te wekken van een speelgoedcamera.
Beeldeffecten (Filter) Beelden opnemen met beeldeffecten (Filter) Zie voor de instelprocedures voor beeldeffecten (Filter) (→89). [Miniatuureffect] Dit effect vervaagt randgebieden om de indruk te wekken van een diorama.
Beeldeffecten (Filter) Beelden opnemen met beeldeffecten (Filter) Zie voor de instelprocedures voor beeldeffecten (Filter) (→89). [Zachte focus] Dit effect vervaagt het algehele beeld om een zacht gevoel te geven. Onderdelen die kunnen worden ingesteld (druk op instelscherm weer te geven) Mate van onscherpte Enigszins onscherp om het Zeer onscherp ●●Het opnamescherm wordt weergegeven alsof het beeld omlaag valt met een lichte vertraging vergeleken met normale opnamen.
Beeldeffecten (Filter) Beelden opnemen met beeldeffecten (Filter) Zie voor de instelprocedures voor beeldeffecten (Filter) (→89). [Kleuraccent] Dit effect laat één geselecteerde kleur over om indruk te maken.
Beeldeffecten (Filter) Beelden opnemen met beeldeffecten (Filter) Zie voor de instelprocedures voor beeldeffecten (Filter) (→89). [Zonneschijn] Dit effect creëert een lichtovergoten scène.
Beeldkwaliteit- en kleurinstellingen De beeldkwaliteit aanpassen met effecten [Fotostijl] Opnamemodus: U kunt de kleuren en de beeldkwaliteit aanpassen op basis van het concept van het beeld dat u wilt maken. → [Opname] → [Fotostijl] [Standaard] Standaardinstelling. [Levendig] Instelling met iets meer contrast en verzadiging. [Natuurlijk] Instelling met iets minder contrast. [Zwart-wit] Instelling die een beeld maakt met alleen monochrome grijstinten, zoals zwart en wit.
Beeldkwaliteit- en kleurinstellingen De beeldkwaliteit aanpassen met effecten [Fotostijl] ■■De beeldkwaliteit aanpassen Druk op om het type fotostijl te selecteren Druk op om een onderdeel te selecteren en druk op [Contrast] [Scherpte] [Ruisreductie] [Verzadiging]*1 [Kleurtoon]*1 [Filtereffect]*2 Standaard om het aan te passen [+] [–] [+] [–] Hiermee vergroot u het contrast in een foto. Hiermee verkleint u het contrast in een foto. Hiermee versterkt u de contouren in een foto.
Beeldkwaliteit- en kleurinstellingen Lichte partijen en schaduwen aanpassen [Schaduw markeren] Opnamemodus: U kunt de lichte partijen en schaduwen in een beeld aanpassen terwijl u de helderheid van deze gebieden op het scherm controleert. 1 Stel het menu in 2 Druk op → / 3 4 [Opname] → [Schaduw markeren] om de optie te selecteren ([Standaard]) Geen aanpassingen. ([Hoger contrast]) U maakt de lichte partijen lichter en de schaduwpartijen donkerder.
Beeldkwaliteit- en kleurinstellingen De witbalans aanpassen Opnamemodus: In zonlicht, onder kunstlicht of in andere soortgelijke omstandigheden waar de kleur wit een rood- of blauwzweem krijgt, kunt u met dit onderdeel de kleur van wit aanpassen die het dichtst bij de kleur is die het oog opmerkt in overeenstemming met de lichtbron. 1 Druk op de [WB]-knop ( 2 Draai de bedieningsknop om de witbalans te selecteren en druk op [MENU/SET] Automatische aanpassing in overeenstemming met van de lichtbron.
Beeldkwaliteit- en kleurinstellingen De witbalans aanpassen ■■Automatische witbalans Wanneer u de [AWB] (automatische witbalans) instelt, wordt de kleurbalans automatisch aangepast aan de gebruikte lichtbron. Als de scène echter te helder of te donker is of als er andere extreme omstandigheden zijn, kunnen de beelden wel eens een rode of blauwe zweem vertonen. De witbalans kan niet altijd goed werken als er een diversiteit aan lichtbronnen is.
Beeldkwaliteit- en kleurinstellingen De witbalans aanpassen De witbalans instellen met kleurtemperatuur U kunt de witbalans instellen met de kleurtemperatuur. Kleurtemperatuur is een numerieke waarde die uitdrukking geeft aan de kleur van licht (eenheid: K*). Een beeld wordt blauwachtig wanneer de kleurtemperatuurwaarde hoger is en roodachtig wanneer de temperatuurwaarde lager is.
Beeldkwaliteit- en kleurinstellingen De witbalans aanpassen Bracketopnamen met gebruik van witbalans Bracketinstellingen worden uitgevoerd op basis van de verfijningswaarden voor witbalans, en drie beelden met verschillende kleuren worden automatisch opgenomen wanneer u een keer op de ontspanknop drukt.
Beeldkwaliteit- en kleurinstellingen Beeldkwaliteit en fotoresolutie instellen De beeldverhouding van de foto’s wijzigen Opnamemodus: U kunt gemakkelijk de beeldverhouding van foto’s wijzigen met de keuzeschakelaar voor beeldverhouding. 1 Keuzeschakelaar voor beeldverhouding schakelen [4:3] Beeldverhouding van een 4:3-tv [1:1] Beeldverhouding van een vierkant beeld [16:9] Beeldverhouding van HD-tv enz.
Beeldkwaliteit- en kleurinstellingen Beeldkwaliteit en fotoresolutie instellen Fotoresolutie instellen Opnamemodus: Hoe hoger het aantal pixels, hoe fijner de details van de beelden, zelfs als ze op groot papierformaat worden afgedrukt. → [Opname] → [Fotoresolutie] Beeldverhouding 4:3 1:1 16:9 3:2 [L] 12.5M [L] 10M [L] 11M [L] 12M 4112×3088 [Fotoresolutie] [ M] 6.5M 2976×2232 [ S] 3M 2048×1536 3088×3088 4480×2520 [ M] 5M [ M] 8M S] 2.
Beeldkwaliteit- en kleurinstellingen Beeldkwaliteit en fotoresolutie instellen De compressieratio van beelden instellen ([Kwaliteit]) Opnamemodus: Hiermee stelt u de compressieratio in voor het opslaan van beelden. → [Opname] → [Kwaliteit] Instellingen Bestandsindeling [ ] [ ] JPEG [ ] [ ] [ Beschrijving Geeft voorrang aan beeldkwaliteit en slaat beelden op in de bestandsindeling JPEG. ] Slaat beelden op in de bestandsindeling JPEG met standaardbeeldkwaliteit.
Beeldkwaliteit- en kleurinstellingen Beeldkwaliteit en fotoresolutie instellen Niet beschikbaar in de volgende gevallen: ●●De volgende effecten kunnen niet worden gebruikt op RAW-beelden. •• [Intelligent auto]-modus •• Beeldeffecten (Filter) •• Witbalans*1 •• [Fotostijl]*1 / [Schaduw markeren]*1 / [Int.dynamiek]*1 / [Rode-ogencorr]*2 / [I.
Beeldkwaliteit- en kleurinstellingen De beeldcorrectiefuncties effectief gebruiken Contrast en belichting corrigeren ([Int.dynamiek]) Opnamemodus: Past bij groot contrast tussen achtergrond en onderwerp automatisch het contrast en de belichting aan voor meer levensechte kleuren. → [Opname] → [Int.dynamiek] Instellingen: [AUTO] / [HIGH] / [STANDARD] /[LOW] / [OFF] ●●Wanneer [AUTO] is ingesteld, kunt u automatisch de sterkte van de effecten instellen op basis van de opnameomstandigheden.
Beeldkwaliteit- en kleurinstellingen De beeldcorrectiefuncties effectief gebruiken Foto’s met verschillende belichting combineren ([HDR]) Opnamemodus: De camera kan 3 foto’s die zijn gemaakt met een verschillende belichting, combineren tot één goed belichte foto met een rijke gradatie. De afzonderlijke beelden die worden gebruikt om het HDR-beeld te maken, worden niet opgeslagen.
Beeldkwaliteit- en kleurinstellingen De beeldcorrectiefuncties effectief gebruiken De ruis van een lange belichting onderdrukken ([Lang sl.n.red]) Opnamemodus: De camera kan automatisch de ruis wegnemen die ontstaat bij het opnemen van beelden met een langere sluitertijd (bijvoorbeeld om nachtscènes op te nemen) om scherpe beelden op te nemen. → [Opname] → [Lang sl.n.
De scherpstelling en helderheid (belichting) aanpassen Beelden opnemen met automatische scherpstelling 1 Zet de keuzeschakelaar voor scherpstelling op [ ] of [ ] De automatische scherpstelling wordt geactiveerd. Zet gelijk met de indicator. Selecteer de scherpstellingsfunctie (AFS, AFF, AFC) Opnamemodus: Stel de scherpstelbediening in die moet worden uitgevoerd wanneer de ontspanknop half wordt ingedrukt.
De scherpstelling en helderheid (belichting) aanpassen Beelden opnemen met automatische scherpstelling Bij het opnemen met [AFF], [AFC] ●●Het scherpstellen kan enige tijd vergen wanneer de zoom plotseling wordt omgezet van de maximale groothoekstand (W) naar de maximale telestand (T) of als u plotseling dichter bij uw onderwerp komt. ●●Druk opnieuw de ontspanknop half in wanneer u moeilijk op het onderwerp kunt scherpstellen.
De scherpstelling en helderheid (belichting) aanpassen Beelden opnemen met automatische scherpstelling Beelden opnemen van mensen van voren (gezichts-/oogdetectie) De camera detecteert automatisch de gezichten en ogen van personen. De camera past de scherpstelling aan het oog aan dat zich het dichtst bij de camera bevindt en past de belichting aan het gezicht aan (wanneer [Meetfunctie] is ingesteld op [ ] (multimeting)). ••De camera kan maximaal 15 gezichten detecteren.
De scherpstelling en helderheid (belichting) aanpassen Beelden opnemen met automatische scherpstelling Automatisch koppelen van de scherpstelling aan een bewegend onderwerp (Tracking AF) 1 Plaats het Tracking AF-kader over uw onderwerp en druk de ontspanknop half in Wanneer uw onderwerp herkend wordt, verandert het Tracking AF-kader van wit in geel en dan wordt uw onderwerp steeds scherp in beeld gehouden. Als de AF-vergrendeling mislukt, blijft er een tijdje lang een rood kader knipperen en dooft dan.
De scherpstelling en helderheid (belichting) aanpassen Beelden opnemen met automatische scherpstelling enz. (aangepast multi) U kunt de voorkeursvorm van een AF-gebied instellen door 49 punten in het AF-gebied te selecteren, op basis van het onderwerp. 1 2 Druk op de [ 3 Selecteer met ]-knop ( ) Selecteer een pictogram voor aangepast multi ([ •• Wanneer u op ] enz.) en druk op drukt, verschijnt het instelscherm voor het AF-gebied.
De scherpstelling en helderheid (belichting) aanpassen Beelden opnemen met automatische scherpstelling Wanneer u [ ]/[ ]/[ ]/[ ] selecteert Selecteer met het AF-gebied en druk op [MENU/SET] om het in te stellen (te herhalen) •• Als u opnieuw op [MENU/SET] drukt, wordt de instelling geannuleerd. •• Druk op de [DISP.]-knop om alle instellingen te annuleren.
De scherpstelling en helderheid (belichting) aanpassen Beelden opnemen met automatische scherpstelling Vastgestelde positie voor scherpstelling (scherpstellen op 1 punt)/ (precisiescherpstellen) (Scherpstellen op 1 punt) Er wordt scherpgesteld op het AF-gebied in het midden van het beeld. (Aanbevolen wanneer u moeilijk kunt scherpstellen) ••U kunt de positie en de grootte van het AF-gebied wijzigen.
De scherpstelling en helderheid (belichting) aanpassen Beelden opnemen met automatische scherpstelling De positie en de grootte van het AF-gebied wijzigen ■■Wanneer u [ ]/[ ] selecteert U kunt de positie en de grootte van het AF-gebied wijzigen. Selecteer [ ] of [ ] en druk op •• Het instelscherm voor AF-gebied verschijnt.
De scherpstelling en helderheid (belichting) aanpassen Beelden opnemen met automatische scherpstelling ■■Wanneer u [ ] selecteert U kunt het scherm vergroten om de scherpstelpositie nauwkeuriger in te stellen. ••U kunt de scherpstelpositie niet instellen aan de randen van het scherm. Selecteer [ ] en druk op Stel met de scherpstelpositie in en druk op [MENU/SET] •• Het vergrote hulpscherm voor het instellen van de scherpstelpositie verschijnt.
De scherpstelling en helderheid (belichting) aanpassen Beelden opnemen met automatische scherpstelling Gebruik van de cursortoets om het AF-gebied te verplaatsen in-/ uitschakelen → [Voorkeuze] → [Direct focuspunt] → [ON]/[OFF] Wanneer [ ], [ ] of [ ] is geselecteerd, kunt u het AF-gebied verplaatsen en wanneer [ ] is geselecteerd, kunt u de vergrote positie verplaatsen. ••Wanneer [Voorkeur multi] zoals [ ] is geselecteerd, wordt het instelscherm voor het AF-gebied weergegeven.
De scherpstelling en helderheid (belichting) aanpassen Beelden opnemen met automatische scherpstelling Uw voorkeursscherpstelmethode instellen In het menu [Voorkeuze] kunt u de scherpstelmethode in detail instellen. De scherpstelling in-/uitschakelen wanneer de ontspanknop half ingedrukt wordt → [Voorkeuze] → [Sluiter-focus] → [ON]/[OFF] Het ontspannen van de sluiter in-/uitschakelen wanneer de ontspanknop half ingedrukt wordt → [Voorkeuze] → [Ontsp. knop half indr.
De scherpstelling en helderheid (belichting) aanpassen Beelden opnemen met automatische scherpstelling AF-assistlampje in-/uitschakelen → [Voorkeuze] → [AF ass. lamp] → [ON]/[OFF] Het AF-assistlampje gaat branden wanneer de ontspanknop half ingedrukt wordt wanneer het te donker is om goed scherp te kunnen stellen. (Er wordt een groot AF-gebied weergegeven op basis van de opnameomstandigheden.) ●●Het AF-assistlampje heeft een effectieve reikwijdte van 1,5 m.
De scherpstelling en helderheid (belichting) aanpassen Close-upfoto’s maken (macro-opnamen) Opnamemodus: Wanneer u het onderwerp van dichtbij beeldvullend wilt opnemen, kunt u door instellen op [ ] (AF Macro) onderwerpen dichter benaderen dan bij het normale scherpstelbereik (tot op 3 cm in de max. groothoekstand). 1 Zet de keuzeschakelaar voor scherpstelling op [ ] Hiermee kunt u scherpstellen op een onderwerp van dichtbij. (Automatische scherpstelfuncties.) Zet gelijk met de indicator.
De scherpstelling en helderheid (belichting) aanpassen Close-upfoto’s maken (macro-opnamen) ●●In de [Intelligent auto]-modus zal de kortste opnameafstand hetzelfde zijn als die voor [ ], ongeacht de instelling van de keuzeschakelaar voor scherpstelling. ●●Het kan even duren totdat onderwerpen op grote afstand scherp worden. ●●Het verdient aanbeveling een statief en de [Zelfontspanner] te gebruiken. Ook raden we u aan te fotograferen zonder de flitser wanneer u een onderwerp dicht bij de camera opneemt.
De scherpstelling en helderheid (belichting) aanpassen Beelden opnemen met handmatige scherpstelling Opnamemodus: Handmatige scherpstelling is handig wanneer u de scherpstelling wilt vergrendelen om beelden op te nemen of wanneer het moeilijk is de scherpstelling aan te passen met automatische scherpstelling. 1 2 3 4 Zet de keuzeschakelaar voor scherpstelling op [ ] Stel handmatig scherp op een onderwerp. Zet gelijk met de indicator.
De scherpstelling en helderheid (belichting) aanpassen Beelden opnemen met handmatige scherpstelling Weergave van MF Guide in-/uitschakelen → [Voorkeuze] → [MF-gids] → [ON]/[OFF] Snel de scherpstelling aanpassen met automatisch scherpstellen → [Voorkeuze] → [AF/AE vergrend.] → [AF-ON] Als u op de [AF/AE LOCK]-knop drukt in de handmatige scherpstelling, wordt de automatische scherpstelling geactiveerd. ●●De automatische scherpstelling wordt in het midden van het kader geactiveerd.
De scherpstelling en helderheid (belichting) aanpassen Beelden opnemen met handmatige scherpstelling [Peaking] in-/uitschakelen om kleur toe te voegen aan de gedeelten van het beeld die scherp zijn → [Voorkeuze] → [Peaking] ●●[Peaking]-functies tijdens handmatig scherpstellen of wanneer u de scherpstelling handmatig aanpast bij gebruik van [AF+MF]. [ON] Kleur wordt toegevoegd aan de gedeelten van het beeld die scherp zijn. [OFF] De delen van het beeld die scherp zijn, worden niet weergegeven.
De scherpstelling en helderheid (belichting) aanpassen Beelden opnemen met handmatige scherpstelling MF Assist ■■MF Assist weergeven ••Draai de bedieningsring om MF Assist weer te geven. ••U kunt MF Assist ook weergeven door op te drukken om het instelscherm weer te geven, op de cursortoets te drukken om de positie in te stellen die vergroot moet worden en vervolgens op [MENU/SET] te drukken.
De scherpstelling en helderheid (belichting) aanpassen Beelden opnemen met handmatige scherpstelling De weergave van MF Assist wijzigen → [Voorkeuze] → [MF assist weergave] [FULL]: het hulpscherm wordt op basis van het volledige scherm vergroot. [PIP]: het hulpscherm wordt op een deel van het scherm vergroot. ••Wanneer [PIP] is geselecteerd, wordt het scherm ongeveer 3 tot 6 keer vergroot of verkleind. Wanneer [FULL] is geselecteerd, wordt het scherm ongeveer 3 tot 10 keer vergroot of verkleind.
De scherpstelling en helderheid (belichting) aanpassen Beelden opnemen door de belichting en/of scherpstelling te vergrendelen [AF/AE vergrend.] Opnamemodus: De AF/AE-vergrendelingsfunctie is bijvoorbeeld handig wanneer het onderwerp te veel contrast heeft en u geen juiste belichting kunt krijgen (AE-vergrendeling) of wanneer u een foto wilt maken met een compositie waarbij het onderwerp buiten het AF-gebied ligt (AF-vergrendeling).
De scherpstelling en helderheid (belichting) aanpassen Beelden opnemen door de belichting en/of scherpstelling te vergrendelen [AF/AE vergrend.] ●●De AF-vergrendeling is alleen effectief in het volgende geval: •• [Handm. belicht.]-modus ●●Tijdens handmatige scherpstelling kan alleen de AE-vergrendeling gebruikt worden. ●●Alleen de AF-vergrendeling is ingeschakeld wanneer u films opneemt. Wanneer u de AF- vergrendeling opheft terwijl u films opneemt, kunt u de AF-vergrendeling niet opnieuw uitvoeren.
De scherpstelling en helderheid (belichting) aanpassen Foto’s opnemen met belichtingscompensatie Opnamemodus: Corrigeert de belichting als er tegenlicht is of als het onderwerp te donker of te licht is. 1 Draai de belichtingscompensatieknop om de compensatiewaarde te selecteren Onderbelicht Optimale belichting Pas de belichting aan in de [+]-richting Overbelicht Pas de belichting aan in de [-]-richting ••U kunt de belichtingscompensatiewaarde instellen in het bereik tussen -3 EV en +3 EV.
De scherpstelling en helderheid (belichting) aanpassen De ISO-gevoeligheid instellen Opnamemodus: Stel de ISO-gevoeligheid (lichtgevoeligheid) handmatig in. We raden hogere instellingen aan om scherpe foto’s te maken op donkere locaties. 1 Druk op de [ISO]-knop ( 2 Draai de bedieningsknop om de ISOgevoeligheid te selecteren en druk op [MENU/SET] ) ISO-gevoeligheid wordt automatisch ingesteld in een bereik tot 3200*1, afhankelijk van de helderheid van een onderwerp.
De scherpstelling en helderheid (belichting) aanpassen De ISO-gevoeligheid instellen ●●Wanneer [Hoge dynamiek] is geselecteerd als het beeldeffect (Filter), wordt [Gevoeligheid] vastgelegd op [AUTO]. ●●Wanneer een ander foto-effect (Filter) dan [Hoge dynamiek] is geselecteerd of wanneer [Multibelicht.] is ingesteld, kan de ISO-gevoeligheid worden ingesteld in een bereik tot [3200].
De scherpstelling en helderheid (belichting) aanpassen De ISO-gevoeligheid instellen De incrementele waarde voor ISO-gevoeligheid instellen Opnamemodus: U kunt de instelling wijzigen om de ISO-gevoeligheid te vergroten met 1 EV of 1/3 EV. → [Opname] → [ISO verhoging] [1/3EV] [1 EV] [L.100]* / [L.125]* / [L.
De scherpstelling en helderheid (belichting) aanpassen Instelling van de meetmodus Opnamemodus: U kunt de meetmethode voor het meten van de helderheid wijzigen.
Instellingen voor de sluiter en de aandrijving Sluitertype instellen Opnamemodus: U kunt beelden opnemen met twee typen sluitermodi: de mechanische sluiter en de elektronische sluiter. Mechanische sluiter Beschrijving De belichting wordt elektronisch gestart en beëindigd met de mechanische sluiter. Elektronische sluiter De belichting wordt elektronisch gestart en beëindigd.
Instellingen voor de sluiter en de aandrijving Een aandrijfstand selecteren Opnamemodus: U kunt schakelen tussen de bewerkingen die worden uitgevoerd wanneer u op de ontspanknop drukt. 1 Druk op de [ 2 Druk op om de aandrijfstand te selecteren en druk op [MENU/SET] ]-knop ( ) Aandrijfstand [Enkel] Wanneer op de ontspanknop wordt gedrukt, wordt slechts één beeld opgenomen. [Burstfunctie] (→142) Er wordt een opeenvolgende serie foto’s gemaakt terwijl de ontspanknop is ingedrukt.
Instellingen voor de sluiter en de aandrijving Burst-functie Opnamemodus: Er wordt een opeenvolgende serie foto’s gemaakt terwijl de ontspanknop is ingedrukt. ••Foto’s die gemaakt zijn terwijl de [Burstsnelh.] is ingesteld op [SH], worden samen als één burstgroep opgenomen (→201). 1 2 Druk op de [ 3 Druk op om de burstsnelheid te selecteren en druk op [MENU/SET] ]-knop ( ) Druk op om het burstpictogram ([ ] enz.) te selecteren en druk op [SH] (superhoge snelheid)*1 Snelheid (beelden/ sec.
Instellingen voor de sluiter en de aandrijving Burst-functie 4 Op het onderwerp scherpstellen en een foto maken 50i ••Houd de ontspanknop volledig ingedrukt om de burstmodus te activeren. ■■Burst annuleren Selecteer in stap 2 [ ] ([Enkel]) of [ ]. Scherpstellen in burstmodus Scherpstellen verschilt afhankelijk van de scherpstelmodus (→114) en de instelling van [Prio. focus/ontspan] (→125) in het [Voorkeuze]-menu. Scherpstelmodus [AFS] [AFF] / [AFC]*1 [MF] [Prio.
Instellingen voor de sluiter en de aandrijving Burst-functie ●●Wanneer de burstsnelheid staat ingesteld op [H] kan er bij het maken van een groot aantal burstfoto’s de burstsnelheid tijdens het opnemen van de beelden wel eens minder worden. ●●Wanneer de burstsnelheid is ingesteld op [SH] of [H] (de scherpstelmodus is ingesteld op [AFS] of [MF]), zijn de belichting en witbalans vastgezet op die van de eerste foto.
Instellingen voor de sluiter en de aandrijving Opnemen terwijl de belichting automatisch verandert [Auto bracket] Opnamemodus: Elke keer als er op de ontspanknop wordt gedrukt, worden maximaal 7 foto’s gemaakt met andere belichtingsinstellingen op basis van het belichtingscompensatiebereik.
Instellingen voor de sluiter en de aandrijving Opnemen terwijl de belichting automatisch verandert [Auto bracket] ■■De instelling enkel/burst, het compensatiebereik en de opnamevolgorde van Auto Bracket wijzigen Stel het menu in → [Opname] → [Auto bracket] Druk op om [Enkel/Burst instellen], [Stap] of [Serie] te selecteren en druk op [MENU/SET] Druk op om de instelling te selecteren en druk op [MENU/SET] [Enkel/Burst instellen] (enkel) (burst) 3·1/3 3·2/3 3·1 5·1/3 [Stap] 5·2/3 5·1 7·1/3 7·2/3 7·
Instellingen voor de sluiter en de aandrijving Automatisch de beeldverhouding wijzigen terwijl u beelden opneemt [Asp. bracket] Opnamemodus: Wanneer u één keer op de ontspanknop drukt, maakt de camera automatisch vier foto’s met vier typen beeldverhoudingen (4:3, 3:2, 16:9 en 1:1). (Het sluitergeluid klinkt slechts een keer.
Instellingen voor de sluiter en de aandrijving Foto’s maken met de zelfontspanner Opnamemodus: We raden u aan een statief te gebruiken. Deze optie is ook effectief om bewegingen te voorkomen wanneer de ontspanknop wordt ingedrukt, door de zelfontspanner in te stellen op 2 seconden.
Instellingen voor de sluiter en de aandrijving Foto’s maken met de zelfontspanner ●●Als u een foto maakt met een flitser wanneer [ flitsniveau niet stabiel. ] is ingesteld, is in sommige gevallen het Niet beschikbaar in de volgende gevallen: ●●Er kan niet worden ingesteld op [ ] in de onderstaande gevallen: •• Wanneer de bracket voor witbalans wordt ingesteld •• Wanneer [Multi-belicht.
Instellingen voor de sluiter en de aandrijving Panoramafoto’s maken Opnamemodus: U kunt eenvoudig een panoramafoto opnemen door de camera in de richting te schuiven waarin u de opname wilt maken en automatisch de burst te combineren van de beelden die u in die periode hebt opgenomen.
Instellingen voor de sluiter en de aandrijving Panoramafoto’s maken 5 Druk de ontspanknop volledig in en verschuif de camera in een kleine cirkelbeweging in de opnamerichting om te beginnen met opnemen Foto’s maken van links naar rechts 2 sec. 1 sec. Opnamerichting en voortgangsstatus (bij benadering) 3 sec. 4 sec. ••Verschuif de camera op een constante snelheid. ••U kunt mogelijk geen foto’s maken als u de camera te snel of te langzaam beweegt.
Instellingen voor de sluiter en de aandrijving Panoramafoto’s maken ■■Panoramafoto’s afspelen U kunt panoramafoto’s vergroten door de zoomhendel op dezelfde manier te bedienen als bij andere foto’s. Als u panoramafoto’s op dezelfde manier afspeelt als een film, bladert u tijdens het afspelen automatisch door de panoramafoto’s. (→70) ••Anders dan bij het afspelen van films kunt u niet snel vooruit of snel achteruit spoelen tijdens het automatisch bladeren door de panoramafoto’s.
Functies voor specifieke onderwerpen en doelen Automatisch beelden opnemen op vaste intervallen [Intervalopname] Opnamemodus: U kunt gegevens zoals de begintijd van de opname en de tijdvertraging om automatisch foto’s te maken vooraf instellen. Deze instelling is handig voor het opnemen van beelden op constante intervallen voor landschapscènes, observatie van de geleidelijke veranderingen in dieren/planten en andere toepassingen. De beelden worden als één groepsbeeld opgenomen.
Functies voor specifieke onderwerpen en doelen Automatisch beelden opnemen op vaste intervallen [Intervalopname] 4 Druk de ontspanknop volledig in 5 Selecteer de filmaanmaakmethode 6 ••De opname begint automatisch. ••Tijdens stand-by tussen de opnamen gaat de camera automatisch uit wanneer er een vooraf ingesteld interval geen bediening wordt verricht. De [Intervalopname]opname zal zelfs doorgaan als de camera uitgeschakeld wordt.
Functies voor specifieke onderwerpen en doelen Automatisch beelden opnemen op vaste intervallen [Intervalopname] ●●Deze functie is niet bedoeld voor toepassingsspecifieke systemen (bewakingscamera’s). ●●Als u niet bij de camera blijft tijdens [Intervalopname]-opnamen, zorg dan dat de camera niet gestolen wordt.
Functies voor specifieke onderwerpen en doelen Stop-motion-animatie maken [Stop-motionanimatie] Opnamemodus: U kunt foto’s aan elkaar plakken om een stop-motion-animatie te maken. ••Stel de datum en tijd van tevoren in. (→29) ••Foto’s die zijn vastgelegd door deze beeld voor beeld op te nemen, worden in één groepsbeeld gegroepeerd.
Functies voor specifieke onderwerpen en doelen Stop-motion-animatie maken [Stop-motionanimatie] 3 4 5 6 Druk op om [Start] te selecteren en druk op [MENU/SET] Druk op om [Nieuw] te selecteren en druk op [MENU/SET] Druk de ontspanknop volledig in ••U kunt maximaal 9.999 frames opnemen. Verplaats het onderwerp om de compositie te bepalen ••Herhaal het maken van foto’s op dezelfde manier.
Functies voor specifieke onderwerpen en doelen Stop-motion-animatie maken [Stop-motionanimatie] 9 Druk op om [Uitvoer.] te selecteren en druk op [MENU/SET] ••Er verschijnt een verzoek om bevestiging. Als u hierin [Ja] kiest, wordt de bewerking uitgevoerd. ••U kunt ook stop-motion-animatie maken met [Stopmotionvideo] in het [Afspelen]-menu.
Functies voor specifieke onderwerpen en doelen Meerdere belichtingen uitvoeren voor één beeld [Multi-belicht.] Opnamemodus: U kunt een effect maken dat identiek is aan het maximaal vier keer belichten van één beeld. 1 Stel het menu in 2 Druk op om [Start] te selecteren en druk op [MENU/SET] 3 Kies uw compositie en neem het eerste beeld op → [Opname] → [Multi-belicht.] ••Nadat u het eerste beeld hebt opgenomen, drukt u de ontspanknop half in om naar de volgende opname te gaan.
Functies voor specifieke onderwerpen en doelen Meerdere belichtingen uitvoeren voor één beeld [Multi-belicht.] ■■Instelling van de automatische versterkingscompensatie Selecteer [Auto gain] op het scherm in stap 2 (→159). ••[ON]: voegt diverse beelden tot één beeld samen door automatisch de helderheid aan te passen in overeenstemming met het aantal opgenomen beelden.
Functies voor specifieke onderwerpen en doelen De pieptonen en de flitser tegelijkertijd uitschakelen [Stille modus] Opnamemodus: Deze modus is nuttig wanneer u beelden opneemt in een rustige omgeving of op openbare locaties of wanneer u beelden opneemt van een onderwerp zoals een baby of dier. 1 Stel het menu in → [Voorkeuze] → [Stille modus] Instellingen: [ON]/[OFF] ••Deze modus dempt pieptonen, stelt de flitser in op [Gedwongen uit] en schakelt het AF-assistlampje uit.
Functies voor specifieke onderwerpen en doelen Opnemen met de gezichtsherkenningsfunctie [Gezicht herk.] Opnamemodus: De gezichtsherkenningsfunctie herkent een gezicht dat identiek is aan een geregistreerd gezicht en past de scherpstelling en belichting voor het gezicht automatisch met een hogere prioriteit aan.
Functies voor specifieke onderwerpen en doelen Opnemen met de gezichtsherkenningsfunctie [Gezicht herk.] Niet beschikbaar in de volgende gevallen: ●●[Gezicht herk.
Functies voor specifieke onderwerpen en doelen Opnemen met de gezichtsherkenningsfunctie [Gezicht herk.] 4 Druk op om het aan te passen onderdeel te selecteren en druk op [MENU/SET] [Naam] Druk op om [SET] te selecteren en druk vervolgens op [MENU/SET] Voer de naam in (zie "Tekst invoeren": (→52)) [Leeftijd] Stel de geboortedatum in.
Functies voor specifieke onderwerpen en doelen Het profiel instellen voor een baby of huisdier om in een beeld op te nemen Opnamemodus: U kunt een naam of geboortedatum van een baby of huisdier instellen voordat u een beeld opneemt zodat de naam of leeftijd in maanden/jaar in het beeld wordt vermeld.
Functies voor specifieke onderwerpen en doelen Het relevante scherm weergeven voor specifieke opnameomstandigheden Het gebied controleren waar overbelichting kan plaatsvinden ([Zebrapatroon]) Opnamemodus: U kunt het gebied in een beeld controleren dat lichter is dan een bepaalde helderheid, wat tot overbelichting zou kunnen leiden, door een dergelijk gebied met een zebrapatroon weer te geven. U kunt ook de helderheid aanpassen die door het zebrapatroon moet worden vertegenwoordigd.
Functies voor specifieke onderwerpen en doelen Het relevante scherm weergeven voor specifieke opnameomstandigheden ●●Als er sprake is van overbelichting, raden we aan beelden op te nemen met een lagere belichtingswaarde (→135), waarbij u het histogram (→64) als richtlijn gebruikt. ●●Het weergegeven zebrapatroon wordt niet opgenomen.
Stabilizer, zoomen en flitsen Beweging corrigeren Opnamemodus: Neemt automatisch beweging waar en corrigeert die. 1 Stel het menu in 2 Selecteer met → (Normaal) (Pannen) [OFF] [Opname] → [Stabilisatie] het onderdeel en druk op [MENU/SET] Hiermee corrigeert u verticale en horizontale beweging. Hiermee corrigeert u verticale beweging.
Stabilizer, zoomen en flitsen Beweging corrigeren ●●Wanneer u een statief gebruikt, raden we u aan [Stabilisatie] in te stellen op [OFF]. ●●Als u wilt verschuiven door [ ] te selecteren, raden we u aan te fotograferen via de zoeker.
Stabilizer, zoomen en flitsen Zoom gebruiken Opnamemodus: U kunt het gebied van een beeld dat u wilt opnemen, met de zoomfunctie aanpassen. Zoomhendel Zoomhendel verplaatsen Bedieningsring Draai de bedieningsring* * U kunt een zoombewerking uitvoeren door de instelling [Zoom] aan de bedieningsring toe te wijzen.
Stabilizer, zoomen en flitsen Zoom gebruiken Zoomtypes en gebruik De zoomfactor verandert wanneer de fotoresolutie wordt gewijzigd. Optische zoom U kunt inzoomen zonder dat de beeldkwaliteit verslechtert. Maximale vergroting: 3,1x Niet beschikbaar in het volgende geval: •• Tijdens het opnemen van panoramafoto’s Extra optische zoom Deze functie werkt wanneer fotoresoluties met [ ] zijn geselecteerd in [Fotoresolutie] (→108).
Stabilizer, zoomen en flitsen Zoom gebruiken Om de zoomfactor nog verder te verhogen, kunt u de volgende zoomfuncties in combinatie gebruiken. [i.Zoom] Opnamemodus: Met de intelligente resolutietechnologie van de camera kunt u de zoomfactor verhogen naar 2 x de oorspronkelijke zoomfactor waarbij de beeldkwaliteit maar beperkt verslechtert. → [Opname] → [i.Zoom] → [ON]/[OFF] → [Bewegend beeld] → [i.
Stabilizer, zoomen en flitsen Zoom gebruiken [Dig. zoom] Opnamemodus: 4 x verder inzoomen dan met de optische/extra optische zoom. Let erop dat bij de digitale zoom door vergroting de beeldkwaliteit verslechtert. → [Opname] → [Dig. zoom] → [ON]/[OFF] → [Bewegend beeld] → [Dig. zoom] → [ON]/[OFF] ●●Wanneer [Dig. zoom] tegelijkertijd met [i.Zoom] wordt gebruikt, kunt u de zoomfactor slechts tot 2 x verhogen. ●●Wanneer u [Dig.
Stabilizer, zoomen en flitsen Zoom gebruiken [Stapsg. zoom] Opnamemodus: U kunt de zoombediening zo instellen dat de kijkhoek (beeldhoek) gemakkelijk zichtbaar is voor de brandpuntsafstand van een reguliere lens met vaste brandpuntsafstand (als bij een filmcamera van 35 mm). Wanneer u de [Stapsg. zoom] gebruikt, kunt u de zoomfactor even gemakkelijk bedienen als het aanpassen van de cameralens.
Stabilizer, zoomen en flitsen Zoom gebruiken De zoombewerkingsinstellingen wijzigen → [Voorkeuze] → [Zoomschakelaar] → [Voorkeuze] → [Bedieningsring] Zoom Stapsgewijze zoom De zoom werkt normaal. Elke keer als wordt gezoomd, stopt de zoom bij de positie voor een van de vooraf ingestelde brandpuntsafstanden.
Stabilizer, zoomen en flitsen Beelden opnemen met de (bijgeleverde) flitser Opnamemodus: Wanneer de flitser (bijgeleverd) is aangebracht, kunt u alle flitsfuncties (de [MANUAL] instelling, enz.) gebruiken die met dit apparaat beschikbaar zijn. (Onthoud echter dat deze flitser niet als draadloze flitser kan worden gebruikt.) In dit gedeelte wordt beschreven hoe u een beeld kunt opnemen met gebruikmaking van de flitser (bijgeleverd).
Stabilizer, zoomen en flitsen Beelden opnemen met de (bijgeleverde) flitser ■■De flitser verwijderen Schakel de camera en de flitser uit Houd de ontgrendelingsknop ingedrukt en trek de flitser in de richting van de pijl om de flitser eraf te halen Ontgrendelingsknop •• Ontkoppel de flitser altijd langzaam en zorgvuldig. •• Bevestig de bescherming flitsschoen op de flitsschoen van de camera. •• Bewaar de verwijderde flitser in het bijbehorende zachte tasje.
Stabilizer, zoomen en flitsen Beelden opnemen met de (bijgeleverde) flitser Effectief gebruik van de flitser Een beeld opnemen met de flitser als het onderwerp te dicht bij is, kan tot overbelichting leiden. Wanneer u [Highlight] in het [Voorkeuze]-menu instelt op [ON], knipperen de overbelichte gebieden zwart-wit tijdens [Auto review] of tijdens het afspelen. In dat geval raden wij u aan het beeld opnieuw op te nemen, bijvoorbeeld na het instellen van een lager flitsniveau met [Flitser instel.] (→183).
Stabilizer, zoomen en flitsen Beelden opnemen met de (bijgeleverde) flitser De flitsmodus wijzigen (handmatig flitsen) Opnamemodus: U kunt selecteren of het flitsniveau automatisch of handmatig wordt ingesteld. 1 Stel het menu in → 2 [Opname] → [Flitser] → [Flitser functie] Selecteer met het onderdeel en druk op [MENU/SET] [TTL] De camera stelt het flitsniveau automatisch in. [MANUAL] U kunt de flitsverhouding handmatig instellen.
Stabilizer, zoomen en flitsen Beelden opnemen met de (bijgeleverde) flitser Flitsmodus wijzigen Opnamemodus: Stel de flitser in overeenstemming met de opname in. 1 Stel het menu in → 2 Druk op [Opname] → [Flitser] → [Flitserfunctie] om het onderdeel te selecteren en druk op [MENU/SET] : [Flitser altijd aan] : [Gdw. aan/rode-og]* : [Langz. sync.] : [Lngz. sync./rode-og]* : [Gedwongen uit] Fotografeer altijd met de flitser.
Stabilizer, zoomen en flitsen Beelden opnemen met de (bijgeleverde) flitser ■■Sluitertijd voor elke flitsmodus Flitsmodus Sluitertijd (seconden) Flitsmodus Sluitertijd (seconden) 1/60*1 - 1/4000 1 - 1/16000 120*2 - 1/16000 *1 De sluitertijd is ingesteld op 60 seconden in de [Sluiterprioriteit]-modus en op T (time) in de [Handm. belicht.]-modus. *2 De sluitertijd is ingesteld op T (time) in de [Handm. belicht.]-modus.
Stabilizer, zoomen en flitsen Beelden opnemen met de (bijgeleverde) flitser De 2e gordijnsynchronisatie instellen Opnamemodus: De 2e gordijnsynchronisatie is een opnamemethode waarbij de flitser afgaat vlak vóór de sluiter ontspant wanneer u een beeld opneemt van een bewegend onderwerp (zoals een rijdende auto) met gebruikmaking van de flitser en met een lange sluitertijd.
Stabilizer, zoomen en flitsen Beelden opnemen met de (bijgeleverde) flitser Het flitsniveau aanpassen Opnamemodus: Stel het flitsniveau af wanneer een beeld dat is opgenomen met gebruikmaking van de flitser te licht of te donker is. 1 Stel het menu in → 2 Druk op [Opname] → [Flitser] → [Flitser instel.] om het flitsniveau in te stellen en druk op [MENU/SET] Instellingen: -3 EV tot +3 EV (eenheid: 1/3 EV) Wanneer u de intensiteit van de flitser niet wilt aanpassen, selecteert u [±0 EV].
Stabilizer, zoomen en flitsen Beelden opnemen met de (bijgeleverde) flitser Draadloos flitsen instellen Opnamemodus: Wanneer u de flitsers (optioneel: DMW-FL360L, DMW-FL580L) met de opnamefunctie voor draadloos flitsen gebruikt, kunt u het flitsen van de flitsers afzonderlijk regelen in drie groepen, en van de flitser die op de flitsschoen van de camera is aangesloten.
Stabilizer, zoomen en flitsen Beelden opnemen met de (bijgeleverde) flitser 2 Stel het menu in 3 Druk op 4 Druk op om [Draadloos kanaal] te selecteren en druk op [MENU/SET] Druk op om het kanaal te selecteren en druk op [MENU/SET] 5 6 7 → [Opname] → [Flitser] → [Draadloos] om [ON] te selecteren en druk op [MENU/SET] •• Wanneer [Draadloos] is ingesteld op [ON], verschijnt [WL] bij het flitspictogram op het opnamescherm.
Stabilizer, zoomen en flitsen Beelden opnemen met de (bijgeleverde) flitser ■■Het voortbrengen van communicatielicht instellen dat moet worden gebruikt wanneer met een draadloze flitser wordt opgenomen → [Opname] → [Flitser] → [Communicatielicht] Instellingen: [HIGH] / [STANDARD] / [LOW] 186 SQW0028
Films opnemen Films opnemen U kunt beelden opnemen in volledige HD-kwaliteit die aan de AVCHD-norm voldoet, evenals films in MP4 opnemen. U kunt tevens 4K-films in MP4 opnemen. (→194) Het geluid wordt in stereo opgenomen. Instelling van het formaat, de beeldresolutie en de opnamesnelheid in frames Opnamemodus: 1 Stel het menu in 2 Selecteer met 3 4 187 → [Bewegend beeld] → [Opname-indeling] het onderdeel en druk op [MENU/SET] [AVCHD] Dit gegevensformaat is geschikt voor weergave op HD TV’s.
Films opnemen Films opnemen Wanneer [AVCHD] is geselecteerd Onderdeel Fotoresolutie [FHD/28M/50p]* 1920×1080 Opnamesnelheid Sensoruitgangssignaal in frames 50p 50 fps Bitwaarde Ongeveer 28 Mbps [FHD/17M/50i] 1920×1080 50i 50 fps Ongeveer 17 Mbps [FHD/24M/25p] 1920×1080 50i 25 fps Ongeveer 24 Mbps [FHD/24M/24p] 1920×1080 24p 24 fps Ongeveer 24 Mbps * AVCHD Progressive Wanneer [MP4] is geselecteerd Onderdeel Fotoresolutie Opnamesnelheid Sensoruitgangssignaal in frames Bitwaarde [4K/
Films opnemen Films opnemen ■■Compatibiliteit van de opgenomen films Films die zijn opgenomen in [AVCHD] of [MP4] kunnen worden afgespeeld met een slechte beeld- of geluidskwaliteit of kunnen helemaal niet worden afgespeeld, zelfs niet als ze worden afgespeeld met apparatuur die compatibel is met deze formaten. Ook kan de opnamegegevens dan niet goed worden weergegeven. Gebruik in dit geval dit apparaat.
Films opnemen Films opnemen Films opnemen Opnamemodus: U kunt bij filmopnamen ook handmatig de diafragmawaarde en de sluitertijd instellen. (→80) De camera stelt automatisch de diafragmawaarde en de sluitertijd in en kiest de optimale scène-instelling voor het filmen in de modus [Intelligent auto]. (→76) 1 Filmknop indrukken om te gaan filmen •• Na indrukken laat u de filmknop onmiddellijk weer los. •• Terwijl u films opneemt, knippert de opnamestatusindicator (rood).
Films opnemen Films opnemen Omtrent de diafragmawaarde en de sluitertijd voor het filmen ●●Diafragmawaarde ••Om films op te nemen waarbij zowel het onderwerp als de achtergrond scherp zijn, stelt u de diafragmawaarde op een hogere waarde in. Om films op te nemen met een onscherpe achtergrond, stelt u een lagere waarde in. ●●Sluitertijd ••Als u een scherpe film wilt opnemen van een snel bewegend onderwerp, stelt u een kortere sluitertijd in.
Films opnemen Films opnemen De filmknop in-/uitschakelen → [Voorkeuze] → [Videotoets] → [ON]/[OFF] ●●Deze functie voorkomt onjuiste bediening van de knop. De kijkhoekinstelling schakelen die gebruikt wordt voor het maken van foto’s en het opnemen van films → [Voorkeuze] → [Opn.gebied] → (foto) / (film) ●●Als de beeldverhouding verschilt voor foto’s en films, verandert de kijkhoek wanneer u een film gaat opnemen. Wanneer u [Opn.
Films opnemen Films opnemen ●●Als de omgevingstemperatuur hoog is of er sprake is van een continue filmopname, wordt [ ] weergegeven en wordt de opname mogelijk halverwege stopgezet om de camera te beschermen. ●●Als de extra optische zoom wordt gebruikt voordat u op de filmknop drukt, worden deze instellingen gewist en wordt het opnamegebied aanzienlijk gewijzigd. ●●Als u bewerkingen uitvoert zoals zoomen, knoppen of wieltjes gebruikt terwijl u een film opneemt, kan bedieningsgeluid worden opgenomen.
Films opnemen Films opnemen Films opnemen van 4K Opnamemodus: U kunt films van 4K op hoge resolutie opnemen door [Opn. kwaliteit] op [4K] in te stellen. ••Gebruik voor het opnemen van films van 4K een kaart van UHS-snelheidsklasse 3. (→25) ••Wanneer u films van 4K opneemt, wordt de kijkhoek smaller dan bij films van andere formaten. ■■Films opnemen van 4K Selecteer de opnamemodus (→59) Stel de [Opname-indeling] in het [Bewegend beeld]-menu in op [MP4] (→187) Stel [Opn.
Films opnemen Films opnemen Vastleggen van een foto met hoge resolutie uit een 4K-film [4K-FOTO] U kunt een foto maken met een resolutie van ongeveer 8 megapixels uit een 4K-film die is opgenomen met de instelling [4K-FOTO]. U kunt een foto maken die een enkele moment vastlegt op soortgelijke manier als bij hoge-snelheid burst-opnamen. Deze instelling is niet beschikbaar in de [Intelligent auto]-modus. Films opnemen van 4K ••Gebruik voor het opnemen van films van 4K een kaart van UHS-snelheidsklasse 3.
Films opnemen Films opnemen 4 5 Draai aan de diafragmaring en de sluitertijdknop om de opnamemodus in te stellen •• Wij raden u aan om de modus [Sluiterprioriteit] te kiezen en de sluitertijd in te stellen op 1/1000 seconde of hoger, om bewegingsonscherpte van uw onderwerp te voorkomen. Om een onderwerp dat snel beweegt op te nemen, stelt u de sluitertijd in op 1/2000 seconde of sneller.
Films opnemen Films opnemen Foto’s nemen van een film 1 Geef het beeld weer dat u als foto wilt vastleggen door op te drukken om een film tijdens het afspelen op de camera te pauzeren •• U kunt door indrukken van de enkel-frame bewegingen vooruit/terugwaarts uitvoeren. drukt, kunt u snel •• Wanneer u op de [Fn2]-knop en dan op naar een plaats gaan waar u tijdens het filmen een markering had aangebracht. (U kunt ditzelfde ook doen tijdens het afspelen van de filmbeelden.
Films opnemen Foto’s maken terwijl u een film opneemt Opnamemodus: U kunt tussen het filmen door gewoon foto’s opnemen. (Gelijktijdig opnemen) 1 Druk tijdens het filmen de ontspanknop volledig in ••Wanneer u een foto maakt, wordt het pictogram voor het gelijktijdig opnemen van foto’s/films weergegeven. De film- of fotoprioriteit instellen Opnamemodus: Met [Foto/film] in het [Bewegend beeld]-menu kunt u de opnamemethode van een foto instellen die gemaakt moet worden terwijl u een film opneemt.
Films opnemen Gebruik van het [Bewegend beeld]-menu Zie voor de instelprocedures voor het [Bewegend beeld]-menu (→31). ••De menuonderdelen [Fotostijl], [AFS/AFF/AFC], [Meetfunctie], [Schaduw markeren], [Int.dynamiek], [I.resolutie], [i.Zoom] en [Dig. zoom] komen voor in zowel het [Opname]menu als het [Bewegend beeld]-menu. Als een instelling in het ene menu wordt gewijzigd, wordt de instelling met dezelfde naam in het andere menu ook automatisch gewijzigd.
Films opnemen Gebruik van het [Bewegend beeld]-menu Zie voor de instelprocedures voor het [Bewegend beeld]-menu (→31). [Micr. weerg.] Opnamemodus: U kunt instellen of u het microfoonniveau wel of niet op het opnamescherm wilt weergeven. Instellingen: [ON]/[OFF] Niet beschikbaar in het volgende geval: ●●Wanneer het foto-effect (Filter) is ingesteld op ([Miniatuureffect]) [Micr. instellen] Opnamemodus: U kunt het geluidsinvoerniveau in 4 stappen aanpassen.
Beelden afspelen en bewerken Het groepsbeeld bekijken U kunt achtereenvolgens meerdere beelden in een groep afspelen of groepsbeelden een voor een afspelen. ]: achtereenvolgens opgenomen beelden groeperen [ door [Burstsnelh.] in te stellen op [SH] (→142) 15 foto [ ]: opgenomen beelden groeperen met [Intervalopname] (→153) [ ]: opgenomen beelden groeperen met [Stopmotionanimatie] (→156) ••U kunt beelden in groepen verwijderen of bewerken.
Beelden afspelen en bewerken Het groepsbeeld bekijken Groepsbeelden een voor een afspelen 1 Selecteer een beeld met het submenu-pictogram ([ ]) en druk dan op •• Het submenu wordt weergegeven. 2 Selecteer met [MENU/SET] 3 Schuif met [Groepsweergave] en druk op Groepsweergave Uploaden (Wi-Fi) door de beelden •• Wanneer u gebruikt om [Groepsweergave verlaten] te selecteren en op [MENU/SET] drukt na nogmaals op te hebben gedrukt, verschijnt het scherm voor normaal afspelen weer.
Beelden afspelen en bewerken Overnemen van foto’s uit films Een scène uit een film opslaan als een foto. ••Raadpleeg (→195) voor de methode voor het vastleggen van een foto uit een 4K film die is opgenomen door [4K-FOTO] in te stellen op [ON]. 1 Geef het beeld weer dat u als foto wilt vastleggen door op te drukken om een film tijdens het afspelen op de camera te pauzeren ••Wanneer u in de pauzestand op vooruit/achteruit spoelen.
Beelden afspelen en bewerken Gebruik van het [Afspelen]-menu U kunt opgenomen beelden beveiligen, het formaat aanpassen, afdrukinstellingen en andere instellingen voor de opgenomen beelden opgeven. ••Voor de instelprocedures van het menu. (→31) ●●In de volgende gevallen worden er nieuwe beelden gemaakt nadat ze zijn bewerkt. Controleer voordat u gaat bewerken of er voldoende vrije ruimte is op de geheugenkaart. •• [RAW-verwerking] •• [Tekst afdr.] •• [Intervalvideo] •• [Stop-motionvideo] •• [Nw. rs.
Beelden afspelen en bewerken Gebruik van het [Afspelen]-menu ■■Instellingen zoals muziek of weergavetijd wijzigen Selecteer [Effect] of [Set-up] en druk vervolgens op [MENU/SET]. [Effect] [Set-up] [AUTO]/[NATURAL]/[SLOW]/[SWING]/[URBAN]/[OFF] [Duur] [1SEC] / [2SEC] / [3SEC] / [5SEC] [Herhalen] [ON] / [OFF] [Geluid] [OFF]: Er wordt geen muziek of filmgeluid afgespeeld. [AUTO]: B ij foto’s wordt er muziek afgespeeld en bij films wordt het filmgeluid weergegeven.
Beelden afspelen en bewerken Gebruik van het [Afspelen]-menu [Afspeelfunctie] Opgenomen beelden kunnen worden weergegeven op diverse manieren. 1 Stel het menu in → 2 [Afspelen] → [Afspeelfunctie] Selecteer met [MENU/SET] het onderdeel en druk op Wanneer u [Categor. afsp.] selecteert in stap 2 hierboven 3 Selecteer met de categorie en druk op [MENU/SET] •• De beschikbare categorieën zijn als volgt. [Gezicht herk.
Beelden afspelen en bewerken Gebruik van het [Afspelen]-menu [Locatie vermelden] Nadat u plaatsinformatie (breedtegraad en lengtegraad) die verkregen is met uw smartphone/tablet naar dit apparaat hebt verzonden, kunt u deze informatie met dit apparaat op de beelden schrijven. Voorbereiding Plaatsinformatie naar dit apparaat verzenden vanaf uw smartphone/tablet. (→237) •• U moet "Panasonic Image App" op uw smartphone/tablet installeren.
Beelden afspelen en bewerken Gebruik van het [Afspelen]-menu [RAW-verwerking] Met de camera kunt u foto’s ontwikkelen die in de bestandsindeling RAW zijn opgenomen. De gemaakte foto’s worden in JPEG-indeling opgeslagen. U kunt de foto’s ontwikkelen terwijl u de effecten op het scherm bevestigt. 1 Stel het menu in → 2 3 208 [Afspelen] → [RAW-verwerking] Druk op om het RAW-bestand te selecteren en druk op [MENU/SET] Druk op om de optie te selecteren •• De volgende onderdelen kunnen worden ingesteld.
Beelden afspelen en bewerken Gebruik van het [Afspelen]-menu 4 Druk op [MENU/SET] om in te stellen 5 Druk op [MENU/SET] 6 Druk op •• De instelmethoden variëren per onderdeel. Zie "Onderdelen instellen" voor details. •• Het scherm in stap 3 verschijnt weer. Wanneer u nog een onderdeel wilt instellen, herhaalt u stap 3 tot en met 5. om [Start verwerking] te selecteren en druk op [MENU/SET] •• Er verschijnt een verzoek om bevestiging. Als u hierin [Ja] kiest, wordt de bewerking uitgevoerd.
Beelden afspelen en bewerken Gebruik van het [Afspelen]-menu Wanneer [Set-up] wordt geselecteerd Wanneer u een onderdeel selecteert, wordt het scherm voor de selectie van [Aanpassingen herstellen], [Kleurruimte] of [Fotoresolutie] weergegeven. Selecteer met het onderdeel en druk op [MENU/SET] •• Wanneer [Aanpassingen herstellen] is geselecteerd, wordt een bevestigingsscherm weergegeven. Wanneer u [Ja] selecteert, verschijnt het onderdeelselectiescherm weer.
Beelden afspelen en bewerken Gebruik van het [Afspelen]-menu [Titel bew.] U kunt lettertekens (opmerkingen) op een opgenomen beeld invoeren. 1 Stel het menu in → 2 [Afspelen] → [Titel bew.] → [Enkel] of [Multi] Selecteer een foto [Enkel] Selecteer met Titel bew. een foto en druk op [MENU/SET] [Multi] (tot 100 beelden) Selecteer met Instelling [Titel bew.] een foto en druk op [MENU/SET] •• Annuleren → Druk nogmaals op [MENU/SET]. •• Uitvoeren → Selecteer met [Uitvoer.] en druk op [MENU/SET].
Beelden afspelen en bewerken Gebruik van het [Afspelen]-menu [Tekst afdr.] U kunt de opnamedatum en -tijd, namen, de reisbestemming, reisdatums enzovoort op de gemaakte foto’s afdrukken. 1 Stel het menu in → 2 [Afspelen] → [Tekst afdr.] → [Enkel] of [Multi] Selecteer een foto [Enkel] Selecteer met Tekst afdruk. een foto en druk op [MENU/SET] [Multi] (tot 100 beelden) Selecteer met een foto en druk op [MENU/SET] ( Instelling [Tekst afdr.] [Tekst afdr.
Beelden afspelen en bewerken Gebruik van het [Afspelen]-menu ■■Onderdelen die kunnen worden afgedrukt [Opnamedatum] [Naam] [ZON.
Beelden afspelen en bewerken Gebruik van het [Afspelen]-menu [Splits video] Een enkele film kan gesplitst worden in 2 delen. Dit is handig wanneer u alleen de beste scènes wilt bewaren, of als u overbodige scènes wilt verwijderen om meer ruimte te maken op uw kaart, zoals op reis.
Beelden afspelen en bewerken Gebruik van het [Afspelen]-menu [Intervalvideo] U kunt een film maken op basis van de beelden in een groep die is opgenomen met [Intervalopname]. De film die u gemaakt hebt, wordt opgeslagen in de MP4-indeling.
Beelden afspelen en bewerken Gebruik van het [Afspelen]-menu [Nw. rs.] De fotoresolutie kan worden verkleind als u foto’s als e-mailbijlage wilt meesturen, wilt gebruiken op uw website, enzovoort. 1 Stel het menu in → 2 [Afspelen] → [Nw. rs.] → [Enkel] of [Multi] Selecteer een foto en een fotoresolutie [Enkel] Selecteer met een foto en druk op [MENU/SET] Selecteer met een formaat en druk op [MENU/SET] •• Er verschijnt een verzoek om bevestiging.
Beelden afspelen en bewerken Gebruik van het [Afspelen]-menu [Bijsnijden] Uw foto’s vergroten en ongewenste gebieden wegsnijden. 1 Stel het menu in → 2 3 [Afspelen] → [Bijsnijden] Selecteer met een foto en druk op [MENU/SET] Selecteer het gebied dat u wilt wegsnijden en druk dan op [MENU/SET] •• Er verschijnt een verzoek om bevestiging. Als u hierin [Ja] kiest, wordt de bewerking uitgevoerd. Vergroten Wijzigingspositie ●●Voer de bijsnijding uit voor elk beeld in de groep.
Beelden afspelen en bewerken Gebruik van het [Afspelen]-menu [Roteren]/[Scherm roteren] U kunt een foto die staand is opgenomen, automatisch weergeven door deze te maken terwijl u de camera verticaal houdt, of het beeld handmatig in stappen van 90 graden draaien. [Roteren] Een beeld handmatig draaien ••U kunt [Roteren] niet selecteren wanneer [Scherm roteren] is ingesteld op [OFF].
Beelden afspelen en bewerken Gebruik van het [Afspelen]-menu [Favorieten] Door uw favoriete beelden te markeren met een ster [ ], kunt u vlot alleen uw favoriete beelden afspelen of kunt u alle beelden behalve uw favorieten verwijderen. 1 Stel het menu in → 2 [Afspelen] → [Favorieten] → [Enkel] of [Multi] Selecteer een beeld [Enkel] Selecteer met een beeld en druk op [MENU/SET] •• Annuleren → Druk nogmaals op [MENU/SET].
Beelden afspelen en bewerken Gebruik van het [Afspelen]-menu [Print inst.] Hier kunt u instellingen voor beeld/beeldnr./datum afdrukken maken, voor als u afdrukt met een DPOF-geschikte printer of bij een DPOF-geschikte fotozaak. (Vraag bij de fotozaak of ze DPOF kunnen afdrukken.) 1 Stel het menu in → 2 [Afspelen] → [Print inst.
Beelden afspelen en bewerken Gebruik van het [Afspelen]-menu [Beveiligen] Beveiliging instellen om te voorkomen dat beelden worden gewist. Voorkomt dat belangrijke beelden worden gewist. 1 Stel het menu in → 2 [Afspelen] → [Beveiligen] → [Enkel] of [Multi] Selecteer een beeld [Enkel] Selecteer met een beeld en druk op [MENU/SET] •• Annuleren → Druk nogmaals op [MENU/SET]. Beeld beveiligd [Multi] Selecteer met een beeld en druk op [MENU/SET] •• Annuleren → Druk nogmaals op [MENU/SET].
Beelden afspelen en bewerken Gebruik van het [Afspelen]-menu [Gez.herk. bew.] De herkenningsinformatie voor beelden met een onjuiste gezichtsherkenning bewerken of verwijderen. 1 Stel het menu in → [Afspelen] → [Gez.herk. bew.] → [REPLACE] of [DELETE] 2 3 Selecteer met een beeld en druk op [MENU/SET] Selecteer met een persoon en druk op [MENU/SET] 4 Selecteer met [MENU/SET] 5 •• Als u [DELETE] wilt uitvoeren, gaat u naar stap 5.
Beelden afspelen en bewerken Gebruik van het [Afspelen]-menu [Foto's sorteren] U kunt de weergavevolgorde instellen die voor het afspelen van beelden op dit apparaat wordt gebruikt. 1 Stel het menu in → 2 [Afspelen] → [Foto's sorteren] Selecteer met het onderdeel en druk op [MENU/SET] Hiermee geeft u beelden op volgorde van mapnaam of bestandsnaam weer. Met deze weergave-indeling kunt u de opslaglocatie van een beeld op een kaart gemakkelijker terugvinden.
Wi-Fi Wi-Fi®-functie en NFC-functie ■■De camera als draadloos LAN-apparaat gebruiken Wanneer u apparatuur of computersystemen gebruikt die een betrouwbaardere beveiliging nodig hebben dan draadloze LAN-apparatuur, dient u te zorgen dat de juiste maatregelen worden genomen voor veiligheidsontwerpen en defecten voor de gebruikte systemen. Panasonic accepteert geen verantwoordelijkheid voor schade als het gevolg van het gebruik van de camera voor andere doeleinden dan als draadloos LAN-apparaat.
Wi-Fi Wi-Fi®-functie en NFC-functie ■■Het Wi-Fi-verbindingslampje Wi-Fi-verbindingslampje Brandt blauw: Wanneer de Wi-Fi-functie op "ON" staat Blauw knipperend: Bij het verzenden van gegevens [Wi-Fi]-knop ■■Informatie over de [Wi-Fi]-knop U kunt de [Wi-Fi]/[Fn2]-knop op twee manieren gebruiken, ofwel als de [Wi-Fi]knop voor weergave in de zoeker of als een functieknop [Fn2]. Deze is ingesteld op [Wi-Fi] op het moment van aanschaf.
Wi-Fi Wi-Fi®-functie en NFC-functie ••Als u op de [Wi-Fi]-knop drukt tijdens een Wi-Fi-verbinding, wordt de volgende bewerking ingeschakeld. [Verbinding beëindigen] Hiermee verbreekt u de Wi-Fi-verbinding. [Doelapparaat wijzigen]*1 Hiermee verbreekt u de Wi-Fi-verbinding en kunt u een andere Wi-Fi-verbinding selecteren. [Instellingen wijzigen voor versturen]*2 Voor meer informatie (→271).
Wi-Fi Wat u kunt doen met de Wi-Fi-functie De camera bedienen door deze aan te sluiten op een smartphone (→228) Beelden opnemen via een smartphone (opnemen op afstand) Beelden in de camera op een smartphone/tablet afspelen Beelden in de camera op de smartphone/tablet opslaan Beelden in de camera naar sociale-netwerkdiensten verzenden De plaatsinformatie op beelden in de camera schrijven Gemakkelijk verbinden, gemakkelijk beelden overbrengen U kunt gemakkelijk de Wi-Fi-functies gebruiken door op de [Wi-Fi]
Wi-Fi De camera bedienen door deze met een smartphone te verbinden U kunt de camera op afstand bedienen met een smartphone. De "Panasonic Image App" (hierna "Image App" genoemd) moet op uw smartphone geïnstalleerd zijn. De app "Panasonic Image App" voor smartphone/tablet installeren De "Image App" is een app die door Panasonic wordt aangeboden en waarmee uw smartphone de volgende bewerkingen van een Wi-Fi-compatibele LUMIX kan uitvoeren. Voor Android™-apps Ondersteunde Android 2.3.
Wi-Fi De camera bedienen door deze met een smartphone te verbinden Verbinding maken met een smartphone U kunt gemakkelijk een Wi-Fi-verbinding tot stand brengen op de camera door op de [WiFi]-knop te drukken en deze ingedrukt te houden, of met de NFC-functie. Voorbereiding Installeer "Image App" van tevoren.
Wi-Fi De camera bedienen door deze met een smartphone te verbinden ■■Gebruik van een iOS-apparaat ••Wanneer een QR-code wordt gelezen om te verbinden (Stap tot en met zijn niet nodig wanneer u opnieuw verbinding wilt maken.) Start "Image App" (→228) Selecteer [QR-code] → [OK] Lees de QR-code die op dit apparaat wordt weergegeven met "Image App" (Wanneer u op [MENU/SET] op de camera drukt, wordt de QR-code vergroot weergegeven.
Wi-Fi De camera bedienen door deze met een smartphone te verbinden ••Wanneer u verbinding maakt met SSID en wachtwoord Selecteer [Wi-Fi]* onder [Instellingen]* op de smartphone Schakel [Wi-Fi]* in en selecteer de SSID die op dit apparaat wordt weergegeven Voer het wachtwoord in dat op dit apparaat wordt weergegeven (alleen wanneer u voor het eerst verbinding maakt) Ga terug naar het scherm Home en start "Image App" (→228) * De weergegeven naam kan verschillen, afhankelijk van de ingestelde systeemtaal.
Wi-Fi De camera bedienen door deze met een smartphone te verbinden Verbindingsmethode wijzigen Druk op de [DISP.]-knop en selecteer de verbindingsmethode om de verbindingsmethode te wijzigen. ■■Wanneer u verbinding maakt met [Via netwerk] (Op de camera) Selecteer [Via netwerk] en druk op [MENU/SET] •• Verbind de camera met een draadloos toegangspunt door de verbindingsmethode te volgen (→264).
Wi-Fi De camera bedienen door deze met een smartphone te verbinden Verbinding maken met een smartphone via de NFC-functie Met de NFC-functie (Near Field Communication) kunnen de camera en een smartphone gemakkelijk de informatie uitwisselen die nodig is voor het opzetten van een Wi-Fiverbinding. Compatibele modellen: Deze functie kan worden gebruikt met NFC-compatibele apparaten met Android (2.3.3 of hoger).
Wi-Fi De camera bedienen door deze met een smartphone te verbinden ●●U kunt maximaal 20 smartphones registreren. Als het aantal geregistreerde smartphones hoger is dan 20, worden registraties verwijderd, te beginnen met de smartphone die het eerst is aangeraakt. ●●Als u [Wi-Fi resetten] uitvoert, wordt de registratie van de smartphone verwijderd. ●●Als de communicatieomgeving ongunstig is, is de NFC-functie mogelijk niet bruikbaar.
Wi-Fi De camera bedienen door deze met een smartphone te verbinden Beelden in de camera op een smartphone afspelen 1 2 Maak verbinding met een smartphone (→229) Selecteer [ ] in "Image App" •• De beelden die door de camera zijn vastgelegd, worden op de smartphone weergegeven. •• U kunt een beeld dat wordt weergegeven, schakelen met het pictogram linksboven op het scherm. Selecteer [LUMIX] om een beeld weer te geven dat op de camera is opgeslagen.
Wi-Fi De camera bedienen door deze met een smartphone te verbinden Beelden in de camera gemakkelijk overbrengen U kunt een Wi-Fi-verbinding tot stand brengen met de NFC-functie en het beeld op de display eenvoudig via Wi-Fi overbrengen door de smartphone dicht bij de camera te houden. U kunt beelden overbrengen op het moment dat ze worden opgenomen, dus u kunt ze gemakkelijk overbrengen naar de smartphones van vrienden en familie.* * "Image App" moet geïnstalleerd zijn om deze functie te gebruiken.
Wi-Fi De camera bedienen door deze met een smartphone te verbinden Beelden in de camera naar sociale-netwerkdiensten verzenden 1 2 3 Maak verbinding met een smartphone (→229) Selecteer [ ] in "Image App" Druk op het beeld en houd ingedrukt en sleep het om het naar de sociale-netwerkdienst enzovoort te verzenden Wisselen van locatie van de beelden die moeten worden weergegeven •• Het beeld wordt naar de socialenetwerkdienst of andere WEB-services verzonden.
Wi-Fi De camera bedienen door deze met een smartphone te verbinden ■■Beginnen met opnemen van plaatsinformatie Bedien de smartphone Selecteer [ ] Selecteer [Geogr. labell.] Selecteer [ ] ■■Eindigen met opnemen van plaatsinformatie Bedien de smartphone Selecteer [ ] Selecteer [Geogr. labell.] Selecteer [ ] ■■Plaatsinformatie verzenden en schrijven Maak verbinding met een smartphone (→229) Bedien de smartphone Selecteer [ ] Selecteer [Geogr. labell.
Wi-Fi De camera bedienen door deze met een smartphone te verbinden De camera bedienen om beelden naar een smartphone te verzenden ■■Verzendmethode en beelden die kunnen worden verzonden JPEG RAW MP4 AVCHD [Afbeeldingen versturen tijdens opname] (→240) ○ – – – [Afbeeldingen versturen van camera] (→241) ○ – ○* – * Met uitzondering van films opgenomen met een [Opn. kwaliteit] van [4K] ••Sommige beelden kunnen mogelijk niet worden afgespeeld of verzonden, afhankelijk van het apparaat.
Wi-Fi De camera bedienen door deze met een smartphone te verbinden [Afbeeldingen versturen tijdens opname] 1 Stel het menu in 2 Selecteer [Via netwerk] of [Direct] en druk op [MENU/SET] → [Nieuwe verbinding] → [Afbeeldingen versturen tijdens opname] → [Smartphone] ■■Wanneer u verbinding maakt met [Via netwerk] (Op de camera) Verbind de camera met een draadloos toegangspunt (→264) (Op uw smartphone) Zet de Wi-Fi-functie op "ON" Selecteer het draadloze toegangspunt dat u met de camera verbonden hebt
Wi-Fi De camera bedienen door deze met een smartphone te verbinden [Afbeeldingen versturen van camera] 1 Stel het menu in 2 Selecteer [Via netwerk] of [Direct] en druk op [MENU/SET] → [Nieuwe verbinding] → [Afbeeldingen versturen van camera] → [Smartphone] ■■Wanneer u verbinding maakt met [Via netwerk] (Op de camera) Verbind de camera met een draadloos toegangspunt (→264) (Op uw smartphone) Zet de Wi-Fi-functie op "ON" Selecteer het draadloze toegangspunt dat u met de camera verbonden hebt en stel
Wi-Fi Foto’s weergeven op een tv U kunt foto’s weergeven op een tv die compatibel is met een DLNA-erkende DMR-functie (digital media renderer). Voorbereiding Stel de tv in op de DLNA-wachtstand. •• Lees de gebruiksaanwijzing van de tv.
Wi-Fi Draadloos afdrukken U kunt opgenomen foto’s draadloos afdrukken vanaf een PictBridge-printer (compatibel met draadloos LAN)*. * Compatibel met de DPS over IP-normen. Neem contact op met de fabrikanten van de printers voor details over PictBridge-printers (compatibel met draadloos LAN).
Wi-Fi Beelden naar een AV-apparaat sturen Foto’s en films kunnen naar AV-apparatuur in de thuisomgeving worden verzonden (AVapparatuur thuis), zoals DLNA-compatibele recorders.
Wi-Fi Beelden naar een AV-apparaat sturen [Afbeeldingen versturen tijdens opname] 1 Stel het menu in 2 3 Selecteer [Via netwerk] of [Direct] om te verbinden (→263) 4 Maak foto’s 245 → [Nieuwe verbinding] → [Afbeeldingen versturen tijdens opname] → [AV-toestel] Selecteer het apparaat waarmee u een verbinding wilt maken •• Wanneer de verbinding gemaakt is, wordt het bevestigingsscherm voor het instellen van de verzending weergegeven. Controleer de instelling en druk op [MENU/SET]. Druk op de [DISP.
Wi-Fi Beelden naar een AV-apparaat sturen [Afbeeldingen versturen van camera] 1 Stel het menu in 2 3 Selecteer [Via netwerk] of [Direct] om te verbinden (→263) 4 Selecteer [Enkelvoudig select.] of [Multi selecteren] → [Nieuwe verbinding] → [Afbeeldingen versturen van camera] → [AV-toestel] Selecteer het apparaat waarmee u een verbinding wilt maken •• Wanneer de verbinding gemaakt is, wordt het bevestigingsscherm voor het instellen van de verzending weergegeven.
Wi-Fi Beelden naar een pc sturen U kunt foto’s en films die door de camera opgenomen zijn, naar een pc sturen. ■■Verzendmethode en beelden die kunnen worden verzonden JPEG RAW MP4 AVCHD* [Afbeeldingen versturen tijdens opname] (→249) ○ ○ – – [Afbeeldingen versturen van camera] (→250) ○ ○ ○ ○ * Films die zijn opgenomen in [AVCHD] kunnen in bestandsgrootten van maximaal 4 GB verzonden worden. Bestanden groter dan 4 GB kunnen niet worden verzonden.
Wi-Fi Beelden naar een pc sturen Een map voor het ontvangen van beelden maken ••Maak een pc-gebruikersaccount (accountnaam (maximaal 254 tekens) en wachtwoord (maximaal 32 tekens)) bestaande uit alfanumerieke tekens. Een poging om een ontvangstmap te maken, kan mislukken als er niet-alfanumerieke tekens in de account voorkomen. ■■Bij gebruik van "PHOTOfunSTUDIO" Installeer "PHOTOfunSTUDIO" op de pc •• "PHOTOfunSTUDIO" is niet compatibel met de Mac.
Wi-Fi Beelden naar een pc sturen [Afbeeldingen versturen tijdens opname] 1 Stel het menu in [PC] → [Nieuwe verbinding] → [Afbeeldingen versturen tijdens opname] → 2 3 Selecteer [Via netwerk] of [Direct] om te verbinden (→263) 4 Selecteer de map waarnaar u wilt verzenden 5 Maak foto’s 249 Selecteer de pc waarmee u een verbinding wilt maken •• Als de pc waarmee u verbinding wilt maken, niet wordt weergegeven, selecteert u [Handmatige invoer] en voert u vervolgens de computernaam in (voer voor Ma
Wi-Fi Beelden naar een pc sturen [Afbeeldingen versturen van camera] 1 Stel het menu in 2 3 Selecteer [Via netwerk] of [Direct] om te verbinden (→263) 4 Selecteer de map waarnaar u wilt verzenden 5 Selecteer [Enkelvoudig select.
Wi-Fi Gebruik van WEB-services Via "LUMIX CLUB" kunt u foto’s en films naar sociale-netwerkdiensten enzovoort sturen. Door de instelling te selecteren dat foto’s en films automatisch worden overgebracht naar [Cloud-synchr. service], kunt u de overgebrachte foto’s en films op een pc of smartphone ontvangen.
Wi-Fi Gebruik van WEB-services ●●Beelden kunnen persoonlijke informatie bevatten die gebruikt kan worden om de gebruiker te identificeren, zoals een titel, een opnamedatum en -tijd en de locatie waar het beeld is opgenomen. Controleer deze informatie voordat u beelden naar WEB-services uploadt. ●●Panasonic accepteert geen aansprakelijkheid voor de schade als gevolg van het lekken, verlies enzovoort van beelden die naar WEB-services zijn geüpload.
Wi-Fi Gebruik van WEB-services [Afbeeldingen versturen tijdens opname] 1 Stel het menu in 2 3 Selecteer [Via netwerk] en maak een verbinding met (→264) 4 Maak foto’s → [Nieuwe verbinding] → [Afbeeldingen versturen tijdens opname] → [Webservice] Selecteer een WEB-service waarmee u wilt verbinden •• Wanneer de verbinding gemaakt is, wordt het bevestigingsscherm voor het instellen van de verzending weergegeven. Controleer de instelling en druk op [MENU/SET]. Druk op de [DISP.
Wi-Fi Gebruik van WEB-services ■■Snel verzenden van beelden uit de camera naar WEB-services U kunt beelden vlot en gemakkelijk verzenden naar WEB-service, net zo eenvoudig als dat met een smartphone gaat, maar alleen als er in de omgeving een draadloos toegangspunt voor de verbinding beschikbaar is.
Wi-Fi Gebruik van WEB-services Tijdens het verzenden van beelden naar [Cloud-synchr. service] ■■Verzendmethode en beelden die kunnen worden verzonden JPEG RAW MP4 AVCHD [Afbeeldingen versturen tijdens opname] (→256) ○ – – – [Afbeeldingen versturen van camera] (→257) ○ – ○* – * Met uitzondering van films opgenomen met een [Opn. kwaliteit] van [4K] ••Sommige beelden kunnen mogelijk niet worden afgespeeld of verzonden, afhankelijk van het apparaat.
Wi-Fi Gebruik van WEB-services [Afbeeldingen versturen tijdens opname] 1 Stel het menu in 2 3 4 Controleer het bericht en druk op [MENU/SET] 5 Maak foto’s 256 → [Nieuwe verbinding] → [Afbeeldingen versturen tijdens opname] → [Cloud-synchr. service] Selecteer [Via netwerk] en maak een verbinding met (→264) Controleer de instelling voor verzending •• Wanneer de verbinding gemaakt is, wordt het bevestigingsscherm voor het instellen van de verzending weergegeven.
Wi-Fi Gebruik van WEB-services [Afbeeldingen versturen van camera] 1 Stel het menu in 2 3 4 Controleer het bericht en druk op [MENU/SET] 5 Selecteer [Enkelvoudig select.] of [Multi selecteren] → [Nieuwe verbinding] → [Afbeeldingen versturen van camera] → [Cloud-synchr. service] Selecteer [Via netwerk] en maak een verbinding met (→264) Controleer de instelling voor verzending •• Wanneer de verbinding gemaakt is, wordt het bevestigingsscherm voor het instellen van de verzending weergegeven.
Wi-Fi Gebruik van "LUMIX CLUB" Informatie over de [LUMIX CLUB] Vraag een aanmeldings-ID bij "LUMIX CLUB" aan (gratis). Als u dit apparaat bij "LUMIX CLUB" registreert, kunt u beelden synchroniseren tussen de apparaten die u gebruikt of deze beelden naar WEB-services overbrengen. Gebruik "LUMIX CLUB" wanneer u beelden naar WEB-services uploadt. ••U kunt dezelfde "LUMIX CLUB" aanmeldings-ID instellen voor dit apparaat en voor een smartphone. (→261) Zie de website van "LUMIX CLUB" voor meer informatie.
Wi-Fi Gebruik van "LUMIX CLUB" Een nieuwe aanmeldings-ID verkrijgen ([Nieuw account]) 1 Stel het menu in 2 3 Selecteer [Account instellen/toev.] 4 Selecteer de methode voor het maken van een verbinding met een draadloos toegangspunt en stel in → [Set-up] → [Wi-Fi] → [Wi-Fi setup] → [LUMIX CLUB] Selecteer [Nieuw account] •• Maak een verbinding met het netwerk. Ga naar de volgende pagina door op [MENU/SET] te drukken.
Wi-Fi Gebruik van "LUMIX CLUB" Gebruik van een eerder verkregen aanmeldings-ID/bevestiging en wijziging van aanmeldings-ID en wachtwoord ([Gebruikersnaam instellen]) Voorbereiding Om een eerder verkregen aanmeldings-ID te gebruiken, bevestigt u uw ID en wachtwoord. Als u het wachtwoord van de "LUMIX CLUB" op de camera wilt wijzigen, gaat u naar de "LUMIX CLUB"-website op uw smartphone of pc en verandert van tevoren het wachtwoord van de "LUMIX CLUB".
Wi-Fi Gebruik van "LUMIX CLUB" Dezelfde aanmeldings-ID instellen voor de camera en voor de smartphone ••Als u dezelfde aanmeldings-ID instelt op dit apparaat en uw smartphone, is dat handig om beelden op dit apparaat naar andere apparaten of WEB-services te zenden.
Wi-Fi Gebruik van "LUMIX CLUB" Uw aanmeldings-ID en account van "LUMIX CLUB"verwijderen Verwijder de aanmeldings-ID van de camera wanneer u deze aan iemand anders geeft of wegwerpt. U kunt ook uw "LUMIX CLUB"-account verwijderen.
Wi-Fi Informatie over verbindingen Na selectie van de Wi-Fi-functie en de verzendbestemming selecteert u de verbindingsmethode. Als u op stap bent en uw draadloze toegangspunt niet kunt gebruiken of een tijdelijke verbinding hebt met apparatuur die u gewoonlijk niet gebruikt, of in een soortgelijke situatie verkeert, is het handig om een directe verbinding te maken.
Wi-Fi Informatie over verbindingen [Via netwerk] Verbinding maken via een draadloos toegangspunt Selecteer een verbindingsmethode met het draadloze toegangspunt. ••Met WPS wordt een functie bedoeld waarmee u gemakkelijk de instellingen kunt configureren die verband houden met de verbinding en de beveiliging van draadloze LAN-apparaten. Als u wilt controleren of het draadloze toegangspunt dat u gebruikt, compatibel is met WPS, raadpleegt u de handleiding van het draadloze toegangspunt.
Wi-Fi Informatie over verbindingen Als u niet weet of uw systeem compatibel is met WPS (verbinding via [Uit lijst]) Zoeken naar beschikbare draadloze toegangspunten. ••Bevestig de versleutelingscode van het geselecteerde draadloze toegangspunt als de netwerkverificatie versleuteld is. ••Wanneer u verbinding maakt met [Handmatige invoer], dient u de SSID, het type netwerkverificatie, het type versleuteling en de versleutelingscode van het draadloze toegangspunt dat u gebruikt, te controleren.
Wi-Fi Informatie over verbindingen ■■Wanneer u verbinding maakt met [Handmatige invoer] Op het scherm van stap 1 van "Als u niet weet of uw systeem compatibel is met WPS (verbinding via [Uit lijst])", selecteert u [Handmatige invoer] (→265) Voer de SSID in van het draadloze toegangspunt waarmee u verbinding maakt en selecteer vervolgens [Inst.] •• Zie voor meer informatie over het invoeren van tekens "Tekst invoeren" (→52).
Wi-Fi Informatie over verbindingen [Direct] Rechtstreeks verbinden U kunt de verbindingsmethode met uw apparatuur selecteren. Selecteer een verbindingsmethode waarmee uw apparatuur compatibel is. Verbindingsmethode [Wi-Fi Direct]*1 1 2 3 Beschrijving Stel het apparaat in op Wi-Fi Direct™ Selecteer [Wi-Fi Direct] Selecteer het apparaat waarmee u een verbinding wilt maken •• Lees de gebruiksaanwijzing van uw apparaat voor meer informatie. [WPS (knop)] 1 2 [WPS-verbinding]*2 [Handmatig. verbinden.
Wi-Fi Informatie over verbindingen Snel verbinden met dezelfde instellingen als eerder ([Selecteer doelapparaat uit geschiedenis]/ [Selecteer doelapparaat uit favorieten]) De camera houdt een historie bij van de momenten waarop u de Wi-Fi-functie gebruikt hebt. U kunt items in de historie in de favorieten registreren. U kunt gemakkelijk een verbinding maken met dezelfde instellingen als u eerder gebruikt hebt door een verbinding te maken vanuit de historie of de favorieten.
Wi-Fi Informatie over verbindingen Onderdelen bewerken die in favorieten geregistreerd zijn 1 2 3 4 Druk op de [Wi-Fi]-knop Selecteer [Selecteer doelapparaat uit favorieten] Selecteer het favoriete onderdeel dat u wilt bewerken en druk op Selecteer het onderdeel Onderdeel Beschrijving [Verwijderen uit favorieten] — [Volgorde van favorieten wijzigen] Selecteer de bestemming [Geregistreerde naam wijzigen] •• Zie voor meer informatie over het invoeren van tekens "Tekst invoeren" (→52).
Wi-Fi Informatie over verbindingen Instellingen voor het verzenden van beelden Wanneer u beelden verzendt, selecteert u eerst [Nieuwe verbinding] en vervolgens de methode voor het verzenden van beelden. Nadat u de verbinding tot stand hebt gebracht, kunt u ook de instellingen voor verzending wijzigen, zoals het formaat van beelden die u wilt verzenden. [Afbeeldingen versturen tijdens opname] Elke keer als u een beeld opneemt, kan het beeld automatisch naar een opgegeven apparaat worden verzonden.
Wi-Fi Informatie over verbindingen De instellingen voor het verzenden van beelden wijzigen Nadat u de verbinding tot stand hebt gebracht, kunt u ook de instellingen voor verzending wijzigen, zoals het formaat van beelden die u wilt verzenden, door op de [DISP.]-knop te drukken. Onderdeel [Grootte] [Bestandsindeling]*2 Beschrijving Verander het formaat van het te verzenden beeld.
Wi-Fi [Wi-Fi setup] Configureer de vereiste instellingen voor de Wi-Fi-functie. [Wi-Fi setup] kan niet worden gewijzigd wanneer er een Wi-Fi-verbinding is. 1 Stel het menu in → [Set-up] → [Wi-Fi] → [Wi-Fi setup] → Gewenste instelling Onderdeel Beschrijving [LUMIX CLUB] De aanmeldings-ID van de "LUMIX CLUB" opvragen of wijzigen •• Voor meer informatie (→258). [PC-verbinding] U kunt de werkgroep instellen.
Wi-Fi [Wi-Fi setup] Onderdeel [Wi-Fi-wachtwoord] Om onjuist gebruik of het gebruik van de Wi-Fi-functie door derden te voorkomen en opgeslagen persoonlijke gegevens te beschermen, verdient het aanbeveling de Wi-Fi-functie met een wachtwoord te beschermen. Beschrijving Als u een wachtwoord instelt, wordt automatisch het wachtwoordinvoerscherm weergegeven wanneer de Wi-Fi-functie gebruikt wordt. [Instellen]: Voer een nummer van 4 cijfers als het wachtwoord in.
Aansluiten op andere apparatuur Genieten van films in 4K Films in 4K bekijken ■■Beelden op tv bekijken Wanneer u dit apparaat op een 4K-compatibele tv aansluit en een film afspeelt die is opgenomen met een [Opn. kwaliteit] van [4K], kunt u van 4K-filmbeelden met een hoge resolutie genieten. Hoewel de weergegeven resolutie lager is, kunt u filmbeelden in 4K ook afspelen door een verbinding te maken met een HD-tv en andere apparaten die 4K niet ondersteunen.
Aansluiten op andere apparatuur Genieten van films in 4K 4K-films opslaan ■■4K-films op uw pc opslaan Foto’s/filmbeelden zijn te kopiëren van de camera naar uw computer, door de apparaten op elkaar aan te sluiten. Raadpleeg voor meer informatie (→280). ■■Opslag van 4K-films op een dvd U kunt films opgenomen in [Opn. kwaliteit] met [4K] niet met een Panasonic recorder overbrengen of kopiëren naar een Blu-ray-disk of dvd.
Aansluiten op andere apparatuur Beelden op tv bekijken U kunt beelden bekijken op uw tv-scherm door de camera aan te sluiten op uw tv met de HDMI-microkabel of AV-kabel (optioneel). Voorbereiding Zet de camera en de tv uit. 1 Sluit de camera aan op uw tv Controleer de richting van de stekker en steek deze recht in de camera. (Als de kabel in de verkeerde richting in de camera wordt gestoken, zou de stekker vervormd kunnen raken en een onjuiste werking kunnen veroorzaken).
Aansluiten op andere apparatuur Beelden op tv bekijken ■■Aansluiting met een HDMI-microkabel ●●Controleer de [HDMI-functie]. (→48) ●●Als u 24p-films wilt afspelen, stelt u [HDMI-functie] in op [AUTO]. Anders wordt het beeld niet op 24 frames per seconde weergegeven. ●●Er kunnen balken langs de zijkanten of de boven- en onderrand van het scherm verschijnen, al naar gelang de ingestelde beeldverhouding. ●●Kabels die niet voldoen aan de HDMI-normen zijn niet bruikbaar.
Aansluiten op andere apparatuur Beelden op tv bekijken VIERA Link (HDMI) (HDAVI Control™) Wat is VIERA Link (HDMI)? ●●VIERA Link is een functie voor het automatisch koppelen van deze camera aan VIERA Link-compatibele apparaten via een aansluiting met HDMI-microkabels voor een gemakkelijke bediening met de VIERA afstandsbediening. (Sommige functies zijn niet beschikbaar.
Aansluiten op andere apparatuur Beelden op tv bekijken ■■Andere betrokken bedieningsfuncties Het apparaat uitschakelen ••De camera kan ook wanneer u de tv uitschakelt met de afstandsbediening, tegelijkertijd uitgeschakeld worden. Automatische ingangskeuze ••Deze functie schakelt automatisch het ingangskanaal van de tv over naar het camerascherm zodra u de camera inschakelt, mits ze op elkaar zijn aangesloten met een HDMI microkabel.
Aansluiten op andere apparatuur Opgenomen foto’s en films op uw pc opslaan Foto’s/filmbeelden zijn te kopiëren van de camera naar uw computer, door de apparaten op elkaar aan te sluiten. ••Sommige computers kunnen rechtstreeks de geheugenkaart van de camera lezen. Zie voor meer informatie de handleiding van uw computer. ••Als uw computer niet geschikt is voor SDXC-geheugenkaarten zal er een mededeling verschijnen met het verzoek om de kaart te formatteren. (Formatteer de kaart niet.
Aansluiten op andere apparatuur Opgenomen foto’s en films op uw pc opslaan Informatie over bijgeleverde software De bijgeleverde dvd bevat de volgende software. Installeer de software op uw computer voordat u deze gaat gebruiken. PHOTOfunSTUDIO 9.6 PE U kunt foto’s of films op uw pc vastleggen of vastgelegde beelden ordenen door ze te categoriseren op opnamedatum, modelnaam van de digitale camera waarmee ze zijn opgenomen enzovoort. U kunt ook foto’s corrigeren, films bewerken of naar dvd schrijven.
Aansluiten op andere apparatuur Opgenomen foto’s en films op uw pc opslaan SILKYPIX Developer Studio 4.2 SE Met deze software kunt u beelden in RAW-bestanden ontwikkelen en bewerken. De bewerkte beelden kunnen in een bestandsindeling zoals JPEG of TIFF worden opgeslagen, die op een pc enzovoort kan worden weergegeven. ••Besturingsomgeving Ondersteunde besturingssystemen Windows® 8.1 Windows® 8 Windows® 7 Windows Vista® Mac® OS X v10.5/v10.6/v10.7/v10.8/v10.
Aansluiten op andere apparatuur Opgenomen foto’s en films op uw pc opslaan Installatie van de bijgeleverde software De software wordt geïnstalleerd die compatibel is met uw computer. Voorbereidingen •• Controleer de specificaties en besturingsomgeving van uw pc voor elke software. •• Sluit alle lopende toepassingen voordat u de (bijgeleverde) dvd in de computer plaatst.
Aansluiten op andere apparatuur Opgenomen foto’s en films op uw pc opslaan Kopiëren van foto’s en filmbeelden Voorbereidingen •• Installeer "PHOTOfunSTUDIO" op de computer voordat u de kopieerprocedure start. (→283) •• Zet de camera en de computer aan. 1 Sluit de camera aan op de computer •• Controleer de richting van de stekker en steek deze recht in de camera.
Aansluiten op andere apparatuur Opgenomen foto’s en films op uw pc opslaan ■■Kopiëren naar uw computer zonder dat u "PHOTOfunSTUDIO" gebruikt U kunt beelden op uw computer opslaan en gebruiken door mappen en bestanden naar aparte mappen op de computer te slepen. ••De kaart van dit apparaat bevat de volgende bestanden (mapstructuur). DCIM (Foto’s/films) 100_PANA (maximaal 999 beelden/map) Kaart ●●Windows Station ("LUMIX") wordt weergegeven in "Computer".
Aansluiten op andere apparatuur Foto’s en films in de recorder opslaan Volg de geschikte methode voor uw apparatuur. Kopiëren door de kaart in de recorder te plaatsen U kunt met Panasonic-apparatuur (bijvoorbeeld een Blu-rayrecorder) beelden kopiëren met ondersteuning voor elke bestandsindeling. ••Zie de handleiding van de recorder voor nadere informatie over kopiëren en afspelen.
Aansluiten op andere apparatuur Afdrukken U kunt de camera rechtstreeks aansluiten op een PictBridge-compatibele printer om af te drukken. ••Sommige printers kunnen rechtstreeks vanaf de geheugenkaart van de camera afdrukken. Zie de handleiding voor uw printer voor meer informatie. Voorbereidingen •• Pas desgewenst de afdrukkwaliteit of andere instellingen op uw printer aan. •• Zet de camera en de printer aan.
Aansluiten op andere apparatuur Afdrukken Meerdere beelden afdrukken Er worden meerdere beelden tegelijk afgedrukt. 1 2 3 Druk op om [Veelv. afdr.] te selecteren in stap 3 (→287) Selecteer met het onderdeel en druk op [MENU/SET] •• [Multi selecteren]: Schuif tussen beelden met , selecteer beelden om af te drukken met [MENU/SET] (Druk nogmaals op [MENU/SET] om uw keuze te annuleren.) Selecteer met [Uitvoer.
Aansluiten op andere apparatuur Afdrukken Afdrukken met datum en tekst Tijd en datum kunnen zo worden ingesteld dat ze op het beeld worden afgedrukt wanneer u het beeld maakt door de functie [Tekst afdr.] in het menu [Afspelen] te activeren. (→212) ■■Datum afdrukken zonder [Tekst afdr.] In winkels afdrukken: Alleen de opnamedatum kan worden afgedrukt. Vraag de winkel de datum af te drukken. ••Door de instellingen van [Print inst.
Aansluiten op andere apparatuur Afdrukken Afdrukinstellingen maken op de camera Tot de instelopties behoren het aantal afgedrukte foto’s en hun formaat. Geef de instellingen op voordat u [Print start] selecteert. het onderdeel en druk op [MENU/SET] 1 Selecteer met Onderdeel 2 Instellingen [Print met dat.] [ON] / [OFF] [Aantal prints] Hier stelt u het aantal beelden in (maximaal 999 beelden) [Papierafmeting] Wanneer [ voorrang.
Diversen Optionele accessoires Externe flitser (optioneel) Wanneer u de flitsers (optioneel: DMW-FL220, DMW-FL360L of DMW-FL580L), wordt een breder effectief flitsbereik geboden dan met de (bijgeleverde) flitser. Voorbereiding Zet de [ON/OFF]-schakelaar van de camera op [OFF]. De bescherming flitsschoen verwijderen De bescherming flitsschoen is al op de flitsschoen bevestigd op het moment van aanschaf.
Diversen Optionele accessoires Wanneer andere in de handel verkrijgbare externe flitsers worden gebruikt die geen directe communicatie met de camera bieden (DMC-LX100) ••U moet de belichting op de externe flitser instellen wanneer deze wordt gebruikt. Wanneer u een externe flitser in de automatische modus gebruikt, gebruikt u een externe flitser waarop u de diafragmawaarde en de ISO-gevoeligheid in kunt stellen op dezelfde instellingen als op de camera. ••Stel de camera in op de [Lensopeningspr.
Diversen Lijst met symbolen op het scherm/de zoeker ••De volgende beelden zijn voorbeelden van wanneer het weergavescherm is ingesteld op [ ] (schermstijl) op het scherm.
Diversen Lijst met symbolen op het scherm/de zoeker 50i [Kwaliteit] (→109) AFS AFF AFC MF Scherpstelmodus (→114) AF-modus (→115) AFL [Gezicht herk.] (→162) AF-vergrendeling (→133) Burst (→142) [Auto bracket] (→145) [Asp. bracket] (→147) Zelfontspanner (→148) Panoramarichting (→150) Resterend batterijvermogen (→21) Fotomodus (fotoprioriteiten) (→198) Macro-opname (→126) Opnamestatus (knippert rood.)/ schepstelling (brandt groen.
Diversen Lijst met symbolen op het scherm/de zoeker 50i Instellingen bestemming/Aantal verstreken reisdagen*2 (→42) Naam*2 (→165) Leeftijd in jaren/maanden*2 (→165) Huidige datum/tijd*2 Wereldtijd*2: (→41) AEL 1.7 60 [Draaiknop gids] (→18) Bracketinstelling voor witbalans (→106) Verfijning voor witbalans (→105) Witbalans (→103) AF-gebied (→56, 121) Spotmetingsdoel (→139) Aantal op te nemen beelden*4 98 (→27) Zelfontspanner*3 (→148) Beschikbare opnameduur*1*4 [Stille modus] (→161) R8m30s (→27) [Micr.
Diversen Lijst met symbolen op het scherm/de zoeker ■■Opnamegegevens op het scherm F1.
Diversen Lijst met symbolen op het scherm/de zoeker Tijdens het afspelen 15 foto 1E DAG 11 mnd. 30 dg.
Diversen Lijst met symbolen op het scherm/de zoeker ■■Gedetailleerde informatieweergave 10:00 1.DEC.2014 100-0001 Opnamegegevens [Int.dynamiek]*1 (→111) Opnamedatum/-tijd Wereldtijd (→41) [HDR]*2 (→112) [I.resolutie] (→111) 4K film opgenomen door [4K-FOTO] in te stellen op [ON] of een foto vastgelegd uit die 4K film (→195) 50i 100-0001 Beeldverhouding/ [Fotoresolutie] (→108) [Kwaliteit] (→109) [Opname-indeling]/ [Opn.
Diversen Weergave berichten Hieronder wordt een uitleg gegeven van de belangrijkste berichten die op het scherm of de zoeker weergegeven worden en hoe u erop moet reageren. ■■Geheugenkaarten [Storing geheugenkaart] [Kaart formateren ?] •• Het kaartformaat kan niet in deze camera worden gebruikt. → Sla de benodigde gegevens op een computer of ander apparaat op en voer dan [Formatteren] uit op de camera. (→26) [Plaats SD-kaart opnieuw] [Andere kaart proberen a.u.b.] •• Geen toegang tot de kaart.
Diversen Weergave berichten ■■Batterij [Deze batterij kan niet gebruikt worden] •• Gebruik een echte Panasonic batterij. •• De batterij wordt niet herkend, vanwege vuil op de aansluitingen. → Maak de batterijaansluitingen schoon. ■■Wi-Fi-functie [Kan geen verbinding maken met draadloos toegangspunt] / [Verbinding is mislukt] / [Kan bestemming niet vinden] •• Controleer het volgende met betrekking tot het draadloze toegangspunt.
Diversen Weergave berichten [Aanmelding is mislukt. Controleer de aanmeldings-ID en het wachtwoord.] •• Aanmeldings-ID of wachtwoord voor "LUMIX CLUB" is niet correct. Voer het opnieuw in. Als u de aanmeldings-ID of het wachtwoord vergeten bent, is er informatie te vinden in het aanmeldingsscherm van de "LUMIX CLUB"-website. [Sommige bestanden kunnen niet worden verstuurd vanwege een beperking op het doelapparaat.] / [Het overzetten is voltooid.
Diversen Weergave berichten ■■Diversen [Sommige foto's kunnen niet gewist worden] [Deze foto kan niet gewist worden] •• Niet-DCF-beelden (→67) kunnen niet worden verwijderd. → Sla de benodigde gegevens op een computer of ander apparaat op en voer dan [Formatteren] uit op de camera. (→26) [Kan op deze foto niet ingesteld worden] •• [Print inst.], [Titel bew.], [Tekst afdr.] en andere functies kunnen niet worden gebruikt voor beelden die niet aan de DCF-norm voldoen (→67).
Diversen Menulijst [Opname] U kunt instellingen maken zoals voor de beeldresolutie en de flitser (bijgeleverd/ optioneel). ••De menuonderdelen [Fotostijl], [AFS/AFF/AFC], [Meetfunctie], [Schaduw markeren], [Int.dynamiek], [I.resolutie], [i.Zoom] en [Dig. zoom] zijn gemeenschappelijk voor zowel [Opname]- als [Bewegend beeld]-menu’s. Als een instelling in één menu wordt gewijzigd, zal de instelling met dezelfde naam in het andere menu ook automatisch worden gewijzigd.
Diversen Menulijst [Intervalopname] U kunt de opnamestarttijd, opname-interval en het aantal op te nemen beelden vooraf instellen wanneer u een film met tijdvertraging automatisch opneemt van onderwerpen zoals dieren en planten. →153 [Stop-motionanimatie] U kunt foto’s aan elkaar plakken om een stop-motion-animatie te maken. →156 [Panoramarichting] U kunt de te gebruiken opnamerichting instellen voor het opnemen →150 van panoramabeelden.
Diversen Menulijst [Bewegend beeld] U kunt instellingen verrichten, zoals de opname-indeling en de kwaliteit, voor het opnemen van films. ••De menuonderdelen [Fotostijl], [AFS/AFF/AFC], [Meetfunctie], [Schaduw markeren], [Int.dynamiek], [I.resolutie], [i.Zoom] en [Dig. zoom] zijn gemeenschappelijk voor zowel [Opname]- als [Bewegend beeld]-menu’s. Als een instelling in één menu wordt gewijzigd, zal de instelling met dezelfde naam in het andere menu ook automatisch worden gewijzigd.
Diversen Menulijst [Voorkeuze] U kunt bewerkingen van dit apparaat, zoals de schermweergavemethode en functies van een knop afhankelijk van uw voorkeuren instellen. U kunt de gewijzigde instellingen ook registreren. [Voorkeursinst. gebr.] Hiermee roept u de geregistreerde instelling op met [Geh voorkeursinst.]. [Geh voorkeursinst.] Hiermee registreert u de huidige camera-instellingen als een aangepaste instelling. →60 [Stille modus] De pieptonen en de flitser tegelijkertijd uitschakelen.
Diversen Menulijst [MF-gids] Hiermee geeft u de MF Guide weer waarmee u de richting van de scherpstelling op het scherm kunt vaststellen wanneer de scherpstelling handmatig is aangepast. →129 [Peaking] Wanneer u handmatig scherpstelt, voegt deze functie automatisch kleur toe aan de gedeelten van het beeld die scherp zijn. →130 [Histogram] Hiermee stelt u in of het histogram moet worden weergegeven.
Diversen Menulijst [Set-up] U kunt instellingen opgeven voor gebruiksgemak, bijvoorbeeld voor de klok en de pieptonen. U kunt ook aan de Wi-Fi-functie gerelateerde instellingen verrichten. [Klokinst.] De tijd- en datumnotatie en de weergave-indeling instellen. →29 [Wereldtijd] Stel de plaatselijke tijd op uw reisbestemming in. →41 [Reisdatum] Als u uw reisschema instelt en beelden opneemt, wordt ingesteld op welke dag van de reis de foto is gemaakt.
Diversen Menulijst [Afspelen] U kunt opgenomen beelden beveiligen, het formaat aanpassen, afdrukinstellingen en andere instellingen voor de opgenomen beelden opgeven. [Diashow] Beelden automatisch op volgorde afspelen. →204 [Afspeelfunctie] U kunt de beelden die worden weergegeven, met een reeks filters beperken, zoals categorieën of favoriete beelden.
Diversen V&A Storingen verhelpen Controleer eerst de volgende onderdelen (→310 - 325). Als het probleem zich blijft voordoen, Wanneer u [Resetten] uitvoert in het [Set-up]-menu, is het probleem mogelijk opgelost (→50). (Onthoud wel dat hierbij bijna alle instellingen, behalve bijvoorbeeld [Klokinst.] worden teruggesteld in de oorspronkelijke stand op het moment van aankoop.) Zie ook de klantenservicewebsite van Panasonic voor de nieuwste ondersteuningsinformatie. http://panasonic.
Diversen V&A Storingen verhelpen ■■Opnemen Er kunnen geen beelden opgenomen worden. •• De kaart is vol. → Maak ruimte vrij door ongewenste beelden te verwijderen (→73). •• Wanneer een kaart met een grote capaciteit wordt gebruikt, kunt u mogelijk een tijdje geen beelden opnemen nadat u de camera hebt ingeschakeld. •• Niet goed scherpgesteld. → Wanneer [Prio. focus/ontspan] is ingesteld op [FOCUS], neemt de camera pas op nadat naar behoren is scherpgesteld. (→125) Opgenomen beelden zien er wit uit.
Diversen V&A Storingen verhelpen Opgenomen beelden zien er korrelig uit of er is storing zichtbaar. •• Probeer de volgende methoden. → Verlaag de [Gevoeligheid] (→136). → Maak foto’s op locaties met meer licht. → Stel [Ruisreductie] van [Fotostijl] op een hogere instelling in of stel elk onderdeel behalve [Ruisreductie] op een lagere instelling in. (→101) → Stel [Lang sl.n.red] in op [ON]. (→113) → Verander de instellingen van [Fotoresolutie] (→108) en [Kwaliteit] (→109).
Diversen V&A Storingen verhelpen Het scherm wordt donker als u films opneemt. •• Terwijl films worden opgenomen, kan het scherm na verloop van tijd donker worden om het batterijverbruik te beperken. Dit is echter niet van invloed op de opgenomen film. Het scherm wordt kort zwart of er wordt ruis opgenomen.
Diversen V&A Storingen verhelpen ■■Scherm/zoeker Het scherm/de zoeker is uitgeschakeld, hoewel de camera ingeschakeld is. •• Wanneer een hand of voorwerp dicht bij de oogsensor komt, zou de schermweergavemodus geschakeld kunnen worden naar de zoekerweergavemodus zonder dat u het merkt. (→54) Beelden worden niet op het scherm weergegeven. •• De zoekerweergavemodus is geactiveerd. → Druk op de [LVF]-knop om naar de schermweergave te gaan. (→54) •• Het scherm is uitgeschakeld. → Druk op de [DISP.
Diversen V&A Storingen verhelpen ■■Flitser Kan [Flitser] niet uitvoeren. •• Flitser (bijgeleverd/optioneel) is niet goed bevestigd. → Bevestig de flitser (bijgeleverd/optioneel) op de juiste manier op de camera. (→176, 291) •• Raadpleeg voor meer informatie over flitserinstellingen (→176 - 186, 291). Geen flits. De flitser is in de volgende situaties niet beschikbaar.
Diversen V&A Storingen verhelpen ■■Afspelen Beelden zijn geroteerd. •• [Scherm roteren] wordt geactiveerd. (→218) Kan geen beelden bekijken. Er zijn geen opgenomen beelden. •• Er is geen kaart in de camera geplaatst. •• Er is geen beeld op de kaart om af te spelen. •• Is de bestandsnaam van het beeld gewijzigd met een computer? In dat geval kan het beeld niet worden weergegeven met de camera. •• [Afspeelfunctie] is op een andere waarde ingesteld dan [Normaal afsp.].
Diversen V&A Storingen verhelpen Een ongebruikelijk geluid, zoals een klik- of zoemgeluid, wordt op een film opgenomen. Geluid wordt op lage volumes opgenomen. •• Wanneer u een film opneemt in een rustige omgeving, kan geluid als gevolg van de beweging van het diafragma en het scherpstelmechanisme op worden genomen in de film. Dit is geen storing. U kunt de werking van de scherpstelling tijdens het opnemen van films instellen op [OFF] met gebruik van [Continu AF] (→189).
Diversen V&A Storingen verhelpen ■■Wi-Fi-functie Er kan geen verbinding worden gemaakt met het draadloze LAN. De radiogolven worden onderbroken. •• Gebruik het apparaat binnen het communicatiebereik van het draadloze netwerk. •• Verbindingstypen en beveiligingsinstelmethoden kunnen variëren, afhankelijk van het draadloze toegangspunt. → Zie voor meer informatie de gebruiksaanwijzing van het draadloze toegangspunt.
Diversen V&A Storingen verhelpen Draadloos toegangspunt wordt niet weergegeven. Of er kan geen verbinding worden gemaakt. •• Controleer of het draadloze toegangspunt om verbinding mee te maken, actief is. •• De camera geeft mogelijk een draadloos toegangspunt niet weer of maakt er geen verbinding mee, afhankelijk van de kwaliteit van de radiogolven. → Voer de verbinding dichter bij het draadloze toegangspunt uit. → Verwijder de obstakels tussen dit apparaat en het draadloze toegangspunt.
Diversen V&A Storingen verhelpen Ik heb thuis geen draadloos toegangspunt, maar ik zou me graag willen registreren als servicegebruiker van de "LUMIX CLUB". •• Registratie als servicegebruiker voor de "LUMIX CLUB" is niet mogelijk in een omgeving zonder een draadloos toegangspunt. De camera kan niet met een Mac-computer/Windows-pc worden verbonden via de Wi-Fiverbinding. → Controleer of de aanmeldingsnaam en het wachtwoord correct zijn getypt.
Diversen V&A Storingen verhelpen Het duurt lang voordat een beeld naar de WEB-service wordt overgebracht. •• Is het formaat van het beeld te groot? → Verzend het beeld nadat u de film hebt gesplitst met [Splits video] (→214). → Verklein het beeldformaat bij [Grootte] (→271) en verzend het dan. •• Het kan langer duren om een beeld te verzenden wanneer de afstand tot het draadloze toegangspunt groot is. → Voer de verzending dichter bij het draadloze toegangspunt uit.
Diversen V&A Storingen verhelpen Ik ben het wachtwoord voor Wi-Fi vergeten. → Voer [Wi-Fi resetten] uit in het menu [Set-up]. (→51) De informatie die u hebt ingesteld in de [Wi-Fi setup], wordt echter teruggezet op de beginwaarden. Ik kan geen beelden naar een AV-apparaat verzenden. •• Verzending kan mislukken, afhankelijk van de gebruiksstatus van het AV-apparaat. Ook kan het verzenden even duren. Ik kan geen verbinding maken met de NFC-functie. •• De smartphone is niet compatibel met NFC.
Diversen V&A Storingen verhelpen ■■Tv, computer, printer Geen beeld op de tv. Onscherp beeld of beeld niet in kleur. •• Niet goed aangesloten (→276). •• De ingang van de tv is niet op AUX gezet. De weergave op de tv en op de camera komen niet overeen. •• Beeldverhouding is mogelijk onjuist en op bepaalde tv’s worden de randen van beelden afgesneden. Filmbeelden kunnen niet op tv worden afgespeeld. •• Kaart is in tv geplaatst.
Diversen V&A Storingen verhelpen De computer herkent de kaart niet. (Bij gebruik van een SDXC-geheugenkaart) → Controleer of uw computer SDXC-geheugenkaarten ondersteunt. http://panasonic.net/avc/sdcard/information/SDXC.html → Wanneer u de kaart plaatst, kan er een bericht verschijnen waarin u wordt gevraagd de kaart te formatteren. Formatteer de kaart niet. → Als de indicator [Toegang] op het scherm niet uitgaat, schakelt u de camera uit voordat u de USB-kabel loskoppelt.
Diversen V&A Storingen verhelpen ■■Diversen Menu niet weergegeven in gewenste taal. •• Verander de instelling [Taal] (→49). Camera rammelt als deze wordt geschud. •• Dit geluid wordt veroorzaakt door beweging van de lens en is geen storing. De lens maakt een klikkend geluid. •• Wanneer de camera in of uit wordt geschakeld, de lens wordt bewogen of er een diafragmafunctie wordt uitgevoerd, kunt u dit geluid horen. Dit is geen storing.
Diversen Waarschuwingen en opmerkingen tijdens gebruik Tijdens gebruik ●●De camera kan warm worden als deze lange tijd wordt gebruikt, maar dit is geen storing. ●●Houd dit apparaat zo ver mogelijk uit de buurt van elektromagnetische apparatuur (zoals magnetrons, tv’s, videospellen enzovoort). ••Wanneer u dit apparaat boven op of bij een tv gebruikt, kunnen de beelden en/of het geluid op dit apparaat vervormd raken door elektromagnetische straling.
Diversen Waarschuwingen en opmerkingen tijdens gebruik Wanneer u de camera lange tijd niet gebruikt ●●Schakel de camera uit voordat u de batterij en de kaart verwijdert. (Zorg dat de batterij is verwijderd om schade door diepontlading te voorkomen.) ●●Laat de camera niet in aanraking komen met rubberen of plastic zakken. ●●Bij bewaren in een lade en dergelijke altijd samen opbergen met een drogingsmiddel (silicagel).
Diversen Waarschuwingen en opmerkingen tijdens gebruik Batterij De batterij is een oplaadbare lithium-ionbatterij. Deze batterij is gevoelig voor temperaturen en vochtigheid en dit wordt erger bij hoge of lage temperaturen. ●●De benodigde oplaadtijd varieert, afhankelijk van de omstandigheden van het batterijgebruik. Het opladen duurt langer bij hoge of lage temperaturen en als de batterij al lang niet meer is gebruikt. ●●Tijdens het opladen en enige tijd daarna is de batterij warm.
Diversen Waarschuwingen en opmerkingen tijdens gebruik Lens ●●De beelden kunnen enigszins wit lijken als de lens vuil is (vingerafdrukken enzovoort). Schakel de camera in, houd de uitgeschoven lensbuis met uw vingers vast en veeg het lensoppervlak voorzichtig af met een zachte, droge doek. ●●Stel de lens niet bloot aan direct zonlicht. Gebruik van een driepoot- of eenpootstatief ●●Oefen niet te veel kracht uit en draai de schroeven niet aan als ze krom zijn.
Diversen Waarschuwingen en opmerkingen tijdens gebruik ●●SDXC logo is een handelsmerk van SD-3C, LLC. ●●HDMI, het HDMI logo en High-Definition Multimedia Interface zijn handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van HDMI Licensing LLC in de Verenigde Staten en andere landen. ●●HDAVI Control™ is een handelsmerk van Panasonic Corporation. ●●“AVCHD”, “AVCHD Progressive” en het “AVCHD Progressive” logo zijn handelsmerken van Panasonic Corporation en Sony Corporation.
Diversen Waarschuwingen en opmerkingen tijdens gebruik Dit product is gemachtigd onder de AVC-octrooimachtiging voor persoonlijk, niet-commercieel gebruik voor een consument om (i) video-opnamen te coderen in overeenstemming met de AVCnormen (“AVC Video”) en/of (ii) AVC Video-opnamen te decoderen die gecodeerd werden door een consument voor persoonlijke, niet-commerciële doeleinden en/of verkregen werden van een videoleverancier die gemachtigd is tot levering van AVC Video.
Diversen Waarschuwingen en opmerkingen tijdens gebruik In dit product is de volgende software opgenomen: (1) de software die onafhankelijk door of voor Panasonic Corporation is ontwikkeld, (2) de software die het eigendom is van derden en in licentie is gegeven aan Panasonic Corporation en/of (3) open-source-software De software die als (3) gecategoriseerd is, wordt gedistribueerd in de hoop dat deze nuttig is, maar ZONDER ENIGE GARANTIE, zelfs zonder de impliciete garantie van VERKOOPBAARHEID of GESCHI