Gebruiksaanwijzing voor geavanceerde kenmerken Digitale Camera Model Nr. DMC-TZ70 DMC-TZ71 Lees deze instructies zorgvuldig door voordat u dit product gebruikt en bewaar deze handleiding, zodat u deze later kunt raadplegen.
Inhoudsopgave Voorbereidingen Basisbediening Voordat u de camera gaat gebruiken.... 8 Standaard-accessoires........................ 10 Namen en functies van hoofdonderdelen.................................. 11 Zoeker (LVF)................................................14 [MENU/SET]-knop / Cursorknop / Bedieningsknop............................................16 Polsbandje bevestigen.................................16 Bedieningsvolgorde.............................
Inhoudsopgave Gebruik van het [Set-up]-menu........... 63 [Klokinst.]......................................................63 [Wereldtijd]...................................................63 [Reisdatum]..................................................63 [Vliegtuigmode]............................................63 [Toon]...........................................................64 [Geh voorkeursinst.].....................................65 [Fn knopinstelling]........................................
Inhoudsopgave Beelden opnemen door de diafragmawaarde in te stellen Modus [Lensopeningspr.].................. 107 Beelden opnemen door de sluitertijd in te stellen Modus [Sluiterprioriteit]..................... 108 Beelden opnemen door de diafragmawaarde en de sluitertijd in te stellen Modus [Handm. belicht.].................... 109 Foto’s maken met verschillende foto-effecten [Creatieve opties]-Modus....................111 [Expressief]................................................ 113 [Retro]..........
Inhoudsopgave Gebruik van het [Opname]-menu...... 141 [Aspectratio]...............................................141 [Fotoresolutie]............................................141 [Kwaliteit]....................................................142 [Gevoeligheid]............................................143 [ISO-limiet].................................................144 [Witbalans].................................................145 [AF mode]...................................................
Inhoudsopgave Wi-Fi/NFC Wi-Fi®-functie en NFC-functie........... 189 [Vliegtuigmode]..........................................191 Wat u kunt doen met de Wi-Fi-functie........................................ 192 De camera bedienen met een smartphone/tablet.............................. 193 De app "Panasonic Image App" voor smartphone/tablet installeren.....................193 Verbinding maken met een smartphone/tablet......................................
Inhoudsopgave Aansluiten op andere apparatuur Diversen Beelden op tv bekijken...................... 261 VIERA Link (HDMI) (HDAVI Control™)......263 Bekijken van 3D-foto’s...............................265 De foto’s en films in de recorder bewaren............................................... 267 Kopiëren door de kaart in de recorder te plaatsen......................................................267 Weergavebeelden kopiëren via AV-kabels (optioneel)..................................................
Voorbereidingen Voordat u de camera gaat gebruiken ■■Hanteren van de camera Vrijwaar de camera tegen heftige trillingen, schokken of zware druk. ●●Gebruik de camera niet onder de volgende omstandigheden, die schade aan de lens, het lcd-scherm, de zoeker of het camerahuis kunnen toebrengen. Dit kan ook leiden tot storingen in de camera of mislukte opnamen.
Voorbereidingen Voordat u de camera gaat gebruiken ■■Maak altijd eerst een proefopname Vóór het gebruik van de camera bij belangrijke gebeurtenissen (zoals een huwelijksvoltrekking e.d.) dient u altijd eerst een proefopname te maken, om te zien of beeld en geluid naar behoren worden opgenomen. ■■Er wordt geen compensatie geboden voor verloren opnamen Wij kunnen geen compensatie bieden voor gemiste kansen of opnamen die verloren gaan door technische problemen met de camera of de kaart.
Voorbereidingen Standaard-accessoires Controleer of alle accessoires compleet bijgeleverd zijn, voordat u de camera in gebruik neemt. ●●De accessoires en de vormgeving ervan kunnen verschillen, afhankelijk van het land of de regio waar de camera is aangeschaft. Raadpleeg de beknopte gebruiksaanwijzing voor meer informatie over de accessoires. ●●De batterij wordt in de tekst aangeduid als batterij of accu. ●●SD-geheugenkaart, SDHC-geheugenkaart en SDXC-geheugenkaart worden in de tekst als kaart aangeduid.
Voorbereidingen Namen en functies van hoofdonderdelen 1 2 3 4 5 1 Flitser (→31, 86) 2 Indicator voor zelfontspanner (→106) / AF-assistlampje (→152) Gaat branden wanneer de zelfontspanner is ingesteld of wanneer de automatische scherpstelling wordt gebruikt in donkere locaties. 3 Bedieningsring (→33) Hiermee kunt u zoomen en de instellingen aanpassen tijdens het opnemen.
Voorbereidingen Namen en functies van hoofdonderdelen 16 17 18 19 20 21 22 23 24 16 Zoeker (LVF) (→14) In deze handleiding wordt "zoeker" gebruikt om de LVF aan te duiden. 17 Diopterinstelring (→15) Draai de ring om de scherpstelling in de zoeker aan te passen. 18 Oogsensor Het scherm wordt automatisch naar de zoeker geschakeld wanneer uw oog of een object naar de zoeker toe beweegt.
Voorbereidingen Namen en functies van hoofdonderdelen 22 25 27 26 31 28 30 29 32 22 Oogje voor bandje (→16) 25 [Wi-Fi]-antenne 26 NFC-antenne (→201) 27 [Wi-Fi]-knop (→190) 28 Afspeelknop Hiermee kiest u de opnamemodus of de afspeelmodus. 29 [Q.MENU/ ] / [ ]-knop U kunt het Quick-menu weergeven (→34) en beelden wissen (→59). U kunt deze knop ook gebruiken om terug te keren naar het vorige scherm terwijl er een menu wordt weergegeven (→61). 30 [DISP.
Voorbereidingen Namen en functies van hoofdonderdelen Zoeker (LVF) Wanneer u de zoeker gebruikt, kunt u de weergave van het onderwerp zelfs in een omgeving met veel licht bekijken. ■■Schakelen tussen het scherm en de zoeker U kunt de [LVF]/[Fn2]-knop op twee manieren gebruiken, ofwel als de [LVF]-knop voor weergave in de zoeker of als een functieknop [Fn2]. Vanaf het moment van aanschaf kunt u deze knop gebruiken als [LVF]-knop voor zoekerweergave. ••Raadpleeg voor details over de functieknop (→134).
Voorbereidingen Namen en functies van hoofdonderdelen ■■De gevoeligheid van de oogsensor instellen of instellen dat de weergave tussen de zoeker en het scherm wordt geschakeld De gevoeligheid van de oogsensor kan ingesteld worden met [Oogsensor] in het [Set-up]-menu.
Voorbereidingen Namen en functies van hoofdonderdelen [MENU/SET]-knop / Cursorknop / Bedieningsknop [MENU/SET]-knop •• Hiermee opent u de menu’s, voert u de instellingen in enzovoort. (→61) Cursorknop Deze knop wordt ook gebruikt om de cursor op de menuschermen te verplaatsen en voor andere functies.
Voorbereidingen Batterij opladen Gebruik altijd de originele netadapter (bijgeleverd), USB-kabel (bijgeleverd) en batterij voor deze camera. ••Laad de batterij altijd op voordat u de camera voor het eerst gebruikt! (batterij ongeladen geleverd) ••Laad de batterij op terwijl deze in de camera zit.
Voorbereidingen Batterij opladen De batterij in de camera plaatsen U laadt de batterij op door deze in de camera te plaatsen. Schuif de vrijgavehendel naar de positie [OPEN] en open het klepje voor de kaart/batterij [OPEN] [LOCK] Vrijgavehendel Schuif de batterij helemaal in de camera ••Steek de batterij helemaal in het apparaat en controleer of de batterij door de hendel wordt vergrendeld.
Voorbereidingen Batterij opladen De batterij opladen We raden u aan op te laden op een locatie waar de omgevingstemperatuur tussen 10 °C en 30 °C ligt (hetzelfde geldt voor de batterijtemperatuur). Zorg dat de camera uitgeschakeld is. Netadapter (bijgeleverd) USB-kabel (bijgeleverd) Computer Voorbereiding: Schakel de computer in. Wanneer u de camera oplaadt, sluit u de USB-kabel (bijgeleverd) op de [AV OUT/DIGITAL]-aansluiting aan.
Voorbereidingen Batterij opladen ●●Als de computer tijdens het opladen naar de stand hibernation gaat, kan het opladen worden gestopt. ●●Als een notebookcomputer die niet op een stopcontact is aangesloten, op de camera is aangesloten, zal de batterij van de notebookcomputer leeg raken. Laat de camera en de notebook niet lange tijd op elkaar aangesloten. ●●Sluit de USB-kabel altijd aan op de USB-aansluiting op uw computer.
Voorbereidingen Batterij opladen ●●Gebruik geen andere USB-kabels dan de bijgeleverde kabel of een echte Panasonic USB-kabel (DMW-USBC1: optioneel). Als u dat wel doet, kan de camera storingen vertonen. ●●Gebruik geen andere netadapters behalve de bijgeleverde netadapter. ●●Gebruik geen USB-verlengkabel. ●●De netadapter (bijgeleverd) en de USB-kabel (bijgeleverd) zijn specifieke accessoires van deze camera. Gebruik deze niet voor andere apparatuur.
Voorbereidingen Batterij opladen Resterend batterijvermogen Wanneer u de camera gebruikt, wordt de resterende batterijcapaciteit weergegeven. Resterend batterijvermogen (alleen bij gebruik van batterij) (knippert rood) Als het batterijsymbool rood knippert, dient u de batterij opnieuw op te laden of te vervangen. Geschat aantal op te nemen beelden en beschikbare opnameduur De uitvoertijden en aantal te maken beelden zullen verschillen afhankelijk van de omgeving en de gebruiksaanwijzing.
Voorbereidingen Batterij opladen ■■Films opnemen (Bij gebruik lcd-scherm) [Opname-indeling] [Opn. kwaliteit] [AVCHD] [MP4] [FHD/50p] [FHD/50i] [FHD/25p] Beschikbare opnameduur Ongeveer 75 min Ongeveer 80 min Ongeveer 90 min Feitelijk beschikbare opnameduur* Ongeveer 30 min Ongeveer 35 min Ongeveer 40 min * De werkelijke tijd waarin u kunt opnemen wanneer u de camera regelmatig in- en uitschakelt, begint en stopt met opnemen en de zoom gebruikt.
Voorbereidingen Insteken en verwijderen van een (optionele) kaart ••Zorg dat de camera uitgeschakeld is. Schuif de vrijgavehendel naar de positie [OPEN] en open het klepje voor de kaart/batterij [OPEN] [LOCK] Vrijgavehendel Schuif de kaart helemaal in de camera ••Inschuiven tot de kaart vastklikt.
Voorbereidingen Uw beelden opslaan (kaarten en het ingebouwde geheugen) Beelden worden op een kaart opgeslagen als er een in de camera is geplaatst, of in het ingebouwde geheugen [ ] als dat niet het geval is. ■■Ingebouwd geheugen (ongeveer 86 MB) ●●Beelden kunnen gekopieerd worden tussen kaarten en het ingebouwde geheugen. (→188) ●●De toegangstijd voor het ingebouwde geheugen kan langer zijn dan de toegangstijd voor een kaart.
Voorbereidingen Uw beelden opslaan (kaarten en het ingebouwde geheugen) Geschatte opnamecapaciteit (aantal beelden/opnameduur) Het aantal beelden dat u kunt opnemen en de opnameduur variëren met de capaciteit van de kaart (naast de opname-omstandigheden en het type kaart).
Voorbereidingen Uw beelden opslaan (kaarten en het ingebouwde geheugen) ■■Capaciteit opnameduur (films) ([h], [m] en [s] staan voor "uren", "minuten" en "seconden".) Wanneer [Opname-indeling] [AVCHD] is. [Opn. kwaliteit] [FHD/50p] [FHD/50i] / [HD/50p] 32 GB 64 GB 37m00s 8 GB 2h31m00s 5h07m00s 1h01m00s 4h10m00s 8h26m00s Wanneer [Opname-indeling] [MP4] is. [Opn.
Voorbereidingen Instellen van de klok Bij verzending van de camera is de klok niet ingesteld. ••Ontkoppel het apparaat van de netadapter (bijgeleverd). Druk op de [ON/OFF]-knop van de camera De camera wordt ingeschakeld. Als het taalkeuzescherm niet wordt weergegeven, gaat u naar stap . Druk op [MENU/SET] terwijl het bericht wordt weergegeven Druk op om de taal te selecteren en druk op [MENU/SET] ••Het bericht [Aub klok instellen] verschijnt.
Voorbereidingen Instellen van de klok Wanneer [Gelieve de thuiszone instellen] wordt weergegeven, drukt u op [MENU/SET] Druk op om uw thuiszone in te stellen en druk op [MENU/SET] Huidige tijd Naam stad of regio Verschil met GMT (Greenwich Mean Time) ●●Als de klok niet is ingesteld, kan de juiste datum niet worden afgedrukt wanneer u een fotostudio opdracht geeft de foto af te drukken of wanneer u de datum afdrukt op de foto’s met [Datum afdr.] of [Tekst afdr.].
Basisbediening Bedieningsvolgorde Druk op de [ON/OFF]-knop van de camera om de camera in te schakelen 1 Stel in op de gewenste opnamemodus Stel de modusknop correct in op de modus die u wilt gebruiken. → [Intelligent auto]-modus [Program AE]-modus 2 [Lensopeningspr.]-modus [Sluiterprioriteit]-modus [Handm. belicht.]-modus [Klant]-modus Foto’s opnemen met automatische instellingen. (→35) Foto’s opnemen met automatische instellingen voor sluitertijd en diafragmawaarde.
Basisbediening Bedieningsvolgorde Richt de camera en neem foto’s ■■Foto’s opnemen Ontspanknop halverwege indrukken om scherp te stellen Druk de ontspanknop volledig in om het beeld op te nemen Half indrukken (licht indrukken voor scherpstellen) Volledig indrukken (helemaal indrukken voor opname maken) ■■Films opnemen Filmknop indrukken om te gaan filmen Filmknop nogmaals indrukken om te stoppen met filmen 3 ■■De camera vasthouden Flitser/AF-assistlampje Microfoons Blokkeer de flitser of he
Basisbediening Bedieningsvolgorde Beelden afspelen Druk op de afspeelknop 4 Druk op of draai de bedieningsknop om het beeld te selecteren dat moet worden weergegeven ■■Filmbeelden bekijken Selecteer een beeld met het filmpictogram en druk op .
Basisbediening Gebruik van de bedieningsring/bedieningsknop De "bedieningsring/bedieningsknop" is een eenvoudige en handige manier om diverse instellingen aan te passen, afhankelijk van de geselecteerde cameramodus. Met de bedieningsring ( )/bedieningsknop ( ) kunt u de instellingen van het apparaat wijzigen. (In de modus [Intelligent auto]) Instellingsindicatie Onderdelen die kunnen worden ingesteld met de bedieningsring/bedieningsknop, verschillen afhankelijk van de opnamemodi.
Basisbediening Gebruik van de bedieningsring/bedieningsknop Gebruik van het Quick-menu Tijdens het opnemen kunt u eenvoudig een aantal menu-onderdelen oproepen om die in te stellen. Druk op de [Q.MENU/ Druk op ]-knop om menuonderdelen te selecteren ••Welke menu-onderdelen en instellingen er worden weergegeven verschilt afhankelijk van de opnamemodus.
Basisbediening Foto’s opnemen met automatische instellingen Modus [Intelligent auto] ■■Opnamemodus: Deze modus wordt aanbevolen voor diegenen die direct willen fotograferen of voor beginners. De camera optimaliseert de instellingen namelijk voor het onderwerp en de opnameomgeving.
Basisbediening Foto’s opnemen met automatische instellingen Modus [Intelligent auto] Automatische scènedetectie Gericht op uw onderwerp, leest de camera de scène af en maakt dan automatisch de optimale instellingen. Fotograferen [i-Portret] [i-Nachtportret]*2 [i-Baby]*1 [i-Landschap] Pictogram van de herkende scènefunctie (alleen wanneer [ geselecteerd) ] is [i-Nachtl.schap]*2 [i-Zonsonderg.] [i-Nachtop.
Basisbediening Foto’s opnemen met automatische instellingen Modus [Intelligent auto] De achtergrond onscherp maken U kunt de modus [Intelligent auto] ook gebruiken om de achtergrondonscherpte eenvoudig aan te passen, als in de modus [Lensopeningspr.]. Druk op Draai de bedieningsring of de bedieningsknop om de achtergrondonscherpte aan te passen Achtergrondonscherpte De achtergrond onscherp maken De achtergrond scherp maken ••[AUTO] wordt in het pictogram weergegeven tijdens automatische aanpassing.
Basisbediening Foto’s opnemen met automatische instellingen Modus [Intelligent auto] ●●Wanneer u films opneemt, regelt de camera het diafragma binnen het relevante belichtingsbereik en zal bij de helderheid van sommige onderwerpen de achtergrondonscherpte niet veranderen. ●●Met de modus [Intelligent auto plus] kunt u de helderheid en kleur aanpassen. (→42) ●●Als de camera uitgeschakeld wordt of de opnamemodus gewijzigd wordt, keert de instelling voor achtergrondonscherpte terug naar [AUTO].
Basisbediening Foto’s opnemen met automatische instellingen Modus [Intelligent auto] [iHandh. nachtop.] Als er automatisch een nachtscène wordt herkend terwijl u de camera in de hand houdt, kan [iHandh. nachtop.] een foto met minder beweging en minder storing opnemen zonder gebruik van een statief door een burst-reeks van beelden te combineren. Deze functie is vooraf ingesteld op [ON] op dit apparaat.
Basisbediening Foto’s opnemen met automatische instellingen Modus [Intelligent auto] [iHDR] Als er bijvoorbeeld een groot contrast is tussen de achtergrond en het onderwerp, neemt [iHDR] meerdere foto’s met verschillende belichting op en worden deze gecombineerd tot één foto met een rijke gradatie. Deze functie is vooraf ingesteld op [ON] op dit apparaat.
Basisbediening Foto’s opnemen met automatische instellingen Modus [Intelligent auto] Tracking AF Deze functie stelt de camera in staat om scherpgesteld te blijven op het onderwerp en ook de belichting te corrigeren terwijl het onderwerp beweegt. Druk op om [AF mode] in te stellen op Tracking AF ••Uitschakelen van de Tracking AF → Druk op . Plaats het Tracking AF-kader over het onderwerp en druk de ontspanknop half in om dit te vergrendelen ••Uitschakelen van de AF-vergrendeling → Druk op [MENU/SET].
Basisbediening Foto’s opnemen met automatische instellingen Modus [Intelligent auto] Modus [Intelligent auto plus] Wanneer de modus [Intelligent auto plus] (iA+) is geselecteerd, kunt u gemakkelijk de helderheid en kleur aanpassen, naast de achtergrondonscherpte zonder dat de gebruikersvriendelijke bediening van de modus [Intelligent auto] in het geding komt. ■■Schakelen naar de modus [Intelligent auto plus] Gebruik het menu [iA MODE] om een andere modus te kiezen.
Basisbediening Foto’s opnemen met automatische instellingen Modus [Intelligent auto] ■■Helderheid, kleur en achtergrondonscherpte aanpassen Druk op Druk op aanpassen om een onderdeel te selecteren dat u wilt Hiermee past u de helderheid aan. Hiermee past u de achtergrondonscherpte aan. Hiermee past u de kleur aan. ••[AUTO] wordt in het pictogram weergegeven tijdens automatische aanpassing.
Basisbediening Foto’s opnemen met automatische instellingen Modus [Intelligent auto] Informatie over instellingsonderdelen voor [Intelligent auto] Alleen de menu-onderdelen die worden weergegeven in de modus [Intelligent auto] kunnen worden ingesteld. De instellingen die zijn gekozen in [Program AE] of andere modi worden weerspiegeld voor de niet weergegeven menu-onderdelen in het menu [Set-up].
Basisbediening Foto’s maken met uw eigen instellingen Modus [Program AE] ■■Opnamemodus: Foto’s opnemen met automatische instellingen voor sluitertijd en diafragmawaarde. In het menu [Opname] instellingen wijzigen en uw eigen opnameomgeving instellen.
Basisbediening Foto’s maken met uw eigen instellingen Modus [Program AE] Programme Shift De functie voor het behouden van dezelfde belichting (helderheid) terwijl u de combinatie van sluitertijd en diafragmawaarde verandert, heet "Programme Shift". Met "Programme Shift" kunt u beelden opnemen door de sluitertijd en de diafragmawaarde aan te passen, zelfs in de modus [Program AE]. Druk de ontspanknop half in ••De sluitertijd en diafragmawaarde worden in geel op het scherm weergegeven.
Basisbediening Foto’s maken met uw eigen instellingen Modus [Program AE] ●●Wanneer de camera uitgeschakeld is, wordt Programme Shift geannuleerd. ●●Program Shift wordt geannuleerd als er meer dan 10 seconden verstrijken nadat Program Shift geactiveerd is. De instelling van Program Shift wordt echter in het geheugen opgeslagen. ●●Afhankelijk van de helderheid van het object kan het zijn dat de programmaschakeling niet werkt.
Basisbediening Scherpstellen Als [AF mode] is ingesteld op [ ] (Scherpstellen op 1 punt), stelt u scherp op het AFgebied in het midden van het beeld. Volg onderstaande stappen als het onderwerp dat u wilt opnemen, zich niet in het midden bevindt.
Basisbediening Films opnemen ■■Opnamemodus: U kunt films met geluid (stereo) opnemen. ••U kunt een film alleen in het ingebouwde geheugen opnemen in [MP4] met de instelling [VGA]. Druk op de filmknop om bewegende beelden op te nemen Microfoons [Opname-indeling] (→155)/ [Opn. kwaliteit] (→155) ●●Let bij het opnemen van filmbeelden op dat u de microfoon niet blokkeert. ●●Na indrukken laat u de filmknop onmiddellijk weer los. ●●U kunt films opnemen die bij elke opnamemodus Verstreken opnameduur passen.
Basisbediening Films opnemen ■■Opnameformaat voor het opnemen van films Met dit apparaat kunt u films opnemen in AVCHD- of MP4-formaat. AVCHD: U kunt met dit formaat beelden met high-definition opnemen. Deze zijn geschikt voor het bekijken van films op een tv met een hoge resolutie of voor opslag op een disk. AVCHD Progressive: De [50p] in [FHD] is een modus waarmee u films kunt opnemen bij 1920 x 1080/50p, de hoogste kwaliteit* die voldoet aan de AVCHD-norm.
Basisbediening Films opnemen ●●Als de omgevingstemperatuur hoog is of er sprake is van een continue filmopname, wordt [ ] weergegeven en wordt de opname mogelijk halverwege stopgezet om de camera te beschermen. ●●Wanneer u in- en uitzoomt tijdens het opnemen van films, kan het even duren om scherp te stellen. ●●Afhankelijk van de omgeving kan tijdens het opnemen van films het scherm even zwart worden of kan ruis worden opgenomen als gevolg van statische elektriciteit, elektromagnetische golven enzovoort.
Basisbediening Films opnemen Foto’s opnemen terwijl u doorgaat met filmen U kunt tussen het filmen door gewoon foto’s opnemen. Druk tijdens het filmen de ontspanknop volledig in U kunt tussen het filmen door gewoon foto’s maken. [Resolutie foto-opname] (→156) 9M 6M 2M Maximumaantal beelden 10 foto’s ••Er is een kans dat de sluiterklik van de ontspanknop in de film hoorbaar is. ••Wanneer u een foto opneemt tijdens in- of uitzoomen van de film, kan het zoomen stoppen.
Basisbediening Uw beelden bekijken Wanneer er een kaart in de camera aanwezig is, worden de beelden van de kaart afgespeeld en zonder kaart ziet u de beelden van het ingebouwde geheugen. Druk op de afspeelknop ••Door de afspeelknop ingedrukt te houden terwijl de camera uit is, kunt u de camera in de afspeelmodus inschakelen.
Basisbediening Uw beelden bekijken Inzoomen en "zoom afspelen" bekijken Beweeg de zoomhendel naar de T-zijde Huidige zoomstand ••Telkens wanneer u de zoomhendel in de richting van de T-zijde beweegt, volgt een sterkere vergroting in vier stappen: 2x, 4x, 8x en 16x. (De weergegeven beeldkwaliteit wordt achtereenvolgens lager.) ••Uitzoomen → Beweeg de zoomhendel naar de W-zijde. ••Zoompositie verplaatsen → Druk op .
Basisbediening Uw beelden bekijken Lijst van beelden bekijken "meerdere afspelen" Beweeg de zoomhendel naar de W-zijde Beeldnummer/Totaal aantal Films Panoramabeelden ••Beweeg de zoomhendel naar de W-zijde en u kunt in de volgende volgorde van weergavemethode wisselen: scherm met 1 beeld (volledig scherm) → scherm met 12 beelden → scherm met 30 beelden → kalenderscherm. (Beweeg de hendel naar de T-zijde om terug te keren.
Basisbediening Uw beelden bekijken Beelden zoeken en bekijken op hun opnamedatum [Kalender] Beweeg de zoomhendel enkele malen naar de W-zijde Selecteer met [MENU/SET] de opnamedatum en druk op ••Beelden worden weergegeven in meerdere afspelen (scherm met 30 beelden). De cursor verschijnt op het eerste beeld dat op de geselecteerde datum opgenomen is. ••U kunt ook de datum selecteren met de bedieningsknop. ●●Alleen maanden waarin beelden zijn opgenomen, worden op het kalenderscherm weergegeven.
Basisbediening Filmbeelden bekijken Dit apparaat is ontworpen om films af te spelen in de formaten AVCHD, MP4 en QuickTime Motion JPEG. Selecteer een beeld met het filmpictogram en druk op Nu begint het afspelen. Opnameduur voor films Voorbeeld: Na 29 minuten en 30 seconden: [29m30s] •• Nadat het afspelen begint, wordt de verstreken speelduur weergegeven op het scherm. Film-pictogram (verschilt afhankelijk van [Opname-indeling] en [Opn.
Basisbediening Filmbeelden bekijken Overnemen van foto’s uit films Scènes uit uw filmbeelden opslaan als foto’s. Geef het beeld weer dat u als foto wilt vastleggen door een film tijdens het afspelen te pauzeren Druk op [MENU/SET] ••Er verschijnt een verzoek om bevestiging. Selecteer [Ja] en druk op [MENU/SET] om het beeld op te slaan. ••Foto’s worden opgeslagen met [Aspectratio] ingesteld op [16:9] en [Fotoresolutie] op 2M*. *In de volgende gevallen worden opgeslagen foto’s [4:3], 0.3M.
Basisbediening Beelden verwijderen Beelden worden gewist van de kaart als er een kaart is geplaatst, of uit het ingebouwd geheugen als er geen kaart is geplaatst. (Verwijderde beelden kunnen niet worden teruggehaald.) Beelden worden in de volgende gevallen echter niet verwijderd: ••Beveiligde beelden ••Wanneer de kaartvergrendeling in de positie "LOCK" staat.
Basisbediening Beelden verwijderen Meerdere beelden wissen (tot 100 tegelijk)/Wissen van alle beelden Een groep beelden (→160) wordt behandeld als 1 beeld. (Alle beelden uit de geselecteerde groep beelden worden verwijderd.) Druk op de [ ]-knop terwijl u een beeld weergeeft Gebruik om [Multi wissen]/[Alles wissen] te selecteren en druk op [MENU/SET] ••Onderdelen kunnen ook worden geselecteerd door de bedieningsknop te draaien. ●●[Multi wissen] Selecteer met een beeld en druk op de [DISP.
Basisbediening Het menu instellen Raadpleeg de onderstaande procedure voor een voorbeeld van de bediening van de menu’s. Voorbeeld: wijzigen van de [AF mode] in het [Opname]-menu in de modus [Program AE] Druk op [MENU/SET] Druk op of draai de bedieningsknop om het [Opname]-menu te selecteren en druk op [MENU/SET] Druk op of draai de bedieningsknop om [AF mode] te selecteren en druk op [MENU/SET] Pagina’s (De pagina’s zijn ook te selecteren met de zoomhendel.
Basisbediening Het menu instellen Menutype ●●In opnamemodus [Opname] [Bewegend beeld] [Set-up] [Wi-Fi] [Afspeel functie] [Afspelen] ●●In afspeelmodus U kunt allerlei zaken instellen, zoals tinten, gevoeligheid, beeldverhouding en fotoresolutie. U kunt het opnameformaat en beeldkwaliteit en andere instellingen selecteren. U kunt instellingen opgeven voor gebruiksgemak, bijvoorbeeld voor de klok en de pieptonen.
Basisbediening Gebruik van het [Set-up]-menu [Klokinst.] en [Besparing] zijn belangrijk voor de klokinstelling en de batterijgebruiksduur. Controleer deze instellingen voordat u de camera gebruikt. ••Voor de instelprocedures van het menu. (→61) ●●In de modus [Intelligent auto] worden alleen [Klokinst.], [Wereldtijd], [Vliegtuigmode], [Toon], [Compositie Gids] en [Taal] ingesteld. [Klokinst.] De tijd- en datumnotatie en de weergave-indeling instellen.
Basisbediening Gebruik van het [Set-up]-menu ••Voor de instelprocedures van het menu. (→61) [Toon] Pieptoon en geluiden van de ontspanner wijzigen of dempen. ●●[Toonniveau] ■■Instellingen: ●●[Pieptoon] ■■Instellingen: ([Laag]) / / ([Hoog]) / ([UIT]) ([Hoog]) / ([UIT]) / ●●[Shutter vol.] ■■Instellingen: ●●[Shutter toon] ■■Instellingen: ([Laag]) / / / ■■Pieptonen bij bediening van de bedieningsring Pieptonen zijn hoorbaar bij het draaien van de bedieningsring.
Basisbediening Gebruik van het [Set-up]-menu ••Voor de instelprocedures van het menu. (→61) [Geh voorkeursinst.] Registreer de huidige camera-instellingen. (→132) [Fn knopinstelling] Registreer vaakgebruikte functies uit het menu [Opname], het menu [Set-up] of andere menu’s onder de functieknoppen voor een snellere bediening. (→134) [Zoomschakelaar inst.] Schakelt tussen instellingen voor bediening van de zoomhendel. (→84) ■■Instellingen [Zoom] De zoom werkt normaal.
Basisbediening Gebruik van het [Set-up]-menu ••Voor de instelprocedures van het menu. (→61) [Live View Modus] Hiermee stelt u de weergavesnelheid en de beeldkwaliteit van het scherm (Live Viewscherm) in wanneer u beelden opneemt met het lcd-scherm of de zoeker. ■■Instellingen [30fps] Beeldkwaliteit heeft een hogere prioriteit dan weergavesnelheid en beelden worden op 30 frames/seconde weergegeven.
Basisbediening Gebruik van het [Set-up]-menu ••Voor de instelprocedures van het menu. (→61) [Helderheid scherm] Het lcd-scherm beter zichtbaar maken. ■■Instellingen [Auto power scherm] De helderheid wordt automatisch ingesteld, afhankelijk van de lichtsterkte rondom de camera. [Power scherm] De helderheid wordt hoger dan gebruikelijk zodat u het beeld buiten gemakkelijk kunt zien. [OFF] — ●●Kan [Auto power scherm] niet selecteren in afspeelmodus.
Basisbediening Gebruik van het [Set-up]-menu ••Voor de instelprocedures van het menu. (→61) [Histogram] Geeft de verdeling van de helderheid in het beeld weer – als de grafiek bijvoorbeeld een piek aan de rechterkant heeft, betekent dit dat er verschillende lichte gedeelten op het beeld staan. Een piek in het midden wijst op optimale helderheid (juiste belichting). Dit kunt u gebruiken als vingerwijzing voor de belichtingscompensatie e.d.
Basisbediening Gebruik van het [Set-up]-menu ••Voor de instelprocedures van het menu. (→61) [Rest-aanduiding] Schakel de weergave tussen het resterende aantal foto’s dat u kunt maken of de resterende opnameduur van een film die u kunt opnemen voor de beschikbare kaart of het beschikbare ingebouwde geheugen. ■■Instellingen Hier worden het aantal op te nemen beelden voor foto’s weergegeven. Hier wordt de beschikbare opnametijd voor films weergegeven.
Basisbediening Gebruik van het [Set-up]-menu ••Voor de instelprocedures van het menu. (→61) [Besparing] Schakel de camera uit of zorg dat het lcd-scherm donker wordt terwijl u de camera niet gebruikt, om de batterij te sparen. ●●[Autom. uit] De camera automatisch uitschakelen wanneer deze niet in gebruik is. ■■Instellingen: [2MIN.] / [5MIN.] / [10MIN.] / [OFF] ●●Wanneer u de camera weer wilt gebruiken, schakelt u de camera weer in.
Basisbediening Gebruik van het [Set-up]-menu ••Voor de instelprocedures van het menu. (→61) [Auto review] Foto’s automatisch weergeven direct nadat u ze hebt gemaakt. ■■Instellingen [1SEC] / [2SEC] Hiermee geeft u een vooraf ingestelde tijd het afspeelscherm weer voordat automatisch terug wordt gekeerd naar het opnamescherm. [HOLD] Houdt het scherm voor automatisch afspelen weergegeven totdat op [MENU/SET] gedrukt wordt.
Basisbediening Gebruik van het [Set-up]-menu ••Voor de instelprocedures van het menu. (→61) [Nr. resetten] Nummers van fotobestanden resetten. (Het nummer van de map wordt bijgewerkt en bestanden worden genummerd vanaf 0001.) ••Het mapnummer terugzetten op 100: Formatteer eerst het ingebouwde geheugen of de kaart en reset daarna de bestandsnummers met [Nr. resetten]. Selecteer vervolgens [Ja] in het scherm voor het resetten van de mapnummers. ●●Aan de map kan een nummer tussen 100 en 999 worden toegekend.
Basisbediening Gebruik van het [Set-up]-menu ••Voor de instelprocedures van het menu. (→61) [USB mode] Selecteer een communicatiemethode voor aansluiting van de camera op een computer of printer via een USB-kabel (bijgeleverd). ■■Instellingen [Select. verbinding] Selecteer elke keer dat u verbinding met een computer of een PictBridge-compatibele printer maakt, een communicatiemethode. [PictBridge(PTP)] Selecteer deze functie voor aansluiting op een PictBridge-geschikte printer.
Basisbediening Gebruik van het [Set-up]-menu ●●[VIERA link] Voor automatisch gekoppelde bediening met andere VIERA Link-compatibele apparaten en bediening met een VIERA-afstandsbediening bij aansluiting met een HDMI microkabel. (→263) ■■Instellingen [ON] Voor de bediening gebruikt u de afstandsbediening van het aangesloten VIERA Linkcompatibel apparaat. •• Niet alle functies zijn hiermee te bedienen. •• De werking van de toetsen op de camera zelf zal beperkt zijn.
Basisbediening Gebruik van het [Set-up]-menu ••Voor de instelprocedures van het menu. (→61) [Versie disp.] Controleert de firmwareversie van de camera of geeft software-informatie weer. ●●Als u op [MENU/SET] drukt tijdens weergave van de versie, verschijnt er softwareinformatie, zoals bijvoorbeeld de licentie. [Formatteren] Gebruik dit wanneer er [Fout int. geheugen] of [Storing geheugenkaart] verschijnt, of voor het formatteren van het ingebouwde geheugen of de geheugenkaart.
Basisbediening Tekst invoeren Gebruik de cursortoets om namen in te voeren met de gezichtsherkenningsfunctie en in de scènemodi [Baby] en [Huisdier], of voor het registreren van locaties in [Reisdatum] enz. Selecteer tekens met Druk enkele malen op [MENU/SET] totdat de gewenste letter wordt weergegeven Er wordt tekst ingevoegd op de cursorpositie. ●●Wijzigen van het lettertype ••Druk op de [DISP.
Toepassing (opname) Schakelen tussen de weergave van opnamegegevens enzovoort. U kunt de opnamegegevens (zoals pictogrammen voor diverse instellingen) en de waterpas ook uitschakelen (→80). U kunt de weergave schakelen, zoals de weergave van informatie uitschakelen voor een eenvoudige weergave, bijvoorbeeld wanneer u de compositie bepaalt. Druk op de [DISP.
Toepassing (opname) Beelden opnemen met een vastgestelde compositie [Compositie Gids] ■■Opnamemodus: Als u met de zoeker of het lcd-scherm de plaatsing van uw onderwerp (de compositie) vaststelt, kunt u indrukwekkendere foto’s maken. De volgende richtlijnen kunnen worden gebruikt. Naam compositie [Regel van derden] Richtlijn Beschrijving Met deze compositie kunt u foto’s uitdrukkingskracht geven door het onderwerp een beetje uit het centrum te plaatsen.
Toepassing (opname) Beelden opnemen met een vastgestelde compositie [Compositie Gids] ■■Richtlijnen selecteren Druk op de [Fn1]-knop Selecteer met [MENU/SET] de richtlijn die u wilt weergeven en druk op ••U kunt de richtlijn ook selecteren met de bedieningsknop. ••Uitleg en voorbeelden van de compositie worden na elkaar weergegeven wanneer u op de [DISP.]-knop drukt. om te spiegelen.
Toepassing (opname) Gebruik van de waterpas ■■Opnamemodus: Als u zeker wilt weten dat de camera niet schuin staat of kantelt, bijvoorbeeld als u een beeld van een landschap opneemt, gebruikt u de waterpasindicatie als referentie. Druk op de [DISP.]-knop om naar een ander scherm te gaan Druk op de knop om naar een ander scherm te gaan. Druk op de knop totdat de waterpas wordt weergegeven. Camerahoek corrigeren ■■Gebruik van de waterpas De gele lijn geeft de huidige hoek aan.
Toepassing (opname) Zoom gebruiken ■■Opnamemodus: U kunt het gebied van een beeld dat u wilt opnemen, met de zoomfunctie aanpassen. Zoomhendel verplaatsen Groter gebied fotograferen (groothoek) Het onderwerp vergroten (tele) •• Voor de zoomsnelheid kunt u kiezen uit 2 niveaus, afhankelijk van de stand waarin u de zoomhendel beweegt. Wanneer extra optische zoom is ingesteld Scherpstelbereik Zoomfactor Digitaal zoombereik Optisch zoombereik Zoombalk i.
Toepassing (opname) Zoom gebruiken ●●Als u de camera niet vasthoudt terwijl u de zoom gebruikt, zoals wanneer u opnamen maakt met de zelfontspanner (→106), opnamen maakt met [Intervalopname] (→150) of op afstand opneemt (→203), zou de camera kunnen kantelen wanneer de lensbuis uitsteekt, dus zorg ervoor dat u de camera vastzet met een statief of een andere methode. ●●Raak de lensbuis tijdens het zoomen niet aan. ●●Stel scherp nadat u de zoominstelling hebt aangepast.
Toepassing (opname) Zoom gebruiken Om de zoomfactor nog verder te verhogen, kunt u de volgende zoomfuncties in combinatie gebruiken. ■■[i.Zoom] Met de intelligente resolutietechnologie van de camera kunt u de zoomfactor tot 2x hoger maken dan de oorspronkelijke zoomfactor waarbij verslechtering van de beeldkwaliteit wordt beperkt. Stel de [i.Zoom] in het menu [Opname] in op [ON]. (→149) ●●De intelligente resolutietechnologie van de camera wordt toegepast op een beeld in het zoombereik van [i.Zoom].
Toepassing (opname) Zoom gebruiken [Stapsg. zoom] U kunt de zoombediening zo instellen dat de kijkhoek (beeldhoek) gemakkelijk zichtbaar is voor de brandpuntsafstand van een reguliere lens met vaste brandpuntsafstand (als bij een filmcamera van 35 mm). Wanneer u de stapsgewijze zoom gebruikt, kunt u de zoomfactor even gemakkelijk bedienen als het aanpassen van de cameralens. ••Wanneer u opneemt in de modus [Intelligent auto], kunt u de [Stapsg. zoom] aanpassen met de bedieningsring/bedieningsknop.
Toepassing (opname) Zoom gebruiken ●●Wanneer u [Stapsg. zoom] gebruikt, is de weergegeven brandpuntsafstand een schatting. Hij is gebaseerd op de instelling voor [Aspectratio] van 4:3. ●●De brandpuntsafstand zal in de volgende gevallen veranderen: ••Wanneer [iHandh. nachtop.] is ingesteld op [ON] ••Wanneer [Burstfunctie] is ingesteld op [ ] ••Wanneer [Nachtop. uit hand] is ingesteld in Scènemodus ●●[Stapsg.
Toepassing (opname) Foto’s opnemen met een flitser ■■Opnamemodus: Druk op de [ ]-knop ( ) Selecteer met ∗1 het gewenste type en druk op [MENU/SET] Type, bewerkingen [Auto] •• Bekijkt automatisch of er moet worden geflitst of niet [Auto/rode-og]∗2 •• Bekijkt automatisch of er moet worden geflitst of niet (met rode-ogenreductie) [Flitser altijd aan] •• Altijd flitsen [Lngz. sync.
Toepassing (opname) Foto’s opnemen met een flitser ●●Let op dat u het flitsvenster (→11) niet met uw vingers bedekt en kijk niet van dichtbij in de flitser. Gebruik de flitser niet vlakbij kwetsbare onderwerpen (de hitte/fel licht van de flitser kan het onderwerp beschadigen). ●●Het effect van de rode-ogenreductie varieert, afhankelijk van het onderwerp, en wordt beïnvloed door factoren zoals afstand tot het onderwerp, of het onderwerp tijdens de voorflits naar de camera kijkt enzovoort.
Toepassing (opname) Foto’s opnemen met een flitser ■■Beschikbare typen in elke modus (○: beschikbaar, –: niet beschikbaar, : standaardinstelling) [Scènemode] ○∗1 ○ ○ ○ ○ – – – ○ ○ ○ – ○ ○ ○ ○ ○ ○ ○ – – – ○ ○ ○ – – – ○ ○ ○ ○ ○ – ○ – ○ ○ ○ – – – ○ ○ ○ ∗1 Stel in op [ ], [ ], [ ] of [ ] afhankelijk van het onderwerp en de helderheid. ••De flitser is niet te gebruiken bij het filmen of in de scènemodi [ ], [ ], [ ], [ [ ], [ ], [ ], [ ] en [ ].
Toepassing (opname) Beelden opnemen met automatische scherpstelling ■■Opnamemodus: Druk de ontspanknop half in om scherp te stellen wanneer de automatische scherpstelling is ingeschakeld. Scherpstelmethoden variëren, afhankelijk van de opnamemodus en de instelling [AF mode]. Druk op de [ ]-knop ( ) Selecteer met [AF] en druk op [MENU/SET] ■■[AF mode] schakelen Selecteer [AF mode] in het menu [Opname] ••Voor de instelprocedures van het menu.
Toepassing (opname) Beelden opnemen met automatische scherpstelling Beelden opnemen van mensen van voren (Gezichtsdetectie) Herkent gezichten (max. 15 personen) en past de belichting en scherpstelling hierop aan. AF-gebied Geel: Als u de ontspanknop half indrukt, wordt het kader groen als de camera is scherpgesteld. Wit: Verschijnt bij detectie van meerdere gezichten. Andere gezichten die op dezelfde afstand zijn als de gezichten in het gele AF-gebied, worden ook scherp vastgelegd.
Toepassing (opname) Beelden opnemen met automatische scherpstelling Automatisch koppelen van de scherpstelling aan een bewegend onderwerp (Tracking AF) Plaats het Tracking AF-kader over uw onderwerp en druk de ontspanknop half in Autofocus-volgkader Wanneer uw onderwerp herkend wordt, verandert het autofocus-volgkader van wit in geel en dan wordt uw onderwerp steeds scherp in beeld gehouden. Als de autofocus-koppeling wegvalt, gaat er een rood kader knipperen.
Toepassing (opname) Beelden opnemen met automatische scherpstelling Onderwerp niet in het beeld gecentreerd (Scherpstellen op 23 punten) Stelt scherp op het onderwerp in het brede gebied (scherpstellen op 23 punten) op het opnamescherm. ●●De scherpstelling wordt vastgezet op [ ] (scherpstellen op 1 punt) tijdens het opnemen van films.
Toepassing (opname) Beelden opnemen met automatische scherpstelling ■■De positie en de grootte van het AF-gebied wijzigen ([Focus instellen]) Wanneer [AF mode] is ingesteld op [ ] (Scherpstellen op 1 punt), kunt u de positie of grootte van het AF-gebied in het midden verplaatsen. Selecteer [AF mode] in het menu [Opname] en druk op [MENU/SET] (→61) Selecteer met [ ] bij de onderdelen van de [AF mode] en druk op de [DISP.
Toepassing (opname) Close-upbeelden opnemen (Macro-opname) ■■Opnamemodus: Wanneer u het onderwerp van dichtbij beeldvullend wilt opnemen, kunt u door instellen op [Macro-AF] ([ ]) onderwerpen dichter benaderen dan bij het normale scherpstelbereik (tot op 3 cm in de max. groothoekstand).
Toepassing (opname) Close-upbeelden opnemen (Macro-opname) Scherpstelbereik Wanneer het onderwerp zich te dicht bij de camera bevindt, kan er niet goed op worden scherpgesteld. ■■Kortste opnameafstand De kortste opnameafstand is de afstand van de voorkant van de lens tot het onderwerp. Deze afstand verandert geleidelijk, afhankelijk van de zoomstand. Zoom [Focusfunctie] [AF] [Macro-AF] ( [MF] (→97) ) [Macro zoom] ( (→96) Max. W (groothoek) 50 cm 3 cm 3 cm Max.
Toepassing (opname) Close-upbeelden opnemen (Macro-opname) [Macro zoom] ■■Opnamemodus: Om uw onderwerp nog dichter te benaderen, kunt u instellen op [Macro zoom] ([ zodat uw onderwerp nog groter in beeld verschijnt dan bij de [Macro-AF] ([ ]). ]) Druk op de [ ]-knop ( ) Selecteer met [MENU/SET] [Macro zoom] ([ ]) en druk op Regel de vergroting met de zoomhendel Er is hierbij vast uitgezoomd naar de groothoekstand. Het scherpstelbereik is 3 cm Terug [ Vergroten .
Toepassing (opname) Beelden opnemen met handmatige scherpstelling ■■Opnamemodus: Handmatige scherpstelling is handig wanneer u de scherpstelling wilt vergrendelen om beelden op te nemen of wanneer het moeilijk is de scherpstelling aan te passen met automatische scherpstelling.
Toepassing (opname) Beelden opnemen met handmatige scherpstelling ■■1 opname AF Wanneer [1 opname AF] is geregistreerd onder een functieknop (→134), kunt u eenmaal op deze knop drukken om de automatische scherpstelling tijdelijk te activeren en scherp te stellen op een onderwerp. ••Stel eerst met [1 opname AF] scherp op een gebied dicht bij het onderwerp. U kunt dan gemakkelijker scherpstellen met de bedieningsring.
Toepassing (opname) Beelden opnemen met handmatige scherpstelling ■■[Peaking] Peaking Als [Peaking] is ingesteld op [ON] in het [Set-up]-menu, wordt kleur toegevoegd aan de gedeelten van het beeld die scherp zijn.
Toepassing (opname) Beelden opnemen door de belichting en/of scherpstelling te vergrendelen [AF/AE vergrend.] ■■Opnamemodus: De AF/AE-vergrendelingsfunctie is bijvoorbeeld handig wanneer het onderwerp te veel contrast heeft en u geen juiste belichting kunt krijgen (AE-vergrendeling) of wanneer u een foto wilt maken met een compositie waarbij het onderwerp buiten het AF-gebied ligt (AF-vergrendeling). Voorbereidingen: Voor het uitvoeren van de AF/AE-vergrendelingsfunctie dient u [AF/AE vergrend.
Toepassing (opname) Foto’s opnemen met belichtingscompensatie ■■Opnamemodus: Corrigeert de belichting als er tegenlicht is of als het onderwerp te donker of te licht is. Druk op de [ ]-knop ( ) Draai aan de bedieningsring of bedieningsknop om de compensatiewaarde te selecteren en druk op [MENU/SET] ••Als het beeld te donker is, regelt u de belichting bij naar de "+" kant toe. ••Als het beeld te licht is, regelt u de belichting bij naar de "-" kant toe.
Toepassing (opname) Foto’s opnemen met belichtingscompensatie Opnemen terwijl de belichting automatisch verandert ([Auto bracket]) ■■Opnamemodus: Er worden 3 opeenvolgende foto’s gemaakt en de belichting wordt automatisch gewijzigd. Na de belichtingscompensatie wordt de compensatiewaarde als standaard ingesteld. Druk op de [ ]-knop ( ) Selecteer met [Auto bracket] en druk op [MENU/SET] ••Druk op de [DISP.]-knop om de compensatiemarge te wijzigen en selecteer een compensatiemarge met .
Toepassing (opname) Burst-functie ■■Opnamemodus: Er kan een hele Burst foto’s worden gemaakt terwijl u de ontspanknop ingedrukt houdt. Druk op de [ ]-knop ( ) Selecteer met [Burstfunctie] en druk op [MENU/SET] ••Druk op de [DISP.]-knop om de burst-instelling te wijzigen en selecteer een instelling met . Instelling *1 Snelheid Beschrijving Aantal beelden∗2 Ongeveer 3 - 10 beelden/sec. •• De Burst-snelheid wordt automatisch aangepast aan de bewegingen van mensen, huisdieren of andere onderwerpen.
Toepassing (opname) Burst-functie Snelheid Beschrijving Aantal beelden∗1 Ongeveer 10 beelden/sec. •• Scherpstelling, belichting en witbalans worden in het eerste beeld vastgezet. 6 Ongeveer 40 beelden/sec. •• Scherpstelling, belichting en witbalans worden in het eerste beeld vastgezet. •• Opmerking over de fotoresolutie-instelling. 30 Ongeveer 60 beelden/sec. •• Scherpstelling, belichting en witbalans worden in het eerste beeld vastgezet. •• Het opnamebereik is verminderd.
Toepassing (opname) Burst-functie ●●Beelden die worden opgenomen met de instelling [ ] of [ ] worden gezamenlijk als groep opgenomen (beeldgroep). (→160) ●●Als er verandering komt in de helderheid van het onderwerp, kunnen de tweede en volgende beelden lichter of donkerder worden bij gebruik van de Burst-functie in de instelling [ ], [ ], [ ] of [ ]. ●●De Burst-snelheid kan minder worden als de sluitertijd langer wordt in een donkere omgeving.
Toepassing (opname) Foto’s maken met de zelfontspanner ■■Opnamemodus: We raden u aan een statief te gebruiken. Deze optie is ook effectief om bewegingen te voorkomen wanneer de ontspanknop wordt ingedrukt, door de zelfontspanner in te stellen op 2 seconden. Druk op de [ ]-knop ( ) Selecteer met [Zelfontspanner] en druk op [MENU/SET] ••Druk op de [DISP.]-knop om de instelling voor de tijd te wijzigen en selecteer een tijdsinstelling met .
Toepassing (opname) Beelden opnemen door de diafragmawaarde in te stellen Modus [Lensopeningspr.] ■■Opnamemodus: Tijdens het opnemen kunt u de diafragmawaarde zo regelen dat deze aan uw opnamedoel voldoet. De sluitertijd wordt automatisch aangepast aan de ingestelde diafragmawaarde.
Toepassing (opname) Beelden opnemen door de sluitertijd in te stellen Modus [Sluiterprioriteit] ■■Opnamemodus: Tijdens het opnemen kunt u de sluitertijd zo regelen dat deze aan uw opnamedoel voldoet. Het diafragma wordt automatisch aangepast aan de ingestelde sluitertijd. Stel de modusknop in op [ ] Draai de bedieningsring of bedieningsknop om de sluitertijd te selecteren De belichtingsmeter ••Een juiste belichting is niet mogelijk in het bereik dat met rood wordt aangeduid.
Toepassing (opname) Beelden opnemen door de diafragmawaarde en de sluitertijd in te stellen Modus [Handm. belicht.] ■■Opnamemodus: Bepaal de belichting door de diafragmawaarde en de sluitertijd handmatig in te stellen. Het hulpmiddel voor handmatige belichting verschijnt op het onderste gedeelte van het scherm om de belichting aan te duiden.
Toepassing (opname) Beelden opnemen door de diafragmawaarde en de sluitertijd in te stellen Modus [Handm. belicht.] ■■Hulpmiddel bij handmatige belichting (schatting) Beelden worden met standaardhelderheid weergegeven (juiste belichting). Beelden worden helderder weergegeven. Gebruik voor de juiste belichting een kortere sluitertijd of verhoog de diafragmawaarde. Beelden worden donkerder weergegeven. Gebruik voor de juiste belichting een langere sluitertijd of verlaag de diafragmawaarde.
Toepassing (opname) Foto’s maken met verschillende foto-effecten [Creatieve opties]-Modus ■■Opnamemodus: U kunt uw eigen instellingen selecteren uit diverse effecten en foto’s maken terwijl u deze effecten op het scherm controleert. Stel de modusknop in op [ Selecteer met [MENU/SET] ] een effect en druk vervolgens op ••Als u op de [DISP.]-knop drukt, wordt een beschrijving van het effect weergegeven.
Toepassing (opname) Foto’s maken met verschillende foto-effecten [Creatieve opties]-Modus ●●De flitser wordt ingesteld op [ ] ([Gedwongen uit]). ●●De weergave van een beeld dat een afspiegeling is van een geselecteerd effect in het voorbeeld- of opnamescherm kan afwijken van de werkelijk opgenomen beelden. ●●Een instelling die was geselecteerd in de [Creatieve opties]-modus blijft zelfs bewaard nadat de camera is uitgeschakeld.
Toepassing (opname) Foto’s maken met verschillende foto-effecten [Creatieve opties]-Modus Voor de instelprocedures voor het menu [Creatieve opties]. (→111) [Expressief] Versterkt kleuren en geeft opnamen een popart-effect.
Toepassing (opname) Foto’s maken met verschillende foto-effecten [Creatieve opties]-Modus Voor de instelprocedures voor het menu [Creatieve opties]. (→111) [Overbelichting] Dit effect geeft het beeld een heldere, luchtige en zachte uitstraling.
Toepassing (opname) Foto’s maken met verschillende foto-effecten [Creatieve opties]-Modus Voor de instelprocedures voor het menu [Creatieve opties]. (→111) [Dynamisch zwart/wit] Dit effect verhoogt het contrast voor indrukwekkende zwartwitopnamen.
Toepassing (opname) Foto’s maken met verschillende foto-effecten [Creatieve opties]-Modus Voor de instelprocedures voor het menu [Creatieve opties]. (→111) [Kruisproces] Geeft foto's een bezielend kleureffect.
Toepassing (opname) Foto’s maken met verschillende foto-effecten [Creatieve opties]-Modus Voor de instelprocedures voor het menu [Creatieve opties]. (→111) [Miniatuureffect] Dit effect vervaagt de buitenranden van de foto om de indruk te wekken van een kijkdoos.
Toepassing (opname) Foto’s maken met verschillende foto-effecten [Creatieve opties]-Modus Voor de instelprocedures voor het menu [Creatieve opties]. (→111) [Zachte focus] Dit effect vervaagt het hele beeld om een zachtere uitstraling te creëren.
Toepassing (opname) Foto’s maken met verschillende foto-effecten [Creatieve opties]-Modus Voor de instelprocedures voor het menu [Creatieve opties]. (→111) [Kleuraccent] Versterkt uw persoonlijke indruk door een kleur te accentueren en andere te vervagen.
Toepassing (opname) Panoramafoto’s opnemen Modus [Panorama-opname] ■■Opnamemodus: U kunt eenvoudig een panoramafoto opnemen door de camera in de richting te schuiven waarin u de opname wilt maken en automatisch de burst te combineren van de beelden die u in die periode hebt opgenomen. ••De opnamerichting is ingesteld als "links → rechts" en het beeldeffect is ingesteld op [Geen effect] op het moment van aanschaf.
Toepassing (opname) Panoramafoto’s opnemen Modus [Panorama-opname] Druk de ontspanknop volledig in en verschuif de camera in een kleine cirkelbeweging in de opnamerichting om te beginnen met opnemen ••Foto’s maken van links naar rechts 2 sec. 1 sec. Opnamerichting en voortgangsstatus (bij benadering) 3 sec. 4 sec. ••Verschuif de camera zo dat u een volledig circuit aflegt in ongeveer 8 seconden - Verschuif de camera op een constante snelheid.
Toepassing (opname) Panoramafoto’s opnemen Modus [Panorama-opname] ■■De opnamerichting of beeldeffecten wijzigen Druk op Selecteer met [MENU/SET] Selecteer met [MENU/SET] de opnamerichting en druk op het beeldeffect en druk op ■■Tips ••Verschuif de camera zo stabiel mogelijk in de opnamerichting. Als de camera te veel beweegt, kunnen de foto’s mogelijk niet worden gemaakt, of hebt u uiteindelijk een smalle (kleine) panoramafoto.
Toepassing (opname) Panoramafoto’s opnemen Modus [Panorama-opname] ●●De zoom wordt vast ingesteld op de uiterste W-stand. ●●De scherpstelling, belichting en witbalans worden allemaal vast ingesteld op optimale waarden voor het eerste beeld.
Toepassing (opname) Foto’s maken die zijn afgestemd op de scène [Scènemode] ■■Opnamemodus: Met [Scènemode] kunt u foto’s maken met optimale instellingen voor specifieke scènes (belichting, kleur enzovoort).
Toepassing (opname) Foto’s maken die zijn afgestemd op de scène [Scènemode] ••Een scène selecteren (→124) [Portret] Verbetert de huidskleur van onderwerpen voor een gezonder uiterlijk in helder daglicht. ■■Tips ••Hoe verder wordt ingezoomd naar de T-zijde terwijl een achtergrond in de verte wordt geselecteerd, des te geprononceerder het effect zal zijn. [Gave huid] Verzacht de kleuren van de huid in helder daglicht buiten (portretten vanaf de borst).
Toepassing (opname) Foto’s maken die zijn afgestemd op de scène [Scènemode] ••Een scène selecteren (→124) [Sport] Foto’s maken van scènes met snelle bewegingen, bijvoorbeeld sport. ■■Tips ••Ga op minstens 5 m afstand staan. ●●De sluitertijd kan langzamer worden, tot 1 seconde. [Nachtportret] Foto’s maken van mensen en nachtlandschappen met benadering van de werkelijke helderheid. ■■Tips ••Gebruik de flitser. ••Het onderwerp mag niet bewegen. ••Statief en zelfontspanner aanbevolen.
Toepassing (opname) Foto’s maken die zijn afgestemd op de scène [Scènemode] ••Een scène selecteren (→124) [Nachtop. uit hand] Maakt heldere foto’s van nachtscènes met minder beweging en minder ruis door een burst-reeks van beelden te combineren. ■■Tips ••Nadat de ontspanknop is ingedrukt, mag u de camera niet bewegen tijdens de burstopname. ••Ga op minstens 5 m afstand staan.
Toepassing (opname) Foto’s maken die zijn afgestemd op de scène [Scènemode] ••Een scène selecteren (→124) [Baby] Hiermee neemt u beelden op van een baby met een gezonde huidskleur. Wanneer u de flitser gebruikt, is het licht ervan zwakker dan gebruikelijk. ■■Voor opnemen van leeftijd en naam [Baby1] en [Baby2] kunnen afzonderlijk worden ingesteld.
Toepassing (opname) Foto’s maken die zijn afgestemd op de scène [Scènemode] ••Een scène selecteren (→124) [H. gevoeligh.] Voorkomt dat onderwerpen in donkere omgevingen binnen onscherp worden. Selecteer met [MENU/SET] ■■Instellingen: [3M] / de beeldverhouding en druk vervolgens op [2.5M] / [2M] / [2.5M] [Sterrenhemel] Geeft de sterrenhemel en donkere onderwerpen een duidelijk uiterlijk. Selecteer met [MENU/SET] een sluitertijd en druk vervolgens op ■■Instellingen: [15 sec.] / [30 sec.] / [60 sec.
Toepassing (opname) Foto’s maken die zijn afgestemd op de scène [Scènemode] ••Een scène selecteren (→124) [Film in hoge snelheid] Films worden opgenomen door het aantal beelden per seconde sterk te verhogen, dus beweging kan tijdens het afspelen vertraagd worden weergegeven.
Toepassing (opname) Foto’s maken die zijn afgestemd op de scène [Scènemode] ••Een scène selecteren (→124) [3D Foto Mode] Er worden continu foto’s gemaakt terwijl u de camera horizontaal beweegt en twee foto’s die automatisch worden geselecteerd, worden samengevoegd tot één 3D-foto. Om 3D-foto’s te bekijken hebt u een televisie nodig die 3D ondersteunt. (Dit apparaat speelt af in 2D.) (→265) ••3D-foto’s worden gemaakt in MPO-formaat (3D). ••De fotoresolutie wordt vast ingesteld op 2M [ ].
Toepassing (opname) Uw eigen instellingen registreren en opnemen Modus [Klant] Als u uw favoriete opnamemodus, instellingen in het menu [Opname] enzovoort registreert in [Geh voorkeursinst.] en de modusknop op [ ] / [ ] zet, kunt u snel naar deze instellingen overschakelen. [Geh voorkeursinst.] ■■Opnamemodus: U kunt maximaal 4 actuele camera-instellingen registreren.
Toepassing (opname) Uw eigen instellingen registreren en opnemen Modus [Klant] [Klant] ■■Opnamemodus: De instellingen die in [Geh voorkeursinst.] geregistreerd zijn, kunnen snel worden opgeroepen door de modusknop in te stellen op [ ] / [ ]. Stel de modusknop in op [ ] / [ ] ([Klant]-modus) ••Wanneer deze is ingesteld op [ ] →D e camera schakelt over op de opnamemodus en de instellingen die zijn geregistreerd in [ ]. ••Wanneer deze is ingesteld op [ ] → Voer stap uit.
Toepassing (opname) Voorkeursfuncties onder de functieknop registreren ■■Opnamemodus: Registreer vaakgebruikte functies uit het menu [Opname], het menu [Set-up] of andere menu’s onder de [Fn1]-knop of de [Fn2]-knop voor een snellere bediening. ••De [Fn1]-knop is ingesteld op [Compositie Gids] en de [Fn2]-knop is ingesteld op [LVF/ Scherm] op het moment van aanschaf.
Toepassing (opname) De instellingen veranderen die aan de bedieningsring/bedieningsknop toegewezen zijn ■■Opnamemodus: Hiermee verandert u de instellingen die aan de bedieningsring/bedieningsknop toegewezen zijn. Selecteer [Ring/knop instellen] in het menu [Set-up] en druk op [MENU/SET] (→61) Selecteer met [ ] (bedieningsring) of [ (bedieningsknop) en druk op [MENU/SET] Selecteer met Bedieningsring ] de instelling en druk op [MENU/SET] Bedieningsknop [DEFLT] [Standaardfunctie] [Zoom] (→81) [Stapsg.
Toepassing (opname) Opnemen met de gezichtsherkenningsfunctie [Gezicht herk.] ■■Opnamemodus: ••De oorspronkelijke instelling voor [Gezicht herk.] is [OFF]. ••Wanneer u beelden met gezichten registreert, verandert de instelling automatisch in [ON]. ■■Hoe de gezichtsherkenningsfunctie werkt Tijdens het opnemen ••De camera herkent een geregistreerd gezicht en past de scherpstelling en belichting daaraan aan.
Toepassing (opname) Opnemen met de gezichtsherkenningsfunctie [Gezicht herk.] Gezichtsfoto’s registreren Er kunnen gezichtsfoto’s van maximaal 6 personen worden geregistreerd, samen met informatie als de naam en de geboortedatum. U kunt de gezichtsherkenning vergemakkelijken door de manier waarop u gezichten registreert: Zo kunt u bijvoorbeeld meerdere gezichtsfoto’s van een zelfde persoon registreren (tot 3 foto’s per registratie). Kies [Gezicht herk.
Toepassing (opname) Opnemen met de gezichtsherkenningsfunctie [Gezicht herk.] ■■Opnametips voor het registreren van gezichtsfoto’s ••Zorg dat de persoon zijn ogen open en zijn mond dicht heeft; laat de persoon rechtstreeks in de camera kijken en zorg dat de contouren van het gezicht, de ogen en de wenkbrauwen niet door haren zijn bedekt. ••Zorg dat er geen zware schaduwen op het gezicht vallen. (Tijdens de registratie wordt de flitser niet gebruikt.
Toepassing (opname) Handige functies voor op reis [Reisdatum] Als u uw reisschema instelt en beelden opneemt, wordt ingesteld op welke dag van de reis de foto is gemaakt. Kies [Reisdatum] uit het menu [Set-up] (→61) Selecteer met [Reissetup] en druk op [MENU/SET] Selecteer met [SET] en druk op [MENU/SET] Selecteer met [MENU/SET] de vertrekdatum en druk op Selecteer met de retourdatum en druk op [MENU/SET] ■■Opnemen van [Locatie] Wanneer de [Reissetup] is ingesteld, kunt u de locatie kiezen.
Toepassing (opname) Handige functies voor op reis [Wereldtijd] Stel de opnamedatum en -tijd in met de lokale tijd op uw bestemming. ••Stel [Home] in wanneer u de camera na aanschaf voor het eerst gebruikt. U kunt [Bestemming] instellen nadat u [Home] hebt ingesteld.
Toepassing (opname) Gebruik van het [Opname]-menu U kunt allerlei zaken instellen, zoals tinten, gevoeligheid, beeldverhouding en fotoresolutie. ••Voor de instelprocedures van het menu. (→61) [Aspectratio] ■■Opnamemodus: Stel de aspectratio (beeldverhouding) van foto’s in. ■■Instellingen: [ ]/[ ]/[ ]/[ ] ●●Bij het afdrukken kunnen er randen worden afgesneden. Controleer dit vooraf.
Toepassing (opname) Gebruik van het [Opname]-menu ●●Er kan een mozaïekeffect verschijnen, afhankelijk van het onderwerp en de opnameomstandigheden. ●●Kan in de volgende gevallen niet worden ingesteld: ••Scènemodi ([H. gevoeligh.], [3D Foto Mode]) ••Wanneer [Kwaliteit] is ingesteld op [ ] ••Voor de instelprocedures van het menu. (→61) [Kwaliteit] ■■Opnamemodus: Stel de beeldkwaliteit in.
Toepassing (opname) Gebruik van het [Opname]-menu ••Voor de instelprocedures van het menu. (→61) [Gevoeligheid] ■■Opnamemodus: Stel de ISO-gevoeligheid (lichtgevoeligheid) handmatig in. We raden hogere instellingen aan om scherpe foto’s te maken op donkere locaties.
Toepassing (opname) Gebruik van het [Opname]-menu ••Voor de instelprocedures van het menu. (→61) [ISO-limiet] ■■Opnamemodus: U kunt de bovengrens voor ISO-gevoeligheid instellen wanneer [Gevoeligheid] is ingesteld op [AUTO] of [ ]. ■■Instellingen: [AUTO] / [200] / [400] / [800] / [1600] / [3200] / [6400] ●●Deze functie is uitgeschakeld tijdens het opnemen van films.
Toepassing (opname) Gebruik van het [Opname]-menu ••Voor de instelprocedures van het menu. (→61) [Witbalans] ■■Opnamemodus: Pas de kleur aan de natuurlijke kleur aan, afhankelijk van de lichtbron. ■■Instellingen AWB (automatische witbalans) (heldere hemel) Automatische instelling op basis van de lichtbron. Aanpassen aan kleur onder onbewolkte lucht. (bewolkt) Aanpassen aan kleur onder bewolkte lucht. (schaduw) Aanpassen aan kleur in schaduw. (kunstlicht) Aanpassen aan kleur onder halogeenlicht.
Toepassing (opname) Gebruik van het [Opname]-menu ■■Verfijning witbalans (exclusief [AWB]) U kunt elke instelling voor witbalans handmatig verfijnen als de kleuren niet naar verwachting zijn. Selecteer de witbalansinstelling die u wilt verfijnen en druk dan op de [DISP.]-knop om het scherm [Instellen] te tonen Draai de bedieningsring of de bedieningsknop naar rechts als rood sterk is en naar links als blauw sterk is ••U kunt ook op drukken om aanpassingen te verrichten.
Toepassing (opname) Gebruik van het [Opname]-menu ••Voor de instelprocedures van het menu. (→61) [AF mode] ■■Opnamemodus: Voor meer informatie (→89). [Quick AF] ■■Opnamemodus: De scherpstelling wordt automatisch aangepast wanneer de camera-onscherpte gering is, ook wanneer u de ontspanknop niet indrukt. (Verbruikt meer stroom van de batterij) ■■Instellingen: [ON] / [OFF] ●●Het scherpstellen kan enige tijd vergen wanneer de zoom plotseling wordt omgezet van de max. W groothoekstand naar de max.
Toepassing (opname) Gebruik van het [Opname]-menu ••Voor de instelprocedures van het menu. (→61) [Meetfunctie] ■■Opnamemodus: Bij het corrigeren van de belichting kunt u de positie waar u de helderheid meet, wijzigen.
Toepassing (opname) Gebruik van het [Opname]-menu ••Voor de instelprocedures van het menu. (→61) [Korte sluitert.] ■■Opnamemodus: Hiermee stelt u de minimumwaarde voor de sluitertijd in. We raden u een langere sluitertijd aan voor heldere beelden op donkere locaties. ■■Instellingen: [AUTO] [1/250] [1/125] [1/60] [1/30] [1/15] [1/8] [1/4] [1/2]* [1]* * Als de ISO-gevoeligheidsinstelling [3200] of [6400] is, wordt de sluitertijd [1/4].
Toepassing (opname) Gebruik van het [Opname]-menu ••Voor de instelprocedures van het menu. (→61) [Intervalopname] ■■Opnamemodus: U kunt de begintijd van de opname, het opname-interval en het aantal beelden om foto’s te maken automatisch vooraf instellen. Deze instelling is handig voor het opnemen van beelden van landschapsscènes, observatie van de geleidelijke veranderingen in dieren/ planten enzovoort en andere toepassingen vanaf een vast punt. De beelden worden als één groepsbeeld opgenomen.
Toepassing (opname) Gebruik van het [Opname]-menu Druk op om [Opname starten] te selecteren en druk op [MENU/SET] Druk de ontspanknop volledig in ••De opname begint automatisch. ••Als het opname-interval wordt ingesteld op 40 seconden of langer, wordt deze camera automatisch uitgeschakeld als deze in de stand-bystand voor opnemen staat. De [Intervalopname]-opname zal zelfs doorgaan als de camera uitgeschakeld wordt. De camera wordt dan automatisch ingeschakeld op de begintijd van de opname.
Toepassing (opname) Gebruik van het [Opname]-menu ••Voor de instelprocedures van het menu. (→61) [AF ass. lamp] ■■Opnamemodus: Maakt de lamp aan als het donker is, zodat u gemakkelijker kunt scherpstellen. ■■Instellingen [ON] Lamp gaat aan als u de ontspanknop half indrukt. ([ [OFF] Lampje brandt niet. (Beelden van dieren in het donker opnemen enzovoort.) ] verschijnt.) ●●Het AF-assistlampje heeft een effectieve reikwijdte van 1,5 m.
Toepassing (opname) Gebruik van het [Opname]-menu ••Voor de instelprocedures van het menu. (→61) [Anti blur] ■■Opnamemodus: Voor meer informatie (→38). [iHandh. nachtop.] ■■Opnamemodus: Voor meer informatie (→39). [iHDR] ■■Opnamemodus: Voor meer informatie (→40). [Stabilisatie] ■■Opnamemodus: Neemt automatisch trillingen waar en corrigeert die. ■■Instellingen: [ON] / [OFF] ●●De instelling is vast ingesteld op [ON] in de scènemodus [Nachtop. uit hand].
Toepassing (opname) Gebruik van het [Opname]-menu ••Voor de instelprocedures van het menu. (→61) [Datum afdr.] ■■Opnamemodus: Foto’s kunnen worden opgenomen met de opnamedatum en -tijd afgedrukt in de foto. ■■Instellingen: [ZON.TIJD] / [MET TIJD] / [OFF] ●●Gebruik in een winkel of op een printer geen algemene datumafdrukinstellingen bij foto’s met datumafdruk. (De datumafdruk kan overlappen.) ●●De datumafdruk in foto’s kan niet worden gewist.
Toepassing (opname) Gebruik van het [Bewegend beeld]-menu U kunt de opnamemodus en beeldkwaliteit en andere instellingen selecteren. ••Voor de instelprocedures van het menu. (→61) [Opname-indeling] ■■Opnamemodus: Stelt het gegevensformaat in voor de te filmen bewegende beelden. ■■Instellingen [AVCHD] Dit gegevensformaat is geschikt voor weergave op HD TV’s. [MP4] Dit gegevensformaat is speciaal geschikt voor het afspelen van films op een computer en dergelijk soort apparatuur.
Toepassing (opname) Gebruik van het [Bewegend beeld]-menu ■■Informatie over het filmpictogram [Opname-indeling] Fotoresolutie 50i fps ●●Wat is bitwaarde Dit is de hoeveelheid gegevens voor een specifieke periode. De kwaliteit wordt beter wanneer de waarde hoger wordt. Dit apparaat gebruikt de opnamemethode "VBR". "VBR" is een afkorting van "Variable Bit Rate" (variabele bitwaarde).
Toepassing (opname) Gebruik van het [Bewegend beeld]-menu ••Voor de instelprocedures van het menu. (→61) [Continu AF] ■■Opnamemodus: De scherpstelling kan óf voortdurend worden bijgesteld tijdens het filmen van bewegende beelden, óf aan het begin van het filmen vast worden ingesteld. ■■Instellingen [ON] [OFF]: Vaste scherpstelling bij het begin van het filmen.
Toepassing (opname) Gebruik van het [Bewegend beeld]-menu ••Voor de instelprocedures van het menu. (→61) [Windreductie] ■■Opnamemodus: Detecteert automatisch windgeluiden (windruis) die worden opgevangen door de microfoon en onderdrukt het geluid als het te hard waait. ■■Instellingen [AUTO]: Windruis wordt automatisch onderdrukt, afhankelijk van het volume. [OFF] ●●Als [Windreductie] is ingesteld op [AUTO], kan de geluidskwaliteit afwijken van die van normale opnamen.
Toepassing (beeldweergave) De weergave van fotogegevens wijzigen enzovoort. U kunt de weergave van beeldinformatie (bestandsnummer enzovoort) en opnameinformatie (instellingen die voor opname enzovoort worden gebruikt) uitschakelen wanneer een beeld wordt afgespeeld. Druk op de [DISP.
Toepassing (beeldweergave) Het groepsbeeld bekijken U kunt achtereenvolgens meerdere beelden in een groep afspelen of groepsbeelden een voor een afspelen. [ ]: Achtereenvolgens opgenomen beelden groeperen door [Burstfunctie] in te stellen op [ ] of [ ] (→103) [ ]: Opgenomen beelden groeperen met [Intervalopname] (→150) Een representatief beeld (het eerste beeld in een groep) wordt weergegeven wanneer de groep samen met andere foto’s of met films wordt weergegeven.
Toepassing (beeldweergave) Het groepsbeeld bekijken ■■Groepsbeelden een voor een afspelen Selecteer een beeld met het groepsbeeldpictogram ([ [ ]) en druk op Schuif met ] of door de beelden ••Druk opnieuw op om terug te keren naar het normale afspeelscherm. ••U kunt dezelfde bewerkingen voor foto’s in een groep gebruiken als voor het normaal afspelen van foto’s. (Meerdere afspelen, zoom afspelen, beelden verwijderen enz.
Toepassing (beeldweergave) Het groepsbeeld bekijken ●●Als er slechts één foto is overgebleven in een beeldgroep, na verwijdering of andere handelingen, zal deze niet in een groep worden geplaatst. ●●Burst-foto’s zullen niet worden gegroepeerd als ze zijn gemaakt terwijl de klok nog niet was ingesteld. ●●Niet alle beelden in een beeldgroep kunnen tegelijkertijd worden weergegeven tijdens het afspelen van [Favorieten] met [Diashow] of [Afspelen filteren].
Toepassing (beeldweergave) Verschillende afspeelmethoden [Afspeelfunctie] Opgenomen beelden kunnen worden weergegeven op diverse manieren. Om de afspeelmodus te wijzigen, raadpleegt u de volgende stappen en voert u deze uit. Druk in de afspeelmodus op [MENU/SET] Het menukeuzescherm verschijnt. Selecteer met [MENU/SET] Selecteer met het menu [Afspeelfunctie] en druk op de afspeelmethode en druk op [MENU/SET] [Alle] Alle beelden afspelen. (→53) [2D/3D-inst.
Toepassing (beeldweergave) Beelden voor afspelen selecteren [Afspelen filteren] U kunt de beelden die worden weergegeven, met een reeks filters beperken, zoals opnamedatums, categorieën of favoriete beelden. Kies [Afspelen filteren] uit het menu [Afspeelfunctie] (→163) Selecteer met de filtermethode en druk op [MENU/SET] [Alleen foto's] Foto’s afspelen. (→165) [Alleen bew. beeld] Films afspelen. (→165) [3D-weergave] Alleen 3D-foto’s afspelen.
Toepassing (beeldweergave) Beelden voor afspelen selecteren [Afspelen filteren] Beperken door een beeldtype te selecteren Selecteert het beeldtype, zoals alleen foto’s of alleen films, en speelt die beelden vervolgens af. Selecteer [Alleen foto's] / [Alleen bew. beeld] / [3D-weergave] in [Afspelen filteren] en druk op [MENU/SET] (→164) [Alleen foto's] Foto’s afspelen. (Geldt ook voor panoramafoto’s en continu opgenomen foto’s) [Alleen bew. beeld] AVCHD-films, MP4-films en snelle films afspelen.
Toepassing (beeldweergave) Beelden voor afspelen selecteren [Afspelen filteren] Beperking door een beeldcategorie of een persoon in het beeld te selecteren Weergave van beelden die zijn beperkt tot een bepaalde categorie, zoals de scènemodus. Selecteert ook bij de beelden die met de gezichtsherkenningsfunctie zijn opgenomen (→136), een persoon in het beeld en speelt die beelden af.
Toepassing (beeldweergave) Beelden voor afspelen selecteren [Afspelen filteren] Beperken door een opnamedatum te selecteren Selecteert de opnamedatum en speelt de beelden af.
Toepassing (beeldweergave) Beelden automatisch op volgorde afspelen [Diashow] Beelden automatisch op volgorde afspelen. Aanbevolen voor het bekijken van uw beelden op een tv-scherm. Kies [Diashow] uit het menu [Afspeelfunctie] (→163) Selecteer met [Start] en druk op [MENU/SET] ■■Beelden voor automatisch afspelen selecteren Als u eerder de beelden hebt geselecteerd om deze weer te geven in [Afspelen filteren] van het menu [Afspeelfunctie], wordt de diashow met dezelfde beelden afgespeeld.
Toepassing (beeldweergave) Beelden automatisch op volgorde afspelen [Diashow] ■■Bediening tijdens de diashow ●●Cursorknop De gebruiksaanwijzing verschijnt rechtsonder op het scherm. Pauzeren/Afspelen Volgende Vorige Volume omlaag Volume omhoog Stoppen ••Als u gedurende ongeveer 2 seconden geen handeling uitvoert, verdwijnt de bedieningsgids. Druk op de [DISP.]-knop als u de gids weer wilt weergeven.
Toepassing (beeldweergave) Zoeken op opnamedatum [Kalender] U kunt zoeken naar beelden op de datum waarop ze zijn opgenomen. Kies [Kalender] uit het menu [Afspeelfunctie] (→163) Selecteer met weergegeven de opnamedatum die moet worden ••Alleen maanden waarin beelden zijn opgenomen, worden op het kalenderscherm weergegeven.
Toepassing (beeldweergave) Foto’s retoucheren [Auto retouche] U kunt de kleur en helderheid van een foto aanpassen om deze in evenwicht te brengen. ••Er worden nieuwe foto’s gemaakt nadat u foto’s hebt bewerkt met [Auto retouche]. Controleer voordat u beelden gaat bewerken of er voldoende vrije ruimte is in het ingebouwde geheugen of op de geheugenkaart.
Toepassing (beeldweergave) Foto’s retoucheren [Creatieve retouche] U kunt gemaakte foto’s retoucheren door het effect te selecteren dat u wilt toepassen. ••Er worden nieuwe foto’s gemaakt nadat u foto’s hebt bewerkt met [Creatieve retouche]. Controleer voordat u beelden gaat bewerken of er voldoende vrije ruimte is in het ingebouwde geheugen of op de geheugenkaart.
Toepassing (beeldweergave) Foto’s retoucheren Instelling Effect [Miniatuureffect] Dit effect vervaagt de buitenranden van de foto om de indruk te wekken van een kijkdoos. [Zachte focus] Dit effect vervaagt het hele beeld om een zachtere uitstraling te creëren. [Sterfilter] Verandert lichtpunten in sterretjes. [Kleuraccent] Versterkt uw persoonlijke indruk door een kleur te accentueren en andere te vervagen. ••Voor meer informatie over foto-effecten. (→113 - 119) ••Wanneer u op de [DISP.
Toepassing (beeldweergave) Gebruik van het [Afspelen]-menu U kunt opgenomen beelden beveiligen, bijsnijden, afdrukinstellingen en andere instellingen voor de opgenomen beelden opgeven. ••Voor de instelprocedures van het menu. (→61) ••De instelmethoden variëren per menu-onderdeel. ●●In de volgende gevallen worden er nieuwe beelden gemaakt nadat ze zijn bewerkt. Controleer voordat u beelden gaat bewerken of er voldoende vrije ruimte is in het ingebouwde geheugen of op de geheugenkaart. ••[Tekst afdr.
Toepassing (beeldweergave) Gebruik van het [Afspelen]-menu ■■Plaatsinformatie schrijven afbreken Druk op [MENU/SET] terwijl de plaatsinformatie wordt geschreven ••[ ] wordt weergegeven voor de periode van de afbreekbewerking. Als deze opnieuw wordt geselecteerd terwijl [ ] wordt weergegeven, wordt het schrijven van plaatsinformatie hervat vanaf het punt waar deze was gestopt. ■■Ontvangen plaatsinformatie verwijderen Selecteer met [Locatiegeg.
Toepassing (beeldweergave) Gebruik van het [Afspelen]-menu ••Voor de instelprocedures van het menu. (→61) [Titel bew.] U kunt uw favoriete foto’s titels enzovoort geven. Selecteer met [MENU/SET] [ENKEL] of [MULTI] en druk op Selecteer een foto ●●[ENKEL] Selecteer met een foto en druk op [MENU/SET] ●●[MULTI] (tot 100 beelden met dezelfde tekst) Selecteer met een foto en druk op de [DISP.]-knop Instelling [Titel bew.] [Titel bew.] al ingesteld •• Annuleren → Druk nogmaals op de [DISP.]-knop.
Toepassing (beeldweergave) Gebruik van het [Afspelen]-menu ••Voor de instelprocedures van het menu. (→61) [Tekst afdr.] U kunt de opnamedatum en -tijd, namen, de reisbestemming, reisdatums enzovoort op de gemaakte foto’s afdrukken. Selecteer met [MENU/SET] [ENKEL] of [MULTI] en druk op Selecteer een foto ●●[ENKEL] Selecteer met een foto en druk op [MENU/SET] ●●[MULTI] (tot 100 beelden) Selecteer met de [DISP.]-knop een foto en druk op Instelling [Tekst afdr.] ( [Tekst afdr.
Toepassing (beeldweergave) Gebruik van het [Afspelen]-menu ■■Onderdelen die kunnen worden afgedrukt [Opnamedatum] [Naam] [ZON.
Toepassing (beeldweergave) Gebruik van het [Afspelen]-menu ••Voor de instelprocedures van het menu. (→61) [Splits video] Een enkele film kan gesplitst worden in 2 delen. Deze functie is handig wanneer u bijvoorbeeld op reis bent en alleen de scènes wilt bewaren die u nodig hebt, of wanneer u onnodige scènes wilt verwijderen om ruimte vrij te maken in het ingebouwde geheugen of op de kaart.
Toepassing (beeldweergave) Gebruik van het [Afspelen]-menu ••Voor de instelprocedures van het menu. (→61) [Intervalvideo] U kunt een film maken op basis van de beelden in een groep die is opgenomen met [Intervalopname]. De film die u gemaakt hebt, wordt opgeslagen in de MP4-indeling. Druk op om groepsbeelden te selecteren die u wilt gebruiken om een film te maken en druk vervolgens op [MENU/SET] Druk op om het onderdeel en de instellingen te selecteren en druk vervolgens op [MENU/SET] Onderdeel [Opn.
Toepassing (beeldweergave) Gebruik van het [Afspelen]-menu ••Voor de instelprocedures van het menu. (→61) [Nw. rs.] De fotoresolutie kan worden verkleind als u foto’s als e-mailbijlage wilt meesturen, wilt gebruiken op uw website, enzovoort. (Foto’s die op het kleinste opnamepixelniveau zijn opgenomen, kunnen niet verder worden verkleind.
Toepassing (beeldweergave) Gebruik van het [Afspelen]-menu ■■[MULTI] Selecteer met [MULTI] en druk op [MENU/SET] Selecteer met een formaat en druk op [MENU/SET] Selecteer met (tot 100 foto’s) een foto en druk op de [DISP.]-knop Aantal pixels voor/ na de resolutiewijziging Instelling nieuwe resolutie •• Annuleren → Druk nogmaals op de [DISP.]knop. •• Uitvoeren → Druk op [MENU/SET]. ••Er verschijnt een verzoek om bevestiging. Als u hierin [Ja] kiest, wordt de bewerking uitgevoerd.
Toepassing (beeldweergave) Gebruik van het [Afspelen]-menu ••Voor de instelprocedures van het menu. (→61) [Bijsnijden] Uw foto’s vergroten en ongewenste gebieden wegsnijden. Selecteer met een foto en druk op [MENU/SET] Selecteer het gebied dat u wilt wegsnijden en druk dan op [MENU/SET] Vergroten Wijzigingspositie ••Er verschijnt een verzoek om bevestiging. Als u hierin [Ja] kiest, wordt de bewerking uitgevoerd. ••U kunt de foto ook vergroten met de bedieningsknop.
Toepassing (beeldweergave) Gebruik van het [Afspelen]-menu ••Voor de instelprocedures van het menu. (→61) [Favorieten] Door uw favoriete beelden te markeren met een ster ( ), kunt u vlot alleen uw favoriete beelden afspelen of kunt u alle beelden behalve uw favorieten wissen. U kunt maximaal 999 beelden als favorieten instellen.
Toepassing (beeldweergave) Gebruik van het [Afspelen]-menu ••Voor de instelprocedures van het menu. (→61) [Print inst.] Hier kunt u instellingen voor beeld/beeldnr./datum afdrukken maken, voor als u afdrukt met een DPOF-geschikte printer of bij een DPOF-geschikte fotozaak. (Vraag bij de fotozaak of ze DPOF kunnen afdrukken.
Toepassing (beeldweergave) Gebruik van het [Afspelen]-menu ••Voor de instelprocedures van het menu. (→61) [Beveiligen] Beveiliging instellen om te voorkomen dat beelden worden gewist. Voorkomt dat belangrijke beelden worden gewist. Selecteer met [MENU/SET] Selecteer met ●●[ENKEL] [ENKEL] of [MULTI] en druk op een beeld en druk op [MENU/SET] ●●[MULTI] Beeld beveiligd Beeld beveiligd ••Annuleren → Druk nogmaals op [MENU/SET]. ■■Alles ongedaan maken Selecteer [ANNUL] in stap en selecteer [Ja].
Toepassing (beeldweergave) Gebruik van het [Afspelen]-menu ••Voor de instelprocedures van het menu. (→61) [Gez.herk. bew.] De herkenningsinformatie voor beelden met een onjuiste gezichtsherkenning bewerken of verwijderen. Selecteer met [MENU/SET] [REPLACE] of [DELETE] en druk op Selecteer met een beeld en druk op [MENU/SET] Selecteer met een persoon en druk op [MENU/SET] ••Als u [DELETE] wilt uitvoeren, gaat u naar stap .
Toepassing (beeldweergave) Gebruik van het [Afspelen]-menu ••Voor de instelprocedures van het menu. (→61) [Kopie] U kunt beelden van het ingebouwde geheugen naar de geheugenkaart kopiëren en omgekeerd. Selecteer met [MENU/SET] de kopieermethode (richting) en druk op : Alle beelden van het ingebouwde geheugen naar de kaart kopiëren (ga naar stap ). : 1 beeld tegelijkertijd van de kaart naar het ingebouwde geheugen kopiëren.
Wi-Fi/NFC Wi-Fi®-functie en NFC-functie ■■De camera als draadloos LAN-apparaat gebruiken Wanneer u apparatuur of computersystemen gebruikt die een betrouwbaardere beveiliging nodig hebben dan draadloze LAN-apparatuur, dient u te zorgen dat de juiste maatregelen worden genomen voor veiligheidsontwerpen en defecten voor de gebruikte systemen. Panasonic accepteert geen verantwoordelijkheid voor schade als het gevolg van het gebruik van de camera voor andere doeleinden dan als draadloos LAN-apparaat.
Wi-Fi/NFC Wi-Fi®-functie en NFC-functie ■■Het Wi-Fi-verbindingslampje Wi-Fi-verbindingslampje Brandt blauw: Wanneer de Wi-Fi-functie op "ON" staat Blauw knipperend: Bij het verzenden van gegevens ■■Informatie over de [Wi-Fi]-knop ●●Als u op de [Wi-Fi]-knop drukt voordat een Wi-Fi-verbinding tot stand is gebracht, kunt u een smartphone/tablet rechtstreeks op dit apparaat aansluiten. (→194) Op dit moment, als u op de [DISP.]-knop drukt, kunt u de volgende bewerkingen uitvoeren. [Nieuwe verbinding] [Verb.
Wi-Fi/NFC Wi-Fi®-functie en NFC-functie ●●De camera kan niet worden gebruikt om een verbinding tot stand te brengen met een openbare draadloze LAN-verbinding. ●●Gebruik een apparaat dat compatibel is met IEEE802.11b, IEEE802.11g of IEEE802.11n wanneer u een draadloos toegangspunt gebruikt. ●●We raden u aan een volledig opgeladen batterij te gebruiken wanneer u beelden verzendt.
Wi-Fi/NFC Wat u kunt doen met de Wi-Fi-functie De camera bedienen met een smartphone/tablet Beelden opnemen via een smartphone/tablet (opnemen op afstand) (→203) Beelden in de camera op een smartphone/tablet afspelen (→204) Beelden in de camera op de smartphone/tablet opslaan (→204) Beelden in de camera naar sociale-netwerkdiensten verzenden (→207) Plaatsinformatie aan beelden in de camera toevoegen (→208, 211) Gemakkelijk verbinden, gemakkelijk beelden overbrengen U kunt de Wi-Fi-functie eenvoudig gebru
Wi-Fi/NFC De camera bedienen met een smartphone/tablet U kunt de camera op afstand bedienen met een smartphone. De "Panasonic Image App" (hierna "Image App" genoemd) moet op uw smartphone geïnstalleerd zijn. De app "Panasonic Image App" voor smartphone/tablet installeren De "Image App" is een app die door Panasonic wordt aangeboden en waarmee uw smartphone de volgende bewerkingen van een Wi-Fi-compatibele LUMIX kan uitvoeren. Voor Android™-apps Voor iOS-apps Ondersteunde Android 2.3.
Wi-Fi/NFC De camera bedienen met een smartphone/tablet Verbinding maken met een smartphone/tablet U kunt eenvoudig een Wi-Fi-verbinding tot stand brengen op dit apparaat zonder een wachtwoord op uw smartphone in te voeren. [Wi-Fi-wachtwoord] is ingesteld op [OFF] op het moment van aanschaf. In de stand [OFF] kunnen derden gebruikmaken van de Wi-Fi-transmissie en verzonden gegevens stelen. Raadpleeg voor het instellen van [Wi-Fi-wachtwoord] op [ON] (→196).
Wi-Fi/NFC De camera bedienen met een smartphone/tablet Bedien de smartphone ••Wanneer een verbinding tot stand wordt gebracht, wordt op het scherm van de smartphone een bericht weergegeven als indicatie dat de verbinding goed tot stand is gebracht. (Na instelling kan het even duren voordat de verbinding tot stand gebracht is.) ••De verbindingsmethode verschilt, afhankelijk van de gebruikte smartphone.
Wi-Fi/NFC De camera bedienen met een smartphone/tablet Start "Image App" (→193) Selecteer [ ] Selecteer de SSID die op dit apparaat wordt weergegeven •• Wanneer het bevestigingsscherm voor verbinding op dit apparaat wordt weergegeven, selecteert u [Ja] en drukt u op [MENU/SET]. (Alleen als u voor het eerst een verbinding tot stand brengt.
Wi-Fi/NFC De camera bedienen met een smartphone/tablet Het profiel installeren Het bericht wordt in de webbrowser weergegeven. •• Als er een wachtwoordcode vereist is om de smartphone te ontgrendelen, moet u de wachtwoordcode invoeren.
Wi-Fi/NFC De camera bedienen met een smartphone/tablet ●●Wanneer een QR Code wordt gelezen om te verbinden Start "Image App" (→193) Selecteer [ ] Lees de QR Code die op dit apparaat is weergegeven met "Image App" ••De camera van de smartphone kan de QR-code mogelijk niet lezen, afhankelijk van de kwaliteit. Als u de QR-code niet kunt gebruiken, verbindt u de smartphone met dit apparaat met een SSID en een wachtwoord.
Wi-Fi/NFC De camera bedienen met een smartphone/tablet ■■Verbindingsmethode wijzigen Druk op de [Wi-Fi]-knop Druk op de [DISP.]-knop Selecteer [Nieuwe verbinding] en druk op [MENU/SET] Selecteer [Op afstand opnemen en weergeven] en druk op [MENU/SET] Druk op de [DISP.]-knop Wanneer de [Wi-Fi-wachtwoord] op [OFF] staat. Wanneer de [Wi-Fi-wachtwoord] op [ON] staat.
Wi-Fi/NFC De camera bedienen met een smartphone/tablet ■■De verbinding verbreken Verbreek na gebruik de verbinding met de smartphone. Wanneer de verbinding verbroken is, kunt u normaal beelden opnemen en afspelen op de camera. (Op de camera) Druk op de [Q.MENU/ ]-knop ••Er verschijnt een verzoek om bevestiging. Selecteer [Ja] en druk op [MENU/SET].
Wi-Fi/NFC De camera bedienen met een smartphone/tablet Verbinding maken met een smartphone/tablet via de NFC-functie Met de NFC-functie (Near Field Communication) kunnen de camera en een smartphone gemakkelijk de informatie uitwisselen die nodig is voor het opzetten van een Wi-Fiverbinding. Compatibele modellen: Deze functie kan worden gebruikt met NFC-compatibele apparaten met Android (2.3.3 of hoger).
Wi-Fi/NFC De camera bedienen met een smartphone/tablet Start "Image App" op uw smartphone Houd de smartphone dicht bij het [ ] op dit apparaat ••Het kan even duren voordat de verbinding voltooid is. ••Wanneer de verbinding tot stand gebracht is, worden live beelden die door de camera zijn vastgelegd, op uw smartphone weergegeven. ••Als u een verbinding maakt tijdens het afspelen van één beeld, wordt dit beeld naar de smartphone overgebracht.
Wi-Fi/NFC De camera bedienen met een smartphone/tablet ●●U kunt maximaal 20 smartphones registreren. Als het aantal geregistreerde smartphones hoger is dan 20, worden registraties verwijderd, te beginnen met de smartphone die het eerst is aangeraakt. ●●Als u [Wi-Fi resetten] uitvoert, wordt de registratie van de smartphone verwijderd. ●●Als de communicatieomgeving ongunstig is, is de NFC-functie mogelijk niet bruikbaar. ●●Als de apparatuur niet direct reageert, past u de positie enigszins aan.
Wi-Fi/NFC De camera bedienen met een smartphone/tablet Beelden in de camera op een smartphone/tablet afspelen Verbinding maken met een smartphone (→194) Selecteer [ ] in "Image App" ••De beelden die door de camera zijn vastgelegd, worden op de smartphone weergegeven. ••Wanneer u het beeld aanraakt, wordt het op een groter formaat afgespeeld.
Wi-Fi/NFC De camera bedienen met een smartphone/tablet ■■Beelden in de camera gemakkelijk overbrengen U kunt een Wi-Fi-verbinding tot stand brengen met de NFC-functie en het beeld op de display eenvoudig via Wi-Fi overbrengen door de smartphone dicht bij de camera te houden. U kunt beelden overbrengen op het moment dat ze worden opgenomen, dus u kunt ze gemakkelijk overbrengen naar de smartphones van vrienden en familie.* * "Image App" moet geïnstalleerd zijn om deze functie te gebruiken.
Wi-Fi/NFC De camera bedienen met een smartphone/tablet Speel op de camera het beeld af dat u naar een smartphone wilt overbrengen Start "Image App" op de smartphone waarnaar u het beeld overbrengt Houd de smartphone dicht bij het [ ] op dit apparaat ••Het kan even duren voordat de verbinding voltooid is. ••Als u meerdere beelden overbrengt, herhaalt u stap en kunnen niet in één keer worden overgebracht.) .
Wi-Fi/NFC De camera bedienen met een smartphone/tablet Beelden in de camera naar sociale-netwerkdiensten verzenden Verbinding maken met een smartphone (→194) Selecteer [ ] in "Image App" ••De beelden die door de camera zijn vastgelegd, worden op de smartphone weergegeven.
Wi-Fi/NFC De camera bedienen met een smartphone/tablet Plaatsinformatie toevoegen aan een beeld in de camera dat wordt afgespeeld U kunt de NFC-functie gebruiken om plaatsinformatie die u met uw smartphone hebt verkregen, te schrijven naar een beeld dat wordt afgespeeld.
Wi-Fi/NFC De camera bedienen met een smartphone/tablet ■■Plaatsinformatie naar een beeld schrijven Voorbereidingen: (Op de camera) Stel [NFC-bediening] in op [ON] (→259) (Op uw smartphone) Start "Image App" Selecteer [ ] Selecteer [ ] De opgenomen beelden afspelen (→53) Houd de smartphone dicht bij het [ ] op dit apparaat ••De plaatsinformatie wordt op het beeld geschreven dat wordt afgespeeld. ••Het schrijven van de plaatsinformatie kan enkele minuten duren.
Wi-Fi/NFC De camera bedienen met een smartphone/tablet ●●Let op: Besteed speciale aandacht aan de privacy, portretrechten enzovoort van het onderwerp wanneer u deze functie gebruikt. Gebruik de functie op eigen risico.
Wi-Fi/NFC De camera bedienen met een smartphone/tablet Plaatsinformatie aan beelden in de camera toevoegen Met de Wi-Fi-functie kunt u de plaatsinformatie die u op uw smartphone hebt ingelezen, naar een beeld op de camera schrijven dat op dezelfde datum/tijd is opgenomen.
Wi-Fi/NFC De camera bedienen met een smartphone/tablet ■■Plaatsinformatie naar een beeld schrijven Voorbereidingen: (Op de camera) Verbinding maken met een smartphone (→194) Bedien de smartphone Start "Image App" Selecteer [ ] Selecteer [ ] Selecteer [ ] ••Volg de berichten op het scherm om de bewerking uit te voeren. ••[ ] verschijnt bij beelden waarop plaatsinformatie is vastgelegd.
Wi-Fi/NFC De camera bedienen met een smartphone/tablet De camera bedienen om beelden naar een smartphone of tablet te verzenden ■■Verzendmethode en beelden die kunnen worden verzonden JPEG RAW MP4 AVCHD 3D Een beeld verzenden op het moment dat er een wordt opgenomen [Afbeeldingen versturen tijdens opname] ○ – – – – Geselecteerde beelden verzenden [Afbeeldingen versturen van camera] ○ – ○ – – ••Sommige beelden kunnen mogelijk niet worden afgespeeld of verzonden, afhankelijk van het apparaa
Wi-Fi/NFC De camera bedienen met een smartphone/tablet ■■Een beeld verzenden op het moment dat er een wordt opgenomen ([Afbeeldingen versturen tijdens opname]) Selecteer [Nieuwe verbinding] in het menu [Wi-Fi] en druk op [MENU/SET] (→61) Gebruik de cursortoets om in te stellen op [Afbeeldingen versturen tijdens opname] en druk dan op [MENU/SET] Gebruik de cursortoets om in te stellen op [Smartphone] en druk dan op [MENU/SET] (Vervolg op de volgende pagina) - 214 - SQW0202
Wi-Fi/NFC De camera bedienen met een smartphone/tablet Selecteer [Via netwerk] of [Direct] en druk op [MENU/SET] ●●Wanneer u verbinding maakt met [Via netwerk] (Op de camera) Verbind de camera met een draadloos toegangspunt (→250) (Op uw smartphone) Zet de Wi-Fi-functie op "ON" Selecteer het draadloze toegangspunt dat u met de camera verbonden hebt en stel in Start "Image App" (→193) ●●Wanneer u verbinding maakt met [Wi-Fi Direct] of [WPS-verbinding] in [Direct] (Op de camera) Verbind de camera
Wi-Fi/NFC De camera bedienen met een smartphone/tablet ■■Geselecteerde beelden verzenden ([Afbeeldingen versturen van camera]) Selecteer [Nieuwe verbinding] in het menu [Wi-Fi] en druk op [MENU/SET] (→61) Gebruik de cursortoets om in te stellen op [Afbeeldingen versturen van camera] en druk dan op [MENU/SET] Gebruik de cursortoets om in te stellen op [Smartphone] en druk dan op [MENU/SET] (Vervolg op de volgende pagina) - 216 - SQW0202
Wi-Fi/NFC De camera bedienen met een smartphone/tablet Selecteer [Via netwerk] of [Direct] en druk op [MENU/SET] ●●Wanneer u verbinding maakt met [Via netwerk] (Op de camera) Verbind de camera met een draadloos toegangspunt (→250) (Op uw smartphone) Zet de Wi-Fi-functie op "ON" Selecteer het draadloze toegangspunt dat u met de camera verbonden hebt en stel in Start "Image App" (→193) ●●Wanneer u verbinding maakt met [Wi-Fi Direct] of [WPS-verbinding] in [Direct] (Op de camera) Verbind de camera
Wi-Fi/NFC Foto’s weergeven op een tv U kunt foto’s weergeven op een tv die compatibel is met een DLNA-erkende DMR-functie (digital media renderer). Voorbereidingen: Stel de tv in op de DLNA-wachtstand. ••Lees de gebruiksaanwijzing van de tv.
Wi-Fi/NFC Draadloos afdrukken U kunt foto’s naar een compatibele printer sturen en draadloos afdrukken. ■■Verzendmethode en beelden die kunnen worden verzonden Geselecteerde beelden verzenden [Afbeeldingen versturen van camera] JPEG RAW MP4 AVCHD 3D ○ – – – – ••Sommige beelden kunnen mogelijk niet worden afgespeeld of verzonden, afhankelijk van het apparaat. ••Zie voor meer informatie over verzendmethoden voor beelden.
Wi-Fi/NFC Beelden naar AV-apparatuur sturen Foto’s en films kunnen naar AV-apparatuur in de thuisomgeving worden verzonden (AVapparatuur thuis), zoals DLNA-compatibele recorders. U kunt de camera zo instellen dat beelden in de camera automatisch naar AV-apparatuur verzonden kunnen worden terwijl de batterij van de camera opgeladen wordt.
Wi-Fi/NFC Beelden naar AV-apparatuur sturen ■■Een beeld verzenden op het moment dat er een wordt opgenomen ([Afbeeldingen versturen tijdens opname]) Selecteer [Nieuwe verbinding] in het menu [Wi-Fi] en druk op [MENU/SET] (→61) Selecteer [Afbeeldingen versturen tijdens opname] met de cursortoets en druk dan op [MENU/SET] Selecteer [AV-toestel] met de cursortoets en druk dan op [MENU/SET] Selecteer [Via netwerk] of [Direct] om te verbinden (→249) Selecteer het apparaat waarmee u een verbinding wilt maken ••
Wi-Fi/NFC Beelden naar AV-apparatuur sturen ■■Geselecteerde beelden verzenden ([Afbeeldingen versturen van camera]) Selecteer [Nieuwe verbinding] in het menu [Wi-Fi] en druk op [MENU/SET] (→61) Selecteer [Afbeeldingen versturen van camera] met de cursortoets en druk dan op [MENU/SET] Selecteer [AV-toestel] met de cursortoets en druk dan op [MENU/SET] Selecteer [Via netwerk] of [Direct] om te verbinden (→249) Selecteer het apparaat waarmee u een verbinding wilt maken ••Wanneer de verbinding gemaakt is, word
Wi-Fi/NFC Beelden naar een pc sturen U kunt foto’s en films die door de camera opgenomen zijn, naar een pc sturen. U kunt de camera zo instellen dat beelden in de camera automatisch naar een pc verzonden kunnen worden terwijl de batterij van de camera opgeladen wordt.
Wi-Fi/NFC Beelden naar een pc sturen ■■Een map voor het ontvangen van beelden maken ••Maak een pc-gebruikersaccount (accountnaam (maximaal 254 tekens) en wachtwoord (maximaal 32 tekens)) bestaande uit alfanumerieke tekens. Een poging om een ontvangstmap te maken, kan mislukken als er niet-alfanumerieke tekens in de account voorkomen. ■■Bij gebruik van "PHOTOfunSTUDIO" Installeer "PHOTOfunSTUDIO" op de pc ••PHOTOfunSTUDIO is niet compatibel met de Mac.
Wi-Fi/NFC Beelden naar een pc sturen ■■Een beeld verzenden op het moment dat er een wordt opgenomen ([Afbeeldingen versturen tijdens opname]) Selecteer [Nieuwe verbinding] in het menu [Wi-Fi] en druk op [MENU/SET] (→61) Gebruik de cursortoets om in te stellen op [Afbeeldingen versturen tijdens opname] en druk dan op [MENU/SET] Gebruik de cursortoets om in te stellen op [PC] en druk dan op [MENU/SET] Selecteer [Via netwerk] of [Direct] om te verbinden (→249) Selecteer de pc waarmee u een verbinding wilt ma
Wi-Fi/NFC Beelden naar een pc sturen ■■Geselecteerde beelden verzenden ([Afbeeldingen versturen van camera]) Selecteer [Nieuwe verbinding] in het menu [Wi-Fi] en druk op [MENU/SET] (→61) Selecteer [Afbeeldingen versturen van camera] met de cursortoets en druk dan op [MENU/SET] Gebruik de cursortoets om in te stellen op [PC] en druk dan op [MENU/SET] Selecteer [Via netwerk] of [Direct] om te verbinden (→249) Selecteer de pc waarmee u een verbinding wilt maken ••Als de pc waarmee u verbinding wilt maken, ni
Wi-Fi/NFC Beelden naar een pc sturen ●●Mappen die op verzendingsdatum zijn gesorteerd, worden in de opgegeven map gemaakt en beelden worden in die mappen opgeslagen. ●●Als het scherm voor de invoer van een gebruikersaccount en wachtwoord verschijnt, voert u de gebruikersnaam en het wachtwoord in die u op uw pc instelt. ●●Als de computernaam (voor Mac de NetBIOS-naam) spaties enzovoort bevat, wordt de naam mogelijk niet goed herkend.
Wi-Fi/NFC Gebruik van WEB-services Via "LUMIX CLUB" kunt u foto’s en films naar sociale-netwerkdiensten enzovoort sturen. Door de instelling te selecteren dat foto’s en films automatisch worden overgebracht naar [Cloud-synchr. service], kunt u de overgebrachte foto’s en films op een pc of smartphone ontvangen. U kunt de camera zo instellen dat beelden in de camera automatisch naar een WEBservice of cloudsynchronisatieservice verzonden kunnen worden terwijl de batterij van de camera opgeladen wordt.
Wi-Fi/NFC Gebruik van WEB-services Tijdens het verzenden van beelden naar een WEB-service ■■Verzendmethode en beelden die kunnen worden verzonden JPEG RAW MP4 AVCHD 3D Een beeld verzenden op het moment dat er een wordt opgenomen [Afbeeldingen versturen tijdens opname] ○ – – – ○ Geselecteerde beelden verzenden [Afbeeldingen versturen van camera] ○ – ○ – ○ ••Sommige beelden kunnen mogelijk niet worden afgespeeld of verzonden, afhankelijk van het apparaat.
Wi-Fi/NFC Gebruik van WEB-services ●●Beelden die naar de WEB-service zijn geüpload, kunnen niet met deze camera worden weergegeven of verwijderd. Controleer beelden door met uw smartphone of computer de WEB-service te bezoeken. ●●Als het verzenden van beelden mislukt, wordt er een e-mailrapport met een beschrijving van de fout verzonden naar het e-mailadres dat bij "LUMIX CLUB" geregistreerd is.
Wi-Fi/NFC Gebruik van WEB-services ■■Gebruik van WEB-services Wanneer u beelden naar WEB-services, zoals Facebook of YouTube, verzendt, moet de gebruikte WEB-service bij de "LUMIX CLUB" zijn geregistreerd. Als meerdere WEB-services worden geregistreerd, worden naar alle services tegelijkertijd beelden verzonden. ••Raadpleeg "FAQ / Contact" op de volgende site voor compatibele WEB-services. http://lumixclub.panasonic.
Wi-Fi/NFC Gebruik van WEB-services ■■Een beeld verzenden op het moment dat er een wordt opgenomen ([Afbeeldingen versturen tijdens opname]) Selecteer [Nieuwe verbinding] in het menu [Wi-Fi] en druk op [MENU/SET] (→61) Selecteer [Afbeeldingen versturen tijdens opname] met de cursortoets en druk dan op [MENU/SET] Selecteer [Webservice] met de cursortoets en druk dan op [MENU/SET] Selecteer [Via netwerk] en maak een verbinding (→250) Selecteer een WEB-service waarmee u wilt verbinden ••Wanneer de verbinding
Wi-Fi/NFC Gebruik van WEB-services ■■Geselecteerde beelden verzenden ([Afbeeldingen versturen van camera]) Selecteer [Nieuwe verbinding] in het menu [Wi-Fi] en druk op [MENU/SET] (→61) Selecteer [Afbeeldingen versturen van camera] met de cursortoets en druk dan op [MENU/SET] Selecteer [Webservice] met de cursortoets en druk dan op [MENU/SET] Selecteer [Via netwerk] en maak een verbinding (→250) Selecteer een WEB-service waarmee u wilt verbinden ••Wanneer de verbinding gemaakt is, wordt het bevestigingssche
Wi-Fi/NFC Gebruik van WEB-services Tijdens het verzenden van beelden naar [Cloud-synchr. service] ■■Verzendmethode en beelden die kunnen worden verzonden JPEG RAW MP4 AVCHD 3D Een beeld verzenden op het moment dat er een wordt opgenomen [Afbeeldingen versturen tijdens opname] ○ – – – ○ Geselecteerde beelden verzenden [Afbeeldingen versturen van camera] ○ – ○ – ○ ••Sommige beelden kunnen mogelijk niet worden afgespeeld of verzonden, afhankelijk van het apparaat.
Wi-Fi/NFC Gebruik van WEB-services ■■Een beeld verzenden op het moment dat er een wordt opgenomen ([Afbeeldingen versturen tijdens opname]) Selecteer [Nieuwe verbinding] in het menu [Wi-Fi] en druk op [MENU/SET] (→61) Selecteer [Afbeeldingen versturen tijdens opname] met de cursortoets en druk dan op [MENU/SET] Selecteer [Cloud-synchr.
Wi-Fi/NFC Gebruik van WEB-services ■■Geselecteerde beelden verzenden ([Afbeeldingen versturen van camera]) Selecteer [Nieuwe verbinding] in het menu [Wi-Fi] en druk op [MENU/SET] (→61) Selecteer [Afbeeldingen versturen van camera] met de cursortoets en druk dan op [MENU/SET] Selecteer [Cloud-synchr.
Wi-Fi/NFC Gebruik van "LUMIX CLUB" Informatie over de "LUMIX CLUB" Vraag een aanmeldings-ID bij "LUMIX CLUB" aan (gratis). Als u dit apparaat bij "LUMIX CLUB" registreert, kunt u beelden synchroniseren tussen de apparaten die u gebruikt of deze beelden naar WEB-services overbrengen. Gebruik "LUMIX CLUB" wanneer u beelden naar WEB-services uploadt. ••U kunt dezelfde "LUMIX CLUB" aanmeldings-ID instellen voor dit apparaat en voor een smartphone. (→240) Zie de website van "LUMIX CLUB" voor meer informatie.
Wi-Fi/NFC Gebruik van "LUMIX CLUB" Selecteer de methode voor het maken van een verbinding met een draadloos toegangspunt en stel in ••Voor meer informatie (→250). ••Het instelscherm verschijnt alleen bij de eerste keer verbinden. Verbindingsmethoden die op dit apparaat worden ingesteld, worden opgeslagen en worden gebruikt wanneer de volgende keer een verbinding wordt gemaakt. Als u het draadloze toegangspunt waarmee u een verbinding wilt maken, wilt wijzigen, drukt u op de [DISP.
Wi-Fi/NFC Gebruik van "LUMIX CLUB" ■■Gebruik van een eerder verkregen aanmeldings-ID/bevestiging en wijziging van aanmeldings-ID en wachtwoord ([Gebruikersnaam instellen]) Voorbereidingen: Om een eerder verkregen aanmeldings-ID te gebruiken, bevestigt u uw ID en wachtwoord. Als u het wachtwoord van de "LUMIX CLUB" op de camera wilt wijzigen, gaat u naar de "LUMIX CLUB"-website op uw smartphone of pc en verandert van tevoren het wachtwoord van de "LUMIX CLUB".
Wi-Fi/NFC Gebruik van "LUMIX CLUB" ■■Dezelfde aanmeldings-ID instellen voor de camera en voor de smartphone/tablet ••Als u dezelfde aanmeldings-ID instelt op dit apparaat en uw smartphone, is dat handig om beelden op dit apparaat naar andere apparaten of WEB-services te zenden.
Wi-Fi/NFC Gebruik van "LUMIX CLUB" ■■Uw aanmeldings-ID en account van de "LUMIX CLUB" verwijderen Verwijder de aanmeldings-ID van de camera wanneer u deze aan iemand anders geeft of wegwerpt. U kunt ook uw "LUMIX CLUB"-account verwijderen. Selecteer [Wi-Fi setup] in het menu [Wi-Fi] en druk op [MENU/SET] (→61) Selecteer met de cursortoets [LUMIX CLUB] en druk op [MENU/SET] Selecteer [Verwijder account] ••Het bericht wordt weergegeven. Selecteer [Volgende].
Wi-Fi/NFC Beelden automatisch overbrengen [Smart transfer] [Smart transfer] brengt beelden automatisch van uw camera naar uw pc, AV-apparatuur of cloudmap over. [Autom. overzetten] brengt automatisch beelden over tijdens het opladen van de camera, en [Nu overzetten] brengt de opgenomen beelden direct over. Voorbeeld: [Autom. overzetten] Netadapter (bijgeleverd) Pc [Autom.
Wi-Fi/NFC Beelden automatisch overbrengen [Smart transfer] ●●Wanneer [Autom. overzetten] wordt ingesteld op [ON], uploadt de camera automatisch de opgenomen beelden. Daarom kunnen beelden per ongeluk worden geüpload als u deze camera bijvoorbeeld met andere mensen deelt. Panasonic accepteert geen aansprakelijkheid voor schade die door geüploade beelden wordt veroorzaakt. ●●Panasonic accepteert geen aansprakelijkheid voor schade die door het gebruik van [Smart transfer] wordt veroorzaakt.
Wi-Fi/NFC Beelden automatisch overbrengen [Smart transfer] Instelling van [Smart transfer] De eerste keer dat u [Smart transfer] gebruikt, volgt u de stappen hieronder om instellingen te verrichten. Voor de tweede keer en de keren daarna kunt u de instellingen wijzigen met [Doelapparaat instellen] (→247).
Wi-Fi/NFC Beelden automatisch overbrengen [Smart transfer] [Autom. overzetten] Beelden automatisch overbrengen tijdens het opladen. Voorbereidingen: Stel [Smart transfer] in.
Wi-Fi/NFC Beelden automatisch overbrengen [Smart transfer] [Nu overzetten] Beelden direct overbrengen naar de vooraf ingestelde bestemming. Voorbereidingen: Stel [Smart transfer] in. (→244) Sluit de netadapter (bijgeleverd) en de camera aan met de USB-kabel (bijgeleverd) en steek de netadapter (bijgeleverd) in het stopcontact ••Schakel over naar de afspeelmodus.
Wi-Fi/NFC Beelden automatisch overbrengen [Smart transfer] [Doelapparaat instellen] Hiermee verandert u de overdrachtsbestemming van beelden en instellingen.
Wi-Fi/NFC Beelden automatisch overbrengen [Smart transfer] [Opladen prioriteit] Hiermee geeft u prioriteit aan het laden of de overdracht van beelden.
Wi-Fi/NFC Informatie over verbindingen Na selectie van de Wi-Fi-functie en de verzendbestemming selecteert u de verbindingsmethode. Als u op stap bent en uw draadloze toegangspunt niet kunt gebruiken of een tijdelijke verbinding hebt met apparatuur die u gewoonlijk niet gebruikt, of in een soortgelijke situatie verkeert, is het handig om een directe verbinding te maken.
Wi-Fi/NFC Informatie over verbindingen [Via netwerk] Verbinding maken via een draadloos toegangspunt Selecteer een verbindingsmethode met het draadloze toegangspunt. ••Met WPS wordt een functie bedoeld waarmee u gemakkelijk de instellingen kunt configureren die verband houden met de verbinding en de beveiliging van draadloze LAN-apparaten. Als u wilt controleren of het draadloze toegangspunt dat u gebruikt, compatibel is met WPS, raadpleegt u de handleiding van het draadloze toegangspunt.
Wi-Fi/NFC Informatie over verbindingen ■■Als u niet weet of uw systeem compatibel is met WPS (verbinding via [Uit lijst]) Zoeken naar beschikbare draadloze toegangspunten. ••Bevestig de versleutelingscode van het geselecteerde draadloze toegangspunt als de netwerkverificatie versleuteld is. ••Wanneer u verbinding maakt met [Handmatige invoer], dient u de SSID, het type netwerkverificatie, het type versleuteling en de versleutelingscode van het draadloze toegangspunt dat u gebruikt, te controleren.
Wi-Fi/NFC Informatie over verbindingen ■■Wanneer u verbinding maakt met [Handmatige invoer] Op het scherm van stap van "Als u niet weet of uw systeem compatibel is met WPS (verbinding via [Uit lijst])", selecteert u [Handmatige invoer] (→251) Voer de SSID in van het draadloze toegangspunt waarmee u verbinding maakt en selecteer vervolgens [Inst.] ••Zie voor meer informatie over het invoeren van tekens "Tekst invoeren" (→76).
Wi-Fi/NFC Informatie over verbindingen [Direct] Rechtstreeks verbinden U kunt de verbindingsmethode met uw apparatuur selecteren. Selecteer een verbindingsmethode waarmee uw apparatuur compatibel is. ••Om dit apparaat te verbinden met [Wi-Fi Direct] is Android OS 4.0 of hoger vereist en moet het apparaat compatibel zijn met Wi-Fi Direct™.
Wi-Fi/NFC Informatie over verbindingen Snel verbinden met dezelfde instellingen als eerder ([Verb. met geschiedenis] / [Verb. met favorieten]) De camera houdt een historie bij van de momenten waarop u de Wi-Fi-functie gebruikt hebt. U kunt items in de historie in de favorieten registreren. U kunt gemakkelijk een verbinding maken met dezelfde instellingen als u eerder gebruikt hebt door een verbinding te maken vanuit de historie of de favorieten. Selecteer [Verb. met geschiedenis] of [Verb.
Wi-Fi/NFC Informatie over verbindingen ■■Onderdelen uit de historie als favorieten registreren Selecteer [Verb. met geschiedenis] in het menu [Wi-Fi] (→61) Selecteer het onderdeel dat u wilt registreren en druk op Voer een registratienaam in ••Zie voor meer informatie over het invoeren van tekens "Tekst invoeren" (→76). ••U kunt maximaal 30 tekens invoeren. Een teken van twee bytes wordt als twee tekens behandeld.
Wi-Fi/NFC Informatie over verbindingen ■■Onderdelen bewerken die in favorieten geregistreerd zijn Selecteer [Verb. met favorieten] in het menu [Wi-Fi] (→61) Selecteer het favoriete onderdeel dat u wilt bewerken en druk op Selecteer het onderdeel Onderdeel Beschrijving [Verwijderen uit favorieten] — [Volgorde van favorieten wijzigen] Selecteer de bestemming [Geregistreerde naam wijzigen] •• Zie voor meer informatie over het invoeren van tekens "Tekst invoeren" (→76).
Wi-Fi/NFC Informatie over verbindingen Instellingen voor het verzenden van beelden Wanneer u beelden verzendt, selecteert u eerst [Nieuwe verbinding] en vervolgens de methode voor het verzenden van beelden. Nadat u de verbinding tot stand hebt gebracht, kunt u ook de instellingen voor verzending wijzigen, zoals het formaat van beelden die u wilt verzenden. ■■[Afbeeldingen versturen tijdens opname] Elke keer als u een beeld opneemt, kan het beeld automatisch naar een opgegeven apparaat worden verzonden.
Wi-Fi/NFC Informatie over verbindingen ■■De instellingen voor het verzenden van beelden wijzigen Nadat u de verbinding tot stand hebt gebracht, kunt u ook de instellingen voor verzending wijzigen, zoals het formaat van beelden die u wilt verzenden, door op de [DISP.]-knop te drukken. Onderdeel [Grootte] Beschrijving Verander het formaat van het te verzenden beeld.
Wi-Fi/NFC [Wi-Fi setup]-menu Configureer de vereiste instellingen voor de Wi-Fi-functie. [Wi-Fi setup] kan niet worden gewijzigd wanneer er een Wi-Fi-verbinding is. (Met uitzondering van [Netwerkadres]) ••Voor de instelprocedures van het menu. (→61) Selecteer [Wi-Fi setup] in het menu [Wi-Fi] Selecteer met de cursortoets een onderdeel en druk op [MENU/SET] Onderdeel Beschrijving [Wi-Fi-wachtwoord] Gebruik een wachtwoord om rechtstreeks verbinding te maken met uw smartphone.
Wi-Fi/NFC [Wi-Fi setup]-menu ••Voor de instelprocedures van het menu. (→61) Onderdeel [Wi-Fi-functievergrend.] Om onjuist gebruik of het gebruik van de Wi-Fi-functie door derden te voorkomen en opgeslagen persoonlijke gegevens te beschermen, verdient het aanbeveling de Wi-Fi-functie met een wachtwoord te beschermen. Beschrijving Als u een wachtwoord instelt, wordt automatisch het wachtwoordinvoerscherm weergegeven wanneer de Wi-Fi-functie gebruikt wordt.
Aansluiten op andere apparatuur Beelden op tv bekijken U kunt beelden bekijken op een tv-scherm door de camera aan te sluiten op uw tv met de HDMI microkabel of een AV-kabel (optioneel). ●●Raadpleeg ook de handleiding van de tv. Voorbereidingen: ••Stel [TV-aspect] in om uw camera aan te sluiten op een tv via de AV-kabel (optioneel) (→73). ••Zet de camera en de tv uit.
Aansluiten op andere apparatuur Beelden op tv bekijken ■■Aansluiting met een HDMI microkabel ●●Gebruik een "snelle HDMI microkabel" met het HDMI-logo. Kabels die niet voldoen aan de HDMI-normen, zijn niet bruikbaar. "Snelle HDMI microkabel" (Type D-Type A stekker, maximaal 2 m lang) ●●Sommige van de afspeelfuncties zijn niet beschikbaar. ●●De volgende menu’s kunnen niet worden gebruikt: [Set-up], [Afspelen] en [Wi-Fi].
Aansluiten op andere apparatuur Beelden op tv bekijken VIERA Link (HDMI) (HDAVI Control™) Wat is VIERA Link (HDMI)? ●●VIERA Link is een functie voor het automatisch koppelen van deze camera aan VIERA Link-geschikte apparaten via een aansluiting met HDMI-microkabels, voor een gemakkelijke bediening met de VIERA afstandsbediening. (Sommige functies zijn niet beschikbaar.
Aansluiten op andere apparatuur Beelden op tv bekijken Voorbereidingen: Stel [VIERA link] in op [ON] (→74). Sluit de camera aan op een VIERA Link (HDMI)-geschikte Panasonic televisie (VIERA) met een HDMI microkabel (→261) Schakel de camera in en druk op de afspeelknop ••Door de afspeelknop ingedrukt te houden terwijl de camera uitgezet is, kunt u de camera in de afspeelmodus inschakelen.
Aansluiten op andere apparatuur Beelden op tv bekijken Bekijken van 3D-foto’s Door deze camera aan te sluiten op een 3D-geschikte tv kunt u foto’s die u in 3D hebt opgenomen op uw tv-scherm ook als spectaculaire 3D-foto bekijken. Als uw 3D-geschikte tv een SD-kaartgleuf heeft, kunt u 3D-foto’s weergeven door simpelweg de kaart in de gleuf te steken. Voorbereidingen: Stel [3D-weergave] in op [3D] (→73).
Aansluiten op andere apparatuur Beelden op tv bekijken ■■Afspeelmodus overschakelen voor de foto’s die in 3D zijn gemaakt Selecteer de foto die in 3D is gemaakt Selecteer [2D/3D-inst.] in het menu [Afspeelfunctie] en druk vervolgens op [MENU/SET] (→163) ••De afspeelmethode wordt overgeschakeld naar 3D als er in 2D (conventioneel beeld) wordt afgespeeld, of wordt overgeschakeld naar 2D als er in 3D wordt afgespeeld.
Aansluiten op andere apparatuur De foto’s en films in de recorder bewaren Volg de geschikte methode voor uw apparatuur. Kopiëren door de kaart in de recorder te plaatsen U kunt met Panasonic-apparatuur (bijvoorbeeld een Blu-rayrecorder) beelden kopiëren met ondersteuning voor elke bestandsindeling. ••Zie de handleiding van de recorder voor nadere informatie over kopiëren en afspelen.
Aansluiten op andere apparatuur De foto’s en films op uw pc bewaren Foto’s/filmbeelden zijn te kopiëren van de camera naar uw computer, door de apparaten op elkaar aan te sluiten. ••Sommige computers kunnen rechtstreeks de geheugenkaart van de camera lezen. Zie voor nadere informatie de handleiding van uw computer. ••Als uw computer niet geschikt is voor SDXC-geheugenkaarten zal er een mededeling verschijnen met het verzoek om de kaart te formatteren. (Formatteer de kaart niet.
Aansluiten op andere apparatuur De foto’s en films op uw pc bewaren Informatie over bijgeleverde software De bijgeleverde cd-rom bevat de volgende software. Installeer de software op uw computer voordat u deze gaat gebruiken. ■■PHOTOfunSTUDIO 9.6 PE U kunt foto’s of films op uw pc vastleggen of vastgelegde beelden ordenen door ze te categoriseren op opnamedatum, modelnaam van de digitale camera waarmee ze zijn opgenomen enzovoort. U kunt ook foto’s corrigeren, films bewerken of naar dvd schrijven.
Aansluiten op andere apparatuur De foto’s en films op uw pc bewaren ■■LoiLoScope 30 dagen volledige proefversie (Windows 8.1 / 8 / 7 / Vista) LoiLoScope is videobewerkingssoftware die gebruikmaakt van het volledige vermogen van uw computer. Video’s maken is even gemakkelijk als het sorteren van kaarten op een bureau.
Aansluiten op andere apparatuur De foto’s en films op uw pc bewaren SILKYPIX Developer Studio SE downloaden Met deze software kunt u beelden in RAW-bestanden ontwikkelen en bewerken. De bewerkte beelden kunnen in een bestandsindeling zoals JPEG of TIFF worden opgeslagen, die op een pc enzovoort kan worden weergegeven. ■■Downloadprocedure Download SILKYPIX Developer Studio SE van de volgende website en installeer deze software op uw computer om deze te gebruiken.
Aansluiten op andere apparatuur De foto’s en films op uw pc bewaren Foto’s en films kopiëren Voorbereidingen: ••Wanneer u beelden vanuit het ingebouwde geheugen importeert, dient u eventuele geheugenkaarten te verwijderen. ••Installeer "PHOTOfunSTUDIO" op de computer voordat u de kopieerprocedure start. (→270) ••Zet de camera en de computer aan. Controleer de richting van de stekker en steek deze recht in de camera.
Aansluiten op andere apparatuur De foto’s en films op uw pc bewaren ■■Kopiëren naar uw computer zonder dat u "PHOTOfunSTUDIO" gebruikt (behalve AVCHD-films) U kunt beelden op uw computer opslaan en gebruiken door mappen en bestanden naar aparte mappen op de computer te slepen. DCIM (Foto’s/films) 100_PANA (maximaal 999 beelden/map) ●●Windows De stations worden weergegeven in de map "Computer". ●●Mac De stations worden op het bureaublad weergegeven. (Weergegeven als "LUMIX", "NO_NAME", of "Untitled".
Aansluiten op andere apparatuur De foto’s en films op uw pc bewaren ■■Voor PTP-modus De camera kan worden aangesloten op uw computer, ook al staat [USB mode] (→73) ingesteld op [PictBridge(PTP)]. ••Alleen de weergave van beelden is mogelijk. ••Als u in de PTP-modus geen verbinding met uw pc kunt maken, stelt u [USB mode] in op [PC] en maakt u opnieuw een verbinding. ••Beelden kunnen mogelijk niet worden geïmporteerd als er 1000 of meer beelden op de kaart staan.
Aansluiten op andere apparatuur Afdrukken U kunt de camera rechtstreeks aansluiten op een PictBridge-compatibele printer om af te drukken. ••Sommige printers zijn in staat direct af te drukken vanaf de geheugenkaart van de camera. Zie voor nadere details de gebruiksaanwijzing van uw printer. Voorbereidingen: ••Wanneer u beelden vanuit het ingebouwde geheugen afdrukt, dient u eventuele geheugenkaarten te verwijderen. ••Pas desgewenst de afdrukkwaliteit of andere instellingen op uw printer aan.
Aansluiten op andere apparatuur Afdrukken ●●De groepsbeelden worden een voor een weergegeven in plaats van alle beelden tegelijk. ●●Schakel de camera uit voordat u geheugenkaarten plaatst of verwijdert. ●●Ontkoppel de USB-kabel (bijgeleverd) na het afdrukken. ●●Wanneer de batterij tijdens de communicatie leeg begint te raken, hoort u een waarschuwingssignaal. Annuleer het afdrukken en ontkoppel de USB-kabel (bijgeleverd). ●●Foto’s die in een RAW-bestand zijn opgenomen, kunnen niet worden afgedrukt.
Aansluiten op andere apparatuur Afdrukken Meerdere beelden afdrukken Er worden meerdere beelden tegelijk afgedrukt. Druk op om [Veelv. afdr.] te selecteren in stap Selecteer met ••[Multi selecteren]: (→275) het onderdeel en druk op [MENU/SET] oorloop de beelden met de cursortoets en selecteer D de beelden voor afdrukken met de [DISP.]-knop. (Druk nogmaals op de [DISP.]-knop om uw keuze te annuleren.) Druk op [MENU/SET] wanneer de selectie is voltooid.
Aansluiten op andere apparatuur Afdrukken Afdrukinstellingen maken op de camera Tot de instelopties behoren het aantal afgedrukte foto’s en hun formaat. Geef de instellingen op voordat u [Print start] selecteert. Selecteer met het onderdeel en druk op [MENU/SET] Onderdeel Instellingen [Print met dat.
Diversen Lijst met symbolen op het lcd-scherm/de zoeker De schermen die hier worden afgebeeld, zijn alleen bedoeld als voorbeelden. De werkelijke weergave kan variëren.
Diversen Lijst met symbolen op het lcd-scherm/de zoeker Helderheid (→43, 112, 120) Belichtingscompensatie (→101) Handmatige belichtingsassistentie (→110) Tracking AF (→41, 91) AF-assistlampje (→152) Meetmodus (→148) AE-vergrendeling (→100) Achtergrondonscherpte (→37, 43, 112) Programmaschakeling (→46) F5.
Diversen Lijst met symbolen op het lcd-scherm/de zoeker Instellingen bestemming (→139) Aantal verstreken reisdagen (→139) Naam (→128, 137) Leeftijd in jaren/maanden (→128, 137) Huidige datum/tijd (→140) Wereldtijd (→140) Scherpstelbereik (→95) Zoom (→81) - 281 - SQW0202
Diversen Lijst met symbolen op het lcd-scherm/de zoeker Tijdens het afspelen Afspeelmodus (→163) Beveiligd beeld (→186) Favorieten (→184) Aanduiding af te drukken datum/ tekst (→154, 177) Geretoucheerde foto (→171, 172) Aspectratio (→141) Fotoresolutie (→141) Kwaliteit (→142) Resterend batterijvermogen (→22) 50i 30s Opnameformaat (→155) Opnamekwaliteit (→155) Opnameduur voor films* (→57) Burst (→160) Histogram (→68) Retouche (→171) Films afspelen (→57) Panoramafoto’s afspelen (→123) Burst afspelen (→16
Diversen Lijst met symbolen op het lcd-scherm/de zoeker Map-/bestandsnummer (→53, 273) Beeldnummer/Totaal aantal beelden (→53) 25s Verstreken opnametijd*1 (→57) Opnamedatum/-tijd Wereldtijd (→140) Naam*2 (→128, 137) Leeftijd in jaren/maanden*2 (→128, 137) Titel*2 (→176) Instellingen bestemming*2 (→139) Aantal verstreken reisdagen*2 (→139) Afdrukinstellingen (→185) Met plaatsinformatie (→174, 208, 211) [Intervalopname] (→160) Pictogram voor het inlezen van informatie (→161) Monitorverlichting (→67) Opn
Diversen Weergave berichten Hieronder wordt een uitleg gegeven van de belangrijkste berichten die op het lcd-scherm of de zoeker weergegeven worden en hoe u erop moet reageren. [Deze geheugenkaart kan niet worden gebruikt.] ●●Niet compatibel met de camera. Gebruik een compatibele kaart. [Sommige foto's kunnen niet gewist worden] [Deze foto kan niet gewist worden] ●●Niet-DCF-beelden (→53) kunnen niet worden verwijderd.
Diversen Weergave berichten [Leesfout] / [Schrijffout] [Controleer de geheugenkaart] ●●Gegevens kunnen niet worden gelezen. → Controleer of de kaart op de juiste manier in de camera is geplaatst (→24). ●●Gegevens kunnen niet worden geschreven. → Schakel de camera uit en verwijder de kaart. Plaats de kaart terug in de camera en schakel de camera weer in. ●●Kaart is mogelijk beschadigd. → Probeer het met een andere kaart. [Kan niet opnemen wegens incompatibele gegevensindeling (NTSC/PAL) op kaart.
Diversen Weergave berichten [Kan geen verbinding maken met draadloos toegangspunt] / [Verbinding is mislukt] / [Kan bestemming niet vinden] ●●Controleer het volgende met betrekking tot het draadloze toegangspunt. → De informatie voor het draadloze toegangspunt die op dit apparaat is ingesteld, is onjuist. Controleer het verificatietype, het versleutelingstype en de versleutelingscode. (→252) → De stroom van het draadloze toegangspunt is niet ingeschakeld.
Diversen Weergave berichten [Sommige bestanden kunnen niet worden verstuurd vanwege een beperking op het doelapparaat.] / [Het overzetten is voltooid. Sommige bestanden zijn niet verstuurd vanwege een beperking op het doelapparaat.] ●●Controleer de bestandsindeling van het te verzenden beeld. ●●Het verzenden van films kan mislukken als de bestanden te groot zijn. Splits de film met [Splits video]. (→179) [Niet beschikbaar. Stel de instellingen voor aanmelden in op de website van LUMIX CLUB.
Diversen Vraag en antwoord Storingen verhelpen Controleer eerst de volgende onderdelen (→288 - 298). Als dit probleem blijft bestaan, Kan [Resetten] in het menu [Set-up] het probleem wellicht verhelpen (→72). (Onthoud wel dat hierbij bijna alle instellingen, behalve bijvoorbeeld [Klokinst.] worden teruggesteld in de oorspronkelijke stand op het moment van aankoop.) Zie ook de klantenservicewebsite van Panasonic voor de nieuwste klantenserviceinformatie. http://panasonic.
Diversen Vraag en antwoord Storingen verhelpen Opnemen Er kunnen geen beelden opgenomen worden. ●●Kaart/ingebouwd geheugen is vol. → Maak ruimte vrij door ongewenste beelden te verwijderen (→59). Opgenomen beelden zien er wit uit. ●●De lens is vuil (vingerafdrukken enzovoort). → Schakel de stroom in om de lensbuis uit te schuiven en reinig het lensoppervlak met een zachte, droge doek. ●●De lens is beslagen (→8). Opgenomen beelden zijn te licht/te donker. ●●Corrigeer de belichting (→101).
Diversen Vraag en antwoord Storingen verhelpen Opnemen (vervolg) De helderheid of kleuren van de opname zijn niet levensecht. ●●Wanneer u opnamen maakt onder een tl- of LED-lamp enzovoort, kunt u als u de sluitertijd verkort kleine veranderingen opmerken in helderheid en kleur. Deze zijn een gevolg van de kenmerken van de lichtbron en geven geen storing aan.
Diversen Vraag en antwoord Storingen verhelpen Lcd-scherm/Zoeker Het scherm/de zoeker is uitgeschakeld, hoewel de camera ingeschakeld is. ●●Wanneer een hand of voorwerp dicht bij de oogsensor komt, zou de schermweergavemodus geschakeld kunnen worden naar de zoekerweergavemodus zonder dat u het merkt. (→12) Beelden worden niet op het lcd-scherm weergegeven. ●●De camera is ingesteld voor zoekerweergave. → Druk op de [LVF]-knop om naar de lcd-schermweergave te gaan. De helderheid is instabiel.
Diversen Vraag en antwoord Storingen verhelpen Afspelen Beelden zijn geroteerd. ●●[Scherm roteren] wordt geactiveerd (→74). Kan geen beelden bekijken. Er zijn geen opgenomen beelden. ●●Geen beelden in ingebouwd geheugen of op de kaart (als de kaart is geplaatst worden beelden van de kaart afgespeeld, anders uit het ingebouwde geheugen). ●●Is de bestandsnaam van het beeld gewijzigd met een computer? In dat geval kan het beeld niet worden weergegeven met de camera.
Diversen Vraag en antwoord Storingen verhelpen Informatie over de Wi-Fi-functie Er kan geen verbinding worden gemaakt met het draadloze LAN. De radiogolven worden onderbroken. ●●Gebruik het apparaat binnen het communicatiebereik van het draadloze netwerk. ●●Verbindingstypen en beveiligingsinstelmethoden kunnen variëren, afhankelijk van het draadloze toegangspunt. → Zie voor meer informatie de gebruiksaanwijzing van het draadloze toegangspunt.
Diversen Vraag en antwoord Storingen verhelpen Informatie over de Wi-Fi-functie (vervolg) Ik heb thuis geen draadloos toegangspunt, maar ik zou me graag willen registreren als servicegebruiker van de "LUMIX CLUB". ●●Registratie als servicegebruiker voor de "LUMIX CLUB" is niet mogelijk in een omgeving zonder een draadloos toegangspunt. De camera kan niet worden verbonden met een Mac computer/Windows PC via de Wi-Fiverbinding. → Controleer of de aanmeldingsnaam en het wachtwoord correct getypt zijn.
Diversen Vraag en antwoord Storingen verhelpen Informatie over de Wi-Fi-functie (vervolg) Ik wil het beeld in de WEB-service terugzetten op de camera. ●●De beelden in de WEB-service kunnen niet op deze camera worden opgeslagen (gedownload). Verwijder de geüploade beelden niet en maak er een back-up van. Ik kan de beelden die door dit apparaat naar de WEB-service zijn geüpload, niet weergeven of verwijderen.
Diversen Vraag en antwoord Storingen verhelpen Tv, computer, printer Geen beeld op de tv. Onscherp beeld of beeld niet in kleur. ●●Niet goed aangesloten (→261). ●●De ingang van de tv is niet op AUX gezet. De weergave op de tv en op de camera komen niet overeen. ●●Beeldverhouding is mogelijk onjuist en op bepaalde tv’s worden de randen van beelden afgesneden. Filmbeelden kunnen niet op tv worden afgespeeld. ●●Kaart is in tv geplaatst.
Diversen Vraag en antwoord Storingen verhelpen Tv, computer, printer (vervolg) Computer herkent de kaart niet (leest alleen het ingebouwde geheugen). ●●Maak de (bijgeleverde) USB-kabel los en sluit deze weer aan nadat de kaart is geplaatst. ●●Als er twee of meer USB-poorten op één pc zitten, kunt u proberen de USB-kabel op een andere USB-poort aan te sluiten. De computer herkent de kaart niet. (Bij gebruik van SDXC-geheugenkaarten) → Controleer of uw computer geschikt is voor SDXC-geheugenkaarten.
Diversen Vraag en antwoord Storingen verhelpen Diversen Menu niet weergegeven in gewenste taal. ●●Verander de instelling [Taal] (→75). Camera rammelt als deze wordt geschud. ●●Dit geluid wordt veroorzaakt door beweging van de lens en is geen storing. Rood lampje gaat branden wanneer u de ontspanknop half indrukt op donkere locaties. ●●[AF ass. lamp] is ingesteld op [ON] (→152). AF-assistlampje brandt niet. ●●[AF ass. lamp] is ingesteld op [OFF] (→152). ●●Brandt niet op locaties met veel licht.
Diversen Waarschuwingen en opmerkingen tijdens gebruik Tijdens gebruik ●●De camera kan warm worden als deze lange tijd wordt gebruikt, maar dit is geen storing. ●●Houd dit apparaat zo ver mogelijk uit de buurt van elektromagnetische apparatuur (zoals magnetrons, tv’s, videospellen enzovoort). •• Wanneer u dit apparaat boven op of bij een tv gebruikt, kunnen de beelden en/of het geluid op dit apparaat vervormd raken door elektromagnetische straling.
Diversen Waarschuwingen en opmerkingen tijdens gebruik Wanneer u de camera lange tijd niet gebruikt ●●Schakel de camera uit voordat u de batterij en de kaart verwijdert. (Zorg dat de batterij is verwijderd om schade door diepontlading te voorkomen.) ●●Laat de camera niet in aanraking komen met rubberen of plastic zakken. ●●Bij bewaren in een lade en dergelijke altijd samen opbergen met een drogingsmiddel (silicagel).
Diversen Waarschuwingen en opmerkingen tijdens gebruik Batterij ●●De batterij is een oplaadbare lithium-ionbatterij. Als de temperatuur te hoog of te laag is, zal de gebruikstijd van de batterij korter worden. ●●De benodigde oplaadtijd varieert, afhankelijk van de omstandigheden van het batterijgebruik. Het opladen duurt langer bij hoge of lage temperaturen en als de batterij al lang niet meer is gebruikt. ●●Tijdens het opladen en enige tijd daarna is de batterij warm.
Diversen Waarschuwingen en opmerkingen tijdens gebruik Over het kijken naar 3D ●●Een ieder die hypergevoelig is voor licht, een hartkwaal heeft of zich hoe dan ook onwel voelt, met vermijden naar 3D-beelden te kijken. •• Het bekijken van 3D-beelden heeft op sommige personen een negatief effect. ●●Als u zich moe, ongemakkelijk of op een andere manier niet gewoon voelt terwijl u naar 3D-beelden kijkt, stop dan gelijk met kijken. •• Gaat u door met kijken, dan kan dit ziekte tot gevolg hebben.
Diversen Waarschuwingen en opmerkingen tijdens gebruik ••SDXC logo is een handelsmerk van SD-3C, LLC. ••HDMI, het HDMI logo en High-Definition Multimedia Interface zijn handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van HDMI Licensing LLC in de Verenigde Staten en andere landen. ••HDAVI Control™ is een handelsmerk van Panasonic Corporation. ••“AVCHD”, “AVCHD Progressive” en het “AVCHD Progressive” logo zijn handelsmerken van Panasonic Corporation en Sony Corporation.
Diversen Waarschuwingen en opmerkingen tijdens gebruik ••Het Wi-Fi CERTIFIED™-logo is een keurmerk van Wi-Fi Alliance®. ••Het Wi-Fi Protected Setup™-identificatiemerk is een keurmerk van Wi-Fi Alliance®. ••“Wi-Fi®” en “Wi-Fi Direct®” zijn gedeponeerde handelsmerken van Wi-Fi Alliance®. ••“Wi-Fi Protected Setup™”, “WPA™” en “WPA2™” zijn handelsmerken van Wi-Fi Alliance®. ••DLNA, the DLNA Logo and DLNA CERTIFIED are trademarks, service marks, or certification marks of the Digital Living Network Alliance.
Diversen Waarschuwingen en opmerkingen tijdens gebruik In dit product is de volgende software opgenomen: (1) de software die onafhankelijk door of voor Panasonic Corporation is ontwikkeld, (2) de software die het eigendom is van derden en in licentie is gegeven aan Panasonic Corporation en/of, (3) open-source-software De software die als (3) gecategoriseerd is, wordt gedistribueerd in de hoop dat deze nuttig is, maar ZONDER ENIGE GARANTIE, zelfs zonder de impliciete garantie van VERKOOPBAARHEID of GESCH