Operating Instructions

- 28 -
Basiskennis
Selecteren van de opnamemodus
Lijst van Opnamefuncties
Wanneer de functie geschakeld is van Afspeelfunctie naar Opnamefunctie, zal de eerder ingestelde
Opnamefunctie ingesteld worden.
Druk op [MODE].
Druk op 3/4/2/1 om de gewenste
Opnamefunctie te kiezen.
Op [MENU/SET] drukken.
Intelligent Auto Modus (P29) Strand- & Surffunctie (P67)
De onderwerpen worden opgenomen met
behulp van instellingen die automatisch
gebruikt worden door het toestel.
Deze modus is optimaal voor het maken
van foto's tot 3 m onder water en op het
strand.
Normale beeldfunctie (P32)
Geavanceerde Onderwatermodus
(P68)
De onderwerpen worden opgenomen m.b.v.
uw eigen instellingen.
Deze modus is optimaal voor het maken
van foto's op dieptes van 3 m tot 8 m.
Creative Control modus (P62) Panoramamodus (P69)
Opnemen terwijl het beeldeffect
gecontroleerd wordt.
Met deze modus kunt u panoramafoto's
maken.
Sport (P67) Scènemodus (P72)
Gebruik deze functie om opnamen te
maken van sportevenementen, etc.
Hiermee maakt u beelden die passen bij de
scène die u opneemt.
Sneeuw (P67)
Hiermee kunt u opnamen maken met een
zo wit mogelijke sneeuw op een skiveld of
een besneeuwde bergtop.