Operating Instructions
Opnemen
- 80 -
∫ Veranderen van de instellingen voor [ / INSTELLEN], [STAP] en [SERIE] in
Auto Bracket
1
Selecteer [AUTO BRACKET] in het [OPNAME]-functiemenu.
(P56)
2 Op 3/4 drukken om [ / INSTELLEN], [STAP] of
[SERIE] te kiezen en vervolgens op [MENU/SET] drukken.
3 Druk op 3/4, selecteer de instelling en druk vervolgens op [MENU/SET].
•
U kunt een foto per keer nemen als [ ] ingesteld is.
• U kunt continu foto’s nemen, tot het ingestelde aantal, als [ ] ingesteld is.
• Verlaat het menu nadat het ingesteld is.
Aantekening
•
Wanneer u opnamen maakt met auto bracket nadat u het bereik van de
belichtingscompensatie hebt ingesteld, wordt voor de opnamen de gekozen
belichtingscompensatie gebruikt.
• Het kan zijn dat de belichting niet correct gecompenseerd wordt, afhankelijk van de helderheid
van het onderwerp.
• Als continu beelden met gebruik van Auto Bracket opgenomen worden, waarbij [I.RESOLUTIE]
op [EXTENDED] ingesteld is, kan het even duren voordat het volledige aantal beelden dat
ingesteld is, opgenomen wordt.
• De instelling van Auto Bracket staat vast op [ ], [3•2/3] en [0/`/_] in de Intelligent Auto
Modus.
• Wanneer de flits geactiveerd wordt, kunt u maar 1 opname maken.
• Auto bracket wordt uitgeschakeld als witbalans bracket ingeschakeld wordt.
• De auto bracket zal buiten werking gesteld worden tijdens de opname van de bewegende
beelden.
Onderdeel Instellingen Onderdeel Instellingen
[ / INSTELLEN]
[ ] (enkel)
[SERIE]
[0/`/_]
[ ] (Burstfunctie) [`/0/_]
[STAP]
[3•1/3] (3 opnamen)
[3•2/3] (3 opnamen)
[3•1] (3 beelden)
[5•1/3] (5 opnamen)
[5•2/3] (5 opnamen)
[5•1] (5 beelden)
[7•1/3] (7 opnamen)
[7•2/3] (7 opnamen)
[7•1] (7 beelden)