Operating instructions

93
4. Instellingen van focus en sluiter (Drive-modus)
De methode wordt ingesteld om scherp te stellen als de sluiterknop tot halverwege
ingedrukt wordt.
Zet de hendel van de focusmodus op [AFS/AFF] of
[AFC].
[AFS/AFF] van de hendel van de Focusmodus
In [AFS/AFF] in het [Opname]-menu of het [Bewegend beeld]-menu, kunt u [AFS] of [AFF]
aan [AFS/AFF] van de hendel van de Focusmodus toekennen.
Selecteren van de Focusmodus (AFS/AFF/AFC)
Toepasbare modi:
Onderdeel
De beweging van het onderwerp en de scène
(aanbevolen)/Beschrijving van de instellingen
[AFS/AFF]
[AFS]
(Auto
Focus
Single)
Onderwerp staat stil
(Landschaps-, verjaardagsfoto, enz.)
De scherpte wordt automatisch ingesteld als de
sluiterknop tot halverwege ingedrukt wordt. De
scherpstelling wordt vastgezet als de knop tot
halverwege ingedrukt wordt.
[AFF]
(Auto
Focus
Flexible)
Beweging kan niet voorzien worden
(Kinderen, huisdieren, enz.)
In deze modus, wordt het scherpstellen
automatisch uitgevoerd wanneer de ontspanknop
tot de helft ingedrukt wordt.
Als het onderwerp beweegt terwijl de ontspanknop tot de helft
ingedrukt wordt, wordt de focus gecorrigeerd om automatisch
overeen te komen met de beweging.
[AFC]
(Auto Focus
Continuous)
Het onderwerp beweegt
(Sport, treinen, enz.)
In deze modus wordt het scherpstellen, terwijl de
sluiterknop tot de helft ingedrukt gehouden wordt,
constant uitgevoerd om overeen te komen met
de beweging van het onderwerp. Wanneer het onderwerp beweegt,
wordt het scherpstellen uitgevoerd door de positie van het onderwerp
te voorspellen op het moment van opname (bewegingsvoorspelling).
[MF] Stel handmatig scherp. (P107)
AFC
AFS/
AFF
MF