Gebruiksaanwijzing Digitale Fotocamera DMC-LS80 Model Nr. Gelieve deze gebruiksaanwijzing volledig door te lezen alvorens dit apparaat in gebruik te nemen. QuickTime en het QuickTime logo zijn handelsmerken of geregistreerde handelsmerken van Apple Inc., gebruikt onder hun licentie.
Vóór gebruik Geachte Klant, Wij willen van de gelegenheid gebruik maken u te bedanken voor de aanschaf van deze Panasonic digitale fotocamera. Leest u deze handleiding met aandacht en bewaar hem binnen handbereik voor toekomstige raadpleging.
Vóór gebruik ■ Opmerking betreffende lithiumbatterijen • Bij dit product zijn lithiumbatterijen geleverd. Wanneer deze verbruikt zijn, mag u deze niet weggooien maar moet u deze inleveren als klein chemisch afval. • Dit apparaat bevat een lithiumbatterij als stroomvoorziening voor de klok. • Raadpleeg uw leverancier over het verwijderen van de lithiumbatterij op het moment dat u het apparaat aan het einde van de levensduur vervangt.
Vóór gebruik ■ Zorg voor het toestel • Het toestel niet schudden of ertegen stoten. Het toestel zou daardoor niet normaal kunnen werken, het maken van opnames zou buiten werking gesteld kunnen worden, of de lens of het LCDscherm zouden beschadigd kunnen raken. • Zand of stof kan een storing van de camera veroorzaken. Zorg dat er geen zand of stof in de lens of op de flitser of aansluitingen terechtkomt wanneer u de camera op het strand of een andere plaats gebruikt.
Vóór gebruik ■ Over de lens • Druk niet hard op de lens of de lenshouder. • Laat de camera niet met de lens naar de zon gericht omdat sterk zonlicht storingen kan veroorzaken. Wees ook voorzichtig wanneer u het toestel buiten of dichtbij een raam legt. ■ Over condensatie (wanneer de lens beslagen is) • Condensatie doet zich voor wanneer de omgevingstemperatuur of vochtigheid als volgt veranderd is. Pas op voor condensatie, aangezien dit vlekken op de lens, schimmel of storingen veroorzaakt.
Inhoud Vóór gebruik Basis Informatie voor uw veiligheid..................... 2 Overlaten aan de camera ( slimme modus).............................. 26 Foto's nemen met de gewenste instelling ( Normale foto-modus)..... 28 Basis fotografie – belichting, scherpstellen en kleur....................... 29 Foto’s nemen met de zoom..................... 31 Optische zoom gebruiken/................... 31 De extra optische zoom (EZ)............... 31 Het gebruik van de snelle zoomknop...............................
Kaarslichtmodus.............................. 49 Babymodus 1................................... 49 Babymodus 2................................... 49 Huisdiermodus................................. 50 Zonsondergangmodus..................... 50 Hoge gevoeligheidsmodus.............. 50 High speed burst-modus.................. 50 Sterrenhemelmodus........................ 51 Vuurwerkmodus............................... 52 Strandmodus................................... 52 Sneeuwmodus...............................
Voorbereiding Accessoires Controleer de inhoud voordat u de camera gebruikt. Draagriem Batterijen AA alkaline batterijen (LR6) AV-kabel USB-aansluitkabel CD-ROM (Software) • Kaart is optioneel. Wanneer u geen kaart gebruikt, kunt beelden opnemen of weergeven via het interne geheugen. • Mocht u een van de meegeleverde accessoires verliezen, neem dan contact op met de dealer of het dichtstbijzijnde servicecentrum. (U kunt de accessoires afzonderlijk aanschaffen.
Voorbereiding Namen van onderdelen 1 2 1� [E.
Voorbereiding Beknopte handleiding 3� Kijk de foto’s terug. Hier vindt u een overzicht van de werkwijze voor het maken van opnames met deze camera. Lees voor elke functie de bijbehorende pagina’s. 1 1� Laad de batterijen. 2 1 Zet de opname/weergave-schakelaar op [Q]. 2 Selecteer de foto die u wilt bekijken. (P34) • Wanneer u geen kaart (optioneel) gebruikt, kunt u beelden opnemen of weergeven via het interne geheugen. Zie P16 wanneer u een kaart gebruikt. 2� Zet de camera aan om foto’s te nemen.
Voorbereiding Over de batterijen ■ Bruikbare batterijen AA alkaline batterijen (meegeleverd) AA-oplaadbare Ni-MH (nikkel-metaal hydride) batterijen (optioneel) AA oxyride batterijen (optioneel) • Een van de volgende berichten verschijnt als u de batterijen voor de eerste keer invoert, als u de batterijen wisselt als ze op zijn etc. [CURRENT BATTERY TYPE SETTING: ALKALINE/Ni-MH] ([HUIDIGE BATT. TYPE INSTELLING: ALKALINE/NiMH]) / [CURRENT BATTERY TYPE SETTING: OXYRIDE] ([HUIDIGE BATT.
Voorbereiding ■ Batterijvormen die niet kunnen worden gebruikt • Batterijen met ongewone vormen kunnen lekken, hitte opbouwen of exploderen als u ze in de camera invoert. • Batterijen waarbij de bovenste laag er gedeeltelijk of helemaal af is gepulkt. Gebruik deze batterijen nooit. (Wij verwijzen u naar de afbeelding benden) • Alles of een gedeelte van de deklaag van de batterij is eraf gepulkt. • De ) pool is vlak.
Voorbereiding • Als er vuil op de batterijpolen zit kan het zijn dat u ze niet meer normaal kunt opladen. Reinig de batterijpolen en de baterijladeraansluitingen met een zachte, droge doek. • Als u de batterijen voor de eerste keer oplaadt, of nadat u ze lange tijd niet heeft gebruikt kan het zijn dat ze niet volledig opladen. Dit is een kenmerk van Ni-MH batterijen en is geen storing. Batterij prestaties worden beter als u ze vaker oplaadt.
Voorbereiding • Vastleggen begint 30 seconden nadat de camera is aangezet. (Wanneer de functie van het optische beeldstabilisatiesysteem is ingesteld op [STAND2]) • Een opname per 30 seconden, met volledige flits om de andere opname. • Bij elke opname de zoomhendel van Tele naar Groothoek draaien en vice versa. • De camera na elke 10 opnames uitzetten/De camera laten rusten tot de batterijen zijn afgekoeld.
Voorbereiding Inbrengen/verwijderen van de Batterijen/Kaart (Optioneel) • Controleer of de camera is uitgeschakeld. • Gebruik alkalinebatterijen (meegeleverd), Ni-MH batterijen (optioneel) of oxyridebatterijen (optioneel). • Een kaart klaarmaken. • Wanneer u geen kaart gebruikt, kunt beelden opnemen of weergeven via het interne geheugen. (P16) 1� Schuif het klepje van de batterijaansluiting Aof de kaartaansluiting B open. 1 A 1 van de kaart niet aan.
Voorbereiding Over het interne geheugen/de kaart Het interne geheugen kan worden gebruikt als een tijdelijk opslagapparaat wanneer de kaart die wordt gebruikt, vol is. ■ Intern geheugen [ ] Wanneer u geen kaart gebruikt, kunt u beelden opnemen of weergeven via het interne geheugen. (Het interne geheugen kan niet worden gebruikt wanneer er een kaart is geplaatst.) • U kunt foto’s kopiëren vanaf het interne geheugen naar een kaart (P88). • De interne geheugencapaciteit bedraagt ongeveer 24 MB.
Voorbereiding De klok instellen (De camera voor het eerst inschakelen [AAN]) ■ Fabrieksinstelling Wij raden aan [TAAL] te selecteren in het [SET-UP] menu vooraleer datum/tijd in te stellen. De klok is niet ingesteld wanneer de camera wordt verzonden. Wanneer u de camera inschakelt, verschijnt het volgende scherm.(Verschijnt niet in weergavemodus.) 3� Druk op [MENU/SET].
Voorbereiding Basisprincipes van Functie en Menu Functie Opname- of afspeelfunctie selecteren. Opname/weergave-schakelaar 1� Schuif de opname/weergaveschakelaar naar of Q (omlaag). Opnamemodus (omhoog) Slimme modus : Opnamemodus Normale beeldmodus Q : Weergavemodus P28 Foto's maken met de gewenste instelling. 2� Druk op [MODE] om het Scènemodus functiekeuzescherm te laten verschijnen. P46 Fotograferen volgens scène.
Voorbereiding Menu Deze camera werkt met diverse menu's om uw favoriete opname- en weergavefuncties te kiezen. De menuweergave varieert volgens de modus. Setupmenu (gewoon in opnamemodus / weergavemodus) P20 Voor de standaardinstelling van de camera, zoals de batterijen, klok, enz. Opnamemenu (alleen in opnamemodus) P59 Voor de instelling van beeldgrootte, ISO-gevoeligheid, enz. Weergavemenu (alleen in weergavemodus) P74 Voor de instelling van bewerking, afdruk (DPOF), enz.
Voorbereiding Basisinstellingen (Setup menu) 4� Druk op q en selecteer instellingen met e/r. Instelling van batterijtype, klok, spaarfunctie, enz. Stel zeker [BATT. TYPE] in. • Als het type batterij dat wordt gebruikt en het type dat is geselecteerd niet hetzelfde zijn, zal de batterij-indicatie niet correct worden weergegeven. De batterij kan dan ook niet lang meegaan. • Wij raden aan de instellingen van [KLOKINST.], [AUTO REVIEW] en [BESPARING] te controleren. 1� Druk op [MENU/SET].
Voorbereiding Druk op [ ] om het menu weer te geven, ga naar het set-up menu [ ] en selecteer het item. (P20) De instelling die “q” is gemarkeerd betekent dat dat de fabrieksinstelling is. Selecteer het type batterijen dat u heeft ingebracht. 6 TOON Stel in om het volume van het gebruiksgeluid te selecteren. BATT. TYPE Selecteer het type batterijen dat wordt gebruikt uit de volgende twee typen.
Voorbereiding Druk op [ ] om het menu weer te geven, ga naar het set-up menu [ ] en selecteer het item. (P20) De instelling die “q” is gemarkeerd betekent dat dat de fabrieksinstelling is. Beperk het batterijverbruik Toon de beelden die u hebt P gemaakt. BESPARING BATT. BESP. Indien u geen handelingen uitvoert, schakelt de camera automatisch uit na de interval die u hebt ingesteld. OFF 1 MIN. 2 MIN. q 5 MIN. 10 MIN. • Druk de ontspanner half in of herstart de camera om te annuleren.
Voorbereiding Druk op [ ] om het menu weer te geven, ga naar het set-up menu [ ] en selecteer het item. (P20) De instelling die “q” is gemarkeerd betekent dat dat de fabrieksinstelling is. 1 RESETTEN X De instellingen van het opname of [SETUP] menu worden teruggesteld naar de oorspronkelijke instellingen. (Alleen in weergavemodus) Ingesteld op [NTSC] of [PAL] volgens het tv-systeem in uw land.
Voorbereiding Druk op [ ] om het menu weer te geven, ga naar het set-up menu [ ] en selecteer het item. (P20) De instelling die “q” is gemarkeerd betekent dat dat de fabrieksinstelling is. • Wanneer de kaart niet is ingebracht, DEMOFUNCTIE kan het interne geheugen worden Demonstratie tonen. geformatteerd. Wanneer de kaart is ingebracht, kan die worden JITTER, DEMO BEW. ONDW. (onder) geformatteerd. AUTO DEMO: Toont het beeld als • Schakel de camera niet uit tijdens het diashow formatteren.
Voorbereiding Makkelijk foto's nemen ■ In normale fotomodus [ van de aankoop) 1 13 2 3 4 5 6 ] (ten tijde 10�Intern geheugen / Kaart ( of licht rood op.) • Doe niet het volgende als de toegangsindicatielampjes branden. – De camera uitzetten. – De batterijen of de kaart verwijderen. – De camera schudden of stoten. – De netadapter loskoppelen (optioneel). • Let op het bovenstaande wanneer foto’s worden gelezen of verwijderd of terwijl het interne geheugen (of de kaart) wordt geformatteerd.
Basis Overlaten aan de camera ( De camera kiest automatisch de juiste instellingen volgens onderwerp en opnamevoorwaarden. Deze stand zorgt ervoor dat beginners makkelijk een foto kunnen maken. 1� Stel de camera in op slimme modus [ ]. 1Z et de opname/weergave-schakelaar op REC en druk op [MODE]. 2 Selecteer [ INTELLIGENT] en druk op [MENU/SET]. 2� Houd het toestel voorzichtig vast met beide handen, houd uw armen stil langs uw lichaam en plaats uw voeten iets uiteen.
Basis • Als u op de ontspanner drukt, is het mogelijk dat het scherm even oplicht of verduistert. Deze functie vergemakkelijkt het scherpstellen en is niet van invloed op de opname. • Zorg dat u de camera niet beweegt op het moment dat u de ontspanknop indrukt. • Dek de fotoflitser of de AFassistentielamp niet af met uw vinger of andere voorwerpen. • Raak de lens niet aan. • U kunt de volgende functies niet gebruiken. – Belichtingscompensatie – Auto bracket – DIG.
Basis Foto's nemen met de gewenste instelling ( Normale foto-modus) Met deze modus zijn er meer instelmogelijkheden dan in de slimme modus [ ]. 1� Zet de camera op normale beeldmodus [ ]. • [ NORMALE FOTO] is de fabrieksinstelling. 1Z et de opname/weergave-schakelaar op REC en druk op [MODE]. 2S electeer [ NORMALE FOTO] en druk op [MENU/SET]. 2� Houd de camera voorzichtig vast met beide handen, houd uw armen stil langs uw lichaam en plaats uw voeten iets uiteen.
Basis Basis fotografie – belichting, scherpstellen en kleur Een beetje kennis over belichting, scherpstellen en kleur is altijd handig als u moeite heeft met het nemen van een foto. Zijn foto’s donker? Belichtingsprobemen Ga naar pagina P44 Scherpstel problemen Ga naar pagina P30, 42 Kleurproblemen Ga naar pagina P62 In normale beeldmodus [ ], stelt Auto Belichting (AE) normaal gesproken de juiste belichting in voor u, maar foto’s kunnen donker zijn als er backlight is.
Basis ■ Als u een voorwerp opneemt buiten het AF-gebied (AF/AE vergr.) Als u een foto maakt met een compositie zoals in de volgende foto, kun u niet scherpstellen met uw camera op het voorwerp omdat de mensen zich buiten het AF-gebied bevinden. In dat geval, 1 Richt het AF-gebied op het onderwerp. 2 Druk de ontspanknop half in om de scherpte en de belichting vast te zetten. • De scherpstelindicatie licht twee keer op als het onderwerp is scherpgesteld.
Basis Foto’s nemen met de zoom Optische zoom gebruiken/ De extra optische zoom (EZ) U kunt mensen en onderwerpen dichterbij laten lijken met de drievoudige zoomfunctie, en landschappen kunnen in groothoek worden vastgelegd.
Basis Het gebruik van de snelle zoomknop Druk op de [E.ZOOM] knop om snel te kunnen zoomen. De eigenlijke zoomfactor is afhankelijk van de pixelopnameinstelling. A • Als u 3 x drukt op [E.ZOOM] gaat de zoomstand naar groothoek en wordt de resolutie weer normaal. De resolutie gaat ook terug naar de normale waarde als u de zoomhendel naar de optische zoomsectie terugbrengt. ■ Als de beeldgrootte is ingesteld behalve de hoogste resolutie voor elke aspectratio 4 EZ W 5 EZ W 1 A [E.
Basis O De digitale zoom gebruiken De zoom verder uitbreiden U kunt maximale zoomfactor van 12 x bereiken met de 3 x optische zoom en de 4 x digitale zoom wanneer [DIG. ZOOM] is ingesteld op [ON] in het [OPNAME] menu. Als een beeldformaat dat de extra optische zoom kan gebruiken is geselecteerd, kunt u echter een maximale zoomfactor van 19,1 x bereiken met de 4,8 x extra optische zoom en de 4 x digitale zoom.
Basis Weergeven van foto’s (Q Normale weergavemodus) Selecteer de normale weergavemodus [ ] (P12). De opnamegegevens op het interne geheugen worden weergegeven wanneer er geen kaart is geplaatst. Wanneer er wel een kaart is geplaatst, worden de opnamegegevens van de kaart weergegeven. n Weergeven van foto’s Druk op w/q om de foto te selecteren. 10:00 15. JAN. 2008 w : Geef de vorige foto weer. q : Geef de volgende foto weer. ■ Snel vooruitspoelen/Snel terugspoelen Houd w/q ingedrukt tijdens de weergave.
Basis Foto’s wissen Selecteer de normale weergavemodus [ ] (P18). De opnamegegevens op het interne geheugen worden gewist wanneer er geen kaart is geplaatst. Wanneer er wel een kaart is geplaatst, worden de opnamegegevens van de kaart gewist. • Eenmaal gewist, kunnen de foto’s niet meer worden teruggehaald. Controleer nogmaals voor u de foto’s wist.
Basis 4� Druk op [ ]. 5� Druk op e om [JA] te selecteren en druk daarna op [MENU/SET] om in te stellen. (Controleer wanneer u [MULTI WISSEN] selecteert) MULTI WISSEN ALLE GEMARKEERDE FOTO'S WISSEN ? JA NEE SELEC INST. • Wanneer u alle foto’s wist, kunnen alleen de foto’s op het interne geheugen of de foto’s op de kaart worden gewist. (U kunt de foto’s in het interne geheugen en de foto’s op de kaart niet tegelijk wissen.
Geavanceerd opnemen Het LCD-scherm In weergavemodus De weergegeven informatie wijzigen 1E DAG 1 mnd. 10 dg. 10:00 15. JAN. 2008 A AWB 10:00 15. JAN. 2008 DISPLAY A LCD-scherm (LCD) Druk op de knop [DISPLAY] om naar het te gebruiken scherm over te schakelen. • Wanneer het menuscherm verschijnt, is de knop [DISPLAY] niet geactiveerd. • Tijdens de zoomweergave, terwijl u films afspeelt en tijdens een diashow kunt u alleen "Normale weergave" of "Geen weergave" selecteren.
Geavanceerd opnemen LCD-scherm makkelijker afleesbaar maken (LCD-modus) Modus AUTO POWER LCD 1� Houd [Q.MENU] ingedrukt tot het snelinstelscherm verschijnt. SPANNING LCD GR. KIJKHOEK Q.MENU 2� Selecteer de indicatie rechts (originele instelling: [OFF]) met q, selecteer de modus met e/r en druk op [MENU/SET]. SELEC EXIT OFF Gebruikt De helderheid van het LCD-scherm verandert automatisch volgens de sterkte van het omgevingslicht.
Geavanceerd opnemen Foto’s nemen met de ingebouwde flitser ■ Flitserinstelling r : AUTO De flitser wordt automatisch geactiveerd afhankelijk van de opnamecondities. A s : AUTO/ Rode-ogenreductieÛ1 (wit) De flitser wordt automatisch geactiveerd afhankelijk van de opnamecondities.Daarna wordt de flitser nogmaals geactiveerd voor de daadwerkelijke opname. • Gebruikt deze functie als u foto’s neemt van personen bij slechte lichtomstandigheden.
Geavanceerd opnemen ■ Beschikbare flitsinstellingen per opnamemodus De beschikbare flitsinstellingen hangen af van de opnamemodus. (○: Beschikbaar, —: Niet beschikbaar, ◎: Fabrieksinstelling) Û2 H et wordt geforceerd AAN [t], als de backlight-compensatie functie is geactiveerd. • De flitserinstelling kan wijzigen als u de opnamestand verandert. Wijzig de flitserinstellingen indien nodig. • Flitserinstellingen blijven behouden zelfs als u de camera uitschakelt.
Geavanceerd opnemen ■ Het beschikbare flitsbereik voor het nemen van foto’s in slimme ISOmodus ISO-LIMIET ISO MAX 400 ISO MAX 800 ISO MAX 1250 – [STERRENHEMEL]: 15 seconden, 30 seconden, 60 seconden – [VUURWERK]: 1/4e van een seconden, 2 seconden – [Andere scène modes]: 1/8th van een seconden tot 1/2000th van een seconden Beschikbaar flitsbereik 60 cm tot 3,7 m (Groothoek) 40 cm tot 2,0 m (Tele) 80 cm tot 5,3 m (Groothoek) 60 cm tot 2,9 m (Tele) 1,0 m tot 6,6 m (Groothoek) 80 cm tot 3,6 m (Tele) ■ Sluit
Geavanceerd opnemen Close-ups nemen (AF w Macro-opname) Met deze modus neemt u close-up foto’s van het onderwerp, bijv. bij het maken van bloemenfoto’s. U kunt tot op een lensafstand van 5 cm van het onderwerp foto’s nemen door de zoomhendel tot het uiterste naar Groothoek (1×) te draaien. 1� Druk op r (w) • Macro-opname start. ■ Scherpstelbereik 5 cm W Verandert geleidelijk T 30 cm • Gebruik een statief en de zelfontspanner voor de beste resultaten.
Geavanceerd opnemen Foto’s nemen met de zelfontspanner 1� Druk op w [ ]. 2� Selecteer de sluitertijd met e/r of w [ ]. ZELFONTSPANNER UIT 10SEC. 2SEC. of SELEC INST. 3� Druk op [MENU/SET]. • U kunt ook de ontspanknop halverwege indrukken om te eindigen. • Wanneer er 5 seconden verstrijken zonder enige bewerking, wordt de instelling die op dat ogenblik is geselecteerd automatisch overgenomen.
Geavanceerd opnemen De belichting compenseren Gebruik deze functie als u niet de juiste belichting gerealiseerd krijgt door verschil in helderheid tussen het onderwerp en de achtergrond. 1� Druk op e [C] om [BELICHTING] weer te geven en druk op w/q om de belichting te compenseren. BELICHTING Overbelicht SELEC B EXIT A Compenseer de belichting in negatieve richting. Juiste belichting A De waarde van de belichtingscompensatie • U kunt compenseren van -2 EV tot +2 EV in stappen van 1/3 EV.
Geavanceerd opnemen Auto Bracket-opname Er worden 3 opnamen na elkaar gemaakt, waarbij de belichting automatisch wordt aangepast. De opnamen zijn gebaseerd op het geselecteerde compensatiebereik na het instellen van de belichting. (P44) 1� Druk herhaaldelijk op e (C) om [B AUTO BRACKET] te laten verschijnen en stel het belichtingscompensatiebereik in met w/q. AUTO BRACKET SELEC EXIT • De auto bracket-instelling wordt geannuleerd als u de camera uitschakelt of als de spaarstand is geactiveerd.
Geavanceerd opnemen Scènemodus Zet de opname/weergave-schakelaar op [ ]. (P18) Wanneer u een scènemodus selecteert die past bij het onderwerp en de opnamesituatie, stelt de camera de optimale belichting en kleur in om de gewenste foto te verkrijgen. • Zie de pagina’s P47 tot 52 voor informatie over de modi. 1� Druk op [MODE], selecteer [SCENE] met e/r en druk op [MENU/SET]. 3� Druk op [MENU/SET]. • Druk op [MENU/SET] en voer de stappen, 2 en 3 uit om de scènemodus te veranderen.
Geavanceerd opnemen Zie (P46) voor meer informatie over het selecteren van een scènemenu. T Portretmodus De achtergrond is wazig en de persoon komt duidelijk uit met een gezonder uiterlijk. ■ Techniek voor een effectief gebruik van deze modus: 1 Draai de zoomhendel zo ver mogelijk naar Tele. 2 Beweeg dicht naar het onderwerp. • Geschikt voor buitenopnamen overdag. • De ISO-gevoeligheid is ingesteld op [ISO100].
Geavanceerd opnemen Zie (P46) voor meer informatie over het selecteren van een scènemenu. U Sportmodus Stelt u in staat om snel bewegende onderwerpen te fotograferen (bijv. sport in de buitenlucht). • Geschikt voor opnamen overdag, 5 m of verder weg van het onderwerp. • Als u snelle onderwerpen buiten fotografeert, zal de gevoeligheid hetzelfde zijn als wanneer u ISO-LIMIET in de slimme ISO-modus hebt ingesteld op [ISO MAX800]. • De digitale zoom is ingesteld op [OFF].
Geavanceerd opnemen Zie (P46) voor meer informatie over het selecteren van een scènemenu. g Kaarslichtmodus Gebruik deze modus om de sfeer van kaarslicht over te brengen. ■ Techniek voor kaarslichtmodus • Gebruik de flitser. • Gebruik een statief en de zelfontspanner voor de beste resultaten. • Het scherpstelbereik is 5 cm (Groothoek)/30 cm (Tele) tot Z. • De flitsinstelling kan worden ingesteld op geforceerd AAN/Rode-ogen reductie [q] of Lngz. sy./Rode-ogen reductie [u].
Geavanceerd opnemen Zie (P46) voor meer informatie over het selecteren van een scènemenu. Huisdiermodus • Gevoeligheid is dezelfde als wanneer u ISO LIMIET in de slimme ISO-modus instelt op [ISO MAX 800]. • De AF ass. Lamp is ingesteld op [OFF]. • De AF modus is ingesteld op [W]. • Zie [BABY] voor meer details. • De resolutie van de gemaakte foto neemt een weinig af door de verwerking met hoge gevoeligheid. Dit is geen storing. • Deze modus is geschikt om 4˝ x 6˝/10 x 5 cm foto's af te drukken.
Geavanceerd opnemen Zie (P46) voor meer informatie over het selecteren van een scènemenu. • De flitser is vast ingesteld op Geforceerd UIT [v]. • De kwaliteit is vast ingesteld op [H]. • Het scherpstelbereik is 5 cm (Wide) / 30 cm (Tele) tot Z. • De sluitersnelheid worddt 1/8e van een seconde tot 1/2000e van een seconde. • De ISO-gevoeligheid is automatisch vast ingesteld tussen [ISO500] en [ISO800]. (De ISO-gevoeligheid wordt hoger ingesteld naarmate burst speed sneller is.
Geavanceerd opnemen Zie (P46) voor meer informatie over het selecteren van een scènemenu. Z b Vuurwerkmodus Maak prachtige foto’s van exploderend vuurwerk in de nacht. ■ Techniek voor vuurwerkmodus • De sluitertijd wordt langzaam gebruik dus een statief. • Deze modus werkt het best bij onderwerpen die minimaal 10 m van de camera verwijderd zijn.
Geavanceerd opnemen Bewegend beeldmodus Zet de opname/weergave-schakelaar op [ ]. (P18) 1� Druk op [MODE], selecteer [P BEWEGEND BEELD] met e/r en druk nogmaals op [MENU/SET]. • Als het interne geheugen of de kaart vol raakt tijdens een opname, zal de camera de opname automatisch stoppen. ■ Het veranderen van de aspectratio en de beeldkwaliteitinstellingen 1� Druk op [MENU/SET]. OPNAMEGUNCTIE 2� Druk op e/r om [ASPECTRATIO] te selecteren en druk dan op q.
Geavanceerd opnemen ■ Indien de aspectratio staat ingesteld op [j] Item Beeldformaat fps 30fps16:9 10fps16:9 848 × 480 pixels 848 × 480 pixels 30 fps 10 fps • fps (frame per second); Dit verwijst naar het aantal gebruikte beelden per 1 seconde. • U kunt vloeiender bewegende beelden opnemen met 30 fps. • U kunt langere films opnemen met 10 fps, hoewel de beeldkwaliteit in dat geval lager is.
Geavanceerd opnemen Vakantiedatumopname Door het instellen van de vertrek en aankomstdagen kun u opnemen op welke dag van de vakantie u een foto neemt. De vakantiedag wordt getoond als u een foto weergeeft en u kunt het toevoegen aan een foto voor het afdrukken met [TEKST AFDR.] (P77). • Wanneer u een foto weergeeft, wordt de datum waarop deze werd gemaakt, weergegeven. 4� Druk op r om [INST.] te selecteren en druk daarna op [MENU/SET].
Geavanceerd opnemen 7� Druk op [MENU/SET] om het menu te sluiten. 8� Neem een foto. 1E DAG 10:00 15. JAN. 2008 A • De vakantiedag A verschijnt ongeveer 5 seconden lang na het instellen van de reisdata en als de camera wordt aangezet als de reisdatum is ingesteld. • Wanneer [REISDATUM] is ingesteld verschijnt, [ ] onderaan rechts op het scherm. (Het wordt niet weergegeven als de huidige datum na de terugkeerdatum ligt.
Geavanceerd opnemen De tijd op de reisbestemming weergeven Als u uw tijdzone en de zone van de reisbestemming instelt wanneer u naar het buitenland reist, kan de lokale tijd op de bestemming worden weergegeven op het scherm en op de gemaakte foto’s worden opgenomen. • Selecteer [KLOKINST.] om de huidige datum en tijd vooraf in te stellen. P17 1� Druk op [MENU/SET] en vervolgens op w. 2� Druk op r om [SET-UP] -menu pictogram te selecteren [ ] en druk vervolgens op q.
Geavanceerd opnemen De instelling van de thuiszone voltooien • Als u de thuiszone voor de eerste keer instelt, keert het scherm terug naar het scherm dat wordt weergegeven in stap 1 onder “De thuiszone instellen [HOME]” nadat u op [MENU/SET] hebt gedrukt om uw thuiszone in te stellen. Druk op w om terug te keren naar het scherm in stap 3 en druk daarna op [MENU/SET] om het menu af te sluiten.
Geavanceerd opnemen Werken met het [OPNAME] modusmenu Door het instellen van kleur, het aanpassen van de fotokwaliteit, enz. kunt u foto’s nemen met een grote variëteit. De menu-items die kunnen worden ingesteld hangen af van de opnamemodus. ■ Werken met het [OPNAME] modusmenu Druk op [MENU/SET] om het opnamemenu te zien en selecteer het item dat u wilt veranderen (P19). Items die u kunt instellen (In normale fotomodus [ ]) Menupagina [Q.MENU] 1� Houd [Q.
Geavanceerd opnemen Druk op [ Z ] om het [OPNAME] modusmenu weer te geven en selecteer de optie die u wilt instellen. (P19) Indien de aspectratio staat ingesteld op [ ] [FOTO RES.]/[KWALITEIT] Een beeldformaat en -kwaliteit Q instellen die passen bij het gebruik van de opnamen Een digitale foto bestaat uit talrijke beeldpunten die pixels worden genoemd.
Geavanceerd opnemen Druk op [ i ] om het [OPNAME] modusmenu weer te geven en selecteer de optie die u wilt instellen. (P19) [ASPECTRATIO] ■ [SLIMME ISO] ISO-gevoeligheid automatisch wijzigen De aspectratio van afbeeldingen instellen Door de aspectratio te wijzigen, kunt u een kijkhoek selecteren die past bij het onderwerp. De camera detecteert beweging van het onderwerp en stelt de camera in op optimale ISO-gevoeligheid en sluitertijd volgens beweging en helderheid van het onderwerp.
Geavanceerd opnemen Druk op [ J ] om het [OPNAME] modusmenu weer te geven en selecteer de optie die u wilt instellen. (P19) [GEVOELIGHEID] K De lichtgevoeligheid instellen ISO-gevoeligheid geeft de lichtgevoeligheid in een waarde weer. Als u de ISO-gevoeligheid hoger instelt, wordt de camera beter geschikter voor opnames op donkere plekken. • Wanneer u instelt op [AUTO] wordt de ISO-gevoeligheid automatisch aangepast naar een maximum van [ISO400] volgens de helderheid.
Geavanceerd opnemen Druk op [ ] om het [OPNAME] modusmenu weer te geven en selecteer de optie die u wilt instellen. (P19) ■ Automatische witbalans (AWB) Gebruik van de automatische aanpassing van de witbalans in ongeschikte lichtomstandigheden, kan leiden tot roodof blauwachtige foto’s. Als het onderwerp wordt omringd door vele lichtbronnen, of als er geen witte of witachtige voorwerpen in het kader zijn, werkt de automatische witbalans wellicht niet correct.
Geavanceerd opnemen Druk op [ M ] om het [OPNAME] modusmenu weer te geven en selecteer de optie die u wilt instellen. (P19) [AF MODE] / [QUICK] De scherpstelmethode instellen g AF MODE Selecteer de modus die overeenkomt met de opnamevoorwaarden en de compositie. 5-zone-scherpstellen: De camera wordt scherpgesteld op een van de 5 scherpstelzones. Dit is handig wanneer het onderwerp niet in het midden van het scherm staat.
Geavanceerd opnemen Druk op [ ] om het [OPNAME] modusmenu weer te geven en selecteer de optie die u wilt instellen. (P19) [BURSTFUNCTIE] Snel achter elkaar opnamen maken Wanneer u de ontspanner ingedrukt houdt, worden verscheidene beelden na elkaar opgenomen. Burstmodus Burstsnelheid 2,5 fps Ong. 2 fps Ú Aantal mogelijke opnames G Afhankelijk van Max. 4 de resterende frames capaciteit van het H interne geheugen Max. 7 frames of de kaart.
Geavanceerd opnemen Druk op [ ] om het [OPNAME] modusmenu weer te geven en selecteer de optie die u wilt instellen. (P19) [STABILISATIE] [AF ASS. LAMP] Deze functie merkt beweging op en corrigeert het MODE1 (7) MODE2 (8) OFF ( ) N Het stabilisatiesysteem functioneert altijd en helpt bij het bepalen van de fotocompositie. De beweging wordt gecompenseerd wanneer de ontspanknop wordt ingedrukt. Er is een groter stabilisatieeffect. Indien beeldstabilisatie niet gewenst is.
Geavanceerd kijken Meerdere schermen weergeven (Multi-weergave) 1� Draai de zoomhendel naar [ ] [W] om meerdere schermen weer te geven. 15. JAN. 2008 ANNUL Voorbeeld: Als u weergave van 12 foto’s hebt gekozen • :1 scherm➝12 schermen➝ 30 schermen➝Kalenderschermweer gave (P68) • Draai de zoomhendel naar [3] [T] om terug te keren naar het vorige scherm. 2� Druk op e/r/w/q om een foto te selecteren. A 15. JAN.
Geavanceerd kijken Foto’s weergeven op opnamedatum ( U kunt foto’s tonen op opnamedatum met behulp van de kalenderfunctie. 1� Draai de zoomhendel meerdere keren naar [ ] [W] om het kalenderscherm weer te geven. 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 2008 DAG MAAND INST. 4� Druk op e/r/w/q om een foto te selecteren en druk dan op [MENU/SET]. • De geselecteerde foto wordt weergegeven op het weergavescherm met 1 scherm.
Geavanceerd kijken Zoomweergave gebruiken ■ Het gebruik van de weergavezoom stoppen Draai de zoomhendel naar [ ] [W] of druk op [MENU/SET]. 1� Draai de zoomhendel naar [3] [T] om het beeld te vergroten. ■ Een foto tijdens zoomweergave wissen 1 Druk op [ ]. 2 Druk op w om [JA] te selecteren. 3 Druk op [MENU/SET]. ANNUL WISSEN • 3: 1×➝2×➝4×➝8×➝16× • Als u de zoomhendel naar [ ] [W] draait nadat de foto is vergroot, wordt de vergroting minder.
Geavanceerd kijken Beelden automatisch weergeven (a Diashow) Zet de opname/weergave-schakelaar op weergave [Q]. (P18) Beelden automatisch weergeven in volgorde. Aanbevolen voor weergave op een TV-scherm, enz. 1� Pruk op [MODE], selecteer [a DIASHOW] met e/r en druk op [MENU/SET]. ■ Weergaveduur instellen 1. Selecteer [FAVORIET] in stap 3 en druk op q. 2. Selecteer seconden (1, 2, 3, 5, MANUAL) met e/r en druk op [MENU/SET]. • U kunt [MANUAL] alleen selecteren wanneer [H] of [ ] is ingesteld in stap 2.
Geavanceerd kijken Zoeken op opname-informatie ( Zet de opname/weergave-schakelaar op weergave [ ]. (P18) Categorieweergave kan door foto's te klasseren op basis van informatie zoals scènemodus ([PORTRET], [LANDSCHAP], enz.). 1� Druk op [MODE] om [ CATEGOR. AFSP.] te selecteren met e/r en druk op [MENU/SET]. Categorie 6 (PORTRET enz.) 8� (SCÈNES enz.) Opname-informatie zoals scène PORTRET, GAVE HUID, ZELFPORTRET, NACHTPORTRET, BABY1, 2 Landschap, Zonsonderg.
Geavanceerd kijken • Wanneer één van de volgende handelingen wordt verricht, wordt categorieweergave [ ] geannuleerd. – Schakelt de modus om naar een andere weergavemodus of de opnamemodus – Schakelt de camera [UIT] ■ Categorie-diashow 1. Selecteer in stap 2 een categorie met e/r/w/q die u wilt afspelen en druk op [WEERGAVE]. 2. Selecteer [START] met e en druk op [MENU/SET]. • Zie P70 voor meer informatie over Diashow. • Bewegende beelden kunnen niet worden weergegeven in een diashow.
Geavanceerd kijken Weergeven van Bewegend Beeld Druk op w/q om een afbeelding te selecteren met een filmpictogram [ ]/[ ]/[ ]/[ ]/ [ ]/[ ] A en druk dan op e om het weer te geven. A WEERG.BEW. BEELDEN B 10:00 15. JAN. 2008 • De opnameduur van de film B verschijnt op het LCD-scherm. Nadat de weergave is gestart, wordt de verstreken weergaveduur onderaan rechts op het LCD-scherm weergegeven. Zo wordt 8 minuten en 30 seconden weergegeven als [8m30s].
Geavanceerd kijken Werken met het [AFSPELEN] Modusmenu Items die u kunt instellen Menu pagina Item Pagina 1 KALENDER (P74) TITEL BEW. (P75) TEKST AFDR. (P77) e NW. RS. (P79) f BIJSNIJD. (P80) Pagina 2 i ASPECT CONV. (P81) b ROTEREN (P82) j LCD ROTEREN (P82) U kunt verschillende functies in de weergavemodus gebruiken om foto’s te draaien, te beveiligen, enz. 1� Druk op [MENU/SET]. 2� Druk op e/r om een menu-item te selecteren en druk dan op q. AFSPELEN KALENDER TITEL BEW. TEKST AFDR. NW. RS. BIJSNIJD.
Geavanceerd kijken Druk op [ ] om het [AFSPELEN] modusmenu weer te geven en selecteer de optie die u wilt instellen. (P74) 2� Selecteer tekst met e/r/w/q en druk op [MENU/SET] om die op te slaan. [TITEL BEW.] Tekst (commentaar) toevoegen aan beelden U kunt tekst (commentaar) toevoegen aan beelden. Nadat tekst is opgeslagen, kan deze worden toegevoegd met [TEKST AFDR.] (P77). (Er kunnen alleen letters en symbolen worden ingevoerd.) Selecteer [ TITEL BEW.] in het weergavemenu.
Geavanceerd kijken Druk op [ ] om het [AFSPELEN] modusmenu weer te geven en selecteer de optie die u wilt instellen. (P74) ■ Multi-instelling (tot 50 foto's) Na gewone handeling Voorbeeld van tekstinvoer Bijvoorbeeld [LUMIX] invoeren: 1 Beweeg e/r/w/q om de cursor naar [L] te bewegen en druk op [MENU/SET]. 2 Beweeg e/r/w/q om de cursor naar [U] te bewegen en druk op [MENU/SET]. 3 Beweeg e/r/w/q om de cursor naar [M] te bewegen en druk op [MENU/SET].
Geavanceerd kijken Druk op [ ] om het [AFSPELEN] modusmenu weer te geven en selecteer de optie die u wilt instellen. (P74) [TEKST AFDR.] Tekst afdrukken op uw foto’s U kunt de datum van de opname, leeftijd en de reisdata op uw foto’s drukken. Deze funtie is beschikbaar als u 4˝ × 6˝/10 × 15 cm afbeeldingen afdrukt. (Foto’s krijgen als volgt een nieuw formaat als u de datum aan de foto’s toevoegt met een resolutie hoger dan [ ].) Selecteer [ TEKST AFDR.] in het weergavemenu (P74).
Geavanceerd kijken Druk op [ ] om het [AFSPELEN] modusmenu weer te geven en selecteer de optie die u wilt instellen. (P74) 5� Druk op e om [JA] te selecteren en druk daarna op [MENU/SET]. (Scherm als u heeft gekozen voor een afbeelding welke is genomen op [h]) TEKST AFDR. W. AFGEDRUKT OP FOTO AANGEPAST NAAR 3M . NIEUWE FOTO’S OPSLAAN? JA NEE ANNUL SELEC INST. • Als u [NEE] selecteert, keert het scherm terug naar dat in stap 2. 6� Druk tweemaal op [MENU/SET] om het menu af te sluiten.
Geavanceerd kijken Druk op [ e ] om het [AFSPELEN] modusmenu weer te geven en selecteer de optie die u wilt instellen. (P74) 3� Druk op e om [JA] te selecteren en druk daarna op [MENU/SET]. [NW. RS.] De foto kleiner maken Deze functie is handig als u de bestandsgrootte van het beeld wilt verlagen in het geval dat u het als aanhangsel per e-mail wilt versturen of wilt uploaden naar een website. Selecteer [e NW. RS.] in het weergavemenu (P74). JA NEE ANNUL INST.
Geavanceerd kijken Druk op [ f ] om het [AFSPELEN] modusmenu weer te geven en selecteer de optie die u wilt instellen. (P74) 4� Druk op de ontspanknop. [BIJSNIJD.] Een foto vergroten en bijsnijden 5� Druk op e om [JA] te selecteren en druk daarna op [MENU/SET]. Met deze functie kunt u overbodige delen van het opgenomen beeld afsnijden. Selecteer [f BIJSNIJD.] in het weergavemenu (P74). BIJSNIJD. NIEUWE FOTO’S OPSLAAN? JA NEE 1� Druk op w/q om de foto te selecteren en druk dan op r. ANNUL BIJSNIJD.
Geavanceerd kijken Druk op [ ] om het [AFSPELEN] modusmenu weer te geven en selecteer de optie die u wilt instellen. (P74) 3� Druk op w/q om de horizontale positie vast te stellen en druk vervolgens op de ontspanner om in te stellen. [ASPECT CONV.] i De aspectratio van een 16:9 beeld wijzigen U kunt beelden opgenomen met een [j] aspectratio omzetten naar een [i] of [h] aspectratio. Selecteer [i ASPECT CONV.] in het weergavemenu (P74). 1� Selecteer [i] of [h] met e/r en druk op [MENU/SET].
Geavanceerd kijken Druk op [ b j ] om het [AFSPELEN] modusmenu weer te geven en selecteer de optie die u wilt instellen. (P74) [ROTEREN]/ [ROTEREN DISP.] 3� Druk tweemaal op [MENU/SET] om het menu te sluiten. De foto gedraaid weergeven ■ LCD roteren (De foto wordt automatisch gedraaid en weergegeven.) Selecteer [j LCD ROTEREN] in het weergavemenu (P74). Via deze modus kunt u de foto’s automatisch verticaal weergeven als u ze hebt gemaakt terwijl u de camera verticaal hebt gehouden.
Geavanceerd kijken Druk op [ H ] om het [AFSPELEN] modusmenu weer te geven en selecteer de optie die u wilt instellen. (P74) [FAVORIETEN] Uw favoriete foto’s instellen Als een markering werd toegevoegd aan de foto’s en ze als favorieten werden ingesteld, kunt u het volgende doen. • Fotoweergave ingesteld als favorieten.(P72) • Alleen de foto’s die als favorieten zijn ingesteld, weergeven als een diashow. (P70) • Alle foto’s die niet als favorieten zijn ingesteld, wissen.
Geavanceerd kijken Druk op [ l ] om het [AFSPELEN] modusmenu weer te geven en selecteer de optie die u wilt instellen.
Geavanceerd kijken 2� Druk tweemaal op [MENU/SET] om het menu te sluiten. • Zelfs als u het afdrukken van de datum hebt ingesteld, is het mogelijk dat de datum niet wordt afgedrukt, afhankelijk van de fotowinkel en de printer. Vraag in de fotowinkel om verdere informatie of raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de printer. • Deze functie is niet beschikbaar voor foto’s waarop tekst is afgedrukt. • Deze functie wordt geannuleerd als u de tekst op de foto afdrukt.
Geavanceerd kijken Druk op [ ] om het [AFSPELEN] modusmenu weer te geven en selecteer de optie die u wilt instellen. (P74) [BEVEILIGEN] g Per ongeluk wissen van beelden voorkomen U kunt beelden die u niet wilt wissen beveiligen tegen per ongeluk wissen. Selecteer [g BEVEILIGEN] in het weergavemenu (P74). ■ Gewone handeling Druk op e/r om [ENKEL], [MULTI] of [ANNUL] te selecteren en druk vervolgens op [MENU/SET]. AFSPELEN ENKEL MULTI ANNUL BEVEILIGEN KOPIE SELEC INST.
Geavanceerd kijken Druk op [ ] om het [AFSPELEN] modusmenu weer te geven en selecteer de optie die u wilt instellen. (P74) • Het bericht [FOTO NAAR INTERN GEHEUGEN KOPIËREN ?] verschijnt wanneer u opnamen van de kaart kopieert naar het interne geheugen. • Als u op [MENU/SET] drukt terwijl de opnamen van het interne geheugen naar de kaart worden gekopieerd, wordt het kopiëren halfweg gestopt. • Schakel de camera niet uit of voer geen andere bewerkingen uit voordat het kopiëren is voltooid.
Aansluiten op andere apparatuur Aansluiten op een PC • Door de camera aan te sluiten op een computer, kunt u uw beelden uploaden en vervolgens de software gebruiken op de meegeleverde CDROM ([PHOTOfunSTUDIO-viewer-] voor Windows®) om uw beelden per e-mail te versturen of af te drukken. • Als u Windows 98/98SE gebruikt, installeer dan eerst het USBstuurprogramma en sluit vervolgens de camera aan op de computer. • Meer informatie vindt u in de bedieningsinstructies (PDF-bestand) van de software.
Aansluiten op andere apparatuur ■ Afdraaien van een filmpje op de PC Gebruik “QuickTime” (voor Windows 2000/ XP/Vista) op de bijgeleverde CD-ROM als u filmpjes wilt afspelen op de PC die u heeft opgenomen met deze camera. • Download [QuickTime6.5.2 for Windows] vanaf de volgende website en installeer het op uw PC als u Windows98/98SE/Me gebruikt. http://www.apple.com/support/ downloads/quicktime652forwindows.html • De software is een standaard Macintoshfunctie.
Aansluiten op andere apparatuur • Geen enkele andere USB-kabel gebruiken dan de meegeleverde kabel. • Maak de USB-aansluitkabel niet los terwijl [TOEGANG] wordt weergegeven. • Onder Windows klikt u eerst op het pictogram Safety Remove Hardware icon op de taakbalk om de USB-kabel te verwijderen. Wanneer het pictogram niet verschijnt, moet u controleren of het aansluitscherm niet verschijnt en de camera uitschakelen om hem te verwijderen.
Aansluiten op andere apparatuur Aansluiten op een PictBridge-compatibele printer Door de camera met de (bijgeleverde) USBkabel rechtstreeks aan te sluiten op een printer met PictBridge-ondersteuning, kunt u de af te drukken foto’s selecteren op het LCDscherm en het afdrukken vanuit het scherm starten. Maak de noodzakelijke instellingen van tevoren op uw printer. (Lees hiervoor de gebruiksaanwijzing van uw printer.) 1� Schakel de camera en de printer in.
Aansluiten op andere apparatuur ■ Printen van de geselecteerde foto (maakt een enkele afdruk) 1� Druk op w/q om de foto te selecteren en druk dan op [MENU/SET]. PictBridge SELECTEER DE FOTO OM TE PRINTE SELEC VEELV. AFDR. PRINTEN • Een bericht wordt gedurende ongeveer 2 seconden afgebeeld. 2� Druk op e om [PRINT START] te selecteren en druk daarna op [MENU/SET]. ENKELVOUDIG SELECT. PRINT START PRINT MET DAT. AANTAL PRINTS PAPIERAFMETING LAY-OUT PAGINA ANNUL A SELEC OFF INST.
Aansluiten op andere apparatuur 3� Druk op e om [PRINT START] te selecteren en druk daarna op [MENU/SET]. MULTI SELEC TEREN PRINT START PRINT MET DAT. AANTAL PRINTS PAPIERAFMETING LAY-OUT PAGINA ANNUL A SELEC OFF INST. • In de DPOF-instelling, [PRINT MET DAT.] en [AANTAL PRINTS] wordt niet weergegeven. • Wanneer u [DPOF FOTO] selecteert, is [DPOF INSTN] te selecteren. Wanneer u [DPOF INSTN] selecteert, raadpleeg dan (P84). • Druk op [MENU/SET] als u het printen halverwege wilt annuleren.
Aansluiten op andere apparatuur • [LAY-OUT PAGINA] (Mogelijke lay-outs op de camera) F G H I J De instellingen op de printer hebben voorrang. afdruk van 1 pagina zonder rand afdruk van 1 pagina met rand afdruk van 2 pagina’s afdruk van 4 pagina’s • U kunt geen opties selecteren als de printer de paginalay-out niet ondersteunt.
Aansluiten op andere apparatuur Beelden weergeven op een tv-scherm ■ Beelden weergeven met de AV-kabel (meegeleverd) • Stel [TV-ASPECT] in. (P23) • Zet de camera en de TV uit. 1� Sluit de AV-kabel A (meegeleverd) aan op de [AV OUT] aansluiting van de camera. • Sluit de AV-kabel zo aan dat het [c] merkteken tegenover het [q] merkteken op de [AV OUT] aansluiting zit. • Houd B vast en steek/trek de AV-kabel recht in/uit. 2� Sluit de AV-kabel aan op de video- en audioingangsaansluitingen van de TV.
Aansluiten op andere apparatuur Over de netspanningsadapter ■ DC coupler en netspanningsadapter aansluiten op de camera Meer informatie over het aansluiten van de DC coupler op de camera vindt u in de gebruiksaanwijzing. A B D C A Batterijklepje BDC coupler-klepje • Open vooraf het klepje van de DC coupler. C DC coupler D Netspanningsadapter • Zorg ervoor dat het batterijklepje is gesloten. • Gebruik de voorgeschreven DC coupler en netspanningsadapter. Andere producten kunnen defecten veroorzaken.
Overige Schermweergave Het LCD-scherm toont de status van de camera.
Overige Tijdens weergave 1 18 17 16 1E DAG 15 14 2 3 4 5 6 7 WEERG.BEW.
Overige Voorzorgsmaatregelen bij het gebruik ■ Optimaal gebruik van het toestel Zorg ervoor dat u het apparaat niet laat vallen of ergens tegenaan botst of druk er niet te hard op. • Laat het apparaat niet in uw zak zitten wanneer u gaat zitten of stop het niet te hard in een volle zak, enz. • Zorg ervoor dat u de zak waarin u het apparaat hebt gestopt, niet laat vallen of ergens tegenaan stoot anders kan het apparaat worden blootgesteld aan harde schokken.
Overige ■ Batterijen Zorg dat u de batterijen verwijdert als u het toestel lange tijd niet gebruikt. • Als de temperatuur te hoog of te laag is kunnen de aansluitingen roesten wat leidt tot storingen. ■ Kaart Bewaar de kaart niet op plaatsen met een hoge temperatuur of direct zonlicht of waar gemakkelijk elektromagnetische golven of statische elektriciteit opgewekt kunnen worden. Als u de batterijen per ongeluk laat vallen, moet u controleren of de body van de batterijen en de terminals beschadigd zijn.
Overige Weergegeven berichten In sommige gevallen worden bevestigingsberichten of foutberichten weergegeven op het scherm. De belangrijkste berichten worden hieronder als voorbeeld weergegeven. [HUIDIGE INSTELLING BATTERIJTYPE: ALKALINE/Ni-MH]/ [HUIDIGE INSTELLING BATTERIJTYPE: OXYRIDE] Dit bericht verschijnt de eerste keer als u batterijen inbrengt en als de batterijen op zijn en u ze vervangt.
Overige [STORING GEHEUGENKAART KAART FORMATEREN ?] De indeling van de kaart wordt niet herkend door de camera. Formatteer de kaart opnieuw met deze camera. Sla uw gegevens op naar uw computer, en gebruik daarna dit toestel om de kaart opnieuw te formatteren. (P23) [AUB CAMERA UIT- EN INSCHAKELEN] Dit bericht verschijnt als de camera niet goed functioneert. Zet de camera uit en weer aan.
Overige Problemen oplossen Indien u het menu opnieuw instelt op de gegevens die het toestel had op het moment van aankoop, kan de situatie verbeteren. Voer [RESETTEN] uit in het setup menu met de camera in de opnamemodus. (P23) ■ Batterijen en voeding Situaties De camera gaat direct uit zelfs als de batterijen volledig geladen zijn. De resterende batterijcapaciteit is laag, zelfs als nieuwe batterijen zijn ingebracht. De camera gaat niet aan.
Overige Situaties 2 of 3 foto's worden ineens genomen. Het onderwerp is niet goed scherpgesteld. Oorzaken Is AUTO BRACKET (P45), HI-SPEED BURST (P50) or BURSTFUNCTIE (P65) ingesteld? Het bereik van de scherpstelling varieert en is afhankelijk van de opnamemodus. Stel de juiste opnamemodus in volgens de afstand tot het onderwerp. Is het onderwerp buiten het focusbereik? (P28,42) Hebt u een foto met trilling genomen? Er wordt pas scherpgesteld op het onderwerp wanneer de ontspanner half is ingedrukt.
Overige ■ LCD Situaties Het lcd-scherm wordt tijdens gebruik uitgeschakeld. Het lcd-scherm wordt soms donker tijdens gebruik. Oorzaken Hebt u de spaarmodus ingesteld? (P22) De camera laadt zichzelf op voor een flitseropname. Hierbij kan het lcd-scherm donker worden, zodat de camera zichzelf efficiënt kan opladen. Het monitor kan in de volgende situaties donker worden.
Overige ■ Weergave Situaties Foto’s worden onverwacht gedraaid. Oorzaken Een van de functies van dit toestel is dat het automatisch herkent of u de camera een slag draait om een foto te nemen. Deze foto wordt dan automatisch gedraaid indien weergegeven. Het kan voorkomen dat het toestel meent dat u de camera heeft gedraaid, terwijl u in feite de camera omhoog of omlaag richt. • Stel [LCD ROTEREN] (P82) in op [OFF] dat de camera dit soort foto’s niet automatisch voor u draait.
Overige ■ Aansluiten op een TV, computer of printer Situaties De foto verschijnt niet op de televisie. Het TV-scherm is gestoord of wordt zwartwit weergegeven. De weergavegebieden op het TV-scherm en het LCD-scherm van de camera zijn niet dezelfde. Kan geen filmbeelden afspelen op een televisie. Het beeldformaat past niet op het TV-scherm. Er kunnen geen foto’s naar de printer worden opgeladen. De computer herkent de kaart niet. (Het interne geheugen wordt herkend.
Overige Situaties Bij het half indrukken van de ontspanknop, gaat er soms een rood lampje branden. De AF-assistentielamp gaat niet aan. Het cameraoppervlak, de batterijen enzovoort worden warm. De lens klikt. De klokinstelling is gereset. Beelden lijken enigszins vervormd. Er verschijnen vreemde kleuren aan de rand van het beeld. Oorzaken Op donkere plekken licht de AF-assistentielamp (P66) rood op om beter te kunnen instellen op het onderwerp. Is [AF ASS.
Overige Aantal opneembare foto’s en beschikbare opnameduur • Het aantal opneembare foto’s en de beschikbare opnameduur zijn bij benadering. (Deze kunnen variëren afhankelijk van de opnameomstandigheden en het type kaart.) • Het aantal opneembare foto’s en de beschikbare opnameduur hangen af van de onderwerpen.
Overige Aspectratio Beeldformaat Kwaliteit Intern geheugen (Circa 24 MB) 16 MB 32 MB 64 MB 128 MB 256 MB Kaart 512 MB 1 GB 2 GB 4 GB 8 GB 16 GB : 7M (3264 × 2176 pixels) : 4.
Overige ■ Beschikbare opnameduur (In filmmodus) Beeldkwaliteitinstelling 30fps VGA 10fps VGA Intern geheugen (Circa 24 MB) — — 46 sec 10fps QVGA 2 min 20 sec 1 min 22 sec 2 min 55 sec 30fps 16:9 10fps 16:9 — — 16 MB 6 sec 26 sec 26 sec 32 MB 17 sec 58 sec 59 sec 64 MB 39 sec 2 min 2 min 6 min 33 sec 1 min 23 sec 2 min 45 sec 5 min 30 sec 4 min 10 sec 8 min 10 sec 16 min 20 sec 32 min 50 sec 1u 7 min 2u 11 min 4u 28 min 8u 59 min 4 min 10 sec 8 min 10 sec 16 min 20 sec 32 min 50
Overige Specificaties Digitale camera: Energiebron: Stroomverbruik: Informatie voor uw veiligheid DC 3 V 1,5 W (tijdens opname) 0,6 W (tijdens weergave) Effectieve beeldpunten toestel: Beeldsensor: Totale beeldpunten: 8.100.000 beeldpunten ISO-gevoeligheid: AUTO/100/200/400/800/1600 [H. GEVOELIGH.] stand: 1600 tot 6400 1/2,5˝ CCD 8.320.000 beeldpunten Primaire kleurfilter Lens: Optisch 3 × zoom, f=5,5 tot 16,5 mm [35 mm filmcamera equivalent: 33 tot 100 mm] /F2,8 tot F5,1 Digitale zoom: Max.
Overige Sluitertijd: Witbalans: Belichting (AE): Meetfunctie: LCD-scherm: Flits: Microfoon: Opnamemedia: Beeldformaat: Foto: Bewegend beeld: Kwaliteit: Bestandsindeling opnames Foto: Bewegend beeld: 8 seconden tot 1/2,000 van een seconde [STERRENHEMEL] stand:15 seconden, 30 seconden, 60 seconden Auto witbalans/Daglicht/Bewolkt/Shaduw/Halogeen/Wit inst. Programma /AE Belichtingscompensatie (1/3 EV stap, -2 EV tot +2 EV) Meervoudig TFT LCD 2,5˝ (Ongeveer 230.
Overige Interface Digitaal: Analoge video: Aansluiting DIGITAL/AV OUT: DC IN: Afmetingen: Gewicht: Bedieningtemperatuur: Bediening vochtigheid: USB 2.