Operating instructions

Basisbediening
- 31 -
H
G
4
Druk de ontspanner half in om scherp te
stellen.
Zie “Scherpstellen” (P35) voor details.
De scherpstelindicatie
G
gaat groen branden als
het onderwerp is scherpgesteld.
Het AF-gebied
H
wordt rond het gezicht
van het onderwerp weergegeven door de
gezichtsdetectiefunctie. In andere gevallen wordt
het weergegeven op het punt van het onderwerp
dat scherp is gesteld.
Het scherpstelbereik is 5 cm (Wide)/50 cm (Tele)
tot
7
.
De maximale close-upafstand (de kortste afstand waarop het onderwerp kan
worden gefotografeerd) verschilt afhankelijk van de zoomvergroting.
5
Druk de ontspanknop volledig in (druk deze verder in) en
maak de foto.
De toegangsindicatie (P16) gaat rood branden wanneer er foto’s
worden opgenomen in het ingebouwde geheugen (of op de kaart).
Wanneer u fotografeert met de itser (P46)
Wanneer u fotografeert met de zoomlens (P37)
Opmerking
Zorg dat u de camera niet beweegt op het moment dat u de ontspanknop indrukt.
Dek de fotoitser of de AF-assistentielamp niet af met uw vinger of andere voorwerpen.
Raak de lens niet aan.