Operating Instructions

- 30 -
Referentie
∫ Instelling HDR10+
U kunt de HDR10+-functie instellen op inschakelen/
uitschakelen.
Door de instelling te veranderen naar “Aan”, kunt u de
HDR10+-functie gebruiken onder de volgende
omstandigheden:
– Er wordt een inrichting (TV. enz.) verbonden die
HDR10+ ondersteunt (> 10).
– Een disc die HDR10+ ondersteunt wordt afgespeeld.
≥ De “Optimale HDR-aanpassing”-instelling is
uitgeschakeld tijdens het gebruik van de
HDR10+-functie. (> 27)
∫ Geavanceerde instellingen
Druk op [OK] om de volgende instellingen te tonen:
h Kleurmodus
Deze instelling dient voor de selectie van de
kleur-ruimte-conversie van het beeldsignaal.
h Deep Colour Output
Stel de uitvoermethode in die gebruikt kan worden
wanneer dit toestel verbonden is met een TV die Deep
Colour ondersteunt.
h HDR/kleurengamma uitvoer
Stelt het type uitgang in voor HDR (High Dynamic
Range)-materiaal.
h SDR/HDR-conversie (Netwerkdienst)
Als een Netwerkdienst-inhoud afgespeeld wordt, vormt
dit SDR (Standard Dynamic Range)-inhoud om tot
HDR-signalen, om de vervorming van het
beeldscherm te minimaliseren die optreedt als de
weergegeven inhoud verandert. (Alleen beschikbaar
voor bepaalde Netwerkdiensten)
h HLG / PQ-conversie
Stel in of u HDR (High Dynamic Range)-video's in het
HLG-formaat al dan niet wilt omzetten in het
PQ-formaat, voordat u ze uitvoert, wanneer dit toestel
met een TV verbonden is die alleen het HDR
(PQ)-formaat ondersteunt.
≥ Als “HDR/kleurengamma uitvoer” op iets anders dan
“HDR/BT.2020 (Auto)” gezet is, is deze instelling
uitgeschakeld.
h HDR TV-type
Stelt het type verbonden HDR-compatibele TV in. De
werking van “HDR-optimalisatie” in “Beeldinstellingen”
is geoptimaliseerd op grond van deze instelling.
(> 27)
h Instelling HDCP-uitgang
Als u een TV verbindt die geen HDCP2.2 via een
versterker of een luidspreker ondersteunt, kunnen
sommige beelden weergegeven worden als zwarte
schermen. Selecteer in dat geval “HDCP1.4 beperkt”.
h Markering Type Inhoud
Afhankelijk van de afgespeelde inhoud zal de TV bij
het uitzenden de optimale methode instellen, als de
aangesloten TV deze functie ondersteunt.
h Audio-uitgang
Deze instelling selecteert of de audio wel dan niet van
HDMI moet uitgevoerd worden.
≥ Om met de HDMI-aansluiting van audio te genieten,
selecteer dan “Aan”. Om met de
OPTICAL-aansluiting van audio te genieten,
selecteer dan “Uit”. Er zal geen audio uit de
HDMI-aansluiting komen, onafhankelijk van de
instellingen van “HDMI(VIDEO) Output Modus” en
“HDMI(AUDIO) Output Modus”.
h 7.1ch Audio Reformatie
Surround-geluid met 6.1ch of minder wordt
automatisch uitgestrekt en afgespeeld op 7.1ch.
≥ Als “Uit” geselecteerd is, wordt het geluid
afgespeeld over het originele aantal kanalen. (N.B.
in het geval van 6.1ch audio, zal afspelen op 5.1ch
zijn.)
≥ Het opnieuw formatteren van de audio wordt
ingeschakeld in de volgende gevallen:
– Wanneer u “PCM” heeft gekozen in “Digitale
geluidsoutput”.
– Wanneer de audio Dolby Digital, Dolby Digital
Plus, Dolby TrueHD of LPCM is.
– Afspelen van BD-video’s
*1
Het geeft beelden weer met de hoogste resolutie die op uw
TV beschikbaar zijn.
*2
Een hoge resolutie beeld/weergave technologie van
ongeveer 4000 (breedte) k 2000 (hoogte) pixels.
*3
Een bewegend beeld dat opgenomen is bij een snelheid
van 24 frames per seconde (bewegende beeldenfilm). Vele
inhouden van BD-Video films zijn opgenomen bij
24 frames/seconde in overeenstemming met het
filmmateriaal.