Operating instructions

Individuele aanpassingen
82
Tabel met faxparameters
144 EMAIL LETTERTYPE 1 Japans Het tekenset kiezen bij het ontvangen of zenden van e-
mailtekst.
2 Engels
145 AFZENDER KIEZEN 1 Uit Een voorgeprogrammeerde afzendernaam en e-mailadres
kiezen vóór elke verzending.
2Aan
146 POP TIMER ---- 0 to 60 min. Stel de tijd in die de machine nodig heeft om te controleren
of er e-mail is op de POP-server.
(0 = Controleert niet of er e-mail is op de POP-server.)
3
147 AUTOM. POP
ONTVANGST
1 Uit Kiezen of het toestel automatisch een e-mail downloadt
van de POP-server.
2Aan
148 POP ONTV. EMAIL
WISSEN
1 Uit Kiezen of de e-mail automatisch wordt gewist na
opvraging van de POP-server.
2Aan
149 EMAIL MET FOUT
WISSEN
1 Uit Kiezen of een e-mail met een incompatibel bijlagebestand
van de POP-server moet worden gewist.
2Aan
150 ONTV. INTERNETFAX 1 Uit Kiezen of een ontvangstbevestiging moet worden
gezonden bij ontvangst van een andere internetfax van het
merk Panasonic.
2Aan
151 FORM. EMAIL
KOPREGEL
1 Alls De kopregelinformatie kiezen voor afdruk bij ontvangst van
e-mail. (Normaal gebruikt voor opsporen en oplossen van
problemen. Toont het pad gevolgd door de e-mail vóór
aankomst in uw toestel.)
2 Onderwerp/
Van/Naar
3Uit
152 SUB ADRES
ROUTING
1 Uit Kiezen of een ontvangen fax of e-mail automatisch moet
worden gerouteerd aan de hand van ITU-T subadres.
2Aan
153 TSI ROUTING 1 Uit Kiezen of een ontvangen fax naar een in het repertorium
voorgeprogrammeerd telefoonnummer of e-mailadres
moet worden gerouteerd aan de hand van de Numerieke
ID van de uitgaande fax (TSI-frame-informatie).
2Aan
154 FORM.KOPREGEL
ROUTING
1 Oorspring Kiezen welk type kopregel van e-mail in het veld “Van” van
elke gerouteerde fax moet worden opgenomen.
Oorspring : De TSI van het uitgaande faxtoestel zal
in het veld “Van” van de gerouteerde e-
mail verschijnen.
Relay Bestem. : Het e-mailadres van het routeringstoestel
zal in het veld “Van” van de gerouteerde
e-mail verschijnen.
2 Relay
Bestem.
155 ROUTED DOC.
PRINTEN
1 Inc. (alleen
incompleet)
Kiezen of een ontvangen fax die moet worden gerouteerd
altijd wordt afgedrukt of alleen wanneer de routering
mislukt.
2 Altijd
156 PRINT DOORGEST.
DOC.
1 Inc.only
(alleen
onvolledig)
Kiezen of een in het geheugen ontvangen fax of e-mail die
moet worden doorgezonden altijd wordt afgedrukt of alleen
wanneer het doorzenden niet volledig is.
2Always
157 TRANSACTIE
JOURNAAL
1 Uit Kiezen of het toestel een transactiejournaal naar het
voorgeprogrammeerde e-mailadres zendt.
2Aan
Nr. Parameter
Nr.instelling
instelling Commentaar