Operating Instructions

54
Nederlands
Als het overblijvende vermogen van de batterij te laag is, kunnen
de mesjes traag draaien of stoppen, zelfs als het apparaat op de
wisselstroomadapter aangesloten is. Laad in een dergelijke
situatie de batterij gedurende 1 minuut of langer op.
De batterij zal worden ontladen, zelfs wanneer aangesloten
op een wisselstroombron.
Bediening
(Afbeelding: ER‑FGP84)
Controleer voor gebruik of het blad niet beschadigd of
vervormd is.
Zet het apparaat uit.
Breng voor en na het gebruik op het mesje wat smeerolie
aan. (Zie pagina 56.)
Het kan voorkomen dat het apparaat niet werkt bij een
omgevingstemperatuur lager dan ongeveer 5 °C.
1
Stel de kniplengte in.
2
Druk op de stroomschakelaar om het apparaat
aan te zetten.
De kniplengte instellen
Draai de draaiknop tot op de
gewenste lengte om een
kniplengte van 0,8 mm tot
2,0 mm in te stellen.
Gebruik een opzetstuk voor een
kniplengte van 3 mm of meer.
1.4
Kniphoogte-
indicator
0.8
1.1
1.4
1.7
2.0
De kamopzetstukken verwijderen en monteren
Het opzetstuk monteren
1. Selecteer de trimhoogte die wordt
aangegeven aan de binnenkanten
en zijkanten van de opzetstukken.
2. Stel de rotatieknop in op “0.8” en
plaats het opzetstuk op de
hoofdbehuizing zoals wordt
afgebeeld.
0.8
Het opzetstuk verwijderen
Schuif een kant van het opzetstuk
van het apparaat in de richting die
wordt aangegeven door de pijl.
Onderhoud
(Afbeelding: ER‑FGP84)
Het mesje verwijderen en monteren
Zet het apparaat uit.
Het mesje verwijderen
Houd de hoofdbehuizing vast
met de schakelaar naar boven
gericht en duw met de duim op
het mesje waarna u het mesje
met de andere hand opvangt.