Operating Instructions

30
SQT0653 (DUT)
Als geen Wi-Fi-verbinding gemaakt kan worden
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van het apparaat dat gebruikt wordt voor details over de
instelling van het draadloze toegangspunt of de smartphone.
Probleem Controlepunten
Er kan geen
verbinding met het
draadloze
toegangspunt
gemaakt worden.
Het draadloze
toegangspunt wordt
niet gedetecteerd.
(Algemeen)
Schakel het draadloze toegangspunt in.
Nader het draadloze toegangspunt en breng opnieuw de verbinding
tot stand.
Als het enige tijd duurt om de verbinding tot stand te brengen, zal de
Wi-Fi-verbinding afgebroken worden. Voer de instellingen van de
verbinding opnieuw uit.
Controleer hoe u verbinding met het draadloze toegangspunt kunt
maken en hoe de veiligheidsinstellingen ingesteld moeten worden.
Als een draadloos toegangspunt zowel de 2,4 GHz-band als de
5 GHz-band ondersteunt, controleer dan of de instelling voor de
2,4 GHz-band vrijgegeven is.
Controleer of het draadloze toegangspunt in dit toestel geregistreerd is.
Het kan zijn dat het apparaat niet in staat is het draadloze
toegangspunt te lokaliseren, wegens problemen met het signaal.
Raadpleeg “Verbinden door invoering van een SSID en Password” in
de Gebruiksaanwijzing (PDF-formaat).
([Easy Connection (WPS)])
Controleer of het draadloze toegangspunt op de juiste WPS-stand-by-
modus staat.
([Zoeken])
Controleer of het password correct ingevoerd is.
De radiogolven
van het draadloze
toegangspunt
worden
onderbroken.
De situatie kan verbeteren door de positie of de hoek van het
draadloze toegangspunt te veranderen.
Als u in de nabijheid een ander apparaat met 2,4 GHz-band gebruikt,
zoals een magnetronoven of een draadloze telefoon, dan kan het
signaal onderbroken worden. Houd voldoende afstand aan ten
opzichte van dit soort apparaten.
De Wi-Fi verbinding
is niet mogelijk
tussen dit apparaat
en een smartphone.
(Verbinding draadloos toegangspunt)
Controleer of de smartphone correct op het draadloze toegangspunt
aangesloten is door de Wi-Fi-instellingen van de smartphone na te kijken.
Controleer of dit toestel en de smartphone met hetzelfde draadloze
toegangspunt verbonden zijn.
Controleer of het draadloze toegangspunt in dit toestel geregistreerd is.
(Directe verbinding)
Controleer of de smartphone correct op dit toestel aangesloten is door
de Wi-Fi-instellingen van de smartphone na te kijken.
Controleer of de smartphone niet op het draadloze toegangspunt
aangesloten is. Is het wel op het draadloze toegangspunt
aangesloten, verander dan het Wi-Fi-toegangspunt met gebruik van
de Wi-Fi-instelling van de smartphone.
De Wi-Fi verbinding
wordt onmiddellijk
losgekoppeld.
Als er een instelling is voor het vermijden van slechte verbindingen in
het Wi-Fi-instellingenmenu van het Android-apparaat 4.0 of latere
versie, schakel deze dan uit.
Simplified-HC-WX970&VX870&V770_EG-SQT0653_dut.book 30 ページ 2015年1月9日 金曜日 午後4時1分