Operating Instructions

- 141 -
Voorbereidingen voor het gebruik van [Afst. Bedien.]
Installeer de smartphone-applicatie “Image App” op uw smartphone. (l 167)
Bedien dit toestel en de smartphone om een rechtstreekse verbinding tot stand
te brengen.
Controleer de instelling van de [Directe verbinding wachtwoord] in [Wi-Fi setup].
(l 180)
De fabrieksinstelling voor [Directe verbinding wachtwoord] is [UIT].
Selecteer [AAN] indien nodig, bijvoorbeeld als de instelling nodig lijkt te zijn voor uw Wi-Fi-
omgeving.
Wanneer [Directe verbinding wachtwoord] op [UIT] gezet is
j Ga verder met “Als [Directe verbinding wachtwoord] op [UIT] gezet is” in “Gebruik van [Afst.
Bedien.] met een rechtstreekse verbinding”. (l 142)
Wanneer [Directe verbinding wachtwoord] op [AAN] gezet is
j [Easy Connection (WPS)] (l 174)
j Verbinden met een QR-code (l 175)
j Verbinding maken door invoering van een SSID en een password (l 175)
Als de Wi-Fi-verbinding volledig tot stand gebracht is, raadpleeg dan “Als [Directe verbinding
wachtwoord] op [AAN] gezet is” in “Gebruik van [Afst. Bedien.] met een rechtstreekse
verbinding”. (l 143)
1 Controleer of het draadloze toegangspunt compatibel is met IEEE802.11b/g/n.
2 Breng een Wi-Fi-verbinding tussen dit toestel en het draadloze toegangspunt
tot stand.
[Easy Connection (WPS)] (l 170)
Zoeken naar draadloze toegangspunten voor het tot stand brengen van een verbinding (l 171)
Handmatig tot stand brengen van een verbinding (l 172)
3 Als de Wi-Fi-verbinding volledig tot stand gekomen is, volg dan de procedure
in “Gebruik van [Afst. Bedien.] met een verbinding met een draadloos
toegangspunt”. (l 143)
Door [Wi-Fi instel wizard] te gebruiken, kunt u ook een Wi-Fi-verbinding tot stand brengen die aan
de smartphone-applicatie “Image App” gekoppeld is. (l 169)
Opzetten van een rechtstreekse Wi-Fi-verbinding tussen dit toestel en
een smartphone
Opzetten van een Wi-Fi-verbinding via een draadloos toegangspunt