Operating Instructions

- 172 -
6 Raak het draadloze toegangspunt aan waarmee verbinding gemaakt moet
worden.
Als u [Vernieuwen] aanraakt, kunt u opnieuw draadloze toegangspunten opzoeken.
Als u aanraakt en een draadloos toegangspunt selecteert, zullen alle karakters
weergegeven worden. Raak in dit geval [ENTER] aan.
Als geen draadloze toegangspunten weergegeven worden, raadpleeg dan “Handmatig tot stand
brengen van een verbinding”. (l 172)
Als geen encryptiecode (password) ingesteld is, is de verbinding volledig tot stand gebracht en
wordt een bericht weergegeven. Raak [STOP] aan en verlaat [Draadl. toegangspunt inst.].
7 (Als een encryptiecode (password) aanwezig is)
Voer het password in.
Raadpleeg voor details over het invoeren van karakters pagina 97.
Als de invoering voltooid is, raak dan [Enter] aan.
Er wordt een bericht weergegeven als de verbinding volledig tot stand gebracht is. Raak [STOP]
aan en verlaat [Draadl. toegangspunt inst.].
Als de verbinding met [Handmatige Input] gemaakt wordt, bevestig dan de SSID
(identificatienaam), de authenticatiemethode, het encryptietype en de encryptiesleutel
(password) van het draadloze toegangspunt dat u gebruikt.
1 Druk op dit toestel op de Wi-Fi-knop.
2 Raak [Wi-Fi setup] aan.
3 Raak [Draadl. toegangspunt inst.] aan.
4 Raak het deel zonder weergave van een
draadloos toegangspunt aan C.
Raadpleeg voor informatie over het wissen van draadloze
toegangspunten of het veranderen van de zoekvolgorde van
draadloze toegangspunten [Draadl. toegangspunt inst.] op
pagina 179.
5 Raak [Handmatige Input] aan.
6 Raak [INPUT] aan en voer vervolgens de SSID
van het draadloze toegangspunt in waarmee
verbinding gemaakt moet worden.
Raadpleeg voor details over het invoeren van karakters pagina 97.
Als de invoering voltooid is, raak dan [Enter] aan.
Bevestiging van de volledig tot stand gebrachte Wi-Fi-verbinding
j Het statuslampje van dit toestel brandt groen
j wordt op het beeldscherm weergegeven
Handmatig tot stand brengen van een verbinding
A [Wissen]
B [STOP]