Operating Instructions

- 54 -
Intelligent Auto
De volgende modussen worden ingesteld (al naargelang de omstandigheden) door het toestel te
richten op wat u wenst op te nemen.
*1 Alleen bij video-opnames
*2 Alleen bij foto-opnames
Afhankelijk van de opnameomstandigheden kan het zijn dat het toestel niet de gewenste
werkwijze aanneemt.
In de portret-, spotlight- of low light-functie zal het gedetecteerde gezicht door een wit kader
omgeven worden. In de portretfunctie zal het grootste onderwerp, dat zich dicht bij het midden
van het scherm bevindt, door een oranje kader omgeven worden. (l 80)
Voor de nachtlandschapmodus wordt aangeraden een statief te gebruiken.
Gezichten kunnen misschien niet gedetecteerd worden, afhankelijk van de
opnameomstandigheden, zoals gezichten van bepaalde afmetingen of die in een bepaalde stand
gekanteld zijn of wanneer de digitale zoom gebruikt wordt.
Instelling Effect
Portret De gezichten worden automatisch herkend en scherpgesteld, en de
helderheid wordt zodanig ingesteld dat de gezichten duidelijk worden
opgenomen.
Landschap Het gehele landschap wordt met levendige kleuren opgenomen zonder
dat de lucht in de achtergrond witachtig wordt wanneer deze erg helder
is.
*1
Spotlight Een zeer helder onderwerp wordt duidelijk opgenomen.
*1
Weinig licht De camera kan duidelijke beelden opnemen in een donker vertrek of in
de schemering.
*2
Nachtlandschap
U kunt een nachtlandschap levendig opnemen door de sluitertijd te
verlengen.
*2
Macro Hiermee kunt u opnemen terwijl u het onderwerp van de opname tot
dichtbij nadert.
*1
*2
Normaal
Normaal
In de andere dan de hiervoor beschreven modussen, wordt het
contrast bijgesteld om voor een helder beeld te zorgen.