Operation Manual
8. Programmeerbare functies
80
8.6.1 Belopties
De herhaalduur wijzigen
Wijzig indien nodig de herhaalduur voor de draadloze
handset, afhankelijk van de vereisten van het
telefoonbedrijf of de huiscentrale.
“
Type 1
”
: 700 ms
“
Type 2
”
(standaard): 110 ms
“
Type 3
”
: 200 ms
1.
Druk op
$
(midden van de joystick).
2.
Selecteer
u
en druk op
,
.
3.
Voer
“
0000
”
in (de standaard basisstation-PIN).
L
Als u de PIN hebt gewijzigd, voert u de nieuwe
PIN in (blz. 82).
4.
Selecteer
“
Gespreks opties
”
en druk op
,
.
5.
Selecteer
“
Herhalen
”
en druk op
,
.
6.
Selecteer de gewenste instelling en druk op
,
.
7.
Druk op
{ih}
.
De pauzeduur instellen
Wijzig indien nodig de pauzeduur voor de draadloze
handset en het basisstation, afhankelijk van de vereisten
van het telefoonbedrijf of de huiscentrale.
“
Kort
”
(standaard): 3 s.
“
Lang
”
: 5 s.
1.
Druk op
$
(midden van de joystick).
2.
Selecteer
u
en druk op
,
.
3.
Voer
“
0000
”
in (de standaard basisstation-PIN).
L
Als u de PIN hebt gewijzigd, voert u de nieuwe
PIN in (blz. 82).
4.
Selecteer
“
Gespreks opties
”
en druk op
,
.
5.
Selecteer
“
Pauze Tijd
”
en druk op
,
.
6.
Selecteer de gewenste instelling en druk op
,
.
7.
Druk op
{ih}
.
Noodnummers opslaan / wijzigen
Met deze instellingen bepaalt u welke telefoonnummers
kunnen worden gebruikt als gespreksverbod is
ingeschakeld (functie #28 op blz. 69 of blz. 77).
1.
Druk op
$
(midden van de joystick).
2.
Selecteer
u
en druk op
,
.
3.
Voer
“
0000
”
in (de standaard basisstation-PIN).
L
Als u de PIN hebt gewijzigd, voert u de nieuwe
PIN in (blz. 82).
4.
Selecteer
“
Gespreks opties
”
en druk op
,
.
5.
Selecteer
“
Nood oproep
”
en druk op
,
.
6.
Selecteer een geheugenlocatie en druk op
,
.
L
Als de geheugenlocatie al een noodnummer
bevat, wordt het nummer weergegeven.
7.
Bewerk het nummer van maximaal 24 cijfers of voer
dit in en druk op
,
.
8.
Druk op
{ih}
.
Kiesrestrictie instellen
U kunt ervoor zorgen dat vanaf bepaalde draadloze
handsets/het basisstation bepaalde telefoonnummers
niet kunnen worden gebeld. U kunt kiesrestrictie instellen
voor maximaal 6 telefoonnummers en aangeven voor
welke draadloze handsets/basisstation de restrictie
geldt. Als u hier netnummers opslaat, voorkomt u dat
vanaf de beperkte draadloze handsets/basisstation een
telefoonnummer met dat netnummer kan worden gebeld.
Als er een verboden nummer wordt gebeld, wordt het
gesprek niet verbonden.
1.
Druk op
$
(midden van de joystick).
2.
Selecteer
u
en druk op
,
.
3.
Voer
“
0000
”
in (de standaard basisstation-PIN).
L
Als u de PIN hebt gewijzigd, voert u de nieuwe
PIN in (blz. 82).
4.
Selecteer
“
Gespreks opties
”
en druk op
,
.
5.
Selecteer
“
Kiesbeperking
”
en druk op
,
.
6.
Selecteer de draadloze handset/basisstation dat
moet worden beperkt en druk op
?
.
L
Beperkte draadloze handsets/basisstation
worden aangegeven met
Q
.
L
Selecteer een draadloze handset of het
basisstation als u de kiesrestrictie hiervoor wilt
uitschakelen en druk op
?
.
7.
Druk op
,
.
8.
Selecteer een geheugenlocatie en druk op
,
.
L
Eerder opgeslagen telefoonnummers worden
weergegeven.
9.
Voer het telefoonnummer of netnummer in dat u wilt
uitschakelen (maximaal 8 cijfers) en druk op
,
.
L
Druk voor het wissen van een beperkt nummer
op
{
C
}
.
10.
Druk op
{ih}
.
Opmerking:
L
Als u bij stap 9 een eerste cijfer invoert, wordt het
eerder opgeslagen nummer geheel gewist. Het wordt
aanbevolen het eerder opgeslagen nummer op te
schrijven.
8.6.2 ARS (automatische route-
selectie)
Als u een tweede telefoonaanbieder gebruikt om kosten
te besparen, moet u om van de aanbieder gebruik te
maken mogelijk een speciale code invoeren voordat u het
telefoonnummer invoert. Als u automatische route-
selectie gebruikt, wordt automatisch de code van de
gewenste aanbieder gedraaid als u iemand belt. Als u
voor bepaalde gebieden in plaats daarvan de
FC245NL_PFQX2107ZA-nl.book Page 80 Wednesday, October 27, 2004 5:21 PM