Operation Manual
9. Meerdere apparaten bedienen
87
9.6 Walkie-Talkie
Met deze functie kunt u met compatibele draadloze
handsets direct communiceren als deze in het bereik zijn
van hetzelfde basisstation (algemene modus,
groepsmodus), en zelfs als deze buiten bereik van het
basisstation zijn (alleen groepsmodus).
L
Sla de uitvouwpagina open voor de positie van de
toetsen.
Belangrijk:
L
De maximaal mogelijke afstand tussen 2
draadloze handsets met Walkie-Talkie is 300
meter buitenshuis. De werkelijke prestaties
hangen af van de gebruiksomstandigheden.
L
Als u Walkie-Talkie gebruikt, is de spreektijd
ongeveer 6 uur. De standbytijd is ongeveer 15
uur. De werkelijke prestaties hangen af van de
gebruiksomstandigheden. Schakel om de
batterijen te sparen de draadloze handsets uit als
u niet praat.
L
In Walkie-Talkiemodus kunnen geen externe
oproepen worden ontvangen.
9.6.1 De Walkie-Talkiemodus wijzigen
Er zijn twee Walkie-Talkiemodussen: algemeen en groep.
Algemene modus:
communicatie is mogelijk tussen
draadloze handsets die bij een algemeen basisstation
zijn geregistreerd. Als de draadloze handsets bij meer
dan één basisstation zijn geregistreerd, moet hetzelfde
basisstation worden geselecteerd.
Groepsmodus:
communicatie is mogelijk tussen
draadloze handsets die beide op Walkie-Talkiemodus
staan ingesteld en dezelfde 3-cijferige groepscode
hebben. Hierdoor kunnen draadloze handsets in Walkie-
Talkiemodus werken, onafhankelijk van bij welk
basisstation deze zijn geregistreerd.
De standaardinstelling is groep.
Belangrijk:
L
In algemene modus zijn Walkie-Talkiegesprekken
tussen draadloze handsets niet mogelijk als de
basisstationselectie is ingesteld op
“
Automatisch
” (blz. 83). Selecteer een
basisstationnummer of wijzig de Walkie-
Talkiemodus in “
Groep
”.
1
Druk op
$
(midden van de joystick).
2
Selecteer
v
en druk op
,
.
3
Selecteer
“
Instelling
”
en druk op
,
.
4
Selecteer de gewenste modus en druk op
,
.
L
Als u
“
Normaal
”
hebt geselecteerd, gaat u
verder met stap 7.
5
Als u
“
Groep
”
hebt geselecteerd, voert u een 3-
cijferige groepscode in en drukt u op
,
.
L
De standaardcode is
“
000
”
.
6
Wijs een nummer van een draadloze handset (1–9)
voor Walkie-Talkiegesprekken toe en druk 2 keer op
,
.
L
Dit nummer wordt alleen door de draadloze
handset weergegeven als deze voor Walkie-
Talkie wordt gebruikt. Het heeft geen invloed op
andere functies.
7
Druk op
{ih}
.
Opmerking:
L
De draadloze handset moet binnen bereik van het
basisstation zijn om te kunnen overschakelen van de
Walkie-Talkiemodus op de algemene modus.
9.6.2 Walkie-Talkie inschakelen
1
Druk op
$
(midden van de joystick).
2
Selecteer
v
en druk op
,
.
3
Selecteer
“
AAN
”
en druk op
,
.
L
De display verandert in de Walkie-Talkiedisplay
en het Walkie-Talkienummer van de draadloze
handset wordt weergegeven.
Opmerking:
L
Als een draadloze handset buiten bereik van een
basisstation is en de Walkie-Talkiemodus op
algemeen is ingesteld, kan Walkie-Talkie niet worden
ingeschakeld.
L
Deze functie wordt uitgeschakeld als de draadloze
handset wordt uitgeschakeld.
Walkie-Talkie uitschakelen
1.
Druk op
*
(midden van de joystick).
2.
Selecteer
“
UIT
”
en druk op
,
.
9.6.3 Walkie-Talkiegesprekken starten
Schakel vooraf Walkie-Talkie in op beide draadloze
handsets.
1
Druk op
{C}
,
{s}
of
{
INT
}
en vervolgens het
Walkie-Talkienummer van de andere draadloze
handset.
L
De andere draadloze handset gaat over, als
deze binnen bereik is.
2
Degene met de andere draadloze handset kan de
oproep aannemen met
{C}
,
{s}
of
{
INT
}
.
3
Als het gesprek beëindigd is, drukt u op
{ih}
.
FC245NL_PFQX2107ZA-nl.book Page 87 Wednesday, October 27, 2004 5:21 PM