Operating Instructions

Voorbereiding
7
Aansluitingen
Als de wisselstroomadapter wordt aangesloten,
wordt er een korte piep weergegeven. Controleer
de verbindingen als u deze piep niet hoort.
Belangrijk:
L
Gebruik alleen de wisselstroomadapter en het
bijgeleverde telefoonsnoer.
Opmerking:
L
Na aansluiting moeten de batterijen worden
opgeladen voor u kunt bellen (blz. 8).
L
Installeer telefoondraden nooit tijdens onweer.
L
De wisselstroomadapter moet altijd
aangesloten blijven. (Het is normaal dat de
adapter tijdens gebruik warm aanvoelt.)
L
De wisselstroomadapter moet worden
aangesloten op een verticaal of op de vloer
aangebracht stopcontact. Sluit de
wisselstroomadapter niet aan op een
stopcontact op het plafond, omdat de stekker
door het gewicht van de adapter uit het contact
kan worden getrokken.
Pictogram
display
Betekenis
w
Binnen bereik van een
basisstation
L
Indien knipperend: De
handset zoekt het
basisstation op. (buiten
bereik van een
basisstation, handset
niet bij basisstation
geregistreerd,
basisstation niet
ingeschakeld)
L
De handset benadert het
basisstation. (intercom,
oproepen, wijzigen
basisstationinstellingen
enzovoort)
k
Er wordt via de handset
naar buiten gebeld.
o
Gespreksverbod
ingeschakeld. (blz. 21)
5
Batterijsterkte
[VE]
De geluidsverbetering is
ingesteld op hoge of lage
tonen. (blz. 12)
[N]
Nachtmodus
ingeschakeld. (blz. 19)
[X]
Toetsblokkering
ingeschakeld. (blz. 12)
[2]
Handsetnummer: Het
linkerpictogram geeft
bijvoorbeeld handset 2
aan. (blz. 20)
-2-
Basiseenheidnummer:
Het linkerpictogram geeft
bijvoorbeeld basisstation
2 aan. (blz. 20)
De lijn wordt door een
andere handset gebruikt.
(220240 V, 50 Hz)
Naar
telefoonnetwerk
Haken
TCD200NL(du-du).book Page 7 Friday, April 1, 2005 11:18 AM