Operating instructions

31
Andere programmeerbare instellingen
Hoofdstuk 3
Geavanceerde functies
Zendbereik
Het toestel kan een signaal geven wanneer u
het zendbereik verlaat. De basisinstelling is UIT.
Toetstonen
Bij het indrukken van een toets kan er een toon
klinken of niet (toetstoon, bevestigingstoon,
fouttoon). De basisinstelling is UIT.
1 Druk op .
2 Druk op
of
tot “
F2 i
” op het
display verschijnt en druk dan op .
·
Op het scherm verschijnt de instelling.
1: AAN 0: UIT
3 Druk op
of
en kies de gewenste
instelling.
·
U kunt ook of kiezen om UIT of
AAN te kiezen.
4 Druk op .
·
Als de instelling AAN is, hoort u een
bevestigingstoon. Het display keert terug
naar Stand-by.
1
0
OK
1 Druk op .
2 Druk op
of
tot “
F26
” op het
display verschijnt en druk dan op .
·
Op het scherm verschijnt de instelling.
1: AAN 0: UIT
OK
3 Druk op
of
en kies de gewenste
instelling.
·
U kunt ook of kiezen om UIT of
AAN te kiezen.
4 Druk op .
·
Als de instelling AAN is, hoort u een
bevestigingstoon en het display keert
terug naar Stand-by.
1
0
1 Druk op .
2 Druk op
of
tot “
F25
” op het
display verschijnt en druk dan op .
·
Op het scherm verschijnt de instelling.
1: AAN 0: UIT
3 Druk op
of
en kies de gewenste
instelling.
·
U kunt ook of kiezen om UIT of
AAN te kiezen.
4 Druk op .
·
Als de instelling AAN is, hoort u een
bevestigingstoon en het display keert
terug naar Stand-by.
0
1
OK
Batterij leeg
Het toestel kan een signaal geven als de batterij bijna leeg is. De basisinstelling is AAN.
F26U i
Voorbeeld: De instelling is AAN.
F2 iU i
Voorbeeld: De instelling is AAN.
F25U0
Voorbeeld: De instelling is UIT.
KX-TCD952BL(DUTCH)24~33 18/4/00 14:30 Page 31