Operation Manual
- 29 -
Voorbereiding
Het selecteren van de [OPNAME] Functie
Wanneer de [OPNAME] functie geselecteerd is, kan het toestel ingesteld worden op de
intelligente automatische functie waarin de optimale instellingen vastgesteld worden in
overeenkomst met het onderwerp dat opgenomen moet worden en met de
opnameomstandigheid, of op de scènefunctie die u in staat stelt beelden te maken die
overeenkomen met de scène die opgenomen wordt.
∫ Om een [OPNAME] mode uit de [OPNAME] mode lijst te kiezen
¦ Intelligente automatische functie (P31)
De onderwerpen worden opgenomen met behulp van instellingen die automatisch
gebruikt worden door het toestel.
Zet het toestel aan.
A [MENU/SET] knop
B [OPNAME]/[AFSPELEN] keuzeschakelaar
C [MODE] knop
Schuif de [OPNAME]/[AFSPELEN]
keuzeschakelaar naar [!].
Druk op [MODE].
Op 3/4 drukken om de functie te kiezen.
Op [MENU/SET] drukken.










