P411 CCS P462 CCS P511 CCS
TECHNISCHE GEGEVENS B VEILIGHEIDSINSTRUCTIES h 411 CCS 462 CCS 511 CCS Motor 44,3 48,7 Cilinderinhoud cm3 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 40,2 42 44 Cilinderdiameter (mm) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 40 32 32 Slag (mm). . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 32 2500 2500 Stationair toerental (omw/min.) . . . . . . . . . . . . . 2500 12500 Aanbevolen maximum toerental (omw/min) . . . . . 12500 12500 2,0 2,2 2,3 Vermogen (kW) 9000 9000 Omw/min.. . . . . . . . . . .
h ketting niet in contact komt met de grond of een andere voorwerp. Grijp daarna het starthandvat met uw rechterhand beet en trek aan het starterkoord. 7 BRANDSTOFVEILIGHEID (Tanken/Brandstofmengsel/Opbergen) Brandstof en brandstofdampen zijn uiterst brandgevaarlijk.Wees voorzichtig bij het hanteren van brandstof en kettingolie. Vergeet het brand-, explosie- en inademingsgevaar niet. • Tank nooit wanneer de motor van de zaag loopt.
• Als onze zaagkettingolie niet verkrijgbaar is, bevelen wij gewone zaagkettingolie aan. • In gebieden waar oliën die speciaal bedoeld zijn voor het smeren van zaagkettingen niet verkrijgbaar zijn, kan transmissieolie EP 90 worden gebruikt. • Gebruik nooit afvalolie. Deze is schadelijk voor zowel u zelf, de zaag als het milieu. B Kettingolie bijvullen • Al onze motorkettingzaagmodellen hebben automatische kettingsmering. Een aantal modellen is ook leverbaar met verstelbare oliestroom.
h • Het smeren van de ketting gebeurt automatisch en we raden aan een speciale olie (kettingolie) met goede adhesie. • In landen waar geen kettingolie verkrijgbaar is, kan transmissieolie EP 90 worden gebruikt. • Gebruik nooit gebruikte olie. Dit kan de oliepomp, het zaagblad en de ketting beschadigen. • Het is belangrijk het juiste olietype te gebruiken in verhouding tot de luchttemperatuur (juiste viscositeit). • Bij temperaturen onder 0°C worden bepaalde oliesoorten minder visceus.
Als de ketting wordt vastgeklemd in de zaagsnede: SCHAKEL DE MOTOR UIT! Probeer de motorkettingzaag niet los te trekken. Als u dit doet kunt u zich verwonden aan de ketting wanneer de zaag plotseling loskomt. Gebruik een hefboom om de motorkettingzaag los te maken. Hieronder volgt een theoretische beschrijving van hoe de meeste voorkomende situaties waarmee de gebruiker van een motorkettingzaag te maken krijgt, gehanteerd moeten worden. Zagen 1 De stam ligt op de grond.
h De ZAAGSNEDE moet parallel met de INKEPINGLIJN beëindigd worden zodat de afstand tussen beiden tenminste 1/10 van de stamdiameter bedraagt. Het niet doorgezaagde gedeelte wordt SCHARNIERSTUK geoemd. Het SCHARNIERSTUK doet dienst als scharnier en stuurt de richting van de vallende boom. Als het SCHARNIERSTUK te klein is of volledig doorgezaagd is of als de inkeping of de zaagsnede verkeerd geplaatst zijn, kan men alle controle over de valrichting van de boom verliezen.
GB EU declaration of conformity (Only applies to Europe) (Directive 98/37/EEC, Annex II, A) ES Garantía de conformidad de la UE (válida únicamente para Europa) (Directiva 98/37/EEC, Anexo II, A) We, E.O.P.I.
BG EO-uwerenie za s_otwetstwie (Walidno w ramkite na Ewropa) (Direktiwa 98/37/EES, Prilovenie II, A) Firma E.O.P.I. Via Como 72, 23868 Valmadrera (LC) Italia, udostowerqwa s nastoq]eto, ^e motoreza^ki Partner 411CCS, 462CCS, 511CCS, 543 s_s serijni nomera ot 2002 god. i posledwa]i godini (w_rhu tipowata tabelka e poso^ena qsno godinata, sledwana ot serijniq nomer), otgowarqt na naredbite w. Direktiwite na S_weta: - ot 14 @ni 1989 god.