Operation Manual

NEDERLANDS
128
Er gebeurt niets wanneer de CD-speler of
DAB-receiver wordt ingeschakeld.
Schakel de elektrische stroom op het stopcon-
tact in.
Controleer of de stekker correct in het stop-
contact is geplaatst.
Controleer of de interne zekering is gespron-
gen en door een gekwalificeerd servicetechni-
cus moet worden vervangen.
Controleer of de stroomkabel is beschadigd,
indien dit het geval is moet deze worden ver-
vangen.
Geen geluid. De CD-speler of DAB-receiver is niet ingescha-
keld.
CD-speler is incorrect aangesloten op de DAB-
receiver.
Geen CD in de unit; of geen MP3/WMA-be-
standen op de USB.
De volume-instelling is ingesteld op een mini-
mum op de DAB-receiver.
De speakerkabels zijn niet correct op de ver-
sterker aangesloten.
Er is een verkeerd ingangsbron geselecteerd
op de DAB-receiver.
De unit leest de schijf niet. Plaats de schijf correct met de bedrukte zijde
naar boven.
Reinig of vervang de schijf.
Controleer of het een CD of een CD-R is (CD-
RW wordt niet ondersteund).
De unit slaat sommige delen over bij het
afspelen.
Controleer of de schijf schoon en onbescha-
digd is.
De unit staat op een onstabiele ondergrond.
Er klinkt een bromtoon. De RCA-kabels tussen de CD-speler en de
DAB-receiver zijn beschadigd.
De RCA-kabels tussen de CD-speler en de
DAB-receiver zijn rond de stroomkabel gewik-
keld.
Er slechts geluid via één kanaal. De balansinstelling is niet correct aangepast.
De audio-ingangskabels zijn incorrect aange-
sloten of beschadigd.
De invoerbron is defect.
De speakerkabels zijn incorrect aangesloten of
beschadigd.
De speakers zijn defect.
Problemen oplossen