CKT845 CKT855 CKT870
Keramische inbouwkookplaat Geachte koper! NL De keramische inbouwkookplaat is bestemd voor huishoudelijk gebruik. Voor de verpakking van de apparaten zijn milieuvriendelijke materialen gebruikt, die zonder gevaar voor het milieu kunnen worden hergebruikt (gerecycleerd), gedeponeerd of vernietigd. De verpakkingsmaterialen zijn ook als milieuvriendelijk gemarkeerd. Gebruiksaanwijzing De gebruiksaanwijzing is voor de gebruiker bestemd. Hij geeft een beschrijving van het apparaat en de bediening.
Belangrijke waarschuwingen • Het apparaat mag uitsluitend door een vakman worden ingebouwd en op het elektriciteitsnet worden aangesloten. • Laat kleine kinderen nooit zonder toezicht als het apparaat aan staat. Verbrandingsgevaar! • Bij het koken of bakken kunnen oververhit vet of olie op de kookzone snel vlam vatten. Er bestaat verbrandings- en brandgevaar. Houdt daarom voortdurend toezicht bij het bakken. • Gebruik de kookzones niet om de ruimte te verwarmen. Plaats geen lege pannen op de kookzones.
Beschrijving van het apparaat 1. Kookzone linksachter 2. Kookzone linksvoor 3. Bedieningsmodule 4. Kookzone rechtsvoor 5.
Kookzones Voor het eerste gebruik Reinig de keramische kookplaat met een vochtige doek en een een sopje. Gebruik geen agressieve reinigingsmiddelen, zoals bijvoorbeeld schurende middelen, die krassen veroorzaken, pannensponsjes, roest- of vlekkenverwijderaars.
Pannen Tips voor het gebruik van pannen Gebruik pannen met een vlakke en stabiele bodem. • De warmtegeleiding is het beste als de bodem van de pan en de kookzone een gelijke doorsnede hebben en de pan midden op de kookzone is geplaatst. • Bij het koken in een vuurvaste of porceleinen schotel moet u de aanwijzingen van de fabrikant van de schotel in acht nemen. • Als u een snelkookpan gebruikt, blijf er dan bij totdat de juiste druk is bereikt. De kookzone werkt eerst met het maximale vermogen.
Bediening van de kookplaat • De kookplaat heeft elektronische sensors, die worden geactiveerd als u het gemarkeerde oppervlak minstens 1 seconde aantipt. • Elke activering van de sensortoetsen wordt bevestigd door een akoestisch signaal. • Plaats geen voorwerpen op het sensoroppervlak (dit kan een storingsmelding tot gevolg hebben). • Houd het sensoroppervlak altijd schoon. Inschakelen van de kookplaat • Tip de aan/uit toets (A) minstens 1 seconde aan.
Warmhoudfunctie van de kookzones • De warmhoudzone is bestemd om er pannen op weg te zetten met gerechten die al gekookt zijn, zodat ze warm blijven. • U schakelt de warmhoudfunctie in door de toets »-« (I) aan te tippen. Zo verschijnt de vermogensstand met de waarde 1 op de indicator. Uitschakelen van de kookzones • Kies de kookzone door de bijbehorende toets (H) aan te tippen. De decimale punt naast de indicator brandt (F1). • Door de toets «–» (I) aan te tippen stelt u het vermogen in op »0«.
Restwarmte-indicator Zodra de hete kookzone of de hele kookplaat wordt uitgeschakeld, verschijnt op de indicator: - “H” de kookzone is heet; - “h” de kookzone koelt af en is warm bij aanraken. De tijd dat het lampje brandt is berekend naar het vermogen en is afhankelijk van hoelang de individuele kookzone ingeschakeld was. Als het teken “H” of “h” verdwijnt, kan de kookzone in bepaalde gevallen (stroomuitval, u heeft een pan met een heet gerecht op de kookzone laten staan) nog steeds heet zijn.
Gerecht/ bereidingswijze hoeveelheid vermogensstand bereidingsduur (min) Soep/opwarmen 0,5 - 1 liter A7 - 8 4-7 Melk/opwarmen 0,2 - 0,4 liter A1 - 2 4-7 125g - 250g ong.
Extra kookzone (afhankelijk van het model Inschakelen van de variokookzone • In de gekozen kookzone (naast de vermogensindicator brandt de decimale punt) kunt u de extra verwarmingsring inschakelen door de toets (J) aan te tippen. Het controlelampje (E) naast de indicator brandt. • De vermogensstand wordt voor beide ringen samen ingesteld. • Als de kookzone nog een derde verwarmingsring heeft, schakelt u deze in door nogmaals op de sensor te drukken (J).
Timerfunctie (afhankelijk van het model) Het apparaat heeft de mogelijkheid van het gebruik van twee soorten timerfuncties: A Kookwekkerfunctie – het aflopen van de tijd zonder uitschakelfunctie. B Uitschakelfunctie – het aftellen de tijd met uitschakelfunctie voor de afzonderlijke kookzones. A Kookwekkerfunctie – het aflopen van de tijd zonder uitschakelfunctie. De timer waarschuwt u dat de ingestelde tijd zonder de uitschakelfunctie is afgelopen.
Wijzigen van de ingestelde kooktijd • U kunt de kooktijd op elk gewenst moment tijdens de werking wijzigen. • Door de toets voor het instellen van de timer (D) aan te tippen kiest u de tijdaanduiding van de gewenste kookzone. Het bijbehorende controlelampje (K) brandt. • U stelt de nieuwe gewenste kooktijd in door de toetsen »+» of »-« (G of I) aan te tippen.
Reiniging en onderhoud Reiniging Afb. 1 Afb. 2 Afb. 3 Afb. 4 265779 Afb. 5 14 Reinig de oppervlakte van de afgekoelde keramische kookplaat na elk gebruik, anders kunnen zelfs de geringste verontreinigingen bij elk volgend gebruik in het hete oppervlak inbranden. Gebruik speciale verzorgingsmiddelen voor het regelmatige onderhoud van de keramische kookplaat. Deze middelen laten een op de kookplaat een laag achter die beschermd tegen vuil.
of van het schuiven van pannen (bijvoorbeeld met een aluminium of koperen bodem). Deze verkleuring is moeilijk volledig te verwijderen. Opmerking: Alle beschreven onvolkomenheden zijn vooral van esthetische aard en hebben geen directe invloed op de werking van het apparaat. Het verhelpen van deze onvolkomenheden valt niet onder de garantie.
• De kookplaat kan worden ingebouwd in een werkvlak met een dikte van 30 -50 mm. • Het onderste keukenelement mag geen lade hebben. Als het keukenelement een ingebouwd horizontaal tussenschot heeft, moet dat minstens 60 mm van de onderkant van het werkvlak verwijderd zijn. De ruimte tussen het tussenschot en de kookplaat moet leeg ziijn. U mag er geen voorwerpen in wegleggen.
Aansluiting van de kookplaat op het elektriciteitsnet Belangrijke waarschuwingen • • • • • • • • De aansluiting mag uitsluitend door een vakman worden verricht. De beveiliging van de elektrische leidingen moet aan de geldende voorschriften voldoen. De aansluitklemmen zijn toegankelijk als u het afdekplaatje van de aansluitklem verwijdert. Controleer voor de aansluiting of de spanning die op het typeplaatje is vermeld overeenkomt met de netspanning thuis.
Aansluitschema: • Wegens foute aansluiting kunnen onderdelen van het apparaat beschadigen. In dit geval heeft u geen recht op garantie! • Controleer of de spanning die op het typeplaatje vermeld is overeenkomt met de spanning van het elektriciteitsnet. De aansluitspanning van de gebruiker (230 V tegen N) moet door een vakman met een meetinstrument worden gemeten! • De aansluitkabel aan de achterkant van het apparaat moet zo worden geleid, dat hij niet met de achterwand van de kookplaat in aanraking komt.
Technische gegevens Typeplaatje Serienummer Code Model Type Merk Technische gegevens Conformiteitsaanduidingen WE BEHOUDEN ONS HET RECHT VOOR TOT WIJZIGINGEN, DIE DE WERKING VAN HET APPARAAT NIET BEÏNVLOEDEN.