Operation Manual
NL 7
VEILIGHEID ALGEMEEN
Aansluiten en reparatie
• Dit toestel mag alleen door een hiertoe bevoegd
installateur geïnstalleerd worden. Hierbij dienen
de installatie voorschriften en de plaatselijk
geldende veiligheidsvoorschriften gevolgd te
worden.
• Controleer het toestel op transportschade. Sluit
een beschadigd toestel niet aan.
• Open nooit de behuizing van het toestel. Alleen
een service technicus mag het toestel openen.
• Maak het toestel spanningsloos voordat met
de reparatie wordt gestart. Bij voorkeur door
de stekker uit het stopcontact te nemen, de
(automatische) zekering(en) uit te schakelen of
de schakelaar in de meterkast op nul te zetten
bij een vaste aansluiting. Draai de gaskraan in de
toevoerleiding dicht.
Elektrische veiligheid
• Mocht er een storing optreden of is het toestel
beschadigd, laat het dan eerst deskundig
repareren voordat u het in gebruik neemt.
• Reparaties mogen uitsluitend uitgevoerd worden
door technici die zijn geïnstrueerd door de
servicedienst. Is het apparaat defect, schakel
dan de zekering in de meterkast uit of haal de
netstekker uit het stopcontact. Neem contact op
met de klantenservice.
• Indien de aansluitkabel beschadigd is mag deze
alleen worden vervangen door de fabrikant,
zijn service-organisatie of gelijkwaardig
gekwalificeerde personen, teneinde gevaarlijke
situaties te voorkomen. Zorg ervoor dat de
aansluitkabel niet in contact kan komen met
delen van de oven die heet kunnen worden.
• Het toestel is voorzien van een stekker en
mag alleen op een geaard stopcontact worden
aangesloten. De groepen in de meterkast
moeten gezekerd zijn met minimaal 16 A (C of B
karakteristiek installatie-automaat).