Operation Manual
205
Opname-instellingen
6
De afwerking van de opname instellen
U kunt de afwerking van de opname instellen voordat u opnamen 
maakt als de opnamestand ingesteld is op e (Programma), 
K (Gevoeligheidsvoorkeuze), b (Sluitertijdvoorkeuze), 
c (Diafragmavoorkeuze) of a (Handmatig).
U kunt voor de beeldtint kiezen uit de volgende zeven mogelijkheden: 
Helder (standaardinstelling), Natuurlijk, Portret, Landschap, Levendig, 
Gedempt en Monochroom. U kunt voor de beeldtint de volgende 
items selecteren.
*1 Deze functie kan worden ingesteld als een andere stand dan [Monochroom] is geselecteerd.
*2 U kunt ook [Fijne scherpte] selecteren, waarmee u de contouren van de afbeelding nog 
dunner en scherper maakt.
*3 Deze functie kan worden ingesteld als [Monochroom] is geselecteerd.
Aangepaste opname instellen
Onderdeel Instellingen
Kleurverzadiging
*1
Instelling van de kleurverzadiging. (Beschikbare instellingen: 
-4 t/m +4)
Tint
*1
Instelling van de kleurtint. (Beschikbare instellingen: -4 t/m +4)
Hoog/laag 
stemming
Wijzigen van de helderheid van de opname. (Beschikbare 
instellingen: -4 t/m +4)
Contrast Instelling van het contrast (Beschikbare instellingen: -4 t/m +4)
Scherpte
*2
Instelling van de scherpte van de contouren van de 
afbeelding. (Beschikbare instellingen: -4 t/m +4)
Filtereffect
*3
Aanpassing van het contrast zodat het lijkt alsof een zwart-
wit-kleurenfilter is gebruikt. Instelling van de filterkleur. 
(Beschikbare instellingen: [Geen], [Groen], [Geel], [Oranje], 
[Rood], [Magenta], [Blauw], [Cyaan], [Infraroodfilter])
Kleur aanpassen
*3
Instelling van het aanpassingsniveau voor koude kleurtinten 
(- richting) en warme kleurtinten (+ richting). (Beschikbare 
instellingen: -4 t/m +4)
Aangepaste opname kan niet worden gebruikt als Cross-processing 
is geselecteerd.
K-x_OPM.book Page 205 Thursday, September 24, 2009 2:25 PM










