Operation Manual
270
Andere instellingen wijzigen
9
2
Gebruik de vierwegbesturing 
(23) om het batterijtype 
te selecteren.
Indien ingesteld op [Autodetect], zal 
de camera automatisch het batterijtype 
herkennen dat u gebruikt. 
3
Druk op de knop 4.
4
Druk twee keer op de knop 3.
Het scherm dat werd weergegeven voordat u het menu selecteerde, 
wordt opnieuw weergegeven.
Hiermee selecteert u de felheid van het aan/uit-lampje. U kunt kiezen 
uit [Stand.] (standaardinstelling), [Zwak] of [Uit]. 
Stel deze functie in bij [20. Aan-/uitlampje] 
in het menu [A Pers.instelling 3] (p.85).
Als u een batterijtype gebruikt dat afwijkt van wat u hebt geselecteerd in 
de menu-instelling, wordt het batterijniveau niet correct bepaald. Stel dus 
het juiste batterijtype in. Meestal werkt [Autodetect] probleemloos. Echter 
bij lage temperaturen en het gebruik van batterijen die lang in opslag zijn 
bewaard, stelt u zelf het batterijtype in, zodat de camera het juiste 
batterijniveau kan bepalen.
De felheid van het aan/uit-lampje instellen
Zelfs als het aan/uit-lampje is ingesteld op [Uit], zal het lampje oplichten als 
de camera gegevens overbrengt naar een computer via de USB-kabel.
MENU
123 4
AUTO
OK
1minAuto Uitsch.
AUTO
AUTO
Ni-MH
AL
Li
OKAnnul.
Batterij kiezen
Autodetect
Nikkelmetaalhydride
Alkaline
Lithium
20.
1
2
3
MENU
OK
OK
Aan-/uitlampje
stand.
Zwak
Uit
Het aan-/uitlampje brandt
Annul.
als de camera wordt
ingeschakeld
K-x_OPM.book Page 270 Thursday, September 24, 2009 2:25 PM










