Operation Manual

155
Opnamefuncties
4
Live weergave
(Alle indicaties zijn hier alleen voor uitlegdoeleinden weergegeven.)
* Indicatie 12 (Faseverschil AF-kader) wordt tijdens Live weergave wit
weergegeven. Als het onderwerp scherp is gesteld, wordt in plaats
hiervan een vierkant groen kader weergegeven. Het kader wordt rood
als niet op het onderwerp scherp is gesteld. Het kader wordt niet
weergegeven wanneer de scherpstelstand ingesteld is op \.
* De indicaties 21 en 22 worden weergegeven als [Autofocusstand]
ingesteld is op I en de camera een gezicht (of meerdere gezichten)
herkent. (Er worden maximaal 16 gezichtsherkenningskaders
weergegeven op de monitor.)
[
1234
]
+1.0
+1.0
2/5
2/5
2000 F2.8 3200
P
P
1122+3-3
ISO
[
37
]
2000 F2.8 400
P
P
ISO
SHIFT
SHIFT
OK
12345678
13
14
18171615 19 20 21 22
12
9
10
11
1 Opnamestand
2 Flitsinstelling
3 Transportstand
4 Witbalans
5 Aangepaste opname
6 Dubbelopnamen/Digitaal filter/
HDR-opname/Cross-
processing
7 Aantal opnamen bij het maken
van dubbelopnamen
8 Batterijniveau
9 Temperatuurwaarschuwing
10 Wijziging AF-punt
11 Contrast AF-kader
12 Faseverschil AF-kader/AF-punt
13 Belichtingscorrectie
14 Histogram
15 AE lock (Belichtingsgeheugen)
16 Sluitertijd
17 Diafragmawaarde
18 LW-balk
19 Gevoeligheid
20 Resterende opslagcapaciteit
21 Detectiekader belangrijkste
gezicht (Gezichtsherkenning
AF)
22 Gezichtsherkenningskader
(Gezichtsherkenning AF)
K-x_OPM.book Page 155 Thursday, September 24, 2009 2:25 PM