Operation Manual

102
4
Opnamen maken
De instellingen opslaan
U kunt bepalen of de ingestelde waarden moeten worden opgeslagen bij uitschakeling
van de camera. Als u
O (Aan) kiest, worden de instellingen opgeslagen met de
status die ze hebben op het moment dat de camera wordt uitgezet. Als u
P (Uit)
kiest, worden de standaardinstellingen hersteld bij uitschakeling van de camera.
De menuonderdelen opslaan (Geheugen)
Onderdeel Beschrijving Standaardinstelling
Flitsinstelling
De ingestelde flitsinstelling voor de knop b wordt
opgeslagen.
O
Transportstand
De met de vierwegbesturing (2) geselecteerde
transportstand (gjh, enz.) wordt opgeslagen.
P
Scherpstelinstelling
De instelling van de scherpstelfunctie op de knop q
wordt opgeslagen.
P
Zoomstand
De instelling van de optische zoompositie op
de zoomknop wordt opgeslagen.
P
Handmatige
scherpstelpostitie
De handmatige scherpstelpositie wordt opgeslagen.
P
Witbalans
De instelling van [Witbalans] in het menu
[A Opnemen] wordt opgeslagen.
P
Automatische
belichting
De instelling van [Autom. belicht.] in het menu
[A Opnemen] wordt opgeslagen.
P
Gevoeligheid
De instelling van [Gevoeligheid] in het menu
[A Opnemen] wordt opgeslagen.
P
Belichtingscorrectie
De instelling van [Belicht. corr.] in het menu
[A Opnemen] wordt opgeslagen.
P
Digitale zoom
De instelling van [Digital Zoom] (aan/uit) in het menu
[A Rec.Mode] wordt opgeslagen.
O
DISPLAY
De weergavemodus voor de LCD-monitor wordt
opgeslagen.
P
Bestandsnr.
Het bestandsnummer wordt opgeslagen. Als er een
nieuwe SD-geheugenkaart wordt geplaatst, wordt het
eerstvolgende bestandsnummer toegewezen.
O
Menuonderdelen die niet zijn opgenomen in [Geheugen], worden opgeslagen met de
instellingen die zijn geselecteerd in de menu’s voor de desbetreffende functie wanneer
de camera wordt uitgeschakeld.
De instelling voor de zoompositie in het digitale zoombereik wordt niet opgeslagen,
ook niet als [Zoomstand] is ingesteld op O(aan) in [Geheugen].