Operation Manual

78
4
Opnamen maken
De opnamefuncties instellen
s b R A d q < I i \ c Q E D Y
Scherpstelinstelling
1 Druk in de stand A op de vierweg-
besturing (5).
Bij elke druk op de knop verandert de scherp-
stelinstelling. U kunt de instelling ook wijzigen
met de vierwegbesturing (23).
2 Druk op de knop 4.
De scherpstelinstelling wordt opgeslagen en
de camera gaat terug naar de opnamestand.
De scherpstelfunctie selecteren
=
Standaard
Deze instelling wordt gebruikt wanneer de afstand tot het onderwerp
40 cm of meer is (60 cm of meer voor telestand). De camera stelt scherp
op het onderwerp in het autofocusveld wanneer de ontspanknop
tot halverwege wordt ingedrukt.
q
Macro
Deze instelling wordt gebruikt wanneer de afstand tot het onderwerp
ca. 10 cm tot 1 m is. De camera stelt scherp op het onderwerp in het
autofocusveld wanneer de ontspanknop tot halverwege wordt ingedrukt.
r
Super Macro
Deze instelling wordt gebruikt wanneer de afstand tot het onderwerp
ca. 5 tot 40 cm is. De camera stelt scherp op het onderwerp in het
autofocusveld wanneer de ontspanknop tot halverwege wordt
ingedrukt. Voor zoomen is alleen de digitale zoom beschikbaar.
s
Oneindig
Met deze instelling kunt u opnamen maken van voorwerpen in de verte.
De flitser staat ingesteld op a (Flitser uit).
3
Pan Focus
Deze instelling wordt gebruikt wanneer u iemand anders vraagt
om opnamen voor u te maken, of wanneer u landschapopnamen
maakt vanuit een rijdende auto of trein. De opnamen wordt
van voor tot achter scherp.
\
Handmatig
scherpstellen
Met deze instelling past u de scherpstelling handmatig aan.
1
2
OK
OK
OK
Focusinst.
Standaard
Focusinst.
Standaard
e
_
kb436L
.
book
Page
78
Monday
,
February
26
,
2007
11:57
AM