Operation Manual

164
5
Opnamen bewerken en afdrukken
Opnamen bewerken
Door de resolutie van een geselecteerde opname te wijzigen, kunt u de
bestandsgrootte verkleinen. U kunt deze functie gebruiken om opnamen
te blijven maken wanneer de SD-geheugenkaart of het interne geheugen
vol is, door de opnamen te verkleinen en de oorspronkelijke opnamen te
overschrijven. Zo maakt u ruimte vrij op de kaart of in het geheugen.
1
Kies in de stand Q met de vierwegbesturing (45) de
opname waarvan u de grootte wilt wijzigen.
2
Druk op de vierwegbesturing (3).
Het weergavepalet verschijnt.
3
Selecteer
n
(Formaat wijzigen) met
de vierwegbesturing (
2345
).
4
Druk op de knop 4.
Het scherm voor het kiezen van de resolutie wordt geopend.
5
Wijzig de resolutie met de
vierwegbesturing (45).
De opnamegrootte wijzigen (Grootte wijzigen)
Opnamen die zijn gemaakt met de resolutie j (3216×3216)/
h (1920×1080) of panoramische beelden en video-opnamen
kunnen niet van formaat worden veranderd.
U kunt geen hogere resolutie selecteren dan die van de originele
opname.
1 / 2
1/2
Formaat wijzigen
Formaat wijzigen
OK
OK
OK
MENU
Stop
Stop
Formaat wijzigen
OK
Stop
Wijzigt opgenomen pixels
en kwaliteitsniveau om het
bestand te verkleinen
Resolutie
MENU
Stop
Stop
OK
OK
OK
7
M