Operation Manual

58
4
Opnamen maken
De opnamefuncties instellen
De opnamefunctie dient voor het maken van opnamen en de weergavefunctie
voor het weergeven of verwijderen van opnamen.
Als u van de opnamefunctie naar de weergavefunctie wilt gaan, drukt u op de
Q Weergaveknop.
Als u van de weergavefunctie wilt overgaan op de opnamefunctie, drukt u op de
Q Weergaveknop of drukt u de ontspanknop tot halverwege in.
Opnamefuncties
1 Draai de functiekiezer tot de indicatie
naast het gewenste pictogram staat:
Rd-=.HC+.
De functie wijzigen
Schakelen tussen de opnamefunctie en weergavefunctie
De opnamefunctie selecteren
R
Program mode De basisfunctie voor het maken van opnamen. blz. 41
d
Picture mode
U kunt een Picture-functie selecteren op basis van de
opnamesituatie. Er zijn tien functies beschikbaar
blz. 42
-
Auto Select mode
Hiermee laat u de camera de functies automatisch
instellen.
blz. 39
=
Portrait mode Voor het maken van portretopnamen. blz. 45
H
Landscape mode Voor het maken van landschapopnamen. blz. 45
.
Night-Scene mode
Hiermee kunt u in het donker, bijvoorbeeld ’s nachts,
opnamen maken.
blz. 44
C
Moving Picture mode Voor het maken van filmopnamen. blz. 46
+
Digital Effect mode
Voor het maken van opnamen met een aantal
verschillende speciale effecten.
blz. 54 - 57
Indicatie