Operation Manual

23
1
Voorbereidingen
De SD-geheugenkaart plaatsen
U kunt een SD-geheugenkaart gebruiken bij deze camera. Opnamen worden
opgeslagen op de SD-geheugenkaart of in het interne geheugen van de camera.
Bij het maken van opnamen met een geplaatste geheugenkaart, verschijnt
? in de rechterbovenhoek van het scherm en worden de opnamen opgeslagen
op de geheugenkaart.
Bij het maken van opnamen zonder geplaatste geheugenkaart, verschijnt
@ in de rechterbovenhoek van het scherm en worden de opnamen opgeslagen
in het interne geheugen.
1 Open de klep van de batterij/kaart.
Schuif de klep van de batterij/kaart in de richting . De klep gaat automatisch
open in de richting als u de klep loslaat.
2 Schuif een SD-geheugenkaart zo in de camera dat het etiket
(de kant met het symbool 2) naar het scherm is gericht en
duw tegen de kaart tot hij vastklikt.
3 Sluit de klep van de batterij/kaart.
U neemt de kaart uit door deze in de door de pijl aangegeven richting te duwen
en uit het compartiment te halen.
Zet de camera uit voordat u de SD-geheugenkaart plaatst of uitneemt.
Niet-gebruikte kaarten of kaarten die zijn gebruikt in een andere camera,
moeten eerst worden geformatteerd. Zie “Een SD-geheugenkaart of het
interne geheugen formatteren” (p.176) voor aanwijzingen aangaande
formattering.
Het aantal opnamen dat kan worden gemaakt, hangt af van de capaciteit
van de SD-geheugenkaart of het interne geheugen en de geselecteerde
opnamegrootte en kwaliteit. (1p.26)
Als u uw favoriete opnamen en geluidsbestanden opslaat in het interne
geheugen, kunt u die weergeven en afspelen wanneer u maar wilt (functie
Mijn album). (1p.132)
321
U verwijdert de kaart
door deze in te drukken
en uit te nemen.
SD-geheugenkaart
2
1
1
2
e
_
kb466
.
book
Page
23
Thursday
,
February
28
,
2008
5:25
PM