Operation Manual

Foto’s en video’s bewerken
126
4
Opnamen weergeven en bewerken
1 Tik in de weergavestand op de pictogrammen (qr) om
de opname te kiezen waarvan u de helderheid wilt wijzigen.
2 Tik op de LCD-monitor.
De [Weergavewerkbalk] verschijnt.
3 Tik op het pictogram n icon.
Het [Weergavepalet] verschijnt.
Als het gewenste pictogram niet wordt weergegeven, tikt u op
de pijlpictogrammen (qr) om naar het volgende scherm te gaan.
4 Dubbeltik op het pictogram h.
Het scherm Speciaal effect verschijnt.
Tik op een pictogram waarbij het selectievakje voor de bedieningsaanwijzing
is ingeschakeld, om de bedieningsaanwijzing weer te geven.
5 Tik op het pictogram [Helderh. filter].
Het scherm voor aanpassing van de helderheid
verschijnt.
6 Tik op het pictogram p of q om
de helderheid aan te passen.
U kunt het resultaat of van de aanpassing van
de helderheid vooraf beoordelen.
U kunt ook de schuifregelaar op de
helderheidsbalk naar de gewenste instelling
slepen.
7 Tik op [OK].
Het scherm Speciaal effect verschijnt weer.
8 Tik op [Eind].
Er verschijnt een dialoogvenster voor keuze van de opslagmethode.
9 Tik op [Overschrijf] of [Opslaan als].
De opname waaraan het effect is toegevoegd, wordt opgeslagen.
Beveiligde opnamen worden automatisch opgeslagen als nieuwe bestanden.
De helderheid van de opname wijzigen (Helderheidsfilter)
OK
Annul.
Helderheidsbalk
e
_
kb435
.
book
Page
126
Friday
,
February
2
,
2007
11:13
AM