Operation Manual

8
Rijden
173
5008_nl_Chap08_conduite_ed01-2015
De versnellingsbak werkt dan automatisch,
zonder dat u zelf hoeft te schakelen. De
versnellingsbak kiest voortdurend de meest
geschikte versnelling, afhankelijk van de
volgende parameters:
- de rijstijl,
- het profiel van de weg.
Op het display van het
instrumentenpaneel verschijnen
de aanduiding AUTO en de
ingeschakelde versnelling.
Automatische stand Auto-sequentiële stand
F Selecteer vanuit de handbediende stand
de stand A om terug te keren naar de
automatische stand.
Na het afzetten van het contact wordt
automatisch de normale stand weer
ingeschakeld.
Trap om krachtig te accelereren
(bijvoorbeeld voor een
inhaalmanoeuvre) het gaspedaal met
kracht in, tot voorbij het zware punt.
Programma Sport
F Druk na het selecteren van de
handbediende of auto-sequentiële stand
op de toets S om het programma Sport te
activeren, waarin een meer dynamische
rijstijl mogelijk is.
De aanduiding S verschijnt
naast de ingeschakelde
versnelling op het display van het
instrumentenpaneel.
F Druk nogmaals op de toets S om het
programma uit te schakelen.
De aanduiding S verdwijnt van het display van
het instrumentenpaneel.
In de automatische stand kunt u, bijvoorbeeld
voor een inhaalmanoeuvre, op ieder moment
de functies van de handbediende stand
gebruiken.
F Druk op de stuurbediening "+" of "-".
De versnellingsbak wordt dan in de
desbetreffende versnelling geschakeld, als de
snelheid van de auto en het motortoerental dit
toestaan. De aanduiding AUTO blijft op het
display staan.
Als de stuurbediening enige tijd niet meer
gebruikt wordt, gaat de transmissie weer over
op de automatische stand.