Operation Manual

3:8
Naaien
Knoopsgat met inlegdraad (elastische stoffen)
Bij het naaien van knoopsgaten in elastische stoffen
raden we aan een inlegdraad te gebruiken voor meer
stabiliteit en om te voorkomen dat het knoopsgat
uitrekt.
1. Maak een lus van dik garen of perlékatoen over
het hieltje aan de achterkant van knoopsgatvoet
5B. Trek de draaduiteinden onder de naaivoet
naar de voorkant en maak ze dan vast om het
hieltje aan de voorkant van de naaivoet.
2. Naai een knoopsgat. De cordonsteken van de
kolommen van het knoopsgat worden over de
draad heen genaaid.
3. Wanneer het knoopsgat klaar is, haalt u de draad
van het hieltje af en trekt u de draad strak.
4. Laat de draad kruisen voor de naald en rijg de
uiteinden van de draad in een grote naald, trek
ze naar de verkeerde kant en knoop de uiteinden
vast voordat u de overtollige draad afknipt.
5. Open het knoopsgat voorzichtig met het torn-
mesje.
Een knoop aannaaien
1. Om een knoop aan te naaien, verwijdert u de
naaivoet en selecteert u de knoopaanzetsteek.
2. Verzink de transporteur.
3. Leg de knoop onder de naaivoethouder. Gebruik
de spiegelfunctie om ervoor te zorgen dat de
naald precies in de gaten van de knoop komt
en dat de breedte geschikt is voor de gebruikte
knoop. Pas indien nodig de steekbreedte aan om
de breedte tussen de gaten te veranderen.
4. U kunt het aantal steken waarmee de knoop op
de stof wordt genaaid verhogen of verlagen in
stappen van twee met de pijltoetsen links en
rechts op het wiel.
5. Begin met naaien. De naaimachine naait het pro-
gramma voor u en hecht dan af en stopt.
Let op: Gebruik het universele gereedschap om een "steel-
tje" te maken voor uw knoop. U kunt ook knoopaanzetvoet
820 473-96 gebruiken, die als optioneel accessoire verkrijg-
baar is.
1.5