User manual
16
8
1 2 3
4 5 6
7
REINIGING EN ONDERHOUD
Zet de machine uit en haal de
VWHNNHUXLWKHWVWRSFRQWDFW
Verwijder het druipbakje en was
KHWRQGHUVWURPHQGZDWHUVFKRRQ
9HUZLMGHUKHW¿OWHULQGLHQ
aanwezig, en maak het
ZDWHUUHVHUYRLUVFKRRQ
9HUZLMGHUGHNRI¿HGLNODGH Verwijder en was het uiteinde
YDQKHWVWRRPSLMSMH:DVDOOH
componenten die zich aan de
EXLWHQNDQWEHYLQGHQ
9HUZLMGHUKHWDDQZH]LJHNRI¿HGLN
HQGHYORHLVWRIQLHWWHJHOLMNHUWLMG
:DVDOOHKRXGHUVDI
REINIGING VAN DE MACHINE
De hieronder beschreven reiniging moet ten minste een keer per week worden
uitgevoerd.Dompel de machine niet in water onder en was de componenten niet in de
vaatwasmachine. Gebruik geen ethylalcohol, oplosmiddelen, benzine en/of schuurmiddelen voor
het reinigen van de machine. Giet water dat meerdere dagen in het reservoir heeft gezeten in de
daarvoor bestemde afvoer weg. Droog de machine en/of zijn componenten niet in de magnetron
en/of in een traditionele oven.
9HUZLMGHUHQZDVGHKDQGJUHHS Reinig met een vochtige doek
KHWNRI¿HERQHQUHVHUYRLU
DOYRUHQVKHPWHYXOOHQ
$OVKHWNRI¿HGLNELMHHQ
uitgeschakelde machine verwijderd
wordt, of wanneer de “Alarmled
NRI¿HGLNODGHOHJHQ´QLHWEUDQGW
]LHSDJ]DOGHWHOOHUYDQKHWLQ
GHODGHJHGHSRQHHUGHNRI¿HGLN
QLHWRSQXOZRUGHQWHUXJJH]HW2P
deze reden is het mogelijk dat de
³$ODUPOHGNRI¿HGLNODGHOHJHQ´RRN
na het bereiden van enkele kopjes
NRI¿HDOJDDWEUDQGHQ